NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD ROLSWAR» WWSSSAÖS» M No. 27. Twee en Twintigste Jaargang. 1883. I' VOOR ibi vaiivlixii. DONDERDAG 5 JULIJ. Over de Rijks-Post- spaarbank. 4 ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. BOLSWARD. Bij de aanbesteding van het verfwerk aan de bruggen in deze gemeente moeten nog vermeld worden F. Bakkerus T. v. Dam. 1ste Perceel f 200. 2de Perceel f 65. 3de Perceel f 186. Te Leeuwarden zal een concert worden gegeven, waarvan de opbrengst strekken zal om in de kosten van eene reis van werk lieden naar de Tentoonstelling, tegemoet te komen. en niet zelden tienmaal meer overleg en zorg hebben gebruikt om het wat verder' te brengen in de wereld. Zou daar niet de hoofd-oorzaak liggen van veel gebrek en veel maatschappelijke ellende? Er wordt geklaagd over wanverhouding van kapitaal en arbeid. Er wordt geroepen om algemeen stemrecht, waarvan men de meest gewenschte sociale hervormingen verwacht. Achter dat algemeene stemrecht schijnen sommigen uit het volk reeds het beloofde land te zien van verre. De tijd zal ’t leeren. Binnen niet al te ver verwijderde toekomst zal men hier wel verkrijgen wat elders reeds bestaat. Niet onmogelijk dat het enkele wijzigingen brengen zal in het belastingstelsel en het algemeen belang ten goede zal komen, doch dat het een geneesmiddel zijn zal tegen alle maatschappelijke kwalen, dat het de armoede weren, het loon verhoogen, welvaren en rijkdom mogelijk maken zal zonder matig heid, overleg en spaarzaamheid een dwaas die het gelooft. Waarom niet begonnen met wat het naast voor de hand ligt, onder ieders bereik is en aanstonds eenige genezing brengen moet, met beperking in kleine, dagelijksche uit gaven en met te behartigen de gulden spreuk dat vele kleintjes een groote maken. ’t Is echter veel gemakkelijker over maatschappelijke wanverhouding te klagen en achter een goed glas jenever een stevig stuk te redeueeren over hervormingen in het huishouden van den Staat, dan in eigen huishouden de gewenschte hervorming aan te brengen en eigene leefwijze te verbeteren. Daartoe behooren een geestkracht en mate van zelfverloochening waartoe altoos maar weinigen in staat blijken. Toch leert ons het voorbeeld van enkele arbeidersge zinnen die zelfs in deze zoogenaamd slechte tijden vooruit weten te komen, gezinnen die dank zij orde, overleg en spaarzaamheid, een zekere mate van welvaart genieten, tevreden en gelukkig zijn, dat zulks voor geen enkele klasse der maatschappij onmo gelijk is. Indien het hard schijnt, zoodat het ons aan den moed ontbreekt om tot hen die al zooveel ontberen in de wereld en zooveel moeite hebben om in het sober le vensonderhoud te voorzien, te zeggen „Let op de kleintjes, beperk uwe uitgaven, in de langste dagen des jaars iets afgezonderd voor den winter die komen zal,” dan spreekt toch het voorbeeld van die enkele gezinnen aldus met nadruk, en tot beschaming van velen. Sparen dat is hier het eerste en groote geneesmiddel. Sparen met het doel om maar op te zamelen en zijne schatten te zien meer der worden is een kleingeestig werk, eene ziekte, waaraan vele rijken mank gaan, die het karakter ontadelt, het hart bederft Sparen met het doel onafhankelijk te blij ven of te worden, de toekomst te verzorgen van zich zelven en de huisgenooten voor wie men verantwoordelijk is, toont karakter en geestkracht, verheft en veradelt den mensch. Waarom zou het genot van iets te bezit ten, het voorrecht van onafhankelijk en vrij te zijn in onzen tijd ook niet weggelegd zijn voor allen die met handenarbeid hun brood verdienen Velen kennen dat genot niet. Mooi praten mijnheer 1 Gij moest het eens weten hoe wij er al doorkrummelen. ’s Winters borgen of krom liggen. Als ’t werk los komt, de