NIEUWS- EN
ADVERTENTIEBLAD.
NATIONALE MILITIE
No. 52.
Twaalfde Jaargang.
1873
BUITENLAND.
DON DE RD AG 25 December.,
Bolswardsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS50 Cents van 17 regels.
Vervolgens 10 Cent per regel. Overigens
naar plaatsruimte.
c
f
r
Op het kloosterplein, dat bij de kerk St. Euphe-
mia te Verona behoort, werd niet lang geleden een
zeer interessante vond gedaan. Kinderen die op
de kloosterplaats speelden bemerkten toen zij
hunne ballen tegen den muur van het klooster
gooiden dat er een stuk steen van den muur
losging en naar binnen neder plofte. In de daar
door ontstane opening werd een groote van ruw
hout getimmerde kist zigtbaar en toen deze ge
opend werd zag men daarin twee op elkander
liggende lijken, hel lijk van een man en dat van
eene vronw; de hoofd"»1wjy.én van den romp ge-
scheiden_^n. aan rfë voeten neergelegd. De beide
sèfeédels zegt de berigtgever zijn geheel van
haar en vleesch ontblootdie van den man vol
komen goed bewaard, zelfs van alle landen voor
zien, die van de vronw beschadigd.
In den mannelijken schedeldie zeer schoon
gevormd is, bevindt zich boven de linkerslaap een
rond scherp geteekend gatter grootte ongeveer
van een vijfstuiverstukdat slechts door het in-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van BOLS-
WARD, brengen ter kennis van belanghebbenden,
dat zij die volgens art. 15 der wet van 19 Au
gustus 1861 (Staatsblad no. 72) voor <le Mi
litie, lifting 1895 moeten worden inge
schreven zich daartoe moeten aangeven bij Bur
gemeester en Wethouders tllSM'iieil
Asten en 31 .laniiarji 1894, en
«lat IDingsdag den JanuarU
1894 ten ISaadliuize alhier', eene
bijzondere zitting zal worden gehouden; en wel van
’s morgens 9 tot ’s namiddags
1 tuur.
De inschrijving heeft plaats voor hen, die op den
1 «lanuarjj 189-1 liun 19de jaar
zijn ingetreden, en alzoo gebo
ren z|jn in 1855.
Bolsward 22 December 1873.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
M. A. JENT1NK.
De Secretaris
J. II. SNIJDER.
Engeland levert ditmaal veel nieuws. De laatste
storm die zich ook in Nederland heeft doen ge
voelen, had zijn voornaamste kracht verloren, toen
hij hier de vensters rammelen deed en huilde langs
de schoorsteenen. In Engeland deed hij zijn volle
kracht gevoelen. Te Sheffield stak hij Dingsdag-
morgen op met toorneloos geweld en hij veroor
zaakte eenige verschrikkelijke ongelukken en het
verlies van vele menschenlevens. De hooge vier
kante toren gelijk men reusachtige, alleen
staande schoorsteenen noemt welke aan de loco-
motievenfabriek verbonden is van den beer Reynolda,
in Trippetlane, viel te halfacht met een verschrik-
kelijken slag neder, een twintigtal werklieden onder
de puinhoopen begravende. Aanvankelijk werden
vijf lijken te voorschijn gebragtallen ontzettend
verminkt en volkomen onherkenbaar. In zijn val
verpletterde de schoorsteen eenige werkplaatsen van
messen- en instrumentmakers. Een paar uur
later viel de toren der fabriek van de bh. Matthew-
man and Sons, in Miltonstreet, en groote blokken
er van vielen op den stoomketel, welke de geheele
fabriek van beweegkracht voorziet. Met eene ont
ploffing, welke de geheele stad deed daveren, barstte
de ketel in duizenden stukken die tot op groote
afstanden geslingerd werden. De stoom werd ver
scheidene straten ver gespoten, tien personen doo
delijke brandwonden toebrengende. De ontzetting
in de stad was zóó groot, dat dit tot nu toe bet
eenigste is, wat reet eenige zekerheid vermeld kan
worden.
Londen had eens weer een mist, geheel in over
eenstemming met de schildering, die Dickens van
een «mistigen dag in Londen” geeft. Maandag
Dingsdag en Woensdag verkeerde de stad in vol
slagen duisternis. Op straat kon men zich zelven
niet zien. Men begaf zich met fakkels op weg als
men bier of daar zijn moest en verdwaalde dan
Op de hoogten ten noorden van Tolosa werd een
carlistisch leger aangetast door Moriones, die van
den kant van San Sebasliaan kwam. Hij had 1400
man onder zijn hevel en 4 stukken geschut, de Car-
lister: hadden 9000 man in T veld en twee kanon
nen, en werden aangevoerd door Lizarraga en OIlo.
De Carlisten werden uit hunne positien verdreven,
maar bragten aan de troepen van Moriones gevoe
lige verliezen toe, terwijl van hen ook een'groot
aantal gedood of gekwetst werd. Het doelom
Tolosa te bezetten werd door Moriones bereikt
een belangrijk spoorwegcentrum is daardoor in de
magt der regeringstroepen en de Carlisten zijn nu
tot digt aan de fransche grenzen teruggedrongen
Moriones die kort te voren nog te Logrono/aan
de overzijde der Ebro zich bevond, is thans in 't
bezit van de spoorweglijnen Bilbao-Parnpelona en
Villoria-Irun.
dringen van een kogel kan veroorzaakt zijn. De
twee ligchamen daarentegen waren nog geheel met
vleesch bezetdat wel eeuigermate tot een mum-
mie-achtigen toestand was overgegaan en beiden
hadden de handen kruiselings over elkander gelegd,
als waren zij zaAmgebonden. De handen en voeten
zijn volkomen goed geconserveerd, die van de vrouw
buitengewoon klein en net. Het mannelijke lijk schijnt
dat van iemand wiens leven in den bloei der
jeugd geëindigd is, terwijl de slanke teedere gestalte
van het andere lijk een zeer jeugdigen leeftijd laat
raden Uil het gewaad, dal het vrouwelijke ligchaam
nog omgeeftbesluit men een persoon legen zich
over te hebben, die of non geweest is. of in allen
geval aan de kloosterregelen onderworpen was.
