NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD OtSVVAR» EN «MSOBAMSl 6 T N SÉ PJ De tering naar de nering. 1885. Vier en Twintigste Jaargang. No. 36. VOOR DONDERDAG 3 SEPTEMBER. BINNENLAND. BUITENLAND. DONDERDAG 3 SEPTEMBER. KORT VERSLAG I Gemeente Bolsward, op Dinsdag’ 1 September 1885, ’s middags ten 13 ure. de N. Gr. 1 H. A. B. ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents, d I ADVERTENTIEPRIJS: 50Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. 8. Uitloting van een aandeel in de geldleening groot f21000. Door den h'W Binkes wordt no. 29 getrokken. 9. Behandeling van het adres van eenige schip pers om uitdieping van de Nieuwe Turfgracht met advies van het Dagelijksch Bestuur. Aan het verzoek zal worden voldaan. 10. Behandeling van het adres van de heeren R. A. Hoogeveen en II. H. Poederbaeh om een okaal tot het geven van teekenonderwijs, met iet advies van het Dagelijksch Bestuur. Wordt voor één winter toegestaan. De Haagsche correspondent van Ct. schrijft „De uitslag van de verkiezing te Dokkum heeft althans in den stand der partijen geen ver andering gebrachtde Kamer blijft „om en om” en ook in de naaste toekomst en dan zelfs meer dan ooit zal alles afhangen van het trouw op hun post zijn der liberalen. Geen hunner mag ook maar één dag afwezig blijven tenzij om hoogst gewichtige reden wie zwak van gestel is of drukke zaken in ’t vooruitzicht heeft, legge, zij ’t ook tijdelijk, zijn mandaat liever neer, dan zijn plicht te verzaken en de belangen der libe rale party in gevaar te brengen. Want het zal spannen in het nieuwe zittingjaarreeds met de presidentskeuze zal zich de hevige strijd open baren; èn om zijne voorliefde voor de vrijheid van interruptie, alleen voor zijne vrienden, èn om zijn eigenzinnig doordrijven van zijn wil tegenover het soms duidelijk zichtbaar verlangen der Kamer, heeft baron Mackay veler gunst ver beurd en aangezien hij in elk geval, in de ge geven omstandigheden althans, op geen enkele stem van de linkerzijde mag rekenen, zal hij ’t nooit verder kunnen brengen dan tot 42 stemmen, tenzij de eer der partij en het overwegend belang der zaak mocht rechtvaardigen, dat hij ook zelf op zijn eigen [fersoon stemde, wat tot hiertoe nooit placht te geschieden. Ik moet eerlijk be kennen, dat er veel te zeggen is voor het breken met deze kieschheids-theorie, die tot zoovele ernstige nederlagen kan leiden boven kleingees tige pruderie moet het belang gaan van de partij waartoe een politiek man behoort. Maar aan genomen al, dat baron Mackay 43 stemmen ver krijgt, dan zal hoogst waarschijnlijk de liberale tegencandidaat mr. Cremers hetzelfde aan tal op zich vereenigenwant er is geen twijfel, of de liberalen zullen ditmaal ééne lijn trekken. De kansen staan dus gelijk en alleen de afwe zigen beslissenHet moge zonderling klinken en ons bijna belachelijk maken in de oogen van andere natiën, maar het is zoo en niet anders in het gewichtigst tijdperk, dat sinds ’48 voor ons land aanbrak, berust de beslissing over wet en toekomst van rijk en volk bij één of meer Kamerleden, die niet aan de stellingen deelne men. Nooit was eene negatieve rol van zooveel gewicht.” Men schrijft uit Assen aan het D. v. N. Tusschen de beide hier verschijnende couran ten zal, naar men verneemt, eene procedure aan hangig worden wegens beleediging. De Nieuwe Prov. Drentsche en Asser Courant heeft nl. in een bijvoegsel aan zijne lezers mede- deeling gedaan van de onthullingen der Pali Mall en dit tevens tegens 10 cents verkrijgbaar gesteld. Deze handeling werd in een ingezonden stuk opgenomen in de P. D. en A. Courant (anoniem) ver van gunstig gecritiseerd en als vuil winstbejag aangeduid. Nu moet de uitgever van eerstgenoemd blad dien van het laatste aangemaand hebben tot het noemen van den naam des inzenders, zoodat de ze zaakvolgens het D. v. N., vermoedelijk bij de Rechtbank aanhangig wordt gemaakt. Wij betwijfelen dit. Te St. Annaland vierden dezer dagen on