NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
«I.SWABO SHÏ WeSSEBAOBEÏ.
I
BERICHT
aan onze Abonné’s
Officie^ Raatarslag
No. 3.
1885.
Vieren Twintigste Jaargang.
BUITENLAND.
I
BINNENLAND.
ft
i
WONSERADEEL.
DONDERDAG 15 JANUAGIJ.
VOOR
EEN NIEUWE
ïmmrawij.
fis
1
"'WW
ADVERTENTIEPRIJS: 50Cis. vaal7regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
heer P. de JONG, zullen we dit
het
van
als
dit
I
Ingevolge eene overeenkomst met
den
jaar
ABONNEMENTSPRIJS 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
De predikant Barbas te Wierden heeft de
schelletjes doen verwijderen, welke aan de col-
lectezakjes zijn bevestigd.
Tal van bladen hebben dit bericht overgeno
men. Ook wij ruimen er thans eene plaats voor in,
maar tevens om den predikant groot gelijk te
De diplomatieke agenten van Frankrijk
hebben Shanghai verlaten.
De jongste dépêches uit Tonking melden, dat
generaal Négrier den marsch naar Langson heeft
aangevangen met 10.000 man. De Colon kwam
den 6en Januari met versterkingen voor Kelong
aan.
Generaal Campenon heeft wederom een onder
houd met een redacteur gehad, nu van de Na
tional. Wat hij verklaard heeft komt hier op
neder Campenon was in beginsel niet tegen de
expeditie naar Tonking en China, maar kon al
leen de uitbreiding niet goedkeuren, welke er
aan gegeven werd hij zeide verder, dat het zen
den van talrijke versterkingen naar Tonking na
het gebeurde bij Bac-Lé niet van hem heeft af
gehangen, en dat de toen begane fout aan het
geheele Kabinet te wijten is; voorts dat het ge-
heele Kabinet verantwoordelijk gesteld moet
worden voor den toestand, dien wij thans door
worstelen, want het heeft altoos onze belangen
in het verre Oosten opgeofferd aan politieke
quaestien en vooral aan overwegingen, die met
de verkiezingen in verband stonden. De generaal
verzekerde eindelijk, dat hij geen oogenblik het
oneens is geweest met zijne ambtgenootendat
hij, zoolang hij lid van het Kabinet was, hen
eerlijk ondersteund heeft en dat, zoodra verschil
van meening zich had geopenbaard, hij zich ver
wijderde. Geen andere reden dan verschil van
opvatting van de gevolgen der expeditie had hem
doen besluiten de portefeuille neder te leggen.
Een telegram uit Nieuw-York deelt mede
dat de lersche nationalist Thomas Phelan, op
zichter van het werkhuis in Kansas-City (Mis
souri) op het bureau van O’Donovan Rossa te
Nieuw-York, door zekeren Richard Short aange
vallen en ernstig gewond is, omdat hij geheimen
der lersche Onverzoenlijken zou hebben verraden.
O’Donovan Rosa was niet bij den moordaanslag
tegenwoordig en verklaart, niets te hebben ge
weten van eenig voornemen daartoe.
Het schijnt dat de aardbevingen in Spanje
zich tot in België hebben doen gevoelen. Men
heeft namelijk opgemerkt dat een der uurwerken
in het observatorium te Brussel was gaan stilstaan,
en dat een ander zeer onregelmatig ging. De
horlogemaker, belast met het onderhoud der uur
werken, hiernaar een onderzoek instellende, ont
dekte, dat de kolommen, waarop die uurwerken
rusten, niet meer loodrecht waren. Andere waar-
Zooals reeds in dit blad is meegedeeld is ter
dezer stede opgerichteene algemeene onderlinge
verzekering-maatschappij bij besmettelijke ziek
ten, genaamd „de Philantroop”. Ik acht mij
niet bevoegd over de geldelijke grondslagen,
waarop deze maatschappij rust een oordeel uit
te spreken, maar laat dit met gerustheid over
aan de achtbare mannen, die in den raad van
toezicht zitting hebben willen nemen en aan de
deskundigen uit het publiek. Ik bepaal mij tot
de bespreking en bekendmaking der zaak zelve,
opdat het doel der oprichting meer algemeen
bekend worde, velen gedrongen worden kennis
te nemen van deze zake, hun onpartijdig oordeel
er over uit te spreken en als dit meer en meer
blijkt gunstig te zijn er hun steun aan te ver-
leenen.
