VERTENTIEBLAD.
J
Veertiende Jaargang.
No 48.
I
1875.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
F
f
DONDERDAG 2 December.
--
-
1
3s
v:
-.
I
te*
IIWIIIMl
■-
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
i
ADVERTENTIEPRIJS: ÖOGts.vau 1—7 regels. Vervol
gens 10 Cent per regel Overigens naar plaatsruimte.
Zijn de berigten uit Spanje doorgaans van wei
nig beteekenis en slecht te vertrouwen, we mogen
zwijgen van bet volk dat wel
treurige geschiedenis heeft maar
■S
Men schrijft uit Kotta Radja (Atsjin) dd.4 Oct.:
De vijand wordt eiken dag brutaler en tracht
op alle mogelijke wijzen tusschen onze posten door
te dringen Eenige dagen geleden hebben de At-
sjinezen onze benting te Blang-Tjoet bekropen. Zij
waren reeds tot op pl. m 30 passen genaderd
alvorens de ontdekking plaats had. De toedragt
der zaak was als volgtBij stikdonkeren nacht
begonnen zij de benting in het front te beschie
ten; toen dit vuur lastig werd en steeds langzaam
naderde, werden zij door de geheele bezetting van
uit bet aangevallen front beantwoordwaardoor
de andere facen behalve de schildwachten geen
verdediging hadden. Terwijl het vuren in het
front bleef aanhouden, had de vijand een anderen
troep afgezonden om ons aan de tegenovergestelde
zijde te overrompelen. De omtrekkende troep vuur
de niet, en daar het zeer donker was gelukte het
tot op pl. m. 30 passen de benting te naderen.
Het hoofd in het wit gekleed werd toen door
een schildwacht ontdektwaarop onmiddellijk de
helft der bezetting naar de besprongen face over
ging: na twee uren gevuurd te hebben kon men
pas zeggen, dat de aanval was afgeslagen.
Om het doordringen van den vijand naar kam
pong Djawa te beletten en tevens om van zulk
eene onderneming spoedig kennis te krijgen, wor
den er 's nachts van Kotta Radja naar Oleh-leh
rijdende patrouilles uitgezonden bestaande uit de
bereden onderofficieren, korporaals en trompetters
der artillerie vergezeld van één kavallerist.
De patrouilles zijn gewapend met sabelsdie
veel te zwaar voor het gebruik zijn en met pis-
deren koe- of andere goede melk geeft. De kin
deren die reeds zitten kruipen of loopen kun
nen bewegen zi< h of kruipen op den grond in
afdeelingen door hekken omringd zoodat zij gc-
makkelijk Ie bewaken zijn. De eerste crèche werd
geslicht in 1844 door den heer Marbeau presi
dent en oprigter van de Société des Crèches een
waar menschenvriend door wiens onvermoeide
pogingen de meeste crèches tot stand kwamen.
Den 11 den der vorige maand is de heer Marbeau
te St. Cloud overleden in den ouderdom van 77
jaren. Zijn nuttig werk is echter nog niet vol
tooid. In ieder der 20 arrondissementen van Pa
rijs bestaat slechts ééne crèche. Het gemiddelde
getal wiegen is 45 per crèche, makende alzoo
slechts 900 wiegen voor al de arrondissementen.
Dit getal is niet voldoende voor Parijs. De be
hoeftige werkende klasse is groot in sommige ar
rondissementen en daar vooral dienen de crèches
vermenigvuldigd te worden.
Arme moeders te Parijs, die voor haar levens
onderhoud den geheelen dag buitenshuis moeten
weiken kunnen hare zuigelingen in crèches
(kribben) ter bewaring geven. De chrèches zijn
liefdadige instellingen die ten doel hebben om
zuigelingen van werksters des daags te bewaren
en te verzorgen. Zij worden onderhouden door
particulieren en staan onder het toezigt en de be
scherming van dames-patronessen.
Het voornaamste ameublement der crèches is
wiegen dit zal iedereen begrijpen. Haar getal
verschilt voor iedere crèche van 30 lot 70. De
hulpbehoevende werkende moeder kan haar kind
daar den geheelen dag kosteloos laten met vrij
heid om het te komen voeden, als zij daartoe ge
legenheid heeft, terwijl men er overigens denkin-
L 1. Zondagavond is te Parijs in het cirque aan
den acrobaat Mayel, l’homme-obus de kogel-man
bijgenaamd het volgende ongeval overkomen.
Mayel heeft een nieuw kimstuk uitgedachthij
laat zich als een kogel in den mond van een soort
van kanon stoppen. Het kanon brandt los en
werpt den man de lucht in, die in zijn vaart een
zwevend rek weet te grijpen. Zondag echter greep
hij mis en viel op de barrière die deti eersten
rang van het cirque afscheidt. Hij bleef ruim een
kwartier bewusteloos en had aan het hoofd een
wonde, die sterk bloedde. Dien avond heeft hij
geen nieuwe loeren vertoond. Dingsdag echter zou
hij zijn kunststukken hervatten.
toch niet geheel
sedert lang een
toch voor Europa niet zonder beteekenis is.
Van de Carlislen, wier aantal gaande weg min
der wordt, is nog niet veel goeds te melden. Toen
onlangs de engelsche brik Emily Burnyeatdoor
slecht weer beloopen in de bogt van Guetaria
ankerde, werd zij, hoewel de kapitein reeds vóór
liet binnenloopen de engelsche vlag bad geheschen,
door de Carlislen uit twee stukken beschoten.
