I
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
leiSWA» EN WONSERADEED
1884.
39.
i
EEN MERKWAARDIG FEEST.
Drie en Twintigste Jaargang.
No.
VOOR
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DONDERDAG 25 SEPTEMBER.
X
bekend,
de zegen
A
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Busland. De Keizer en Keizerin van Rus
land ontvingen Zaturdag in den voormiddag
eene deputatie van boeren uit het dictrict Radamin,
die zout en brood kwamen aanbieden. Daarop
begaven zij zich naar het jachtslot Limbochenck,
om aldaar eenige dagen door te brengen. Zij
worden vergezeld door grootvorst Wladimir, den
prins Saksen-Altenburg, de generaals Woronzo-
daschkow, Werder, Wielopolski en een talrijk
gevolg.
Frankrijk. De Rep. fr. bevat het volgend
niet zeer duidelijk communiqué over de geruchten
van vredesonderhandelingen met China„wij
hebben eenigen grond, om te veronderstellen, dat
deze geruchten niet geheel onwaarschijnlijk zijn,
maar tot nu toe zijn de aanbiedingen te indirect
en te vaag, om vertrouwen in te boezemen.”
De Telegraphe verzekert daarentegen, dat niet
China, maar het Fransche gouvernement aanbie
dingen doet, die evenwel weinig kans hebben te
worden aangenomen.
Duitschland. De verkiezingen voor den
Duitschen Rijksdag zijn vastgesteld op 28 October.
Vrijdag hadden in Italië 559 gevallen van
cholera plaats, waarvan 385 te Napelsen 312
sterfgevallen, waarvan 226 te Napels.
Te Rome kwamen geen gevallen voor.
De Arlberg-spoorweg, die Zaturdag in tegen
woordigheid van den Keizer van Oostenrijk op
plechtige wijze geopend werd, is tal van kunst
werken op het gebied der bouwkunde rijk, die
echter allen moeten onderdoen voor het reuzen
werk, gelijk de tunnel door den Arlberg verdient
genoemd te worden.
Dit gewrocht, waarin thans nog slechts één
spoor ligt, maar waarin weldra dubbel-spoor zal
worden aangelegd, is zeer bezienswaardig en de
reizigers hebben tijd genoeg om zich op de hoogte
er van te stellen, daar de treinen 17 tot 26 mi
nuten (naar gelang zij gewone- of sneltreinen zijn)
noodig hebben om de lengte er van af te leggen.
Het groote, oostelijke tunnelportaal in de na
bijheid van het station St. Anton is, evenals de
tunnel zelf, acht meter breed en zeven meter
hooghet is van lichtgrijs graniet opgetrokken en
bevat een steen, waarop de Rijksadelaar is af-
gebeeld en die de inscriptie Kranz Joseph 1”
bevatjammer genoeg zal het metselwerk het
treurig lot niet kunnen ontgaan van er weldra
besmookt en zwart uit te zien. Op dit oogenblik
vormt het nog eene duidelijke en scherpe tegen
stelling met het „groote gat”, zoolang dit na
melijk vrij van rook is.
Eene kunstmatige ventilatie is in de tunnel niet
aangebracht en de luchtstroomingen zijn met dat
werk belastwanneer de wind tamelijk sterk is
wordt de tunnel, zelfs wanneer er zich twee lo
comotieven in bevinden, binnen een uur tijds van
rook bevrijd.
Op sommige gedeelten komen vochtige plekken
voor en één punt staat zelfs als de regen-streek
len dat hem uit de berichten omtrent het inslaan
van den bliksem, gedurende dezen zomer bij het
Kon. Ned. Met. Instituut ontvangen, is gebleken,
dat het gevaar, door de telephoondraden veroor
zaakt, niet gering is. Hij haalt tot bewijs daar
van eenige voorbeelden aan. Al zijn nu ook,
door toepassing van bekende middelen, de ge
varen, verbonden aan telephoongeleidingen over
de huizen, weg te nemen, de heer Snellen vraagt
waarom men niet liever besluit tot grondgelei-
dingen, waartoe het toch eenmaal komen moet.
In Amerika zal men binnen weinig jaren de
luchtgeleidingen door grondgeleidingen vervangen
hebben. En reeds in 1880 bood de heer Olland
te Utrecht aan een net van telephoondraden door
Utrecht en door een paar andere steden onder
den grond aan te leggen. Maar met stilzwijgen
werd zijne concessieaanvraag beantwoord.
