NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD BOtSWAB© EN WeSSEBAOEEI. KENNISGE VING. Eigendom is diefstal. Vier en Twintigste Jaargang. No. 11. 1885. VOOR BINNENLAND. BUITENLAND. ^xxxxxxxxxxxxxxxxxx^ DONDERDAG12 MAART. K !- r, r; ADVERTENTIEPRIJS: 50Cts. van 17 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. n e n 1 i e e r k d k i- t- n >1 e g, IS, T- k- in le is e- n, re le jn )r z. it S ig te te ;n !U De COMMISSARIS des KONINGS in de provincie Friesland, Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten dier provincie, van den 26 Februari] 1885, no. 14, le afdeeling B, zoomede op art. 11 der wet van den 13 Junij 1857 (Staatsblad no. 87); Brengt ter kennis van de belanghebbenden dat de kooieenden in deze provincie, voor het jaar 1885, door den kooiman moeten worden op gesloten of gehokt van Woensdag den 1 April tot Vrijdag den 1 Mei en van Woensdag den 15 July tot Zaturdag den 15 Augustus. En zal deze op de gebruikelijke wijze worden afgekondigd en aangeplakt. Leeuwarden, den 2 Maart 1885. De Commissaris des Konings voornoemd, Van HARINXMA thoe SLOOTEN. iets weigeren kon. Karr vond dat alleraardigst, maar zag niettemin met een lang gezicht, dat al de gasten, ter herinnering aan den prettigen avond, dien zij te zijnen huize hadden doorge bracht, hun glas in den zak staken. Hij had toch voor het buitengewone diner vier-en-twintig zeer fijne glazen geleend van zijn buurman. Te Lausanne, in het Zwitsersche kanton Waadtland, had dezer dagen een sensatiwek- kend voorval plaats. Bij de correctioneele recht bank aldaar werd behandeld de zaak van zeke ren Chavan, van beroep steenhouwer, aange klaagd wegens beleediging in openbaar geschrift. Te midden van het verhoor haalde Chavan een revolver uit den zak en mikte op den president. Het schot ging af, maar zonder te treffen. De deurwaarder sprong op den beschuldigde toe om hem te ontwapenen, en raakte met hem aan ’t worstelen, waarbij het Chavan gelukte, nog twee schoten te lossen, waarvan het eene den deur waarder in den arm, en het andere den griffier in den rug trof. De deurwaarder liet hem echter niet los, rukte hem eindelijk den revolver uit de hand en gaf hem daarmede een slag op de hersens, met het gevolg, dat de woesteling nederviel en toen geboeid naar de gevangenis kon worden ge bracht. Londen, 9 Maart. De Daily News bevestigt dat de Britsche Regeering te Petersburg haar eisch heeft gesteld, dat de Russische troepen van de Afghaansche grenzen worden teruggetrokken. Engeland begeert daarmee slechts de uitvoering van Rusland’s herhaalde vredelievende beloften. De onderhandelingen tusschen beide Kabinetten worden voortgezet. Ofschoon eene vredelievende oplossing der quaestie geenszins tot de onmogelijkheden be hoort, is de toestand toch hoogst ernstig. Volgens de Times daarentegen zijn de buiten- landsche betrekkingen van Engeland in de aller laatste dagen aanzienlijk verbeterd. Graaf Herbert Bismarck verlaat heden Londen met het bewustzijn, dat hij in staat is geweest, veel te hebben bijgedragen tot het herstel van de goede verstandhouding tusschen do Engelsche en Duitsche Regeering. ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. Men kent deze stelling van eenige socialisten. Is zij een paradox, d.i. is zij in schijn tegenstrij dig, maar rust zij in den diepsten grond op eene heerlijke waarheid of is zij onzinnig en mis dadig Er zijn socialisten, die zich op het chris tendom beroepen. Is dan deze stelling wellicht ontsprongen aan dezelfde bron, die Paulus deed schrijven„laat ons koopen (dus eigendom ver werven) als niet bezittende en daartegenover, dat wij moeten zijn„als niets hebbende en nochtans alles bezittende”? Mij dunkt het springt in ’t oog, dat dit niet zijn kan Paulus spreekt van een heerlijke zielsstemming, die ik iedereen zou toewenschen. Hij wekt ons op, dat wij, eigen dom bezittende, er zoo los van zullen zijn, dat we moeten wezen als niet bezittende, we moeten er ons hart niet aan hechten en evenzoo, we moeten zijn „arm en velen rijk makende, niets hebbende en nochtans alles bezittende”. Tus schen zulk een socialisme, als gij