Het eene schot volgde het andere; een ra werd
weg geschoten en twee granaten raakten het schip
zelf. De allonsistisclie kominandant van het nabij
gelegen fort San Anton zag het gevaarwaarin
zu h schip en bemanning bevonden hij zond de
hark Felisa met 14 man te hulp, die, ondanks
de hooge zee, gelukkig het schip bereikte, de be
manning aan boord nam en zonder ongeval naar
bel fort terugkeerde. Intusschen had de komman-
dant van San Anton een witte vlag doen hijschen
en een parlementair naar de Carlisten gezonden
om hun mede te deelen dat de Emily werkelijk
een engelsch schip en het vuren daarop in strijd
met het volkenregt was. De parlementair bragt de
boodschap terug, dat men met vuren niet zou op
houden vóór er nadere bevelen uit het hoofd
kwartier waren gekomen; men had reeds daar heen
getelegrafeerd. Eerst tegen dat het donker werd
hield het vuren op en niet vóór 10 uur kwam
uit het hoofdkwartier order, om het vuren te sta
ken en het schip hulp te verleenen. Des nachts
kon daaraan niets gedaan worden; den volgenden
dag maakte de storm het uitzeilen onmogelijk en
eerst daags daarna kon de bemanning zich weer
aan boord begeven. De brik is naar San Sebas
tian gestevend om daar beklag in te dienen bij
den engelschen consul.
Don Alfonso, de jeugdige koning, is het met
den paus niet eens, dat in zijn rijk alleen katho
lieken dienen te wonen. »\Vij Spanjaarden die
katholieken zijn”, heeft hij gezegd, »hebben regt
tot vrije godsdienstoefening in de protestantsche
landen, en hoe zouden wij dan de andere geloofs
belijdenissen hetzelfde regt bij ons ontzeggen
Bij de opening der centraal-universiteit zeide hij
nik moet erkennen, dat de tegenwoordige verhou
ding zeer moeijelijk is, maar het is mijn hoogste
wenscli, datgene te doen, wat in mijne magt slaat
om verlichting te verspreiden en alle nuttige po
gingen Ie ondersteunen waaronder geerie hooger
staat dan die welke uitgaat om het volk te loe
ren en te verbeteren. Daardoor alleen kan Spanje
herboren worden en zijn inwendigen vrede terug
bekomen. Het doet mij leed, dat ik, die noch di
rect noch indirect tot den burgeroorlog heb bijge
dragen, zien moet, dat deze nog niet geëindigd is.
Mijn schoonste droom zou vervuld worden, zoo de
geschiedenis eenmaal kon vermelden, dat het tegen
woordige Spanje zich wel niet tot dezelfde magt
en grootheid van vroeger tijd kon verheffen, maar
zich toch een waardige plaats onder de beschaafde
natiën van Europa had welen te verzekeren, door
dien zijne zonen zich boven alle kleingeestige harts-
togten en belangen wisten te verheffen en met die
geestkrachtdie in het nationaal karakter ligt
zich aan de kunst en wetenschap te wijden, waar
door de grondslag gelegd werd voor een nieuwen
en beleren roem. Wij moeten ons bevlijtigen, het
volk van de harde en verschrikkelijke slavernij
der onwetendheid te bevrijden”.
Zulke taal is in Spanje in lang uit geen konings-
mond gehoord en de pauselijke nuntius Simeoni
gevoelt groeten lustom dat land te verlaten.
De gewezen hertog Frans van Modena die in
I860 moest toezien, dat zijn rijk werd opgeno
men in het koningrijk Italiëis overleden. Die
hertog was oom van don Garlos en voorzag dezen
zoo nu en dan nog al eens van geld. Zijn dood
komt neef Garlos zeer ongelegen want juist nu
is geldgebrek voor hem een lastige zaak.
De zieke man blijft nog al voortsukkelen. Sul
tan te wezen is nog zoo erg niet maar een on
tevreden volk te regeren en geen geld te hebben,
zal toch wel verdrietig zijn. Van 200.000 in Ame
rika bestelde geweren die 40 per stuk moeten
kosten kwamen 50,000 te Konstantinopei aan.
Bankiers werden aangesproken om maar wat geld
voor te schieten. De heeren achtten het eene te
groote eer de schulden van den grooten heer te
betalen en zeiden maar, dat ze niet bij kas wa
ren. De soldaten hebben nog 42 maand soldij te
goed en de ambtenaren ontvingen reeds gedurende
3 maand ook niets.
Om wat troost te hebben wordt het uit Konstan-
stinopel tegengesproken wanneer gemeld wordt
dat de opstandelingen eenige overwinning behaal
den. Het schijnt toch, dat dit zoo nu en dan plaats
heeft. Van Slavische zijde, wordt o.a herigt
»Den 11 November verlieten de vereenigde ko-
lonnes van Chevfet-pacha en Selim pacha 5000
man sterkGatskoom het fort Goransko en
Niksic van levensmiddelen te voorzien. Bij Ma-
ratovic gekomen werden die troepen hevig aan
gevallen door 4000 insurgenten onder Soschitza
Peko-Pavlovich Bogdan Simumch Racevitch en
Hadjevitch. Tot den 12den werd er gestreden;
toen werden de Turken totaal verslagen en vlugt-
ten zij naar Gatzko. De insurgenten maakten
zich meester van het geheele convooi levensmid
delen en ammunitie, benevens van 300 achter-
Jaadgeweren en 50 tenten. Men beweert, dat de
Turken niet minder dan 1200 dooden en gewon
den hebben verloren en dat de insurgenten 500
afgesneden hoofden medenamen. Zij geven een
verlies van 140 dooden op. Eenige uren was het
lurksche korps dat zeer slecht aangevoerd werd
geheel omsingeld.”
Als de christelijke insurgenten zich zoo belust
toonen op mohamedaansche hoofden dan kan het
niet anders of de Mohamedanen zullen respect
krijgen voor den godsdienst der liefde.