ADVERTENTIEBLAD.
NIEUWS- EN
Twaalfde Jaargang.
1873.
No. 39.
DONDERDAG 25 September.
BUITENLAND.
Bolswardsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cents van 1—7 regels.
Vervolgens 10 Cent per regel. Overigens
naar plaatsruimte.
Den 4 October 1710 werd in de Kjögebugt, een
inham ten zuiden van Kopenhage, een zeeslag ge
leverd. Eene deensche vloot onder Göldentöure en
een zweedsche onder Wachtmeester braakten haar
vuur op elkander. Het deensche linieschip Danebrog
geraakte in brand. De bevelhebber Ivar Huitfeld
deed zijn best om dien te blusschcn, maar T mogt
hem niet gelukken. Hij zou zich nog kunnen red
den als hij door de deensche linie heen stuurde,
maar dan bestond er gevaar, dat andere schepen
door het zijne werden aangestoken. Hij wierp daar
om het anker uit, opdat het schip zou blijven waar
bet was, vuurde rustig op den vijand door totdat
de brand zijn kruidkamer bereikte en het schip met
500 moedige mannen in de lucht vloog.
Dezer dagen waren eenige helmduikers op den
bodem van de Kjögebucht werkzaamzij vonden
daar het wrak van een schip en ’t is bij naauw-
keurig onderzoek gebleken dat dit het wrak van
de Danebrog is. Men heeft er nog de geraamten
in gevonden van eenige der helden en in den leem
grond was nog eenig touwwerk onbedorven gebleven.
Het wrak bevatte nog 11 vóór 1710 gegoten ka
nonnen, waaraan duidelijk te zien was, dat zij vuur
gegeven hadden en ook zelve getroffen waren.
In Spanje schijnt het nu ernst te zullen worden.
De cortes heeft aan de regering verlof gegeven
om tot herstel der krijgstucht alle maatregelen te
nemen, die zij gepast 'acht. Een deel der reserve
is reeds onder de wapens en Castelar rekent dat
hij binnen kort over 330,000 man daarvan beschik
ken kan.
Te Madrid vergat eene kompagnie vrijwilligers
dat zij moest medewerken aan de eenheid van t
vaderland; zij wilde niet naar't noorden trekken.
Maar Castelar herinnerde zich zeer goed het besluit
omtrent het herstel der krijgstucht; de gepaste maat
regelen zullen op de onwilligen worden toegepast,
hunne wapens missen zij reeds.
Even als ’t spaansch ministerie heeft ook don Car
los goede voornemens. De syllabus heeft hij als
zijn regeringsprogramma aangenomen en ten dage,
dat zijn vlag van de torens van Madrid wappert
zal de eerste steen gelegd worden eener kerk, ge
wijd aan »’l heilige hart van Jezus.” Wat is’t jam
mer, dat er tusschen ’t voornemen en 't volbrengen
nog zoo’n groote en moeyelijk af te leggen af
stand is! Voor koning Philips II stond in der tijd
(1558) de kans beter. Een geoefend spaansch leger
stond in’t veld tegen de Franschen, bij St. Quentin
en Grevelingen werd slag geleverd en Philips lag
in Madrid op de knieën en bad om de overwinning
en beloofde, zoo die behaald werd, een klooster te
bouwen, gewijd aan den heiligen Laurens. De graaf
van Egmond bevocht de overwinning, het escuriaal
verrees ter eere van Laurens, en Egmond werd 10
jaar later onthoofd. Dat was toen spaansch en don
Carlos herinnert zich zoo nu en dan Spanjes vroe
gere koningen en spreekt er van tegen hem die
hij zijne geliefde onderdanen noemt.
