NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BOJ.SWARB WWSSMJMBBÏ.
»l
4
d
1882.
Een en Twintigste Jaargang.
No. 51.
VOOR
DONDERDAG 21 DECEMBER.
*1
ft
d
I
£3
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
HET ZEGELRECHT OP QUITANTIËN
EN OP HANDELSPAPIER.
*J
i
l]
f 200, 10 ct., voor een wissel boven f 200
tot hoogstens f 300,15 ct., voor een wissel
boven f 300 tot hoogstens f 400, 20 ct., voor
een wissel boven f 400 tot hoogstens f500,
25 ct.. voor een wissel boven f 500 tot hoog
stens f 1000, 50 ct., om dan op te klimmen
bij reeksen van f 500 tot f 10,000 en daar
boven bij reeksen van f 1000.
Het recht bedraagt van elke reeks van
f 500,25 ct. en van elke reeks van f 1000, 50 ct.
Eindelijk en dit is de belangrijkste
wijziging wordt in het vervolg van alle
buitenlands betaalbaar papier en van het
binnenslands betaalbaar kort papier slechts
een vast zegelrecht van vijf centen geheven,
onverschillig hoe groot de wissel is.
Onder kort papier verstaat de wet alle
handelspapierdat betaalbaar is gesteld
„hetzij op zicht of vertoonhetzij uiterlijk
drie dagen na zicht of vertoon of wel uiter
lijk acht dagen na zijne dagteekening.”
En vraagt men nu of hij, die in het ver
volg een ongezegelden wissel afgeeft, meer
dan tegenwoordig gevaar loopt dat zijn
stuk in handen van den fiscus komtdan
moet het antwoord toestemmend luiden.
Ieder houder van een ongezegelden wis
sel is onder de tegenwoordige wet huive
rig om het stuk te laten protesteerenwijl
hij dan beginnen moet met de beloopen
boete voor te schieten. Meestal wordt dan
ook de wissel teruggezonden om door een
gezegelden vervangen te worden.
De trekker van het ongezegelde stuk ge
bruikt thans ook veelal de voorzorg dat hij
den houder ontslaat van zijne wettelijke
verplichting om den wissel bij wanbetaling
te doen protesteeren. door op het stuk de
woorden „zonder kosten” of iets dergelijks
te plaatsen.
Dit laatste beding verklaart de wet thans
nietig als het een ongezegelden wissel be
treft den houder, die het beding nakomt
kan zijn verzuim om te doen protesteeren
toch door den trekker of de vorige endos-
santen worden tegengeworpenzijn belang
brengt dus mede om tijdig protest te doen
opmaken, ook al mocht het stuk ongeze
geld zijn. Geschiedt dit protestdan komt
de wissel in handen van den ontvanger en
wordt de wetsovertreding geconstateerd.
Ieder houder van een ongezegeld han
delspapier is verder in het vervolg bevoegd
om zoolang zijne handteekening niet op
het stuk voorkomt het zegelrecht zon
der boete te voldoen waarna het stuk ten
aanzien van hem en van latere houders
als behoorlijk gezegeld wordt aangemerkt.
Maakt hij van die bevoegdheid geen ge
bruik dan beloopt hij boete en wordt hij
tevens aansprakelijk voor de boeten door
vroegere houders beloopen.
B. v. A. trekt uit Groningen een onge
zegelden wissel op B. te Alkmaar groot
f 800hij geeft dien af aan C., C. endos
seert het stuk aan D. te Amsterdam en
van dezen komt het in handen van E. al
hier E. moet protest doen afmakenom
dat B. niet betaalt, hij heeft nu eenvoudig
f 0,50 of als het een kort papier betreft
f 0,05) zegelrecht te voldoen en is verder
van de zaak af. Maar A. betaalt dan f50
boete en C. en D. ieder f 50.
De belangen van den trekker en van de
verschillende houdersom den wissel aan
het oog van den fiscus te onttrekkenzijn
voortaan dus niet meer éénmaar met el
kander strijdigieder houder wordt nu in
zijn eigen belang genoopt het zegelrecht
zoo spoedig mogelijk te voldoen en zich zel-
ven voor schade te vrijwaren, terwijl de
trekker er niet meer op rekenen kan
ook al drukt hij dit in den wissel uit dat
het stuk toch niet zal geprotesteerd worden.