schade inhalen en de schulden afdoen. En thans in de langste dagen, nu wij tot 13 en 14 uren arbeid ver richten, komt het ons nu niet toe dat wij ’t er eens van nemen.” Ik zou zeggen u komt meer toe. Bij zoo veel inspanning en arbeid komt het u toe dat gij ook het genot leert kennen aan het bezit verbonden. Daarvoor biedt u de spaarbank uitmun tende gelegenheid. Het komt u toe een onafhankelijk en vrij man te blijven of te worden indien gij het niet zijt, een man die achting voor zich zelven hebben kan en de achting van anderen verdient, een mensch die te veel eergevoel bezit om zelfs in kwa de dagen de hulp van anderen te moeten inroepen en die zonder al te groote vrees voor de toekomst aan vrouw en kin deren denken kan. Tot zulk een man wil juist de spaarbank u maken. Maakt maar eens begin! Brengt maar eens een enkele gulden naar het postkan toor en neemt een boekje. Gij zult eens zien hoe spoedig het u een genot wordt iets te bezitten dat gij in den volsten zin des woords het uwe noemen kunt en dat gij in veiligheid weet. Alle begin is moeielijk Hier wegen niet de laatste maar de eerste loodj es het zwaarst. Enkele stuivers worden spoedig een gulden en iedere gulden is er een. Indien de jonk man van zijn eerste verdienste af aan een enkele stuiver voor de spaarbank afzonderde, hij zou bij zijn huwelijk in staat zijn eigen meubelen, huisraad en gereedschappen zich aan te schaffen. Indien het jonggehuwde paar zich verbond om wekelijks iets op het boekje te brengen, voor hoeveel ellende zou den zij zich en elkander bewaren. Welk een bron van opgewektheid, tevredenheid en huisselijk geluk zouden zij ontsluiten voor zich en hunne kinderen. Voor snoepzucht en drankmisbruik zouden zij beter bewaard blijven en de armoede zou zich wel wachten die deur binnen te gaan. Snoepzucht en drankmisbruik, ja dat zijn de machtige tegenstanders van de spaar bank. Als één derde deel van wat binnen deze plaats aan jenever gebruikt wordt, in plaats van in de zak van den kroeghouder, op het spaarbankboekje werd bijgeschreven, hoe veel armoede zou voorkomen, hoeveel ellende genezen zijn. Een keer minder naar de kroeg, een keer meer naar het postkantoor. Velen zouden er wel bij varen. Is de jenever de grootste vijand van de spaarbank ook omgekeerd de spaarbank van de jenever. De werking is wederkeerig. Dat kleine boekje in huis, waarin weke lijks wat bijgeschreven wordt, kan wonde ren doen het geeft een kleine rente in geld van 2.6 maar een onberekenbare rente van zedelijken aard. Het brengt orde in huis, matigheid, welvaart. Het is machtig om vele booze geesten uit te drijven, die zoo dikwijls den vrede en het geluk in huis verwoesten. Het geeft achting, zelfvertrou wen, onafhankelijkheid. Niemand die het beproeft zal worden teleurgesteld die nu hier dan elders zich bevinden één spaarbank voor geheel ons land en aan ieder postkantoor of hulpkantoor waar gij uw boekje vertoont, laat gij bijschrijven wat ge te bewaren wilt geven of terug betalen wat ge ontvangen wilt. Mij dunkt, deze groote instelling waaraan door het Rijk zooveel moeite en arbeid wordt besteed is een der nuttigste instellingen van ons land en onze Regeeriug heeft daarbij een groot volksbelang op uitnemende wijze be hartigd. Zoo ongeveer praatte ik voort en zocht ik den man, dien ik als ijverig en oppas send kende, over te halen tot het nemen van een boekje en het laten inschrijven van de f 13,75 die hij op ’t oogenblik scheen te kunnen missen. Hij beloofde mij dan ook dien raad te volgen en scheen dankbaar dat ik hem zoo goed op de hoogte had ge bracht van eene instelling die voor hem zoo goed als nog niet bestond. Of hij ook de daad bij het woord gevóegd heeft, weet ik niet. Indien ik er naar ging vragen op het postkantoor, men