het zoo noemen wilt en het tegenwoordige, dat spreekteigen dom is diefstal, gaapt, dunkt mij, een diepe klove. Het eene is de hoogste wijsheid en maakt den mensch gelukzalig, het andere is onzinnig en maakt den mensch misdadig. Eigendom diefstal. Een dief mag niemand wezen, dus eigendom mag niemand bezitten. Alzoo, gij dekt uw naaktheid, alleen met het geleende kleed, gij stilt uw honger met het gegeven brood, uw dak is de woning, welke de staat u verschaft. Gij werkt met noeste vlijt en wat uw vereelte hand gewrocht heeft, wat uw vermoeide hoofd bedacht heeft, dat stort gij in de staatskas en daaruit geniet de luiaard met u gelijkelijk. Juist, zal misschien een enkele zeggen, die niet terug deinst voor de uiterste gevolgtrekking, dat is ons ideaal. Alles en allen voor den Staat en de Staat voor allen. Verre de meesten echter zijn wel zoo bezonnen en denken wel zoover door, dat zij begrijpen, dat zulk een Staat in een ver dwaasd menschenbrein wel bestaan kan, maar in de werkelijkheid niet. De zoodanigen zullen mij dan ook toeroepenniet alzoo, gij maakt een caricatuur van onze stelling, zij wordt in een bespottelijk daglicht gesteld, wij bedoelen niet, dat alle eigendom diefstal is, maar, gelijk het licht, de dampkring, bet water algemeen eigen dom zijn, zoo is ook de grond algemeen eigen dom, grondbezit dus is diefstal. O zoois dat de bedoeling Ik wil dat aannemen, doch dan moeten de zoodanigen ook de algemeene stelling prijs geven en zeggengrondbezit is diefstal. Dan zijn wij voor veel ellende en mis daad gevrijwaard, onze roerende goederen zijn veilig, want volgens de algemeene stelling, neemt ieder van den naaste, wat hij begeert, op grond dat uw eigendom diefstal is en hij die u besteelt, dus niets doet dan wat nemen, van ’t geen gij niet bezitten moogt. Met de tot geringer ver houding teruggebrachte stellinggrondbezit is diefstal, zijn wij echter wel voor veel kwaad beveiligd, doch ook deze stelling is in hare al gemeenheid, in mijn oog onzinnig. Is het voor opgezette waar Zijn licht en lucht algemeen eigendom Eilieve, zie uw aanslagbiljet eens in voor de personeele belasting. De groote Oce aan is vrij, maar is alle water vrij Zijn kana len en vaarten, zijn zelfs de rivieren algemeen eigendom Doch al kon dit zoo wezen of wor den, kan grondbezit in ’t algemeen diefstal we zen Er moge onrechtmatig grondbezit zijn, het moge noodzakelijk zijn, dat de Staat de opeen- hooping van dit bezit in de doode hand, d. i. van instellingen, niet van personen, verbiede en on mogelijk make en evenzeer de scheiding gebiede na den dood van personen en niet, als in Enge land het eerstgeboorterecht late bestaan, waar door de oudste zoon, met verongelijking van de andere kinderen, eigenaar wordt en dit zoo voort gaat van geslachte tot geslachte. Dit alles en meer nog moge rechtmatig zijn, maar waarom zou de akker dien ik koop, met mjjn eigen ver diende geld, Aaarop ik mijn woning bouw en mijn tuinvruchten of granen zaai, minder mijn eigendom zijn, dan het paard of het rund of het schip, of het schilderstuk dat ik koop? Is grondbezit voor den enkele diefstal, dan is het dat evenzeer voor heel een volk Dan is er geen vaderland meer, geen erve onzer vaderen, dan is annexatie recht, dan geldt het recht van den sterkste. Wij hebben dan geen veilige plek De Minister Thonissen heeft in de Belgische Kamer van Vertegenwoordiging de grieven der linkerzijde in zake de uitvoering der onderwijs wet van ’84 trachten te beantwoorden, maar hij heeft een erbarmelijk figuur gemaakt. De heer Rolin-Jacquemyns, wien door de rechterzijde verweten was, dat hij slechts uit spijt over het verlies der portefeuille den Minister van Bin- nenlandsche Zaken zoo heftig aanviel, zeide zeer juist, dat hij den heer Thonissen niet kwalijk nam, dat hij Minister is, maar dat hij zoo weinig Minister is en de wet niet handhaaft tegen het revolutionaire machtsmisbruik van clericale ge meentebesturen en van de geestelijkheid. Nadat de heer Bara nog met een enkel woord in ’t licht had gesteld, hoe slecht de Minister Thonissen op de hoogte van den toestand is, omdat hij in de maand