Ten slotte. Het zegelrecht van handels
papier kan voldaan worden door daartoe
te bezigen het papier, door het Rijk uit
gegeven door het doen stempelen van ei
gen papier en door opplakking van een
plakzegel. J. B. VROOM.
Naar aanleiding van twee belangrijke
zakenopenbare werken en de schatkist
heeft de heer Ribotrapporteur over de
begrooting in Frankrijkeen zeer helder
overzigt gegeven van financiëelen toestand
des Landsdie tot nadenken en voorzig-
tigheid stemt, zonder echter eenig verschijn
sel van gevaar te vertoonen.
Zooals reeds vroeger is uiteengezetgaat
de begrooting gebukt onder het half
milliard, dat ieder jaar voor openbare wer
ken wordt besteed. Het plan van de Freij-
cinet heeft tengevolge gehad, dat van alle
zijden des lands de afgevaardigden zich, elk
ten behoeve van zijn kiesdistrict van een
stuk spoorweg hebben verzekerd. Men heeft
dien aanleg op alle punten des lands gelijk
tijdig begonnen, zoodat het werk zeer lang
zaam gaat en nog verre is van merkbare
vruchten af te werpen. Die vruchten zul
len trouwens grootendeels ten goede ko
men aan de bestaande spoorwegmaatschap
pijen voor welke de nieuwe lijnen voe-
dingskanalen zijn. Men moet thans den
ijver beperken waarmede men dien aanleg
begonnen is, daar anders het tekort op de
begrooting nog aanzienlijker worden zou
dan het reeds is. Inkrimping der openbare
werken is echter niet gemakkelijkin de
eerste plaats met het oog op de kiezersbe-
langen, en ten andere omdat het corps in
genieurs der „bruggen en wegendie de
spoorwegen aanleggen er weinig oor naar
hebben. En dat corps is een hiërarchie
die sterker aaneengesloten is dan eenige
andere tak van dienst. In de wandeling
worden de ingenieurs der bruggen en we
gen wel eens een industrieel verbond van
leeken genoemd die benaming is niet ge
heel onverdiend en ook ditmaal hebben
zij voet voor voet hun zaak verdedigd te
genover het departement van financiën, dat
vermindering van openbare werken wen-
schte.
Het tekort, dat men dit jaar heeft.ten
bedrage van bijna honderd millioen, zal ten
last van de vlottende schuld worden ge-
bragt. En voorts zal menom de buiten
gewone begrooting te verminderen de af
zonderlijke rekening sluiten die voor het
departement van oorlog was geopend se
dert 1871om het nieuwe materieel te be
kostigen waarvoor in de laatste tien ja-
ren twee en-een half milliard zijn uitgege
ven. De oorlogsuitgaven zijn gemakkelij
ker te matigen of uit te breiden dan open
bare werken daar bij de eerste geen kie
zers of afgevaardigden in het spel zijn, en
deze zijn meer dan ooit in de weer, om de
ministers te bestormen met de eischen hun
ner kiezers. Tegenwoordig als de minister
ergens op aanbeveling een ambtenaar heeft
benoemd, dan schrijft hij aan het kamerlid
van het betrokken district een brief, dat
die benoeming op zijn voordragt is gedaan.
En het kamerlid toont dien brief aan zijn
kiezers als een bewijs, hoe ijverig hij zorgt
Tegen Nieuwjaar zitten duizenden aan ’t
rekenen ten einde te zien hoe het met de
kas staat.
Winst of verlies en hoeveel
Dat is de vraag, die tot 1882 wordt ge-
rigt, als het afscheid neemt.
De Gemeenteraad van Weenen is ook
aan dat cijferwerk, maar heeft er weinig
pleizier van.
De gemeentekas heeft een dificitdat 1883
nog veel grooter zal maken, als er geen
nieuwe manier om geld te verkrijgen in
practijk wordt opbragt.
De uitgaven voor 1883 zijn geraamd op
16 millioen de gewone inkomsten op 6
millioen florijnen.
Alzoo moeten er 10 millioen gezocht wor
den om de balans te doen sluiten.