Te Zevenaar is voltooid eene barak voor cho-
leralijders, welke onverhoopt ons land mochten
binnenkomen. Het is een luchtig gebouw, van
hout opgetrokken, ’t welk geheel uit elkander
kan worden genomen, en van binnen (om het des
noods na gebruik spoedig te kunnen ontsmetten)
met wit linnen bekleed, ’t welk er met weinig
moeite kan worden afgenomen. Het bestaat uit
drie vertrekken, een voor mannelijke en een voor
vrouwelijke lijders, elk met twee ledekanten. In
het midden dezer twee kamers bevindt zich de
kamer der oppassers met een ledekant. De stand
plaats is zeer doelmatig tegen den wal in een
flinken prachtigen tuin, die een aangenaam ge
zicht zou opleveren voor de lijders, welke daarin
zouden worden verpleegd. Ook zal hierbij een
passende brancard van nieuwe doelmatige con
structie worden aangeschaft. Van het station af
is het te bereiken in 4 a 5 minuten, waarbij
men slechts enkele huizen behoeft te passeeren.
Wegens ontvreemding van plaatskaartjes uit
de loketkast te Westervoort is een wegarbeider
bij den Rhijnspoorweg in hechtenis genomen
bij een huiszoeking vond men een zeker getal
ongebruikte plaatskaartjes in zijn tabaksdoos.
Dezer dagen kwam op een der stations in
Noord-Brabant, toen de trein reeds afgeluid was,
een werkman aanloopen om met den trein te
vertrekken. In de meening, dat hij voorzien was
van een geldig plaatsbewijs, springt hij op een der
rijtuigen en kruipt in een remkastje. De con
ducteur liet hem op het volgende station uitstap
pen, vroeg zijn kaartje en ziet de man heeft
niets bij zich dan een paspoort van den militai
ren dienst, waarop hij meende te kunnen reizen,
ingevolge de bepaling onderaan: „Alle burger
lijke en militaire autoriteiten worden verzocht,
genoemden gepasporteerde vrij en ongehinderd te
laten passeeren” enz. Nadat hem aan zijn ver
stand was gebracht, dat hij om verder te reizen
nog een ander biljet noodig had, bleek nog, dat
het paspoort niet van hem was, maar aan den
eersten man zijner tegenwoordige vrouw had be
hoord
Te Gouda zal een vlieger-wedstrijd gehouden
worden voor jongens beneden de 16 jaar, op Zater
dag 27 September a. s., des namiddags te 2 uren,
op het land aan de Kleikade bij „de Kap”, met
vliegers op Hollandsche wijze opgelaten. (Bij
ongunstig weder op een nader te bepalen dag).
Uitgeloofd zijn de volgenden prijzeneen van 5
gulden voor den hoogst staanden vlieger (gewoon
model), een van 5 gulden voor den hoogst staan
den vlieger (buitengewoon model), een van 5 gul
den voor den grootsten vlieger (onverschillig van
welk model). Bij ruime deelneming worden ook
nog premiën voor iedere afdeeling toegekend. De
beslissing omtrent de prijzen heeft plaats te vier
uren op welk tijdstip alle vliegers moeten staan.
Deelnemers aan dezen eersten wedstrijd van
dien aard moeten vóóraf hunne namen schrifte
lijk opgeven in de „de Kap” met vermelding
van het model hunner vliegers. Op het land
wordt niemand toegelaten dan de deelnemers,
ieder met één helper.
In den vroegen morgen van Vrijdag 11. wer
den de bewoners van Poortvliet door klokgelui
uit hun slaap gewekt. De meesten waren weldra
op de been om te vernemen, waar de brand was.
Sommigen verschenen bereids met het onderschei-
dingsteeken van hun bediening aan de brandspuit,
maar niemand wist te zeggen, waar hun hulp
noodig was. In de kom der gemeente noch in
den omtrek was een spoor van brand te ontdek
ken. Men snelde naar den toren om iets naders
te hooren van den klokluider. Doch daar werd
de zaak nog slimmer. Men vond de torendeur
gesloten en, hoe er gebonsd en geroepen werd,
men bekwam geen antwoord. Eindelijk herinnert
men zich, dat er in den voorkopen kermisnacht
een paar kermisbarden, alias liedjeszangers, onder
den toren waren „gestoken” wegens openbare
dronkenschap. Een van de opgeslotenen is nog
in den ondertoren, die dienst doet als cachot. De
andere was op den zolder, die niet afgesloten is.
