1879. A c h 11 i e n d e J a a r g a n g. No. 38. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD B®LSWAB® WWB1BAB1B1 VOOR BDITENLANDSGH OVERZIGT. KENNISGEVING. DONDERDAG 18 SEPTEMBER. HL |i i ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. i De COMMISSARIS des KONINGS in de provincie Friesland Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten der provincie, van den 4 September 1879, no. 3, le afdeeling B, alsmede op de bepalingen van art. 11 der wet van 13 Ju ni) 1857 (Staatsblad no. 87); Brengt ter kennis van de belanghebben den dat de groote jagt in Friesland zal wor den geopend op Maandag, den 29 Septem ber aanstaandemet zonsopgangen dat alzoo na dat tijdstip geoorloofd zal zijn de uitoefening van de bij art. 15 der jagtwet onder letters b, c en g, omschreven jagt- bednjven, zijnde: a. met valken of havikken, mits zonder honden b. met .windhonden (lange jagt)mits zonder schietgeweer en met niet meer dan 5 honden c. met geweer en met of zonder staan de honden of brakken; g. het vangen van houtsnippen met laat-, war- of valflouwen. En zal deze op de gebruikelijke wijze worden afgekondigd en aangeplakt. Leewarden, den 8 September 1879. De Commissaris des Konings voornoemd, J. N. WITTEVEEN, L. C. dat hij zich zelf het leven zou hebben be nomen. Zoo hebben zich de Afghanen gewroken en de beurt is nu weer aan de Engelschen en de Russen liggen op den loerhoe dat zal afloopen. De theorie der wetenschappe lijke grenzen is met zulk volk ook niet in praktijk te brengen en -lord Northcote heeft het gezegd sedert Engeland den moed had om duidelijk te verstaan te ge ven wat het wil en kan nam het in Eu ropa’s raad plaats van meer beteekenis in. De lord vertrouwde dan ookdat de en- gelsche troepen al digt bij Kabul waren en er de orde wel spoedig zouden herstellen. Gewisde mensch is een redelijk wezen en geen roofdier is zoo zeer te vreezen als hij. BELGIË. De bisschoppen hebben weder eene ver gadering te Mechelen gehouden omon danks de verzoenende houding van den paus, de meest tegenstrevende besluiten te nemen in zake de lagere-school-kwestie. Geen der belgische katholieke bladen heeft nog die besluiten gepubliceerd. De correspondent der berlijnsche Germania was echter zoo gelukkig uit officiële bron de meestbelangnjke punten te kunnen me- dedeelen en de Tijd, die ze ook meedeelt, merkt vooraf nog op, dat de onvermoeide, belgische bisschoppen niets van wat zij voor God hun pligt achten ter redding der jeug dige zielen uit de klaauwen der loge op hun geweten laten zitten. Zij besloten het volgende „Omtrent de openbare kweekscholen ter opleiding van onderwijzers is bepaald: «.al len die deze scholen bezoeken mogen niet geabsolveerd wordentenzij zij vastelijk beloven die scholen ten spoedigste te zullen verlaten; b. de leeraars aan gezegde school vallen onder dezelfde bepalingen als hunne kweekelingcn. 2. Wat de gewone lagere school betreft, zijn a. de ouders op die plaatsen, waar reeds vrije katholieke scholen bestaanverpligt hunne kinderen daarheen te zenden. Zen den zij ze naar de goddelooze openbare schooldan moet hun in de biecht de ab solutie worden geweigerd, totdat zij de kin deren van laatstgenoemde scholen afnemen. b. Den onderwijzersthans bereids aan openbare scholen werkzaam, wordt niet be paald bevolen zich oogenblikkelijk van een andere positie te voorzienzij mogen ge absolveerd wordenwanneer zij zich ont houden van het geven van eenig godsdienst- onderrigt. Op de openbare scholen mag noch door geestelijken noch door onderwijzers noch door in de wet genoemde geschikte personen godsdienstonderrigt -worden gege ven. Zelfs het laten opzeggen van katechis- muslessen in de openbare school wordt ver boden.” De katholieken zullen natuurlijk aan hunne bisschoppen hunne wetgevers in zaken des gewetens gehoorzamen; het vrij met selaarsministerie zal dus komen te staan voor het beschamend feitdat al zijn po gingen om het katholicisme in den graf kuil te werpen'ijdel zijn geweest. Zijne scholen zullen ledig blijven staanterwijl de katholieke inrigtingen overvol zullen worden. Aldus de Tijd. „Wetgevers in zaken des gewetens,” die gehoorzaamd moeten wor 'en; zouden ze hunne onderdanen wel eens voorlezen, wat geschreven werd door Petrus, van wien ze zeggen, hun aanstelling ontvangen te heb ben? „De ouderlingen vermaan ik: Weidt de