de zeebreker werd deerlijk beschadigd. Op het
eiland werden huizen omvergeworpen, beesten ge
dood en de oogst vernield. Gelijksoortige schade
werd te Picton aangerigt, alwaar 21 schepen strand
den. Te Port Hastings zijn vier bruggen wegge
spoeld. Te Port Hood zijn 4, te Port Mulgrave 7,
te Plaister Cove 4 en te Port Hawkesbury 4 sche
pen gestrand. Te Cape Bay zijn twee kerken om
gewaaid. Veertien schepen zijn te Gow-Bay ge
strand en het want van andere schepen aldaar -
56 schepen zochten in die haven hunne toevlugt
heeft zeer veel geleden. De zeebreker te Cow-
Bay is zoo goed als vernield en de aan werven
en havenhoofden noodige reparation zullen 100,000
dollars kosten. Acht schepen leden te Gaysborough
schipbreuk en al de werven en magazijnen aldaar
werden vernield. Te Bayfield zijn vier schepen
vergaan. De kathedraal te Antigonishe is zeer be
schadigd de havenhoofden aldaar' zijn vernield
een schip is er vergaan en er is een man ver
dronken. Meer dan dertig schepen zijn bij Point-
Caledonia gestrand. De noordkust van Prins-Ed-
ward-eiland wordt beschreven als met wrakken be
zaaid te zijn. De schade wordt op millioenen dol
lars geschat. Echter schijnen slechts drie perso
nen het leven verloren te hebben.
De engelsche Times zegtdat de nederlaag der
Nederlanders in Atsjin te Calcutta altijd onverklaar
baar geacht is. «De generaal Donald Stewart, dus
schrijft de berigtgeverde uitmuntende militair
die onze ten noorden van Atsjin gelegene strafko
loniën op de Andaman- en Nicobar-eilanden bestuurt,
had, ter opsporing van eenige voortvlugtige gevan
genen, den sultan van Atsjin weinige weken voor
de oorlogsverklaring bezocht, en zijne beschrijving
van hetgeen hij gezien heeft is niet weinig be
langrijk. Zes weken vóór het uitbreken der vijan
delijkheden waren de Atsjinezen volkomen onvoor
bereid voor een oorlog. Zij hadden noch wapenen,
noch wallen om hen tegen een vijand te bescher
men, evenmin hadden zij geregelde troepen of eene
vloot. Er waren genoeg kanonnen om den gene
raal met saluutschoten te verwelkomen maar an-
dère kanonnen merkte hij niet op, behalve oude
koperen stukken van inlandsch maaksel, die zonder
affuiten in het kreupelhout lagen. De bevolking
draagt een Zwaard of kris, of beiden, maar zij had
geene vuurwapenen. De «wallen”waarvan de
verslagen der Nederlanders zoo breed opgeven, be
stonden in Maart II. uit dammen van modder, met
gapingen, die door heggen waren aangevuld. Het
De Arnh. Courant bevat een langen brief, geschre
ven uit Brooklyn in N. Amerika Deze brief behelst
zoo’t een en ander omtrent zeden en gebruiken al
daar en ook iets omtrent de opvoeding van kinde
ren. Karakterestiek is het volgende, wat de schrij
ver voorstelt als een staaltje, waarvan hij honder
den zou kunnen leveren.
Een vriend van mij kwam bij een vriend, wiens
vrouw en kind hij alleen t huis vond. De moeder
gelastte iets aan haar dochtertje, 4 jaren oud. «Doe
liet zelf,” was het antwoord. «Als je het niet
gaauw doet krijg je voorZoo je dat
durft zeg ik het aan papa, als hij t’huis komt.