Daar vond men hem dapper bezig aan het luiden.
Toen de veldwachter hem wees op het brutale
en strafbare van zijn handelwijze, antwoordde hij
doodleuk„Ach mijnheer, ik had ook zoo’n
brandende dorst. En dan doet een mensch al
wat om de aandacht te trekken.” Onze dilettant-
klokluider, die, al had hij maar één arm, het
touw allerhandigst trok, werd nu aan een vaste
Wij hebben eene wet op het Hooger Onder
wijs en volgens die wet moet ieder Hoogleeraar
op zijn 70sten verjaardag zijne betrekking als
zoodanig neerleggen. Nu had op den 13deu Sep
tember dezes jaars Dr. Nicolaas Beets het voor
recht om, gezond en krachtig naar lichaam en
geest te Utrecht dien jaardag te vieren, maar
was hij tevens verplicht van het Hoogleeraars-
ambt, dat hij met eere bekleedde bij de Godge
leerde faculteit der Utrechtsche hoogeschool af
stand te doen.
Dien dag nu hadden zijne vereerders en vrien
den, zijne geestverwanten bestemd, om hem een
blijk te geven hunner hulde en sympathie. En
dat is geschied op eene wijze, Beets waardig,
die de vereerders vereert en ’t hart goed doet.
Het is geen volksfeest geweest in den uitge-
breidsten zin des woords, maar wel in den besten
zin. De groote schare heeft niet gejubeld, een
uitgelezen schare heeft geschreven in dicht en
ondicht, heeft gesproken met warme ingenomen
heid, zonder laffe vleijerij. De koningen van
Nederland en Belgie hebben den edelen burger,
in dit geval welverdiende ridderkruizen aange
boden en duizenden in Noord en Zuid hebben
uit bescheidenheid gezwegen, maar in hun bin
nenste zich mede verblijd. Kinderen hebben hem
toegezongen, mannen en vrouwen hem de hand
gedrukt, Roomsch-Katholieken en Protestanten
stonden rondom hem geschaard, modernen, libe
ralen, orthodoxen brachten als om strijd hem
hulde. En de man dien het gold sprak waar
dig en ernstigSoli Deo gloria, Gode alleen de
eer en aanvaardde geschenk en lof, met een diep
getroffen en blijmoedig harte, met een traan in
’t oog en een glimlach om den mond.
Waarom noem ik dat feest merkwaardig?
Omdat daar naar mijn overtuiging, hulde ge
bracht werd, aan Beets ja, maar in hem aan
het heerlijkste en het beste, dat zich in hem
openbaarde, aan het reine en warme gevoel, aan
den luimigen geest, aan den heiligen ernst, aan
het vrome hart, ’t Was niet de geleerde, die
werd geprezen, de hekeldichter die werd gevierd,
zelfs niet de letterkundige die werd verheerlijkt,
’t was de mensch, dien men in hem vereerde,
de mensch met zijn veelzijdigen aanleg, de
mensch, als jolig kind, als ernstig man, als vroo-
lijke grijsaard, de mensch in zijn beste oogen-
blikken, in de eenzaamheid, in het huisgezin, in
de maatschappij, de mensch als vaderlander en
Christen. De mensch, zooals Beets zich zelf
schetst, in ’t geen hij schrijft
Mijn luim is in mijn Camera,
Mijn hart in mijn gedichten,
Mijns levens richtsnoer, troost en kracht
In boek en blad, waardoor ik tracht
Te leeren en te stichten.
Maar ’t een verzaakt het ander niet,
Of heeft zich zijns te schamen
’t Is ééne bron waar ’t al uit vliet
Mijn scherts, mijn ernst, mijn leer, mijn lied
Gaan broederlijk te zamen.
Waarlijk het doet goed, bij al het geteem
dier onnatuurlijke vroomheid, welke den gullen
lach zelfs schuwt en den ernst van den humor
miskent; bij al de bitterheid die zich juist op het
gebied van wat men godsdienst noemt, in klim
mende mate openbaart, alsof niet meer de liefde,
maar de haat ’t hoogste warebij al de ellende
der zedeloosheid, -die den adel en den zegen van
het huisgezin loochentbij al het materialisme
dat zich alleen voedt met brood en alleen dorst
naar goud, zonder naar het onzienlijke, naar God
en het ideaal te vragenbij al het treurige dat
ons soms zou doen twijfelen aan den adel der
menschehjke natuur, aan den vooruitgang van
ware vroomheid, menschen bijeen te zien, die
door Beets te eeren, toonen dat zij toch wel ge-
looven in het rein menschelijke, in een hoogere
eenheid die staat boven al wat scheidt, in eene
vroomheid boven geloofsverdeeldheid.