kudde Godsniet als heerschappij voe rende, maar als voorbeelden.” Petrus ver maant; hij dreigt niet met absolutie weige ren enz.; maar ’t is al lang geleden, dat hij het schreef en allen zullen ’t wel niet weten. Een onweer op den Gross- glockner. De onderwijzer Frans Strobl, te Linz, besteeg den 23 Augustus den Grossglockner en woonde daar een merkwaardig verschijn sel bij. De groep, bij wie hij zich aansloot, werd tegen iwee ure in den morgen door een zwaar on weder overvallen. Tegen drie ure stonden zij in het midden van de onweers wolken. Een egyptische duisternis belette hen verder te gaan. Plotseling rolde de donder onmiddellijk over hun hoofden; blik sem en donder braken gelijktijdig los. De gids van de andere groep verklaarde later, dat de bliksem rondom de onweerswolken insloeg. Den zes personen, die tot de groep van Strobl behoorden, scheen het toe alsof alles in brand stond. Zij waren reeds op het ergste voorbeieid. Hun gids troostte hen met de opmerking„Wij zullen allen getroffen wordenhet is echter alles liet- Japansche officieren In Europa. Wat het toch anders kan worden! Nog niet zooveel jaren geleden hield de Japan- nees zich, zoowel als de Chinees, buiten het volkerenverkeer zijn land was voor den vreemdeling gesloten en hij zelf begaf er zich niet buiten. En nu de Japannees kleedt zich reeds naar de mode van Parijs en schroomt het verkeer met vreemdelin gen niet meer. Van de volken, die hij vroe ger beneden zich schattewil hij nu wel loeren. Ook de kunst om snel en zeker dood en ellende te verspreiden wekt zijn belangstelling. De beste school daarvoor wordt in onzen tijd Pruissen geacht te zijn, en nu wordt uit Berlijn getuigddat van alle vreemde militairen, die zich in Pruissen ophouden om de vorderingen der krijgs kunst te bestuderen, de Japanners de ijve- rigstén zijn. Onlangs is uit het verre Oos ten de generaal-majoor Takeschiwa aan gekomen om berigten in te winnen omtrent en aanwezig te zijn bij de schietproeven te Meppen, terwijl hij met twee zijner landge- nootendie zich reeds vroeger te Berlijn bevondende aanstaande troepen-manoeu- vres bij Koningsbergen en Stettin zal bij wonen. Generaal-majoor Takeschiwa spreekt slechts weinig Duitschmaar is volkomen tehuis in het Fransch en Engelsch, en zal met toestemming van den minister van Oor log een paar maanden bestedenom zich met de duitsche militaire organisatie be kend te maken Alle japansche officieren, die in de laatste jaren Berlijn bezochten, hebben daar een gunstigen naam van ijver en bekwaamheid in de militaire kringen achtergelaten. Onder hen mag de overste luitenant Masiewitz genoemd worden, wien meer bepaald de bestudering van het pruis- sische geweer was opgedragen en die zulks zoo grondig deed, dat hij zelfs eene kleine verbetering in het Mauser-geweer aangaf, welke bij de kundige geweermakers bijval vond. De luitenant Tasseka is bij de ge concentreerde sectie van den generalen staf geattacheerden hem werd in het vorige jaar het opmaken van een kaart van de omstreken van Neustadt opgedragenhij deed dit zoo goed, dat die kaart in de ver zameling is opgenomen, welke de chef van den generalen staf voortdurend bij de hand heeft. Een derde japansche officierprins Sakulis voor eenige maanden terugge keerd nadat hij met veel bekwaamheid in het regement van de keizerlijke garde gediend had. ’t Is wel pleizierig zulke leerlingen te hebben, vooral als ze ver genoeg weg wo nen dat er geen latere concurrentie door de leermeesters te vreezen is. GROOT-BRITTANNIË. De vredemet Afghanistan gesloten mag in de geschiedboeken ook al den naam van eeuwigen vrede niet dragen. Een tij delijk bukken voor de overmagt was het, toen de Afghanen den strijd staakten, maar de verbittering bleef en deed peinzen op wraak. Den 3 dezer werd de britsche am bassade in Kabul, Afghanistans hoofdstad, aangevallen door regementen oproerige af ghaansche soldatendie hunne achterstal lige soldij eischten en waarbij het gepeupel der stad zich aansloot. De emirJakub Khan, trachtte het oproer te bedwingen en zond zijn zoon en verscheidene andere personen uitmaar de menigte was onhan delbaar en belegerde den emir in zijn pa leis. De aanval op de ambassade duurde den ganschen dag voort en des avonds brak er brand uit in het gebouw. Den 7 dezer ontving Lady Cavagnari te Edinburgh een telegram van