ADVERTENTIEBLAD.
NIEUWS- EN
No. 23.
1872.
Elfde Jaargang.
BUITENLAND.
dl
'i
DONDE RD AG 6 Junij.
I
Bolswardsche Courant
Het bataljon jagers
f
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Gents.
over-
Dc
j
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Gents van 1—7 regels.
Vervolgens 40 Gent per regel. Overigens
naar plaatsruimte.
1
De vreeselijke mare van eene overstrooming
veroorzaakt door eéne hoos, heeft in den nacht
van 26 Mei de bewoners van de wijken nabij de
Moldau in Praag plotseling uit den slaap gerukt.
Het was 2 uur in den morgen; onmiddellijk werd
alarm geslagen voor de bedreigde huizen en de
stormklok bragt de geheele stad op de been. Een
gedeelte van de Jozefstad én omliggend? straten
stonden weldra onder wateren men vernam al
spoedig dat geheel het noordwesten van Boheme
was overstroomd.
De vallei van den Goldbach,*3 mijlen lang, werd
Professor Palmieridie de uitbarsting van den
Vesuvius niet beschouwde als een straffe Gods
maar door de waarneming dier uitbarsting met de
groote werken Gods beter bekend trachtte te wor
den wordt thans met eerbewijzen overladen. De
studenten van Napels hebben hem een medaille
willen aanbieden die hij echter heeft geweigerd
met het verzoek om de daarvoor bijeengebragte
gelden liever te gebruiken tot onderstand van hen,
De paus weigerde om den kardinaal van Hohen-
lohe te erkennen als pruissisch gezant. Dat is zeer
natuurlijk, zeggen de ilaliaansche bladen, want paus
Pius IX is de eerste paus, die den titel van koning
heeft aangenomenen daarmee is het niet wel
overeen te brengen dat hij een kardinaal alzoo
zijn ondergeschikteals gezant van eene vreemde
mogendheid zou beschouwen. Kladderadatsch zegt
hetzelfde op zijn manier. Op een prentje in dat
blad ziet men von Bismarck den paus een glas
kardinaal aanbieden, maar de paus weigert met de
woorden „dank u dat maken wij zelf”.
Sedert zes maanden woonde te Piedicastello, een
voorstad van Tarente, een zoogenaamde prins Gio-
vanelli de Napoli. Deze woonde eiken dag in den
Dom drie missen'bij, biechtte tweemalen ’s weeks
en bragt het grootste gedeelte van zijn dag door
met het lezen van godsdienstige werken. Met de
weinige bekenden, die hij allengs kreeg, een geloo-
vig advokaat en eenige geestelijken, sprak hij som
tijds over zijn correspondentie met den paus en
met prins Girgenti. Als dezen stelde hij aan een
zijner vrienden een doortrekkenden chevalier d’in
dustrie op het station voor, liet missen lezen gaf
menig goudstuk aan de armen en begon ten laatste
te gewagen van een erfenis van vier millioen, die
hij ten behoeve der kerk wilde aanwenden. Ein
delijk moest hij zijn goede vrienden te Tarente in
vertrouwen mededeelen, dat hij tengevolge van die
erfeniswegens betaling van zijn advokaat voor
schotten enz.in oogenblikkelijke ongelegenheid
was. Drie dagen lang beantwoordde hij alle aan
biedingen welke by van verschillende zijden ont
ving, met vorstelijken trots, eindelijk echter liet hij
zich bewegen om 40,000 fres. in goud aan te ne
men; waarop hij uit Tarente vertrokken is zonder
een spoor van zich achter te laten. Zijn secretaris
was met de koffers verdwenen. De advokaat in
formeerde zich bij het geregtshof te Napels naar
prins Giovanelli en kreeg, toen hij diens photogra
phic zien lietten antwoord dat de itahaansche
justitie sedert vijf jaar lang dien gaauwdief in het
oog hield.
geheel verwoest. Honderdduizenden hopstaken dre
ven her- en derwaarts; alle hopvelden, alle voorraad
schuren, alle korenlanden zijn vernield, alle brug
gen weggeslagen, alle huizen ingestort,een aantal
personen en zeer veel vee omgekomen.
Het hoofdgebouw van den westerspoorweg is groó-
tcndeels verwoest; de spoorwegbruggen te Editz en
Mokropek zijn door den stroom medegevoerd. Het
meer van Holauwkab heeft zijne dijken gebroken
en zijne wateren met onweerstaanbare kracht op
de stad Rokirau geworpendie groolendeels onder
water staat. Te Harzovie zijn groote huizen door
de golven medegesleept.
In vele dorpen zijn de bewoners op de daken
gevlugt. Bijna overal, waar de overstooming plot
seling was zooals te Raconiek Beraun Dobri-
chewich enz.hebben velen het leven verloren.
In den omtrek van Karlstein staan letterlijk alle
dorpen onder watereen dorp Praskoles is ge
heel verdwenen, bewoners en vee zijn verdronken.
Een gedeelte van het station van Busclitichrard
met alle baanwachterswoningen op de lijn is weg
geslagen; omtrent het lot van 25 spoorweg
beambten is niets bekend. Ónmogelijk is het nog
den geheelen omvang der ramp te overzien.