zou het mij niet zeggen want de postbeambten houden dat geheim en zij hebben gelijk. Wat heeft een ander dan de belanghebben de daarmede van noode? Dat heeft deze spaarbank ook voor boven de spaarbanken van het Nut en van particulieren, waarvan de jaarlijksche rekening in handen van vrij talrijke commissiën moeten worden gesteld. Bij de post wordt niemand in de gemeente behalve de postbeambte gewaar, wie de in leggers zijn en voor welk bedrag. Ik meende wèl te doen ons gesprek in de Courant te plaatsen. Met het bestaan en de werking van de Rijks-postspaarbank, met de gemakken die zij aanbiedt voor ieder die iets wil wegleggen voor den kwa den dag en met de volkomen waarborg van veiligheid die zij geeft boven alle mogelijke andere spaarbanken schijnen inderdaad ve len uit die klasse voor welke zij is inge steld, nog onbekend te zijn. Daaruit laat het zich ten deele althans verklaren dat er in Winschoten en omstre ken tot heden nog weinig gebruik van is gemaakt. In a°. 1882 werden te Winscho ten voor het hoofdkantoor en alle hulpkan toren slechts uitgereikt circa 101 boekjes. Voor Winschoten inzonderheid was het ge tal hoogst onbeduidend, zegge 31. Dat getal wordt nog kleiner als men in aanmerking neemt dat daaronder nog al eenige boekjes zijn van kinderen uit gegoeden stand. En juist hier kon en moest de spaarbank zegen brengen in zoo menig huisgezin en krachtig medewerken tot wering van armoede en ellende. Laat ik er hier nog eens op mogen wijzen al is dat reeds duizend malen en beter gedaan dat het sparen zegen en geluk brengt dat niet wat men verdient, maar wat men bespaart, iemand welvarend en rijk maakt. Laat het al waar zijn dat de verdienste niet overal en altijd geëven- redigd is aan den arbeid, bij inachtneming van eenige matigheid en spaarzaamheid, wordt door iederen ijverigen werkman en daglooner genoeg verdiend om in het levens onderhoud te voorzien en zich in hun'stand te handhaven. Meermalen leerde reeds de ervaring dat vefhooging van arbeidsloon voor menig ge zin geen vermeerdering van welvaren ten gevolge had omdat zij al te goed het spreekwoord behartigen „zet de tering naar de nering” en bij den dag leven zonder eenige zorg voor den dag van morgen. Zon derling, men zou verwachten dat die het hardst moeten werken voor hun brood, den meesten prijs zullen stellen op het zuur verdiende geld. In den regel is dat het geval niet. De meeste zorg en het meeste overleg, de meeste onthouding en zelfverloochening moet gij niet zoeken bij de lagere standen der maatschappij. Daar wordt behoudens gelukkige uitzonderingen gebruikt als er wat is en al wat er is. In de dagen van overvloed druipt er het geld als vet tus- schen de vingers door en bij stilstand van arbeid of in tijden van ziekte wordt een beroep gedaan op de hulpvaardigheid van hen die minder bij den dag hebben geleefd ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. o De „Officieële Tentoonstellings-Courant” bevat in haar officieel gedeelte het volgen de bericht van de directie „In antwoord op de aanvragen, om me- dedeeling der jury-benoemingen, geven wij kennis aan onze abonne’s, dat van die be noemingen bij de autoriteiten der tentoon stelling niets bekend is. „Alle wetenschap daaromtrent is dus, öf apocrief, of op ongeoorloofde wijze ver kregen.” De Amsterdammer teekent hierbij aan „Heel duidelijk is dit bericht niet. De benoeming der jury-leden werd tot dusver in de Staatscourant openbaar gemaakt; zou de Staatscourant op ongeoorloofde wijze tot die wetenschap gekomen zijn Daarvan kan, dunkt ons, geen sprake zijn. Er zal wel eenig misverstand hier heerschen, maar deze openbare tegenspraak moet, zoo zij niet wordt ingetrokken, het gevolg wezen, dat al de leden van de jury de benoeming weigeren en