Terecht werd bij de algemeene beraadslagingen
over het ontwerp van wet tot voorziening tegen
besmettelijke ziekten door den Minister van Bin-
nenlandsche Zaken gezegd „dat de meerderheid
in deze Kamer met de regering van meening is,
dat er een einde moet gemaakt worden aan de
achteloosheid van vele gemeentebesturen aan de
zorgeloosheid, onverschilligheid en, zelfzucht van
de ingezetenen, tengevolge waarvan bij het heer-
schen van epidemiën de besmetting op vele plaat
sen op vreeselijke wijze is vermeerderd. Bedrieg
ik mij dus niet, dan staat het vast, dat de meer
derheid van deze kamer het met de Regering
eens is omtrent het bestaande kwaad dan erkent
men en erkent zij, dat noch door het voorschrift
der gemeentewet, ’t welk de zorg voor de open
bare gezondheid aan de gemeentebesturen op
draagt, noch door de wet op de geneeskundige
staatsregeling is kunnen verkregen worden dat
gene, wat naar aller meening in het algemeen
belang gebiedend wordt gevorderd”.
Doch evenzeer terecht, laten de oprichters, na
bovenstaande aanhaling, daarop volgen „Wij
voegen onmiddelijk daarbij, dat het niet altijd
de zorgeloosheid, onverschilligheid en zelfzucht
van de ingezetenen is, die hen veelal terughoudt
van de noodige medewerking bij het heerschen
van epidemiën, of het ontstaan der ziekten, ten
gevolge waarvan de besmetting vermeerdert.
Neen, de strijd om het bestaan speelt daarin
dikwijls een groote rol. Menigeen toch zoude
gaarne naar zijne verplichting willen ijveren voor
de nakoming van de desbetreffende wetten, ware
het niet dat te groote winstderving, die hij niet
kan doorstaan, daaruit voortvloeide. Immers
wie zal het ontkennen, dat velen in hun nering
en bedrijf, dadelijk ondervinden verlies van hunne
klanten, die hun het voordeel aanbrengen waar
van zij moeten leven, als zij aan hunne woning
het zichtbaar kenmerk der ziekte moeten dragen
en wie heeft er wel niet van gehoord dat ar
beidslieden, van wie het door de toepassing der
wet bekend werd dat er lijders aan eene besmet
telijke ziekte ten hunnen huize waren, soms van
het werk werden geweerd
Dit een en ander is dan ook oorzaak, dat de
uitvoering der wet tegen besmettelijke ziekten
in vele gevallen een hersenschim is. Wie zal
niet kunnen begrijpen, hoe menig huisvader zoo
lang mogelijk den geneeskundige weert? Wie zal
den geneeskundige hard vallen, als deze raad
neemt met het min of meer ernstige der ziekte in
verband met het stoffelijk belang des gezins
Op grond daarvan acht ik de oprichting eener
maatschappij, als waarvan hier sprake is, zeer
gewenscht. Én dat niet alleen voor neringdoen
den en arbeidersgezinnen, ook voor ambtenaren
en meergegoeden, die immers evenzeer bij ern
stige epidemiën verplicht kunnen worden tot uit
gaven, die hen bezwaren. Daarom lacht het
denkbeeld mij toe, dat wij ons onderling verbin
den, om door een geringe, jaarlijksche bijdrage,
ons te wapenen tegen den dag des kwaads. Die
bijdrage kan verschillend zijn, naarmate van de
wekelijksche uitkeering die wij begeeren, maar
moet toch altijd gering zijnen in verband blijven
met de bestaande behoeften. Er behoeft geen
groot fonds bijeengebracht te worden ten bate
der Directie, er moet alleen zijn genoegzaam
fonds ten bate der deelnemers.
