NIEUWS- IN AD-
1875
Veertiende Jaargang
No. 14.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DONDERDAG 8 April.
nun iiiiuivr
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Gents per 3 maanden.
Franco per post 95 Gents.
van een an-
Hij vindt
nante had het verhinderd, omdat hij er zoo vreemd
had uitgezien.
gevat en verspreidden
Het kokend lood der
en
Rome heeft nu ook eene kerk voor doopsgezin
den. Dat is een nieuwe ontwijding der heilige
stad, zegt de Osservalore Romano.
De Osservalore heeft nog andere ontwijdingen
•opgemerkt. Koning Alfonsus, wien de paus ze
gende maakte Mac-Mahon en von Bismarck tot
ridders van het Gulden Vlies. Welk een heilig
schennis I Voor het bewijzen dier eer aan Mac-
Mahon is nog een verontschuldiging te bedenken;
immers, bij legde den Carlisten r.og al eens moeye-
l’ykheden in den weg en dit zal het spaansche
gouvernement hebben bewogen om door de vin
gers te zien, dat de maarschalk tot nog toe geen
•enkel bewijs gaf van bereidwilligheid, om het ware
geloof en de regten van den paus te verdedigen.
Maar von Bismarck Hoe konden de raadslieden
van koning Alfonsus zich toch zoo zeer door po
litiek belang en partijzucht laten verblinden dat
zij den openlijken en onvoorwaardehjken vijand en
vervolger van het katholiek geloof en van de kerk
decoreerden! Zij hadden moeten inzien dat zij
den troon verzwakken dien zij hebben opgerigt
tegen den wil van velen en onder het wantrouwen
van allen. «Wat ons betreft,” zegt de Osservalore,
»wij verlangen niets dan den vrede en den voorspoed
van de katholieke kerk en niet afgeschrikt door
de verwijten onzer vrienden, hebben wij onze ge
negenheid den nieuwen spaanschen koning aange
boden, omdat wij geloof sloegen aan z'yne beloften.
Maar nu moeten wij hem aansporen terwijl het
nog tijd is, den gevaarlijken weg te verlaten, dien
hij, misleid door slechte raadgevers, is ingeslagen
en hem waarschuwen dat als hij in die rigting
verder gaat, hij in een afgrond zal storten, waar
uit geen katholiek of man van eer hem redden
kan, indien hij, in plaats van den katholieken gods
dienst en de regten van den heiligen stoel te ver
dedigen zich onder zijne vijanden en vervolgers
zou scharen.”
Als Alfonsus nu de Osservalore opneemt onder
zijn raadslieden dan kan hij zich nu eens links
en dan weer regts laten trekken en zal bij ook wel
leeren bewegingen achterwaarts te maken.
Frederik Hunt was boekhouder bij de londensche
firma Morley en Cray en had een jaarlijksch sala
ris van 250 pond sterling. Hij vroeg 50 pond
verhooging en verzekerde te zullen heengaan als
ze werd geweigerd. De firma weigerde en Hunt
nam zijn ontslag Eene andere betrekking had
bij niet terstond en hij begon de toekomst voor
zich en zijn gezin duister in te zien. Toen voor
eenige dagen de dienstbode voorbij de slaapkamer
harer meesteres gingzag zij aan de deurknop
een verzegeld papier hangen waarop geschreven
wasrTreed de kamer niet binnen maar breng
dit aan mijnheer Guest.” Mijnheer Guest was een
buurman en goed bekende van Hunt. Hij las
wat de meid 'hem bragt en begaf zich daarop naar
de kamer van mej. Hunt. Daar vond hij twee
lijken. Dat der vrouw hing half uit het bed, ra
kende den vloer met de knieën en gedraaid in
een der gordijnen het hoofd was nagenoeg van
den romp gescheiden. Naast haar op het bed lag
het lijk van het jongste kind, een meisje.
In eene andere kamer, de slaapkamer van drie
jongens, vond men twee, waarvan het bleek dat
hun laudanum was ingegeven de derde had ge
weigerd in te nemen. Braakmiddelen, door een ge
neesheer toegediend, deden ook de twee behouden.
Hunt was verdwenen, De laudanum die hij
had ingenomen, werkte naar zijn zin niet S'.tiréfijk
genoeg de poging om zich door een spoortrein
te laten vermorselen misluktedoor dat hij zich
op verkeerde rads legde en de trein hem passeerde.
Hij werd gevonden en gearresteerd was diep ter
neergeslagen en verklaarde, niet bij zijn verstand
te zijn geweest, toen hij zijn misdrijf pleegde.
De meid en de gouvernante verzekerden, dat hij
des morgens ook het meisje dat bij baar in de
kamer sliep, had willen halen, maar de gouver-
De Pijpenmarkt te Amsterdam was in den nacht
van 30 Maart op 1 April liet tooneel eener ont
zettende verwoesting. Daar stonden tusschen de
Melkmeisjessteeg en een gang, twee hooge gebou
wen, welker vertrekken met elkander gemeenschap
hadden. Het onderstuk van perceel 187 op den
hoek van den gang werd door een meelhandelaar
gebruikt, terwijl de zolders bij het etablissement
der drukkersfirma Roelofzen en Hübner waren aan
getrokken. In no. 189 bevonden zich de drukke
rij en zetterij van genoemde firma benevens de
redactieburcelen van het Nieuws van den Dag en
het Amslerdamsch Effectenblad. Het overige ge
deelte van het gebouw was bewoond door den huis
bewaarder. Perceel 191, dat door de Melkmeisjes
steeg van het vorige gescheiden is, was een toehuis.