der veler belangstelling de heer Johannis Ber gers en zijn vrouw Thona Goedegebuure hun gouden bruiloft. Opmerkelijk zijn, daarmee in verband, zeker wel de volgende mededeelingen van de Midd. Ct.Twee hunner dochters heb ben haar zilveren bruiloft gevierd drie broeders der vrouw zijn 51, 51 en 57 jaar getrouwd; een neef van den man vierde voor drie jaar zijn gou den bruiloft, een nicht van de vrouw deed dit verleden jaar, terwijl een verdere bloedverwant reeds bijna 61 jaren met zijn vrouw lief en leed gedeeld heeft. De zuster van den man is meer dan veertig jaar in den echt vereenigd en ver scheidene kinderen van de broeders of zusters der vrouw hebben hun zilveren bruiloft reeds achter den rug. Al die gouden echtparen zijn in St. Annaland gevestigd en genieten nog een flinke gezondheid. Terwijl de geheele wereld door, behalve misschien in de woestijn van Sahara en derge lijke streken, wegens bezwaren van bet terrein, de velocipede meer en meer als middel van ver plaatsing in zwang komt, heeft de Gemeente raad van Oldebroek deze „trapwagens” verboden. De verordening dit verbod behelzende, is goed gekeurd door Gedeputeerden en luidt De verordening tot wering van het gevaar en ter voorkoming van ongelukken op den openbaren weg door het rijden met trapwagens (velocipedes) in de gemeente Oldebroek is afgekondigd. Art. 1Het is verboden met trapwagens (velocipèdes) of andere daarmede gelijk te stellen greep te herstellen. Wie het verstandig wil aan leggen, wacht het laatste bedrijf niet af; hij schar relt nog bijeen wat uit den brand te redden is, en poetst de plaat. Die man heeft zich dan „ver wijderd”, zijn crediteuren hebben er het nakijken van, hun rest alleen het pleizier, hem op on bekenden afstand een dief te noemen. Ja, maar ook op de lagere rangen hebben pre cies dezelfde dingen plaats, onder gewijzigde om standigheden, maar naar overeenkomstigen loop der dingenzelfs op het „schellinkje” ziet men lieden over den kop tuimelen, onvoorzichtigen, die te veel zeil voerden, en toen hun zwakke bootje zagen omslaan bij de geringste windver- heffing. Onze vaderen waren over het algemeen niet schrielzij namen er een goed leven van en konden wel wat missen voor anderen ook. Doch, vooral in dit opzicht kunnen wij van hen leeren: zij sprongen niet verder dan hun stok reikte, hun uitgaven bleven beneden hun cijfer der in komsten, zoodat er altijd wat overschoot voor den kwaden dag als die komen mocht, voor erfge namen als de kwade dagen uitbleven. En nu we van „kwade dagen” spreken is het niet aardig? Als wij op hun komst zijn voorbereid ze met gerustheid kunnen afwachten, omdat we een appeltje voor den dorst hebben bewaard, dan blijven ze wegterwijl, wanneer we er niet op gerekend hebben, ze gewoonlijk in onafge broken reeksen op ons dak komen, net als in kwartiering in den Franschen tijd. Op die manier moeten immers de lieden wel onderst boven, die de tering niet weet te regelen naarge weet wat. Ten slotte nog één woordje voor dien man, die bang was zijn crediet te benadeelen als hij niet, bij het verminderen der inkomsten, als een banjerheer blijft leven. Die vrees, als zij niet eenvoudig een voor wendsel is is totaal overbodig. Integendeel, wanneer wij zien dat iemand zich flink naar de omstandigheden weet te schikken en zich door deze niet uit den goeden koers laat dringen, dat hij zelfbeheersching bezit om zijn behoeften te temperen dat zijn begrippen van eerlijkheid voor hem krachtiger drijfveeren zijn dan het oordeel van oppervlakkigen, die slechts afgaan op den uiterlijken schijn; zouden we dan zoo’n man, koel en nobel van karakter, niet ons volle vertrouwen schenkenzou zijn crediet niet oneindig beter zijn gevestigd, daar het rust op den solieden grondslag van rechtschapenheid, dan dat van den slaaf der ijdelheid, die straks gevaar loopt, over de grens die het mijn en dijn scheidt, heen te stappen een contract gesloten om hem een aanzienlijke som te betalen, indien hij