November de juistheid der cijfers, omtrent de verwoesting op onder wijsgebied door den heer Bara in de Kamer medegedeeld, pertinent geloochend had, terwijl diezelfde cijfers nu in de door den Minister zel- ven overgelegde statistieken voorkomen, verkreeg de Minister Thonissen het woord, en men ver wachtte natuurlijk, dat de Minister nu de ver schillende beschuldigingen weerleggen zou. Hij begon met de klacht te herhalen, dat men discussie voert over de wet op het lager onder wijs, die niet aan de orde is, en niet over zijne begroeting. En als er gemeenten zijn, die zich aan misbruik schuldig maken, hoewel de mede- deelingen der linkerzijde schromelijk overdreven of onjuist voorgesteld waren, wat deed het dan nog aan de begrooting van onderwijs af, of er een 150 gemeentebesturen werkelijk hunne macht misbruikt hadden Hij, de Minister, waakte met onverbiddelijke gestrengheid voor de onpar tijdige, maar stipte uitvoering der wet, en in ’t vervolg zou hij met dezelfde energie als tot heden alle onwettige daden te keer gaan, ter wijl hij ten slotte zijne vroegere verklaring her haalde, dat hij naar billijkheid, maar ook met gematigdheid de wet zou uitvoeren. „Ik zal mijn plicht doen en recht op het doel afgaan,” zoo eindigde de Minister zijne nagenoeg geheel uit holle phrasen opgebouwde rede. Te Bergen in Henegouwen heeft Zaterdag de Fransche socialist Faviaux terechtgestaan, die eene voorname rol speelde in de werkstaking der mijnwerkers in het kolendistrikt Borinage. Faviaux was beschuldigdlo. van belemmering der vrijheid van den arbeid, door het voortzetten van het werk te beletten aan een ploeg, die in eene der mijnen wilde nederdalenen 2o. van beleediging van Jules Colmant, van Wasmes, een der administrateurs. Naar aanleiding van het te Parijs aanhan gige proces tegen dr. Watelet, die vervolgd wordt wegens het schenden van beroepsgeheimen, omdat hij, ter bestrijding van valsche geruchten, den waren aard van Bastien Lepage’s laatste ziekte openbaar maakte, herinnert le Soir een tragisch geval van voor 30 jaren. Een aanzienlijk geneesheer te Parijs, dr. Del- pech, ontving de aankondiging van het aanstaand huwelijk der dochter van een zijner vrienden met den heer X, een patient van hem, die een afschuwelijke kwaal had. Hij begaf zich on middellijk naar X, bezwoer hem van het huwelijk af te zien, en dreigde, als de verbintenis niet binnen acht dagen was afgebroken, de kwaal waaraan X leed aan den vader van diens ver loofde bekend te maken, welke plicht naar hij meende, boven de beroepsgeheimen ging. X weigerde, en verklaarde den dokter te zullen dooden, als deze zijne bedreiging volvoerde. Een week daarna was de dag van het huwelijk be paald. Maar toen de aanstaande bruidegom ’s avonds bij zijn bruid kwam, werd hij door haren vader ontvangen die hem, buiten zich- zelven van woede, smadelijk de deur wees. De dokter had hem het geheim medegedeeld. Den volgenden morgen, toen dr. Delpech bij het gasthuis uit zijn rijtuig stapte, werd hij door den jonkman, die hem stond op te wachten, doodgeschoten. De moordenaar stelde zich zelf in handen der politie, en de gezworenen van het crimineel ge rechtshof spraken hem vrij. Op den Boulevard Haussman te Parijs werd Zaterdag de circulatie gestremd door een moord- tooneel. Een zekere Bayotte werd er aangevallen door een ander persoon, die hem had afgewacht. De aanvaller wierp, in de woede van den strijd, tegelijk een oude dame en een jónkman op den grond, en legde de knie op de borst van zijn slachtoffer, terwijl hij een pistool uit den zak haalde en den loop op het voorhoofd van Bayotte richtte. Het schot ging af, hij wilde het door een tweede doen volgen, maar werd bij den arm gegrepen door een kappersbediende, die den jonkman en de oude dame op de been hielp. Bayotte is ernstig gekwetst, maar niet dood. De moordenaar had nog 11 kogels in zijn re volver, alle voor Bayotte bestemd. Beiden zijn Belgende vrouw van den moordenaar, die geneesheer te Gilly bij Charleroi is, woonde met Bayotte te Parijs de geneesheer had zich eerst in zijn lot geschikt, maar door de plagerijen zijner buren geprikkeld, was