Omstreeks half twee ontdekte men brand in den
gang. De brandweer was spoedig gewaarschuwd
en bevond zich onmiddellijk met een zestal hand
en twee stoomspuiten voor het gebouw waarin
echter het vuur reeds aanmerkelijke vorderingen had
gemaakt. De pijpvoerders begaven zich in het huis,
doch waren na ruim een half uur genoodzaakt
hunne stellingen te ruimen. Een groote partij steen
kolen, boeken en papieren, benevens de met inkt
gevulde vaten hadden vuur
eene onverdragelijke hitte.
letterspecie stroomde als water naar beneden
verspreidde zieh met het bluschwater door het ge
bouw waardoor men genoodzaakt was de vlam
men van ter zijde en van achteren aan te tasten.
Inmiddels had het vuur zich van d» achterge
deelten der beide huizen meester gemaakt en liepen
de bewoners der steeg groot gevaar; veertien huis
gezinnen waren verpligt de vlugt te nemen. Tot
overmaat van ramp kreeg een der stoomspuiten
een defect. Hoewel onrniddellijk een derde was
aangerukt en nog twee handspuiten werden ont
boden, scheen het vuur een oogenblik de sterkste
te zullen worden. De nachtwachts sloegen alarm
ter waarschuwing der schutterij, zoodat eene groote
menigte op de been kwam.
Ten kwartier voor drie uur klonk eensklaps een
ontzettend geschreeuw van de overzijde des Voor-
burgwals veroorzaakt door het nederstorten van
het bovengedeelte des gevels van no. 187. De
brandwacht Gorter bij het hooren van wiens
len dit niet inzien, komt, omdat ze geen begrip
hebben van het katholiek geloof. Zij wien de
Allerhoogste bestemde, om volken te regeren, moes
ten zich de moeite geven om zich dat begrip te
verwerven ten einde te weten wanneer blinde
gehoorzaamheid zich niet meer laat vereenigen met
het geweten van den christen.
Alweer verscheen een encyclica in de wereld
nu gerigt aan de katholieken in Zwitserland en
waarin de oud-katholieken en de hun door den
staat verleende bescherming veroordeeld en de ex
communicatie uitgesproken wordt over de scheur
makers, hunne aanhangers en hunne begunstigers.
De door de zwitsersche regering genomen beslui
ten omtrent het huwelijk worden gezegd in strijd
te zijn met de kanonieke voorschriften voor het
christelijk huwelijk en de bisschoppen worden ver
maand, de geloovigen in te lichten omtrent de be
ginselen der kerk ten opzigte van het huwelijk.
aan tot geduld
ginselen der kerk ten opzigte
Ten slotte spoort de encyclica
standvastigheid en volharding.
Die bemoeijipg met de huishouding
der beschouwt de paus als zijn regt.
het zonderling, te gelooven, dat hij van de wereld
lijke regeringen, zij mogen sterk of zwak zijn, ver
lof noodig beeft om tot de bisschoppen of de ge
loovigen over zaken die het geloof en de zeden
betreffen te spreken om de sterken te prijzen
en de zwakken te sterken. Immers, revolutie er
kent hij niet als wettig of geoorloofdintegendeel,
hij vermaant steeds tot geduld en gehoorzaamheid,
soolang dit niet strijdt tegen Gods gebod. Dat al-
Majoor Z. D. is gewoon gedurende den winter
te Berlijn in ongemeubelde kamers te wonen. Hij
slaapt ineen vertrek achter zijne woonkamer, ter
wijl de deur op een kier blijft staan.
Onlangs werd hij des morgens wakker en hoorde
in zijn voorkamer schreden, hij zag ook, dat iemand
met zijne kleederen op den arm de deur uitwilde
gaan. In de meening dat het de meid was, die
zijn goed weg nam om het schoon te maken
riep hij
«Achter de kagchel hangt nog een broek die
schoongemaakt moet worden!" De persoon keerde
terug en nam de broek oog weg.
Toen de majoor later opstond en zijne meid om
zijne kleederen vroeg, bleek het, dat ze allemaal
gestolen waren. Hij moest nu in zijn chamber-
cloack overgaau tot het aanschaffen van nieuwe.
Volgens den berlijnschen correspondent van de
Times is blinde gehoorzaamheid niet meer te ver-
eenigen met het geweten der geestelijkheid van de
250,000 poolsche of zoogenoemde geünieerde ka
tholieken in Rusland. Zij staat op het punt om
het katholicisme te verlaten en tot de grieksche
kerk over te gaan en heeft in een memorandum
aan de russische regering haar voornemen verklaard,
op grond van de zedelijke onmogelijkheid om het
dogma der pauselijke onfeilbaarheid aan te nemen.
Zal nu de pausdie een grens aanneemt voor
blinde gehoorzaamheid aan de wetten van den
staat, ook zoodanige grens erkennen voor blinde
gehoorzaamheid aan de uitspraken van dogma s
der kerk. Neen zeker, want: die dogma’s zijn ge
boden Gods. En de staatswetten? Zij worden uit
gevaardigd door hen, wien de Allerhoogste bestemde,
om volken te regeren. Zij kunnen handelen in
strijd met die bestemming en alleen zij die door
den Allerhoogste bestemd werden om een kerke
lijk ambt te bekleeden en aan de kerk getrouw
blijven beantwoorden ook aan die bestemming.
Dat allen dit niet inzien, komt door het gemis van
een of ander begrip.
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Gis. van 1—7 regels. Vervol
gens 10 Gent per regel Overigens naar plaatsruimte.