Hoort daar zingen in één toon, in één geest
Beets, Schaepman en de Veer hun lied „Aan
de Hollandsche jongens.” Daar wedijveren „de
Katholieke Illustratie” en „Eigen Haard”, wie
de beste beeldtenissen van den edelen dichter
zullen geven en de waardigste artikelen hem zul
len wijden. Daar schrijft J. R. van der Lans in
de eersteAl wat de gevoelvolle, godsdienstige
man en vader gedurende al die jaren aan vreug
de en leed heeft ondervonden, heeft hij als keurig
dichter bezongen in deroerendste verzen”. En
"Schaepman schrijft in het album, Beets aange
boden, profetisch in zijn zang op „het Lied”
Op bergen en in dalen
Doet het het woord verstaan
Eens breekt het zegepralen
Van licht en schoonheid aan,
Eens zal uit alle talen
Eén lied ten hemel gaan.
En wederom zingt een modern predikant G.
J. van Lakerveld
O Dichter, door Gods gunst verblijd,
Die ’t Vaderland ten sieraad zijt,
De roem van duizendtallen
bekend, waar het gedruisch van het nederstor-
tende water de geluiden der locomotief verdooft,
en op een kilometer afstands van het portaal
van aankomst is het den reiziger zelfs sterk aan
te raden om het hcofd niet uit het portier te
steken, wanneer hij een koud stortbad wil ontgaan.
Den geheelen weg, dien men door de tunnel
aflegt, beslaat eene lengte van 10.352 meters.
In België vreest men ongeregeldheden op
den dag, dat in de Moniteur de bekrachtiging
door den Koning van de nieuwe clericale school
wet zal worden medegedeeld.
De Brusselsche correspondent van het Hbl.
heeft een onderhoud gehad met Burgemeester
Buis en deelt daaromtrent het volgende mede
In den loop van het gesprek verklaarde hij
te gelooven, dat het verzet tegen de nieuwe
schoolwet weldra binnen de wettige grenzen zal
terugkeerenalthans alle hoofden der liberale
partij trachten de beweging daarbinnen te hou
den. Overigens zal men zich ijverig met de ge
meentelijke verkiezingen gaan bezighouden, en
daardoor zal een afleiding ontstaan. De Burge
meester geloofde dus niet, dat ernstige ongere
geldheden te duchten zijn. Op den dag van de
afkondiging der schoolwet, zal hij eene veror
dening uitvaardigen, waarbij alle samenscholin
gen verboden worden. De geheele burgerwacht
zal dien dag worden opgeroepen, maar wanneer
de troepen tusscheu beiden komen, zal de bur
gemeester onmiddelijk de burgerwacht laten in
rukken. Het onderwijzersbond, waarvan de bur
gemeester de oprichter is, zal het initiatief nemen
tot bescherming der liberale scholen. „Het is
volkomen juist”, aldus zeide hij ten slotte, „dat
de Regeering militaire voorzorgsmaatregelen ge
nomen heeftdoch ernstige wanordelijkheden
zijn alleen te duchten, indien de Regeering een
wetsontwerp aanbiedt, waarbij de gemeentelijke
voorrechten worden beperkten dat staat te
vreezen.”
Reuter seint een nagenoeg gelijkluidend bericht.
De liberale manifestatie, die Zondag te Ant
werpen zou plaats hebben, is wijselijk afgezegd.
Omtrent den toestand in Soedan en de po
sitie van Gordon zijn nog de berichten uit
Kairo niet zeer duidelijk. Het schijnt wel vast
te staan, dat generaal Gordon met succes zich
verdedigd heeft niet alleen, maar zelfs aanval
len gedaan op de ongeregelde benden van den
Mahdi.
Het beleg van Khartoem moet door deze zijn
opgebroken, en, wat meer beteekent, het land
komt allengs tot rust.
Gij hebt ook mij gesticht, geleerd
Ik heb uw humor gewaardeerd
Met innig welgevallen.
Doch wat mij meest van al bekoort,
’t Is uw gevoelvol dichterwoord,
Want daarin klopt uw harte.
Uw zangen doen mijn hart verstaan
Wat in het uw’ is omgegaan:
Uw dankbren lach, uw stillen traan
Bij ’s levens vreugd en smarte.