Weenen lijdt aan een kwaal die ook aan
zustersteden niet onbekend bleef.
Hare behoeften zijn grooter of worden
grooter gemaaktdan hare middelen om
daaraan te voldoen.
En dan de groote openbare werken
Ieder vraagde die maar als men o m
de millioenen komt is het ach en wee!
Wellicht doe ik den lezers van dit blad
geen ondienst door hunne aandacht te ves
tigen op eenige bepalingenvoorkomende
in de nieuwe zegelwet, welke den 1 Janu
ary 1883 in werking treedt. Al is het
waardat ieder burger in rechten geacht
wordt de wet te kennen, even waar is het
dat die kennis feitelijk niet bestaat en dat
wij in zalige onkunde voortleven omtrent
het aanwezig zijn van menige wetsbepa
ling, welke ons niet onmiddelijk betreft of
belang inboezemt. Belastingwetten hebben
intusschen de ongelukkige eigenschapdat
zij tegen de niet, opvolging harer voorschrif
ten straffen bedreigen, en de boeten, welke
de nieuwe zegelwet bij overtreding oplegt,
zijn nog al hoog! Vandaar; dat het mij
niet overbodig voorkomt mijne medebur
gers die nog geen kennis dragen van de
hun opgelegde verplichtingen daarop te
wijzen. Verkiezen zij de wet niet op te
volgen dit is hunne zaak maar zij han
delen dan althans niet in onwetendheid.
Tegenwoordig moet elke quitantie voor
meer dan f 10 op een zegel van f 0,21
geschreven worden. De wet van 1843
wil het zoomaar ik geloof niet te veel te
zeggen als ik beweer dat het tegenwoordig
te kort in de schatkist en dit is niet ge
ring ruimschoots zou gedekt zijn als al
de boeten betaald werden, welke verbeurd
zijn door het afgeven van ongezegelde qui-
tantiën. De wet is een doode letter ge
bleven en wordt dagelijks overtreden. On
getwijfeld is nu die belasting van f 0,21
ook voel te hoog.
Voortaan wordt het anders.
Met 1 January zijn onderworpen aan een
zegelrecht van vijf centen (zonder opcen
ten) „alle zonder tusschenkomst van een
openbaar ambtenaar opgemaakte of niet
uitdrukkelijk vrijgestelde quitantiën en an
dere eenzijdige akten en geschriften, bevat
tende de erkenning door of namens den
schuldeischer van het geheel of gedeeltelijk
te niet gaan eener geldschuld on verschil -
lig in welken vorm die stukken overigens
zijn opgemaaktal ware het in dien van
berichten of brieven.”
Hijdie dus na 1882 een quitantie on-
derteekent voor een bedrag van meer dan
f 10, (f) moet een zegel bezigen van f0,05;
doet hij het niet, dan beloopt hij f 25 boe
te. Deze belasting van f 0,05 komt ten
laste van hem die de quitantie ontvangt
indien althans het tegendeel niet bedongen is.
De voldoening van de belasting wordt
het publiek gemakkehjk gemaakt.
Aan de Lezers der Bolswardsche
Courant.
Met 1 Januarij 1883, zullen
in deze Courant, zooveel mo-
g el ijk de uitslagen der verschil
lende in de gemeenten Bols-
ward, Wonseradeel en omliggen
de plaatsen te houden publieke
verkoopingen van Huizen, Land,
enz. worden opgenomen.
Wij vertrouwen, dat hierdoor
aan veler verlangen zal worden
voldaan, en bevelen de Bolsward
sche Courant bij voortduring be
leefdelijk aan.
De Uitgever
Firma B. CUPERUS Az.
Bolsward, 20 December 1882.
Meu kan de quitantie schrijven op geze
geld papier, dat bij den ontvanger verkrijg
baar is.
Men kan zijn eigen (onbeschreven) pa
pier doen zegelen.
Eindelijk en dit is wel het eenvou
digst men kan een plakzegel geen post
zegel op de quitantie hechten en dit zegel
dan voor het vervolg onbruikbaar maken
door de onderteekening van de quitantie
gedeeltelijk over het zegel heen te schrij
ven.