behouden bij den Mahdi -k’h-ixm; dit contract was op het Fransche consultant te Kaïro geteekend. Van Selikowitsch, die het verhaal van den moord van Pain in de Intran- sigeant heeft opgedischt, vermoedt mijn bericht gever dat hij het heeft verzonnen, om zich te wreken op de Engelsche Regeering, die zijne diensten niet hoog genoeg heeft betaald. De Engelsche Regeering had eindelijk van de geheime vereeniging kennis gekregen en haar werkzaam heid verijdeld. Men weet, dat de invoering der nieuwe cle- ricale schoolwet in België voor een groot aan tal openbare onderwijzers de ondergang is ge weest. Met een klein wachtgeld zijn zij naar huis gezonden. Onder de sollicitanten, naar aan leiding van een oproeping van den gouverneur der provincie Oost-Vlaanderen, voor een klerk bij het provinciaal bestuur, kwamen dezer dagen niet minder dan twintig dergelijke ontslagen onderwijzers voor, waaronder twee, die indertijd de Leopoldsorde, en vijf, die het kruis voor bur gerlijke verdiensten ontvingen. Toch bedroeg het salaris voor bedoelde betrekking slechts 900 francs. Geen enkele partij in het Britsche Parle ment zal de eischen van Parnell inwilligen, zoo sprak lord Hartington Zaterdag tot zijne kiezers in Lancashire. Volgens het Reuter-telegram voeg de hij er bijzoolang Parnell op het onmogelijke blijft aandringen. Dit nu spreekt vanzelf. Ónmo gelijke eischen kunnen niet worden ingewilligd. De bedoeling van Hartington was, de eischen, zooals Parnell die te Dublin heeft geformuleerd, als onmogelijk te karakteriseerenhij wilde het middel zien te vinden, om door een vereenigd Parlement, dat het vereenigde volk zal verte genwoordigen, een beslist veto te doen uitspre ken over voorstellen, welke noodlottig zijn voor de integriteit en het welzijn van het Britsche Rijk. Deze taal is evenmin duidelijk. Het Britsche Parlement vertegenwoordigt reeds het vereenigde vo.”.:. f De Engelsche afgezant sir H. Drummond Wolff is Zaterdag door den Sultan van Turkije ten gehoore ontvangen. Hij las eene persoonlijke boodschap van H. M. de Koningin voor, waarin de ernstige wensch wordt uitgedrukt, dat de beide natiën te allen tijde op vreedzamen en vriendschappelijken voet zullen mogen leven. Voorts hoopt de Koningin, dat zij weldra in staat zal zijn, met medewerking van den Sultan, een einde te maken aan de bestaande verwikkelingen in Egypte en aldaar een toestand in het leven te roepen, waarbij de rechten van den Sultan en de belangen, zoowel van Engeland als van alle andere Mogendheden, zullen zijn gewaarborgd. De Sultan verklaarde in zijn antwoord, ge wicht te hechten aan een verbond met H. M. Regeering, die zijn rechten als souverein over Egypte volkomen wenscht te eerbiedigen. Over eenige dagen zou hij een of meer personen be noemen, teneinde met Wolff verschillende Egyp tische quaestiën te bespreken. Binnenkort zou den heer Wolff opnieuw audiëntie worden ver leend. De Regeering van den Kwangsu of Keizer van China moet eindelijk hebben besloten, een spoorwegnet in het uitgestrekte Hemelsche Rijk te doen aanleggen. De daarover loopende onder- handelingen zijn gevoerd door markies Tseng en Li-Hong-Chang en eene eerste lijn, van Tsientsin naar Peking, zou reeds spoedig onderhanden wor den genomen. Men kan nagaan, welken grooten invloed zulk een feit op de maatschappelijke toestanden in het tot heden nog zoo ondoordring bare China zou hebben, terwijl het waarschijn lijk ook voor den Europeeschen handel een schier onmetelijk gebied zou openen. Punten van Behandeling 1. Beëediging en installatie van de heeren J. Binkes, P. J. de Boer, K. van Ringh en R. J. Vos als leden van den Gemeenteraad. De leden namen zitting; de vergadering bestaat nu uit 11 leden. 2. Aanbieding van de gemeentebegrooting voor 1886. Wordt een commissie van onderzoek benoemd, bestaande uit de heeren R. de Boer, Eerdmans en van Ringh. 3. Benoeming van een wethouder. Gekozen met 10 stemmen de heer Binkes. 