hij naar Parijs gekomen om den schaker te dooden. Hij was eerst den vorigen avond aangekomen op zijne eerste wandeling in Parijs, ’s morgens om 10 uur, ontmoette hij Bayotte en gaf terstond aan zijn plan uitvoering. Het is gebleken, dat de door een onbekend persoon aan een juwelier te Leipzig ten verkoop aangeboden armband, met juweelen omzet, niet afkomstig is van den bij Gabriel Levy te Parijs gepleegden diefstal, zooals aanvankelijk gedacht werd. De kostbaarheden door eene vrouw, die men vermoedde maitresse te zijn van bedoelden per soon te Leipzig, te Berlijn ten verkoop aange boden, waren evenmin de eigendom van den Parijschen juwelier. De restauranthouder Hermann Ludwig, die te Berlijn, op de eerste verdieping van een huis in de Gertraudtenstrasse, een restaurant houdt, waar door kellnerrinnen bediend wordt, verscheen jl. Dinsdag voor de rechtbank. Hij werd van het feit beschuldigd, de restjes bier, die zijne gasten in de glazen lieten staan, wederom bijeen te hebben gezameld en dit brouw sel aan nieuwe gasten te hebben voorgezet. De ambtenaar van het openbaar ministerie deed de niet te qualificeeren handelwijze van den be schuldigde in krachtige woorden uitkomen, toonde aan dat in dit geval eene zware straf moest worden toegepast, en deed den eisch van vier weken gevangenisstraf. De rechtbank sloot zich geheel bij dit gevoelen aan en de knoeier gaat gedurende vier weken achter slot en grendel. Alphouse Karr had op zekeren dag te Nizza Alexandre Dumas, zijn ouden vriend, ten eten gevraagd, maar toen het etensuur sloeg, kwam de schrijver der Trois Mousqüetaires met tweeën twintig kennissen, die bij des morgens op zijn wandeling door de stad had ontmoet, en hij be schouwde het als de natuurlijkste zaak der wereld om hen allen in het huis van zijn vriend mede te noodigen. Een Russische prinses behoorde ook tot de genoodigden en het ging aan den disch zoo vroohjk toe als bij een bruiloft. Bij het na gerecht trok de prinses een diamanten ring van haar vinger en verzocht Dumas, of hij zijn naam op haar glas wilde schrijven, een verzoek waar aan de Fransche schrijver op de minzaamste wijze voldeed. Daarop richtte de eene gast na den andere hetzelfde verzoek tot Dumas, die nooit De tabaksbelasting vindt tot dusver niets dan tegenstand. Thans heeft ook de Kamer van Koophandel te Amsterdam haar advies uit gebracht en den maatregel ten zeerste ontraden. „Het is uit volle overtuiging en met den meesten ernst aldus besluit zij haar rapport aan den Minister van Financiëndat wij Uw Excellentie adviseeren het door haar bedoeld ontwerp van wet in te trekken en niet haar naam te blijven verbinden aan een maatregel van bestuur, die den handel in een artikel ter invoerwaarde van veertig millioen gulden in de waagschaal stelt. Mede de Kamer van Koophandel te Zwolle heeft haar stem waarschuwend tegen ’s Ministers plan doen hooren. Ook te Kampen heeft de Kamer van Koop handel zich gemotiveerd tegen de belasting ver klaard. Oorlogsberichten zijn niet altijd te ver trouwen men moet er wèl bij in het oog houden van welke der strijdende machten zij komen. Een treffend voorbeeld daarvan leveren de Chineesche berichten omtrent den oorlog in Tonking. Volgens hunne officieele opgaven zijn er 2,375,171 Franschen gesneuveld en slechts 3822 Chineezen. Acht groote pantserschepen werden in den grond geboord en de bemanning vond den dood in de golven. Wat aan deze officieele berichten eenigszins schaadt, is, dat volgens hen, admiraal Courbet zesmaal is gesneuveld en de opperbevelhebber, generaal Brière de l’Isle, drie-en-tachtig maal. De rechterzijde maakt van hare meerder heid geen gebruik. De Stand, zelf erkent dit en maakt er een verwijt van zij treedt niet door tastend op, maar stelt slechts kleine amende menten voor, die te weinig bezuinigen en te gering effect sorteeren, zoodat men zijn wezen lijke kracht verspeelt. Die „kleine” amendementen zijn bovendien maar dit zegt de Standaard niet perfide. Men stelt besparing voor op het geheele cijfer, maar zegt niet welke instellingen men wil op heffen of verminderende Regeering zal dus het verwijt