niemand later het mandaat aanvaardt. Op verzoek plaatsen wij het volgende, voorkomende in de Nieuwe Winschoter Courant. Een mooi sommetje in het spaarbank boekje zeide ik tot mijnen arbeider die juist voor fl. 13.75 twee lammeren had ver kocht door vrouw en kinderen met veel opoffering en zorg groot gebracht. In de spaarbank Neen, mijnheer, ik zal wijzer zijn, ’t Gaat achter slot in eigen huis. Geen mensch heeft er mee van noode. Geen spaarbanken ik weet er alles van. Lammert, mijn neef, mijnheer mag hem wel kennen had er bijkans drie honderd guldens in toen voor een jaar of vier de heele spaarbank in de lucht vloog. Eerst dacht hij alles kwijt te zijn, maar de helft hebben ze hem later nog weer gedaan, ‘t Is wat, als ge al zoo oud zijt en er zoovele jaren voor hebt gespaard. Ik had nog heel wat moeite den man te beduiden, dat die ramp voor vier jaren geen spaarbank maar den kassier Mulder ge troffen had, en dat, als men zijn spaarduiten aan kassier of notaris toevertrouwtde veiligheid natuurlijk afhankelijk is van de soliditeit van hun kantoor. Breng uw geld naar het postkantoor, zoo vervolgde ik, daar krijgt ge een boekje, dat gij zelf in bewaring neemt en waarin telkens op- en bijgeschreven wordt wat gij inbrengt, terwijl eenmaal ‘s jaars de rente wordt uitbetaald of bijgeschreven. Van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laatstaan iederen dag de postbeambten gereed u te helpen en de noodige voorlichting te geven. Dacht mijnheer dandat die Heeren van de post altijd en overal even goed zijn voor het geld. Dat doet er niet toe. Die Heeren staan in dienst van den Staat en de Staat zelf waarborgt ten volle de teruggave van iederen inleg en de daarop verschuldigde rente. Het rijk zelf dus belast zich met de bewaring van uwe spaarpenningen. Zij worden terstond naar Amsterdam overge maakt en van uit Amsterdam krijgt gij bericht dat daar uw geld aanwezig is. Veiliger dus kan het niet. Hier is iedere mogelijkheid van verlies buitengesloten. Zelfs al mocht gij uw boekje verliezen door achteloosheid, brand of diefstal vooreen enkele tien stuivers hebt gij een nieuw terug, aan het oude precies gelijk. Maar met zoo‘n kleine som kan men toch niet aan het kantoor gaan Dat is juist het voordeel en gemak van de Rijkspostspaarbank. Zij neemt ieder som aan van af 25 centen en elke inlage hoe klein ook brengt iets op van het oogen blik af dat de postbeambte het in uw boekje heeft bij geschreven ja gij kunt er zelfs iederen dag 5 cents inbrengenmaar dan moet gij u de moeite getroosten eenige kaartjes te vragen, die u kosteloos worden uitgereiktwaarop plaats is voor het op plakken van postzegels. Gij plakt eiken dag daarop een of meer frankeerzegels van vijf centen en zoodra er twintig maal vijf centen is opgeplakt, geeft gij die kaart aan het kantoor en men schrijft daar op uw boekje een gulden bij. Eiken dag dus een frankeerzegel gekocht en opgeplakt en gij hebt aan het einde des jaars f 18.25, behalve de rente die van iedere tien gulden nog 26 en een halve cent bedraagt in het jaar. En kan men zijn inleg weer terug krijgen zoodra men wiï? Want zie, mijn heer, menschen van ons slag kunnen ieder oogenblik weer wat noodig hebben. Als ik een week ziek ben, staat alle verdienste stil en borgen doen wij niet graag. Sommen beneden f 10 geeft de post beambte aan elk postkantoor waar ge uw boekje vertoont onmiddelijk terug. Voor de teruggave van grootere sommen schrijft hij even naar Amsterdam, en den volgenden of derden dag hebt ge uw geld. Wat een gemak ook bij verhuizing of voor veen arbeiders, polderwerkers, dienstboden enz., •*W*j BOLSIVAlibSCIlE COlliWT 4 De kroeghouders en de rijke lui kunnen dit overslaan.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1883 | | pagina 1