Het hemd dat het mannelijke lijk nog ten deele
omgeeftis van ongemeen fijn linnen en aan de
mouwen met kanten omzetsels versierd. De beide
lijken zijn op bevel van het gemeentebestuur naar
het stedelijke museum vervoerd, ten einde weten
schappelijk onderzocht te worden. Dat de meest
fantastische gissingen in omloop zijn, is natuurlijk.
In de eerste plaats denkt men aan een misdaad
ook de plaats waar de kist gevonden is en die
niet voor begraving bestemd is schijnt dit te be
vestigen. In de geheele kloosterplaats bevindt zich
toch geen enkel graf. Ook was de plaatswaar
de kist zich bevond, door geen enkel teeken, plaat
of opschrift aangeduid wat anders toch wel het
geval zou geweest zijn, voorde rustplaats van twee
zoo jong gestorven schepsels,
Het klooster van St. Euphemia, dat in het middeu
derlö eeuw gebouwd werd, is in 1805 opgeheven.
nog. Omnibussen en tramways waren niet te vin
den en de koetsiers liepen hij hunne paarden om
botsingen te voorkomen. He spoortreinen kwamen in
de war. De gemeste zwijnen en ossen op de ten
toonstelling waren op ’t punt van te stikken. In
Londens Oosteind verdronken 26 personen in de
Teemseene overgroote menigte werd op straat
verwond; de dokters en chirurgijns kregen handen
vol werk. Vele kinderen Zijn zoek geraakt De
politie nam ze in bewaring, de regthebbenden kon
den ze vervolgers met alle genoegen terug krijgen.
Maar er kwamen ook moeders vragen naar kinderen
die door de politie niet geborgen, maar verdronken
waren.
In Liverpool is rund- en schapenvleesch aange
komen uil Quebec in Kanada en volgens getuige
nis van de keurmeesters zag het er uit aïsof het
pas den vorigeu dag geslagt was. Men had de
stukken te Quebec hard laten bevriezen en ze in
het schip, 't welk ze overhragtop eene koele en
drooge plaats gelegd. De temperatuur werd er
koel gehouden door blokken ijs, die echter niet
met het vleesch in aanraking kwamen. Er zal
nu eene maatschappij worden opgerigt om den
aanvoer van vleesch uit Kanada te bevorderen
’t kan te Londen de helft goedkooper zijn dan
engelsch vleesch.
Er was ook brand te Liverpool en de spuitgasten
wierpen balen wol uit het brandende magazijn op
straat. De kooplui, die daarbij tegenwoordig waren,
maakten een praatje over de waarde van de alzoo
beschadigd wordende wol. »Om een guinje gewed”-
zei een, «dat ze nog wel meer dan 15 pond op
brengt”. «Aangenomen”, riepen anderen en meen
den zeker van hun zaak te zijn, want de wol was
blijkbaar zooveel niet waard. Toen ’taan den
koop kwam, kocht de eerste wedJer het voor 16
pond; 't was te duur, maar hij ontving 20 pond
van de verliezers en won dus nog bij zijn scha
delijken inkoop.
Op de staalkaart onzer naluurgenooten komen
al interessante exemplaren voor. Sir Samuel Baker,
die een ontdekkingstogt deed door Afrika, vertelde
daarvan onlangs het een en ander in Londen aan
een groote schare. Van den koning van Massindi
in Nubië vertelde hij Deze jonge man heeft zich
onderscheiden door zijne geheele familie te ver
moorden onder de volgende omstandigheden: Wan
neer een koning sterftwordt zijn lijk op eene
soort van grooten rooster gelegd en geroosterd.
Het lijk blijft dan onbegraven te praal liggen en
is het signaal tot burgertwist. De zoons vechten
totdat een hunner de bovenhand behoudt en als
teeken van overwinning steekt hij zijne speer in
zijns vaders lijk. Daarna volgen de begrafenis-
plegtigheden overeenkomende met die, welke bij
de oude Scyten moeten in zwang zijn geweest.
Er wordt een groote kuil gegraven, waarin eenige
vrouwen van den overleden koning worden neder-
gelaten, die het lijk op hare knieën nemen. Daarop
worden rooftogten naar eenige naburige dorpen
ondernomen wier bewoners men aan den rand
van den kuil brengt, waar hun de armen en beenen
worden verbrijzeld en in dezen toestand worden zij
naar beneden op het lijk geworpen. Dan wordt
de aarde in den kuil geworpen en door het volk
vastgetreden en hiermede Zijn de begratënis-plegtig-
heden afgeloopen. Deze ceremonie was te Mas
sindi verrigt en de zoon, die zijn vader opgevolgd
washad daarna zijne betrekkingen tot een gast
maal genoodigd, waaraan hij ze allen liet ombrengen.