er van dragen en de heeren, die er de schuld van zijn, blijven buiten schot; Het geringe bedrag van die bezuinigingen staat echter niet in verhouding tot de voorspie gelingen bij de stembus gedaan. Het was of het landsbestuur slechts de helft zou kosten. De berg heeft ook hier een muis gebaard. Bij de ontsporing van den Westlandschen Stoomtram op 11. Zondag zijn van de 22 passa giers 8 min of meer zwaar gekwetst. Vooral de machinist is deerlijk gewond: hij kreeg den hef boom van het remtoestel in de onderbuik. Men hoopt hem te behouden. Weg en materieel waren in volkomen goeden toestand. Het vermoeden is geopperd, dat de ontsporing veroorzaakt is door eenig voorwerp, dat op de rails zou hebben gelegen. Wanneer de hertog van Alva, op dien be- faamden „laatsten rit” langs den Amsterdam- schen Buitenkant, het tooneeltje had kunnen aanschouwen, waarop de wandelaars langs de Prins-Hendrikkade op een der regenachtigste i Jg meer, om te wonen, Koningin Isebel had gelijk die Naboth’s wijngaard haren gemaal verschafte en de molenaar van Sans-souci had ongelijk toen hy den Pruisischen koning den verkoop van zijn molen weigerde. Neen, ook in dezen meer beperkten zin, is de stelling onzinnig en voert tot misdaad, onder hoe schoon klinkende leuzen men het onrecht ook trachte te vergoelijken, of als een liefelijke wel daad voor te stellen. F. Domela Nieuwenhuis wijzigt de stelling nog weder en schrijftde tegenwoordige eigendom steunt op diefstal. Dat begrijp ik niet. Er zal wel helaasook tegenwoordig eigendom zijn, die op diefstal steunt. Het spreekwoord zegt terechtkleinen stelen en grooten stelen ook. Ook in dat opzicht ontmoeten rijken en armen elkander. Doch daarvan is ieder overtuigd, dat is echter zeker wel niet in den tegenwoordigen tijd ontstaan en zal ook in de toekomst nog wel voortduren. Maar waarom in ’t algemeen de tegenwoordige eigendom op diefstal steunt, begrijp ik niet. De heer Nieuwenhuis moeteen zeker vermogen hebben, heeft hij dat gestolen Ik denk er niet aan het te gelooven, maar dat is toch zijn tegenwoordig eigendom. In ’t zelfde verband, als het vorige, schrijft hy„Wordt rijkdom door arbeid verkregen, welnu dan behoort de rijkdom ook aan de ar beiders.” Zou in dit sophisme, in deze schijn baar ware sluitrede, misschien de verklaring zij ner stelling opgesloten liggen Ik denk dat D. N. redeneerter zijn rijke grondeigenaars, fabrikanten, kooplieden. Door den arbeid hun ner pachters of arbeiders zijn zij rijk geworden, alzoo hun rijkdom behoort nu aan de arbeiders, beschouwen zij dezen dus als hun eigendom, dan is dat diefstal. Maar gaat dat op Gesteld, ik heb een zeker kapitaal of neem het op en eene fabriek verrijst. Ik ga aan ’t werk, maar kan niet alles alleen doen en zoek arbeiders. We arbeiden samen en ik zeg aan mijn werklieden ik heb kapitaal in bezit of opgenomen en waag dat in deze zaak, gij brengt er niets in. Verlies ik, dat is mijn zaak en win ik, dat is mijn zaak ook. Wilt gij voor mij arbeiden, tegen vooraf te bepalen loon In de winst- en verliesreke ning mag ik u niet betrekken. Wil ik nu bij voortdurend gunstige resultaten, mijn werklieden een deel van de winst geven, dat acht ik zeer wenschelijk, maar dat zij er recht op zouden hebben, zie ik niet in, dan wanneer zij ook te vens de verplichting op zich konden ne men, om mijn eventuëel verlies mee te dragen. Hoe ik dan ook de stellingeigendom is dief stal beschouw, altijd is zij uit een verstandelijk oogpunt, naar mijn oordeel, onzin en op zedelijk standpunt misdadig. In hare toepassing leidt zij tot barbaarschheid. Wanneer echter de arbeid- zamen, de verstandigen, de vernuftigen, de ge lukskinderen meer bezitten of verwerven dan anderen, moge ’t dan hun hoogste vreugde zijn, om anderen vooruit te helpen, om zwakken te steunen, om armoede te voorkomen en zoo noo- dig te lenigen. Dat zij hun schatten niet be graven in een geldkist, maar er mee woekeren, zooveel in hun vermogen is. Dat zal der maat schappij ten zegen zijn. M. E. van der MEULEN. Bolswardsche Courant i I 3 i i i a 3

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1885 | | pagina 1