In één zelfden geest sprekenDr. Beynen,
Dr. Jan ten Brink, Dr. I. H. Gunning e. a.
Zulke getuigenissen geven moed voor de toekomst,
vooral omdat ze gegeven zijn tegenover een man,
die immer gezegd heeft„partijman wezen wil
ik niet” en zij stempelen den 13den September
tot een merkwaardigen dag.
Ten slotte nog dit. Beets is niet populair, op
de wijze als Conscience dat is in Belgie, als
Goeverneur en van Zeggelen dat zijn in ons va
derland. Er is geen volksfeest geweest in
Utrecht. De „Camera obscura” hoewel 15 malen
herdrukt is niet het boek dat ge vindt in de
gezinnen der minder ontwikkelden. Kome de
tijd, waarin dat meer en meer geschiedt. Beets
dale niet af, maar ons volk klimme op. Het
leere den geestigen ernst verstaan die spreekt
uit de beelden welke Beets in die „Camera obs
cura,” die „donkere kamer,” aan ’t oog zijner
verbeelding ziet voorbijgaan. De eerbied voor,
de zegen van het huwelijk in vreugd en smart,
die zoo treffend spreken uit Beets’ liederen, mogen
meer en meer in Nederland worden gewaardeerd.
Heel ons volk worde doortrokken van den geest
der innige vroomheid die zijn edele ziel tot oot
moed stemt en de voorgangers van richtingen en
partijen, die recht van bestaan hebben, mogen
bij Beets ter school gaan om te leeren, hoe zij
anderen moeten waardeeren en hun pen nooit
in gal mogen doopen. Beets zelfs spreke nog
lang tot zijn volk met zijn helder hoofd en zijn
warm harthij zal spreken nog eeuwen nadat
hij gestorven is, want de vromen sterven nooit.
M. E. van der MEULEN.
Wonseradeel, 20 September. De Gemeen
teraad heeft in zijne heden gehouden vergade
ring benoemd tot lid van de plaatselijke school
commissie den heer R. D. Hoornstra te Mak-
kum, en voorts besloten
1. Heeren Gedeputeerde Staten te adviseren
tot de afgifte van bevelschriften tot betaling aan
de policiebedienden J. Mulder en R. de Vries.
2. Aan P. Gerbranda, C. C. G. van Hemert
en D. Berger, hoofd van en onderwijzers aan
de school te Makkum, voor bewezen buitenge
wone diensten ieder eene gratificatie van f 35 toe
te kennen.
3. f 40 beschikbaar te stellen voor het ver
wen van den toren te Ferwoude.
4. Door eene commissie van drie leden, de
heeren Scheepsma, Brandsma en Reinsma, te
doen onderzoeken, of de ingezetenen van Wons
nog langer gebruik van het openbaar lager on
derwijs wenschen te maken.
5. Burgemeester en Wethouders te magtigen
tot de oproeping van sollicitanten naar de vacante
betrekking van hoofd der school te Gaast.
6. De beslissing op een verzoek van het hoofd
der school te Parrega, om hem een onderwijzer
ter zijde te stellen, tot het voorjaar van 1885 uit
te stellen.
Makkum, 21 Sept. Eergisteren is, verge
zeld van een sterken knal, de veiligheidsklep
van de locomobiel in een der fabrieken van
Gebrs. Tichelaar alhier gesprongen. Aan boos
opzet denkende hebben de heeren T. al het
werkvolk van de fabriek weggezonden en de
werkzaamheden gestaakt.
Een oudheidkundige, die dezer dagen het
gemeentearchief te Borkulo bezocht, heeft daar
een belangrijke vondst gedaan, een geschreven
boek, bijna zoo groot als een folio bijbel, gebon
den in houten schutbladen, met leder overtrokken,
waarvan de hoeken met dikke hoornen belegsels
voorzien zijn. Het schrift is zóó oud, dat er
maar zeer weinigen zullen zijn, die het kunnen
ontcijferen. De inhoud moet zijn een verzameling
vonnissen en uitspraken volgens den „Spieghel
der Saxen”, een codex der middeleeuwen.
De beide onlangs te Amsterdam in arrest
genomen vreemdelingen, verdacht van het maken
van valsche munt, zijn wegens gebrek aan be
wijs, buiten vervolging gesteld en uit de celge-
vangenis ontslagen.
In het U. D. schrijft de heer Maurits Snel-
Bolswardsche Courant