Het water voert eene ontzaggelijke menigte
blyfseleti aan van allerlei aard ook dieren,
rivier heeft de dubbele breedtehet water stond
des middags 115 en teöuur 106 duim boven het
gewone peil. Ten einde in de behoefte van de
vele slagtoffers te voorzien worden overal inza
melingen gehouden; de overheid wedijvert met de
particulieren om hulp te verleenen. De keizer van
Oostenrijk schonk 10,000 fl. uit zijn eigen beurs.
Er was veel vrees dat de gezondheidstoestand
door den terugkeer der bedevaartgangers uit Mekka,
op een tijdstip dat de cholera in het Heilige Land
heerschtezeer in gevaar zou worden gebragt.
De egyptische regering heeft echter de voorschriften
van den internationalen gezondheidsraad zoo onbe
krompen mogelijk in toepassing gebragtzij heeft
te El-Weïg, op egyptisch grondgebied, halverwege
tusschen Djeddah en Suez', een uitgebreid quaran-
taine-station opgerigt, waar al de bedevaartgangers,
die den weg naar Egypte namen verpligt waren
10, 15 of 20 dagen te verblijven. De egyptische
regering verdient Imogen lof voor 'dezen maatregel,
wijl, zooals bekend is, de cholera onder de bede
vaartgangers nog ernstig heeft gewoed en 10 pet.
van hen zijn omgekomen. Te El-Weïgaan de
uiterste grens tusschen Egypte en Arabië, moesten
allen zich zuiveren. De voortbrengselen, langs de
zeezijde uit Djeddah aangebragtwaren evenzeer
aan de quarantaine onderworpen. Europa is dus,
dank zij de maatregelen der egyptische regering,
aan een ernstig gevaar van besmetting ontsnapt.
Jeddo, hoofdstad van Japan, verloor door een brand
17 regeringsgebouwen, 60 tempels, 4752 woon-
en pakhuizen; in t geheel 5119 gebouwen. In 41
straten zijn 20,272 menschen van huisvesting beroofd
De schade wordt begroot op 1,514,900 dollars; 8 per
sonen werden gedood, 67 gewond, t Is toch wel
aardig, dat men uit die verre oorden alles zoo pre
cies weet; heeft een ramp op minder verren afstand
plaats, dan kan men onmogelijk den geheelen om
vang daarvan zoo juist overzien.
wier woningen verbrand zijn. Het geologisch ge
nootschap te Londen heeft hem een gouden me
daille gezonden die hij wel niet zal kunnen wei
geren. De gemeenteraad van Napels, waarvan Pal
mieri lid isheeft besloten hem een adres van
dankbetuiging te zenden voor de groote diensten
die hij aan de wetenschap en daardoor aan de
menschheid bewees.
In spaansche dagbladen kan men lezen Don
Carlos werd in het gevecht bij Orosqueita aan de
hand gewond tengevolge waarvan hij zijn paard
niet meer kon besturen. Hij viel brak een arm,
kreeg een ernstige kwetsuur aan 't hoofd en, over
leed weinige dagen later aan eene wond- of her
senkoorts. ’t Staat ieder vrij, dit berigt voor
waarheid aan te nemen of niet, schoon 't door meer
dan één blad vermeld wordt.
Met den opstand is 't nog niet afgeloopen. In
den avond van 25 Mei bemerkten spaansche schild
wachten eene bendedie gekautonneerd had in
de Sierra de Urquioia en op weg was naar Du
rango. Het bataljon jagers van Arapiles trok ter
stond uit en den vijand te gemoet, terwijl de staf
officieren heen en weder galoppeerden over den
grooten weg van Durango naar Magnaria. De bende
echter naderde niet, maar twee ruiters vertoonden
zich plotseling in een bogt van den weghet was
Cuevilas met een adjudant, die verzocht den kolo
nel Ybarreta te spreken. Na een kort onderhoud
met dezen verwijderden de beide ruiters zich en
keerden weldra met de geheele bende terughet
was een ellendig gekleede, hongerende en door ver-
moeijenis uitgeputte hoop, die een allerpijnlijksten
indruk maakte. Zij rukte in goede orde op naar
eene door de schildwachten afgezette ruimte, waar,
volgens een gemaakte afspraak, de wapens werden
nedergelegd en de ammunitie afgegeven maar tot
niet geringe verbazing der toeschouwers werd de
troep vervolgens door het bataljon jagers met mu
ziek rondgeleid door de straten van Durango en
aan de andere zijde der stad gekomen, kreeg ieder
verlof om te gaan waar hij wilde. Cuevilas zelf
en de dikke pastoor met een roode baret, die naast
hem het bevel voerdekregen hetzelfde verlof en
de eersten die vóór den opstand ridmeester bij de
kavallerie was behoudt dezen rang.
Serrano keurde een en ander goed en beval, dat
men dit voorbeeld zou volgen; hij rekende op deze
wijze de onderwerping van alle opstandelingen te
verkrijgen. Intusscben kwamen niet meer dan een
zeventigtal de wapenen afleggen en de maarschalk
kreeg berigt, dat de overige benden nog geen plan
hadden ook alzoo te doen. Serrano maakte nu
bij proclamatie bekend dat ieder nog drie dagen
tijd had om zich te onderwerpen en wie ’t niet
deed en in zijne handen viel, zou voor een krijgs
raad teregt staan. Dit hielp zooveel dat den 28
Mei de bende van den beruchten pastoor Sierra
ook hare onderwerping kwam aanbieden en de
overige benden van Biscaye insgelijks de wapens
nederlegden. ’t Is nog met zeker, dat de regering
volkomen genoegen neemt met deze handelwijze
van Serrano.,