VIJFDE .jaarc/am;. 1866. Ao. 3S. SO S ep t m b e r. I onderdag Buitenlandsch Overzigt. BOLSW ARDSCHE COURANT. De Uitgave dezer Courantdie eiken Don derdag het licht zietgeschiedt door B. C U P E R (J S Az. te Bolsward, wien men alles dit Blad betreffende, uiterlijk tot IFoens- dag-morgen 12 ure, franco gelieve toe te zenden. Alle briefporten komen op rekening der inzenders. De Abonnements-prijs is f 0,80 per drie maanden; franco per post 0,95. De prijs der Advertentien is van 16 regels 40 Cts., behalve 35 Cts. voor het A d- vertentiezegel; elke regel meer kost 10 Cts. Groote letters worden naar plaats ruimte berekend. niet vergetendat Leopold, I aldus in heeft beschiktdaar Maximiliaan zoo lat hij in Oostenrijk den bijnaam van »le De dagbladen van Napels bevatten nog dagelijks berig- omtrent rooverijen. Het volgende is zeer karakteristiek. naamd, die in de Terra di Lavoro huist, vernomen heb- - J voor hun eigen reke- r: gevangen geno de plaatselijke gendarmerie overgeleverd. De j A" 2 __.E_ _L .~Bi: »Ik zend u deze valsche roovers, verzoekende hen met al de gestreng heid der wetten te doen straffen.” Het is zonderling, een roover, die geene concurrenten wil en verlangt dat men zijne mededingers met al de gestrengheid der wet straffen zal. Men vraagt ook voor wiens rekening Pace werkzaam is. In Engeland hoort men op nieuw van bewegingen der Fenians. Nadat men reeds sinds eenigen tijd de kenmerken daarvan te Liverpool bad bespeurd, zonder achter het ware van de zaak te kunnen komenheeft de overheid te Du blin twee policie-beambten overgezondendie zich in ge meenschap hebben gesteld met de policie te Liverpool, met het gevolg dat er eene huiszoeking heeft plaats gehad, waaruit bleek dat de vermoedens daaromtrent gegrond wa ren. De personen die men in dat huis meende te over vallen, hadden onraad bespeurd en zich uit de voeten ge maakt, doch met achterlating van voorwerpen, welker be stemming-'geen twijfel overliet. Aangaande een brand die onlangs in het paardenspel van Dejean te Parijs beeft plaats gehad, wordt het vol gende medegedeeld Zooals bekend is, laat men in schouwburgen en andere openbare gebouwen het gas over geest van terpentijn loo- penten einde het grootere lichtsterkte te geven. In den kelder van den circus sprong een vat terpentijn en vatte vuur. Oogenblikkelijk werd een knal als van een zwaar stuk geschut gehoord, en stonden de zijdegalerijen dadelijk in vlammen, die zich met eene woedende snelheid ver spreidden en de stallen aangrepen. Het gelukte intusschen de paarden naar buiten te jagen, maar de prachtige hengst, Fiyoitwelks dekkleed branddeviel na een woesten ren dood neder. In den circus zelf greep een v<;eeselijk schouw spel plaats. De half verbrande portier stierf op den weg naar het hospitaal. Een stalknecht, van hoofd tot teen iu de vlammen staande, liep als razend in het rond, en nadat men zich niet zonder gevaarmeester van hem had ge maakt wierp men hem op een bloemperk en bedekte het vuur met aarde. Maar ook hij stierf weldra. Nog jammer lijker echter was de aanblik van den kleinen, negenjarigen Ferroni, die reeds voor de proef zijn tricot had aangetrok ken. Men droeg hem brandend in een nabijzijnde water kom. Hij riep zijne moeder nog toe«G’est fini mama embrasse moi(Het is gedaan, moeder, omhels mij) en stierf. De maarschalk Canrobertdie in de nabijheid woont, en een der eersten op de plaats des onheils wasstond tot aan de knieën in het water en hield het stervende kind vast, terwijl hem daarbij de tranen onophoudelijk uit de oogen parelden. Plotseling ontstond onder de te zamengedrongen menigte een vreeselijke opschudding. Alles schreeuwde en stoof in woeste vlugt uit elkanderwaarbij de sterkeren de zwak keren namelijk