4. Benoeming van een ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Gekozen met 9 stemmen de heer Binkes. 5. Benoeming van een lid der Commissie voor de Gasfabriek. Gekozen de heer Eerdmans met 7 stemmen. 6. Benoeming van een Bestuurslid van het Houckamaleen. Gekozen de heer van Ringh met 6 stemmen. 7. Benoeming van een lid der Commissie voor de strafverordeningen. Gekozen de heer Eisma met 10 stemmen. Indien de mogelijkheid bestond, een omge- I kc-erd stelsel te volgen, we zouden geen oogen- I blik aarzelen het aan te bevelen. Welk een rust, I welk een gemak zou het geven voor een huis- I vader, als hij bij voorbeeld bij den aanvang des jaars, of, als dat te veel hoofdbreken mocht I kosten, in ’t begin van iedere week, precies kon I bepalen wat hij in gezegde tijdruimte zou noo- I dig hebben, om vervolgens daarnaar den om- I vang van zijn arbeid of bedrijf vast te stellen. Wat het kleine plekje, dat we bezet houden, I ons oplevert wat onze medemenschen ons kun nen aanbieden in ruil voor de diensten die wij hun bewijzen, daar moeten we ’t mee zien te stellen. Doen we dat niet, gebruiken we meer dan ons op die manier wordt ter beschikking gegeven, dan is een van beiden waar of we leven, op een weinig eervolle wijze, ten koste van anderen, net als een bedelaar van de lief dadigheid of we eigenen ons toe wat het onze niet is. We gelooven dat zoo iets in den regel diefstal moet genoemd worden, al zijn er ook duizend-en-een andere namen voor uitgevonden, die minder bar klinken, ofschoon zij evenzeer in het oog van een eerlijk man den drager brand merken. De nering, de omvang van den arbeid of van het bedrijf, moet de grondslag zijn van het huis houdelijk budget. Maar dat alles is zoo eenvoudig als goeiendag, en zoo duidelijk als het a, b, c, zal men zeggen. Reeds in onze kindsheid hebben we hooren be- toogen, dat men de tering naar de nering moet zetten en geen sterveling die het ooit tegenspreekt. Waar men komt en waar men hoort, klagen niet te kort. Alles gaat slecht. Er is geen han del, er wordt niets verdiend. De winkelier sterft van verveling achter zijn toonbank, en de fa brieken worden heel geschikte plaatsen om een dutje te doen. Doch zie nu eens dienzelfden klagenden win kelier, die naar zijn eigen zeggen niets verdient, in het openbaar verschijnen, vooral wanneer hij de eer heeft vrouw en dochters te geleiden. Ga eens na wat die fabriekant noodig heeft om „zijn stand” op te houden, een stand, dien wij voor onze eigen oogen hebben zien groeien in de dagen toen het met de zaken „vlug” ging, en toen die man voor ditmaal de tering naar de nering zettende, van maand tot maand aan hoogere eischen meer voldoende be vrediging schonk. En het is zoo in alle maat schappelijke standen gegaan. Voorspoed in zaken is een aangenaam iets, maar heeft toch ook zijn schaduwzijde. Als het iemand meeloopt in de wereld, gaat zoo licht zyn verstand op hol, en ’t ergste is dan, dat het niet dadelijk tot de orde terugkeert als de wind weer uit een anderen hoek gaat waaien. Is het wel bepaald noodig, elk voordeel, dat we behalen in weelde-artikelen en genotmiddelen om te zetten Is het een zekere verplichting, die op eiken burgerman rust, om elke honderd gul den die hij rijker wordt, door uiterlijk vertoon aan te kondigen als een kapitaalsvermeerdering van duizend Heel ongaarne zouden we willen leven in een omgeving van schrapers en pottershet komt ons voor, dat hun gezelschap niet van het aan genaamste moet zijn. Doch als iemand waar schuwt tegen het gevaar, te verdrinken in een sloot recht van den weg, dan is zulks niet altijd omdat hij er pleizier in zou hebben zijn mede- mensch in het vaarwater links te zien spartelen. „Houdt maat,” zeiden de oude Hollanders. Ónze winkelier van zoo-even geeft toe, dat hij, van achteren bezien, a posteriori, zeggen de geleerde lui die geen latijn kennen, misschien wel zoo wijs had gedaan wanneer hij, in de vette jaren, wat lager bij den grond was gebleven, had hij alles vooruit