Wanneer zulk eene maatschappij tot stand
komt en onder degelijk toezicht goed beheerd
wordt, dan vervalt alle bezwaar tegen een strenge
uitvoering der wet, voor de geneeskundigen ver
dwijnen alle overwegingen op het medelijden
gegronddaarentegen is het voor allen, die in
nering of bedrijf schade kunnen lijden, een aan
gename voldoening, dat zij door een gering offer
indien al geen volledige schadeloosstelling, dan
toch een niet onbelangrijke tegemoetkoming ont
vangen. Voor den arbeider is het eene bemoe
digende gedachte, dat hij in dagen van zorg, als
zijne tegenwoordigheid in het gezin soms wordt
vereischt, gerustelijk dien plicht der liefde kan
vervullen, zonder aanstonds te missen en het
noodzakelijk levensonderhoud en wat in zulke
toestanden bovendien wordt vereischt. Misbrui
ken zullen ook hier misschien niet ganschelijk
kunnen worden geweerd, toch, dunkt mij, dat
er geen groote vrees voor behoeft te bestaan, bij
de keuze van goede agenten en streng toezicht
van deze. Immers de uitkeering heeft alleen
plaats, zoolang aan het uitwendig bewijs aan de
woning te zien is dat daar binnen besmettelijke
ziekte is en dat bewijs wordt aangebracht en
verwijderd, uitsluitend op last en met toestem
ming van den geneesheer en van wege het ge
meentebestuur. De agent heeft dus immer het
zichtbaar bewijs voor oogen en behoeft volstrekt
niet af te gaan, alleen op de verklaringen van
huisgenooten. Dat in het reglement geen sprake
is van mazelen en kinkhoest, acht ik zeer ge
wenscht, want al moge het waar zijn, dat som
wijlen ook deze ziekten een kwaadaardig karak
ter vertoonen, toch is de eerste dikwerf van meer
onschuldigen aard en is de laatste vaak van zoo
langen duur, terwijl het einde, zelfs voor een ge
neeskundige dikwerf zoo moeilijk vast te stellen
is, dat de bepaling van den duur der wekelijk
sche uitkeeringen haast onvermijdelijk tot moeie-
lykheden aanleiding geven zou.
Zoo neme dan het publiek op onbevooroor
deelde wijze kennis van de inrichting dezer
verzekering-maatschappij en als het blijkt waar
te zijn, gelijk de oprichters schrijven aan het
einde hunner memorie van toelichting, dat zij
voldoet aan de bestespeciaal de volgende
eischen
Zij maakt de uitvoering van de wet tot voor
ziening tegen besmettelijke ziekten gemakkelijk.
Zij waakt voor de belangen der ingezetenen
van den Staat.
Zij behoeft geen dividend aan aandeelhouders
uit te keeren.
Ieder deelnemer betaalt niet meer dan strikt
noodig is.
Een zeer goedkoop beheer.
Dan zal zij zekerlijk kunnen rekenen op den
steun van een groot deel der burgerij.
M. E. van der MEULEN.
nemingen, in het observatorium gedaan, laten
mede geen twijfel over den invloed der Spaansche
aardbevingen op den Belgischen bodem.
Twaalf van de negentienhonderd verpleeg
den in het hospitaal voor ongeneeslijken te Ivry,
mannen en vrouwen, hebben een adres aan den
President der Republiek, den Minister van Bin-
nenlandsche Zaken en den Parijschen Gemeen
teraad onderteekend, waarin zij opkomen tegen
het vervangen der geestelijke zusters van bedoelde
inrichting door wereldlijke personen, waartoe
den 1 Februari a. s. zou worden overgegaan.
Zij verklaren, dat de toewijding der zusters boven
lof verheven is en ieders godsdienstige over
tuiging door haar volkomen geëerbiedigd wordt.
Voorts doen zij opmerken, dat de verandering van
personeel te minder verdedigbaar is, omdat lijders
reeds twee andere hospitalen met wereldlijk per
soneel ter keuze hebben. De meeste der onder-
teekenaars hebben bovendien, zeggen zij, van dit
laatste personeel genoeg ondervinding gehad om
te weten, hoeveel zij aan de zusters verliezen
zouden. Volgens de Francais zou het getal on-
derteekeningen nog talrijker geweest zijn, als er
geene pressie op ouden van dagen was uitgeoefend
en vele verpleegden wegens den staat hunner
geestvermogens niet van de onderteekening had
den moeten worden uitgesloten.
De Pall Mall Gazette bericht, dat te Lon
den eene maatschappij is gevormd onder den naam
Britsch Congo Company. Het kapitaal bedraagt
een half millioen. In het bestuur zitten de
heeren Jacob Bright en Houldsworth.
De Koning van Spanje heeft Vrijdag de
puinhoopen van Alhama bezocht.
Onder leiding van den voorzitter van den
Rijksdag, met den Berlijnschen burgemeester
Forckenbeck, komt te Berlijn een Duitsch comité
bjjeen tot het verleenen van hulp aan de nood
lijdenden tengevolge der aardbevingen in Spanje.
Met het oog op de tegenwoordige buitenlandsche
staatkunde heeft deze manifestatie blijkbaar eene
eenigszins politieke beteekenis.
De financieele toestand in de Argentijnsche
republiek is zeer critiek, tengevolge van het dalen
der wisselkoersen en het bestormen der banken
om teruggaaf der diposito’s. Men vreest, dat de
betaling in baar geld gestaakt zal moeten worden.