de vrouwen, op den grond wierpen. Men had namelijk geroepen: »de leeuw van Batty is uitgebro ken’’. De kooi der leeuwen was ook wezenlijk slechts door een traliehek van de brandende stallen gescheiden en het gevaar grootmaar de wakkere pompiers spanden zich zelven voor den wagen en sleepten de kolossale kooi naar buiten. De kleine leeuwen liepen intusschen op het gras perk rond. Antwerpen heeft andermaal een petroleumbrand te be treuren. Den 13 dezer, ’savonds ongeveer half 10 uur brak de brand uit op een klein engelsch schipliggende aan de kade van de Kom tusschen de sluis van het nieuw bassin en die der Schelde. Het schip was uit Londen aangekomen met 150 vaatjes petroleum, die bij ontploffing ’t Wordt voor keizer Maximiliaan nog niet beter. Be- rigten uit Mexico van den 10 Aug. maken melding van nieuwe en belangrijke voordeelen, die de partij van Juarez behaald heeft. Den aanhangers des keizers begint de moed in de schoenen te zakkenzij hopen niet meer, maar vreezendat liet keizerschap spoedig een einde zal nemen. Op een maaltijd ter eere van den president Johnson, ge houden te Auburn tn den staat Nieuw-York, zeide een van de medeëters, de heer Seward, hardop: «ik voed de hoop, dat in November e.k. de republiek Mexico zal bevrijd zijn van de laatste sporen der vreemde indringers.” Men zegt, dat hij daarop een stevige snede biefstuk pakte, om het de hoop niet aan voedsel te laten ontbreken. De generaal Grant heeft bij dien maaltijd gedronken op de welvaart der mexicaansche republiek. Daarop kon natuurlijk ook niet wel gegeten worden. De houders der mexicaansche schuldbrieven zitten gedurig met een onrusttoonend gelaat te tellen, hoe veel ze nog wel van die dingen hebben, die misschien binnen kort niet meer waard zijn dan scheurpa pier. Keizer Napoleon heeft die goede menschen willen geruststellen en heeft daarom het traktaat met Mexico tot regeling der schuld publiek gemaakt. Daardoor hebben ze nu vernomen dat Mexico de helft zijner inkomende regten aan Frankrijk afstaat tot aflossing zijner schuld. «Ja maar” zeggen de schuldeischers, «keizer Max heeft in Mexico zoo bedroefd weinig meer over de inkomende regten te zeggen en zal eerlang bankroet moeten gaan. Voeg dan dat trac- taat bij de schuldbrievenen de waarde aan scheurpapier is er nog geen stuiver door verhoogd”. Onze dichter J. H. Krul had toch gelijk: «Nooit zal men ziendat overvloed Den raensch gerustig leven doet; Want overvloed is zoo van aard. Dat zij begeerte of vreeze baart.” Nu ligt ook nog keizerin Charlotte overhoop met hare koninklijke familie in Brussel. Deze familie-oneenigbeden hebben betrekking op financiële kwestiën. Zij schijnt zeer ontevreden te zijn over een door haren vader gedane be schikking, volgens welke zij en haar echtgenoot slechts het vruchtgebruik zullen genieten van het hun toekomend deel der nalatenschap Haar broeder, koning Leopold II, heeft echter evenmin als ieder ander belgiesch burger het regt, om dergelijke beschikking ten opzlgte zijner kinderen te maken. «Men zegtdat de keizerin met eene procedure heeft gedreigdals men haar niet haar deel in de vaderlijke nalatenschap wilde uitkeeren. ’t Is te hopen dat men dien weg niet zal opgaan. Voorts moet men haar eigen belang verkwistend is, dt Prince magnifique” (de kostbare prins) had "ontvangen. De dagbladen van Napels bevatten nog dagelijks berig- ten omtrent rooverijen. Het volgende is zeer karakteristiek. Men verhaalt dat de aanvoerder eener bende, Race ge- p-.1 V rm v r 7 nende dat valsche roovers het land ning afliependie lieden heeft vervolgd men en aan de plaatselijke gendarmerie ovei briefdien hij daarbij zond luidde als volgt:

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1866 | | pagina 1