De moeder deed het zelf en het dochtertje zeide
i'Ziejewel, nu heb je het immers toch zelf moeten
doen.” Zóó zijn hier de kinderen, of liever, kinderen
bestaan hier niet, het Zijn miniatuurmenschen. Maar
toch de opvoeding is uitmuntend want, zij gaan
zondags wel twee- of driemaal naar de zondagschool.
lijke waardigheidsbekleeder aldus spreekt in de
uitoefening zijner waardigheidin een herderlijk
schrijven en wel in Frankrijk, waar de geestelijk
heid bezoldigd wordt door den staat en jegens de
regering des lands niet het honderdste deel zou
durven schrijven van hetgeen in dat officiële stuk
gezegd wordt tegen Italië, eene bevriende mogend
heid met welke Frankrijk dagelijks betrekkingen
van het hoogste gewigt onderhoudt
’t Wordt een treurig feit genoemd, dat een gees
telijke van het regt om te zeggen wat hij wil, ge
bruik of misbruik maakt om eene mogendheid te
beleedigen, welke Frankrijk waarlijk wel te vriend
mag houden in een tijd dat zij hoewel van la-
tijnsch ras, met de staten van germaanscb ras op
zoo goeden voet staat. Een aartsbisschop behoeft
zeker geen geslepen diplomaat te zijn maar juist
daarom ware het beter, indien hij, zich tevreden
stellende met do geestelijke hoede, geen invallen
deed op het gebied der politiek, waarop men niet
alles mag zeggen wat men meent vooral niet als
het de strekking heeft om een magtig nabuur tot
vijand te maken.
’t Is al eenige dagen geleden dat mgr. de Gui-
bertaartsbisschop van Parijs, aan de geestelijk
heid en aan de getrouwen in zijn diocese een
mandement rigtte waarin hij o. a. de vermeeste
ring van Rome door Victor Emanuel in herinne
ring bragt en die den naam gaf van de verfoei-
jelijkste schending der reglen van ’t christelijk leven,
een aanslag tegen de godsdienst en de maatschappij.
Valsche vrienden zoo leest men er in hebben
Italië gebragt tot eene uitbreiding van grondgebied,
die evenzeer door de natuur als door de billijkheid
was verboden; aan verfoeijelijke uitdagingen gehoor
gevendehad het Rome bemagtigd eene plaats
die in geen enkel opzigt goed is voor eene staat
kundige hoofdstad. Hij wenscht verder Italië toe,
dat het op zijne schreden terugkeere en een land
verlate, dat hen die in zijn bezit volharden door
geweld en onregt, eenmaal zal verzwelgen.
Dat mandement werd bekend ook buiten ’s aarts-
bisschops diocese ook builen Frankrijks grenzen.
En zoowel in als buiten Frankrijk waren velen van
oordeel dat een aartsbisschop wel wat beters te
zeggen heeft. In de Nationale Vergadering te Ver
sailles maakte men er zelfs de regering opmerk
zaam op maar de minister de Broglie maakte er
zich af met te zeggen, dat het ministerie niet aan
sprakelijk was voor herderlijke brieven.
Een italiaansch regeringsblad zegt er van: «Wij
zijn niet verbaasd over de buitensporige taal van
mgr. de Guibert. De partij, waartoe hij behoort,
spreekt gewoonlijk op dien toon en wij weten,
welke waarde daaraan te hechten is. Maar wij
verwonderen er ons over, dat de hooge gceste-
Amerika levert weer amerikaansch nieuws. In
Nova Scotia heeft in ’t laatst van Augustus een
storm uit ’t oosten langs de geheele kust veel schade
aangerigt. Te Sydney, op het eiland Cap-Breton
zijn 30 schepen gestrand de werven vernield en
Alweder hebben de Engelschen op de kust van
Guinea in een aanval van de Ashantijnen de ne
derlaag geleden. Een sterke afdeeling van dezen,
ondersteund door hunne bondgenooten kwam uit
een hinderlaag te voorschijn toen de schout bij
nacht Commcrell eene verkenning deed op de ri
vier de Prah. De schout bij nacht zelf en twee
kapiteins werden gewond terwijl insgelijks velen
van de bemanning der booten een gelijk lot ten
deel viel. Twee booten werden in de verwarring
het onderste boven geworpen en een man werd
door de Ashantijnen te midden zijner kameraden
weggehaald en op den oever op een gruwelijke
wijze omgebragt. De Engelschen zullen ’ter niet
bij laten blijven.