geweten, dan.Maar nu ligt het geval er toe. Vrouw en kinderen zijn aan de gewijzigde levensmanier gewoon geraakt, en zouden zich diep ellendig gevoelen als zij tot hun vroegere bekrompen doen moesten terug keeren, en hij zelf.... Ja, wat dat aangaat, hij is niet kinderachtig, en zou best eenige dingen kunnen ontberen die voor hem het bekoorlijke der nieuwheid missen maar hij kan dat niet doen ter wille van zijn crediet. Als hij zeil ging reven, zouden de menschen gauw gaan denken dat zijn zaken slecht staan, en, geluk kig, zoo ver is het nog niet gekomen. Hij hoopt er den gang in te houden en aan al zijn ver plichtingen te voldoen. Maar daarvoor heeft hij crediet noodig en dus mag hij volstrekt niets doen wat maar eenigszins schade zou kunnen veroorzaken aan zijn „reputatie van soliditeit”. Mooi geredeneerd. Een poos moge het ge lukken de wereld de oogen te verblinden met een „tering” buiten alle verhouding tot de „ne ring” op den duur is dat niet vol te houden. De waarheid moet aan het licht komendan trekt het crediet zich natuurlijk terstond terug, en de val is niet te vermijden. Het krioelt I nog eens met een krijgsraad kennis maken.” De tegenwoordig van faillissementenin de fi- I overige Duitschers, een Oostenrijker en een nancieële wereld rolt van daag deze, morgen I Pruisisch luitenant, benevens de mechanicus, die gene omveroorzaak? Mislukte speculatie’s on- I allen van de vereeniging geld ontvingen om in dernomen, ten einde de kas door een te weel- Lirtilte officieren en soldaten te werven, waren van derige levenswijze uitgeput, met een stouten I hetzelfde gevoelen. Pain had met den Arabier Keizer Frans Jozef en Czaar Alexander III hebben, alsvorens Kremsier te verlaten, een door beiden onderteekend telegram aan Keizer Wil helm gezonden, waarin zij met hun hartelijken groet de verzekering gaven, dat zij den Duitschen Keizer als in gedachten aanwezig beschouwden bij hunne samenkomst. Keizer Wilhelm had daarop onmiddellijk per telegraaf geantwoord, dat de twee Keizers zich niet vergist hadden, hen dankende voor hun vriendschappelijken groet. Uit Berlijn wordt aan de Gazette Diplomatique geschreven, dat prins Hohenlohe, de nieuwe stadhouder van Elzas-Lotharingen, zijn bestuur zal aanvaarden met een maatregel, krachtens welken alle Franschen, die in de Rijkslanden verblijf houden en gevestigd zijn, zoo spoedig mogelijk het Duitsche grondgebied moeten ver laten. Dit bericht klinkt zoo onwaarschijnlijk, dat het alleszins verdient te worden bevestigd, vóór men er geloof aan kan hechten. Een correspondent te Parijs van de Frank#.— Zeit. heeft een Duitsch werktuigkundige gespro ken, die te Kaïro o. a. Olivier Pain had ontmoet. Het was in het voorjaar van 1884, toen be doelde mechanicus daar zonder werk rondliep en lid werd eener geheime vereeniging, die zich ten doel stelde, de Engelsche bezetting tegen te werken en vooral eene revolutionaire beweging der inboorlingen te bevorderen, waarvoor de vrienden van den Mahdi geld gaven. In dien tijd was Olivier Pain voornemens, nogmaals te trachten, tot den Mahdi door te dringen, ofschoon de Engelschen de eerste poging hadden verijdeld. In April woonde hij eene vergadering der ge heime vereeniging bij, waar hij, behalve ver scheidene Ieren, eenige Duitschers en twee Franschen vond. Hij zelf was vergezeld van een Fransch journalist (die waarschijnlijk aan den Bosphore Egyptien was verbonden) en twee Arbieren, van welke de een een bloedverwant van den Mahdi was en de ander hem later naar het leger van den Mahdi heeft gebracht. Pain deelde zijn reisplan mede en verzekerde, dat de Mahdi binnenkort volkomen zou slagen. Hij sprak zoo, dat een der aanwezige Duitschers (een Sakser, die later in Tongking als kapitein der Zwartvlaggen is gesneuveld) opmerkte„Hij zal overige Duitschers, Oostenrijker BH Bolswardsclie Courant Hl 1 11 f I DER VERGADERING V-A-JST ZDÜEZN" DER i

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1885 | | pagina 1