Toen het getuigenverhoor en de pleidooien
in het proces tegen mevr. Clovis Hugues te Parijs
waren afgeloopen, verwijderden de gezworenen
zich in de Raadkamer. Daar bleven zij twintig
minuten, die door allen in spanning werden door
gebracht en die door het nachtelyk uur want
het was nacht zeker nog al zijn verhoogd. Te
half twee kwamen de gezworenen in de gerechts
zaal terug. In ademlooze stilte werd de uitspraak
aangehoord. Doch onmiddellijk na de vrijspraak
volgde er een groote juichkreet.
Te half drie was mevr. Clovis Hugues in hare
woning terug. Een half uur vroeger had zij
haren echtgenoot gezien, die niet in de gerechts
zaal aan hare zijde was, maar in eene afzonder
lijke kamer van het palies van justitie de uit
spraak had afgewacht.
In hunne woning vond het echtpaar tal van
vrienden en vriendinnen, die tot zes ure in den
ochtenstond bleven. Het eerste wat mevrouw
Hugues deed, was hare kinderen wakker maken
om ze te omhelzen. Eindelijk zieik mijne kinderen
wederriep zij. Zij werd overstelpt met een
berg van telegrammen. Te negen ure ’s morgens
was de huiskamer gevuld met bloemen en kran
sen door deelnemende personen bezorgd.
Egypte. Een telegram van Wolsely uit
Korti bericht, dat een boodschapper uit Karthoem
is aangekomen, die den 28 December van daar
was vertrokken. Gordon en zijne troepen ge
noten toen eene goede gezondheidper stoom
schepen ontving hij graan en vee uit het noorden.
Italië. Aan de marine-autoriteiten te Spezia
is, volgens Esercitio, bevel gegeven al de beschik
bare gepantserde schepen gereed te houden.
Binnen eenige dagen zullen waarschijnlijk de
troepen, die naar Assab worden gezonden om er
in bezetting te blijven, vertrekken. Zij zullen
samengesteld zijn uit een bataljon jagers te voet,
eene compagnie artillerie met zes stukken ge
schut, een peloton genie, met het noodige genees
kundige personeel, de intendance, levensmidde
len, enz. De kolonel Saletta zal de kommandant
zijn. Het doel der zending is om het bezit der
kolonie te verzekeren en het nabij gelegen grond
gebied te onderzoeken.
In de Kasseier Zeit. vertelt een lezer uit
Dortmund het volgende
„Toen ik een kartonnen doos met tinnen sol
daten leegpakte, vond ik op den bodem er van
met potlood de volgende dichtregelen geschreven,
die klaarblijkelijk door een tuchthuisboef moeten
geschreven zijn.
’k Ben heden zoo vrolijk
En lustig van zin,
Want morgen kom ik vrij
En breek Woensdag weer in.
Tuchthuis te Welhlheiden, 24.2.84”
de Gemeente Wonseradeel even
vroeger drukken en uitgeven, en
aan de Abonné’s op de Bolsw.
Courant gratis verstrekken.
FIRMA B. CUPERUS Az.
geven. Niets is hinderlijker voor een spreker,
ook voor een kanselredenaar, dan onafgebroken
zulk een schelletje te hooren. Is het om slapen
den in de kerk te wekken, teneinde ze hunne
gift in het zakje mogen werpen, dan meenen
wij, dat de predikant zelf zorgen moet, dat de
hoorders niet inslapen. Maar in geen geval
moeten er in eene vergaderzaal twee tegelijk
aan het woord zijn de dominé en de schel.
De Goede Raadgever deelt de volgende cij
fers mede omtrent het drankgebruik in Neder
land.
Wegens openbare dronkenschap werden in 1882
niet minder dan 2y4 procent van Nederland’s be
volking, n.l. 17,852 personen, dat is ongeveer 41
per dag door den rechter veroordeeld. Ondanks
er tengevolge van de in 1881 uitgevaardigde
drankwet 12,000 tapperijen in ons land gesloten
werden, betaalde ons volk in 1883 bijna f391,000
meer aan sterkedrankbelasting dan in 1882. In
een enkel jaar besteedt het drinkend deel onzer
natie f 40,000,000 zegge veertig millioen gld., aan
spiritus.
Het blad treedt in eenige becijferingen ook
omtrent hetgeen voor dit geld zoo kunnen ver
kregen worden. Wy nemen die niet over, om
dat zulke berekeningen ten eenemale falen.
Men herinnere zich het gesprek van de twee
personen, waarvan de eene rookt, de andere niet.