Zal ook deze wet weder een doode let
ter blijven De toekomst moet het lee-
ren maar als men de geruchten gelooven
magdan bestaat er kan^, dat het pu
bliek in dezen vooral de handelsstand
zal medewerken om de uitvoering te ver
zekeren.
En niet zonder eigen belang
Ten eerste kunnen al die stuivertjes aan
de schatkist eene aardige bate afwerpen,
welke misschien de invoering van andere
en meer drukkende belastingen tegenhoudt.
Want het geld moet er toch wezen, hoe
dan ookMaar ten tweede stelt de onder-
teekenaar van een ongezegelde quitantie
zich bloot voor elke wetsovertreding f 25
boete te betalen de f 0,05 belasting moet ge
dragen worden door den schuldenaar, maar
de f 25 boete komt voor den schuldeischer.
Is iemand nu ontevreden over zijn leveran
cier, schuldeischer, enz. en wil hij op zijn
beurt den man eens in moeielijkheid wik
kelen, dan gaat hij eenvoudig met de on
gezegelde quitantie naar den ontvanger en
deze moet dan den schuldeischer aanspre
ken. De handelwijze van dien schuldenaar
zou op zedelijk terrein wel niet mooi we
zen, maar waar het de beurs betreft, is het
geweten wel eens wat ruim en ’t voorzich
tigst is, niet de kans te loopen dat men
op die wijze beet genomen wordt.
Mijns inziens zou het aanbeveling verdie
nen, dat men de gewoonte aannam, om bij
het betalen zijne rekeningen, onder elke
rekening boven f 10 een vijf cents plakze
gel te hechten, waarover de winkelier of
leverancier bij het quitteeren dan zijne hand
teekening schrijven kan. We zouden daar
door tevens voorkomen, dat de belasting
eene belasting werd, die veelal door onze
dienstboden gedragen zou worden.
De tweede voorname wijziging der be
staande wet betreft het handelspapier.
Tegenwoordig moet dit papier op een
zegel geschreven worden, waarvan het be
drag afhankelijk is van en evenredig
aan de som, in den wissel enz. voorkomen
de. Het regt bedraagt 69/10 cent van elke
f 100, met dien verstande dat het berekend
wordt bij wissels beneden f 10,000, over
reeksen van f 500 en bij wissels boven dat
cijfer over reeksen van f 1000. Zoo moet
b. v. voor een binnen het Rijk betaalbaren
wissel van f 1000 een zegel gebruikt wor
den van f 0,69 betreft het een buiten het
Rijk betaalbaren wissel, dan is het zegel
recht de helft of f 0,34%.
Reeds lang werd getracht hierin veran
dering te brengen. De belasting is voor
al voor het papier op korten tijd loopende
te hoog en een gevolg hiervan is, dat
het meerendeel van het handelspapier een
voudig ongezegeld getrokken wordt.
Of het evenredig zegelrecht, zooals het
met 1 Januarij e.k. geheven wordt, nog
niet te hoog is, dit ligt niet op mijn weg
om hier te onderzoeken. Zeker is het, dat
thans aan vele bezwaren is te gemoet ge
komen en dat tevens de naleving der wet
beter verzekerd is.
In de eerste plaats zijn de opcenten afge
schaft 5 cent zijn voortaan 5 cent en niet
meer 69/]0 cent
Ten tweeden wordt bij wissel (en alle
ander handelspapier) beneden f 500 het
recht berekend over rechten van f 100.
Het tarief zal dus voortaan zijn
voor een wissel tot hoogstens f 100, 5 ct.
voor een wissel boven f 100, tot hoogstens
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Gts. van 17 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
BOLSWARDSCHE COURANT
4
*i
De boete bedraagt honderdmaal het ontdo
ken recht, doch minstens f 25.
De betrokkene moet op verbeurte van gelijke boete de-
betaling van den ongezegelden wissel weigeren.
{Alkm. Crt).
(f) De quitantie tot £10 is van zegelrecht vrijgesteld,
ten ware zij mocht strekken in mindering van- of tot
algoheelo voldoening eener grootere som.
De voorschriften omtrent het gebruik van het
plakzegel moeten nog door de Regeering gegeven worden.
Misschien deel ik die later mede, indien ten minste de
uitgever van dit blad ze niet woordelijk opneemt, het
geen wel zoo goed zou zijn.