Indies onderkoning, melden de dat haar mangezant te Kabulver moord is. De secretaris Jenkinsdokter Kelly luitenant Hamilton en het geheele geleide van 67 man was eveneensna een wanhopigen tegenstand omgekomen. Wat den 3 September gebeurde, kwam niet geheel onverwacht. Reeds den 16 der vorige maand heeft de emir den majoor Cavagnari aangeraden zijn gewoonte om in de buurt van Kabul togtjes te doen op te geven daar men het op zijn leven gemunt had. Cavagnari antwoordde, dat, zoo hij gedood werdIndie nog genoeg mannen telde om hem op te volgen. Drie dagen te voren was er reeds een geschil ontstaan tusschen eenige soldaten van den emir en enkele leden van Cavagnari’s escortedie het zwaar hadden te verantwoordendaar het gepeupel de zijde der eersten koos. Zulke feiten waren niet zeldzaam en de verhouding tusschen den emir en den ge zant was reeds sinds geruimen tijd hoogst koel geworden. Toen den 18 Augustus re gementen uit Herat aankwamen, werd de toestand meer gespannen. De soldaten eisch ten luide hun achterstallige soldij en gaven aan hun wrok tegen de Engelschen op dui delijke wijze lucht, terwijl deafghaansche officieren den emir zijn vriendschap voor de .vreemdelingen verweten. Zij eischten de verdrijving der Engelschen. De emir wees op het onschendbare verbond met En geland. Hij betaalde drie maanden soldij, doch kon niet gedaan krijgendat de sol daten daarop hunne wapenen necrlegden. Toen volgde 3 September de muiterij der heratsche soldaten eindigende met den moord der Engelschen. ’t Is begrijpelijk, dat de Engelschendie dit jaar reeds zoovele offers aan den oor logsgod moesten brengen, door deze berig ten in geen vrolijke stemming worden ge- bragt. Het onschendbare verbond met En geland, het traktaat van Garidemak, is on danks des emirs tegenstand in stukken ge scheurd het heeft niets uitgewerktmet hoeveel ophef de regering van lord Beacons field er in het Parlement ook mede gebluft heeft. De Daily News gaat verder, en zegt: „Feitelijk is er met Afghanistan geen vre de geweest, sedert in November jl. het eer ste schot in Ali-Mushid werd gelost. Of de emir in het britsche kamp al een stuk pa pier heeft geteekend wat geven zijn on derdanen daar om. De Afghanen haten met den bloedigen haat van hun ras en hun godsdienst de vreemde indringers in hun landen zoo hun vorst met die indringers heultdan haten zij ook hem, en schuiven hem ter zijde. „Werd dit tweede kabulsche moordtooneel niet voorspeld? Voorspeld, vier jaar gele den, door lord Northbroke? Voorspeld ook door den ongelukkigen shir Alitoen hij herhaaldelijk en met den meesten nadruk verzekerdedat hij magteloos was om de vreemdelingendie lord Lytton hem ver koos op te dringente beschermen tegen de ontembare woestheid van zijne onderda nen Uiteen later ontvangen berigt blijkt, dat de britsche troepen die aangewezen zijn tegen Kabul op te rukkenmet groote voortvarendheid hun doel trachten te berei ken. Het gemis aan voldoend transport-ma- teriaal heeft niet kunnen belettendat de generaals Massey en Roberts zich op marsch hebben begeven. De troepen hebben leeftogt voor eenige dagenzijn van alle overtolli ge dragt bevrijd en zullen dus geheel ten koste van het vijandelijke land komen. Intusschen worden de berigten uit Kabul steeds van ernstiger beteekenis. Een inlandsch ooggetuige heeft medege deeld dat twaalf afghaansche regementen aan het bestormen van de britsche ambas- sade deel hebben genomen. Eerst werd de poort van het voorplein opengerameid; doch deze bres werd door de belegerden zóó goed verdedigddat de aanvallers er niet in konden. Toen stak men het huis in brand. Cavagnari en de zijnen, door het vuur ver dreven trachtten zich door den hoop heen te .slaanzij werden echter overmand en allen neêrgehouwen. Het verlies der aan vallers moet 210 man bedragend. i. drie* maal het cijfer der Engelschen. Lord Lytton de onderkoningverneemt, dat de emir, buiten zich zelf van spijt en schaamtestellig persoonlijk zich zal ko men verontschuldigen bij het britsch-indisch Gouvernement. Een later berigt houdt in datluidens een te Bombay loopend geruchtde emir Ja- kub-khan door de opstandelingen gedood is, terwijl weder een ander gerucht wil, ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. s- n.SWARDSH COURANT I I I

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1879 | | pagina 1