Deze betoogde aan den rooker wat hij al had
kunnen bekomen voor het geld aan tabak be
steed, onder andere een groot huis op den Singel.
De ander vroegW aar staat het huis van
u, die niet rookt
Het bericht omtrent de oprichting van een
damessocieteit te Bakhuizen blijkt een canard
of lieve cane te zijn.
In zekere Noordbrabantsche gemeente
zoo schrijft men is de gemeente-veldwachter
ongeveer de eenige, die zich nu en dan „in ken-
nelijken staat” bevindt. Is dit het geval, dan
is zijn grootste vrees den predikant ergens op
zijn weg te ontmoeten. Zoodra diens komst hem
wordt aangekondigd, neemt hij in ’t eerste het
beste huis de vlucht. Dit geschiedde wederom
een paar dagen voor Nieuwjaar. Toen de pre
dikant eenige dagen later door den veldwachter
met het nieuwe jaar geluk werd gewenscht, kon
deze het niet nalaten hem met zinspeling op het
onlangs voorgevallene ernstig over zijn gedrag
te onderhouden. En wat antwoordde de man
„Ja dominé, ik heb al gehoord dat u daarover
aanmerking hebt gemaakt, maar dat kan u mij
toch niet kwalijk nemen, daar het juist een be
wijs is van den eerbied, die ik u toedraag.”
Het getal werklieden, die door de commis
sie voor tijdelijke werkverschaffing te Amster
dam aan arbeid geholpen worden, is Maandag
tot 2400 geklommen. Stoornis in den aanvoer van
zand, die door de vorst veroorzaakt mocht wor
den, zal worden verholpen door meerderen aan-
voer per spoor. De vorige week werd f 11000
aan loon betaalddeze week zal dit omstreeks
f15000 bedragen.
De commissie doet moeite nog f 50,000 bijeen
te krijgen.- Met dat bedrag hoopt zij in de be
hoefte aan werk gedurende dit winterseizoen
volledig te kunnen voorzien.
Tegen het overdreven streven om al wat
maar een uitheemsch woord is uit de taal te
bannen, maakt de Zwolsche Courant de volgende
opmerking, die we ten volle beamen, mits men
ook weder in de tegenovergestelde richting niet
te ver gaat maar maat weet te houden.
Een certificaat van oorsprong staat afgestem
peld op de meeste woorden. Van de Joden heb
ben wij onzen godsdienst en al de semietisch
gekleurde uitdrukkingen onzer godsdiensttaal
uit Rome, den grooten rechtstaat der oudheid,
ontvingen wij onze rechtstermenvan de Itali
anen en hun handelsrepublieken in de middel
eeuwen leerden wij den koophandel en van daar
de handelstermen, „tarra, netto, bruto, cargo,
disconto” en gij zoudt al die gedenkstukken,
kostbaarder dan alle antiquiteiten, die gij in uwe
museums bewaart, opbergen en inruilen voor een
kleurloos fabrikaat Gij waart dan den dwaas
gelijk, die zijn ridderkasteel, gesierd met de por
tretten zijner voorvaderen, uitloopt, om in een
smakeloos, vierkant getimmerte te gaan wonen.
Te Ameide is de koster en voorzanger der
Hervormde gemeente uit zijne betrekking ont
slagen. Het zilveren doopbekken, dat hem ter
bewaring werd gegeven, wil hij niet afgeven
dientengevolge is er, naar men zegt, dezer dagen
gedoopt uit een gemberpot.
Uitslag van Hardrijderijen.
Te Groningen heeft jl. Vrijdag, onder begun
stiging van gewenscht weder en op een prach
tige baan, de eerste groote hardrijderij op schaat
sen door mannen plaats gehad. Niet minder dan
41 van de beste rijders, waaronder 9 Friezen,
de overigen Groningers en Drenten, namen aan
dezen wedstrijd deel. De le prijs, f 100, werd
behaald door Marten Castelein van Wartena,
die den bekenden Okke van den Berg in twee
ritten glansrijk versloegaan laatstgenoemden
viel de 3e prijs, f 40, ten deel. Door W. de Vries
van Oenkerk, een veelbelovend rijder van 19
jaar, werd de 2de prijs, f 70 en door Durk Post-
ma van Eernewoude de 4e prijs, f 20, gewonnen.
Te Oldeboorn namen dien dag 32 rijders aan
de hardrijderij aldaar deel. De prijs van f 40
won K. de Boer te Akkrum, de premie van f 15
B. B. Dijkstra te Beets.
Bolswardsche Courant
'I
I
IN