NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BOLSWARD EN WON SEIi ABEEL
1885.
Vier en Twintigste Jaargang.
No. 44.
Wie is onze man?
VOOR
V
BUITENLAND.
BINNENLAND.
I D E N.
DONDERDAG 29 OCTOBER.
4
de Vrijheid.
f
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents,
ADVERTENTIEPRIJS: 50Cts. van 17 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Hij zag haar, de teerbeminde, voorbijgaan aan
den arm van een ander
Schreien kon hij niet, hij lachte. Maar zijn
lach klonk als de schrille schreeuw van den
ekster over ’t besneeuwde veld, scherp en snij
dend, klonk als de lach van den speler, die
zijn laatste goudstuk ziet verdwijnen zijn lach
was een wanhoopskreet ’t werd nacht in zijn
hart!
En de trouwelooze, die daar heen ging, zij
zag om bij dien lach zij verstond hem, en ’t
werd haar licht.
Te laat
Waar dag en nacht te samen komen, daar is
’t niet licht! Wél kleurt de kimme in purper,
maar overal heerscht schemering. Uit het pur
per der kimme rijst het licht en de schemering
wijkt.
Zal ook voor die twee eenmaal weer ’t Licht
verrijzen
„Vrouwen Bah
Uwe moeder dan
Wij zouden het niet alleen wenschelijk, maar
gebiedend noodzakelijk achten, dat iemand, die
in ons kiesdistrict wel gekozen zou wil worden
of wien men de eandidatuur zou opdragen, in
de eerste plaats gevraagd werdHoe denkt gij
over het punt belastingen Gaf hij daarop geene
voldoende verklaring, dan, hoe verdienstelijk hij
overigens ook wezen mocht, is hij de rechte man
niet op de rechte plaats, niet de begeerde. On
langs bij de verkiezing te Dokkum heeft men
den liberalen candidaat getoetst aan art 194, zoo
ook past het ons in de gegeven omstandigheid
onzen candidaat, die gesteld zal worden, te hoeren
over de belastingen. Wanneer wij een man af
vaardigen, die het onhoudbare van het tegen
woordige belastingwezen met kracht en klem
kan aantoonen en door wiens invloedrijke taal
het belastingstelsel, voor zooverre het dien naam
mag dragen, wordt hervormd, verbeterd, dan oogst
ons district den dank in van alle waarlijk libe
rale Nederlanders. Reeds het stellen van zoo-
danigen candidaat is eene zaak van gewicht, eene
daad die zeer zal worden toegejuicht. Dat wij
op andere punten wel degelijk belangstellen in
een liberaal man behoeft geen betoog, doch wij
drukken er op, dat hij het zij in de eerste plaats
betreffende de belastingen, in den geest door ons
zoo dikwijls en nu ook wederom ontwikkeld.
Alleen zulk een man is onze man.
H. Adv. Blad.
Oost-Rumelië met Bulgarije ongedaan zal worden
gemaakt, evenmin als zij recht geeft om te voor
onderstellen, dat Vorst Alexander, door het her
stel van het status qeu ante, zal worden gedwon
gen, den scepter neer te leggen. Het is eene
zeer rekbare verzekering, de verzekening dat
men de wettelijke orde zal weten te herstellen
in de Balkan-Staten. Wanneer Servië en Grie
kenland hetzij in bedwang worden gehouden,
hetzij bevredigd worden, dan vervalt het bezwaar,
dat er ernstig gevaar voor de rust en de wel
vaart der bevolking is ontstaan door de vereeni-
ging van de beide Bulgarijen.
Dat Griekenland zich door pressie der Mogend
heden zal kunnen laten bedwingen, wordt niet
waarschijnlijker gemaakt door de troonrede, waar
mede de Koning George het Parlement opende.
Ofschoon de Regeering ’s avonds te voren van
de groote Mogendheden eene gelijkluidende nota
had ontvangen, waarin Griekenland werd uitge-
noodigd, wel na te denken over de gevolgen van
stappen, die tegen den wensch om den vrede te
bewaren indruischten, en Griekenland zelf aan
sprakelijk werd gesteld voor onlusten, die het
gevolg daarvan zouden kunnen zijn, hoewel
deze waarschuwing nog versch in het geheugen
lag, heeft de Koning geen zweem van vrees aan
den dag gelegd en evenmin de waarschuwing
overgebracht. Hij wees er op, dat het tractaat
van Berlijn, op het Schiereiland van den Balkan
zeker politiek evenwicht had geschapen, waar
door de belangen van Griekenland tot zekere
hoogte werden gewaarborgd, en dat Griekenland
zich daarom aan dat verdrag heeft gehouden.
Doch de Bulgaarsche opstand heeft den be-
staanden toestand gewijzigd en de Regee
ring alzoo gedwongen tot het nemen van militaire
maatregelen, ten einde voor de belangen van
Griekenland te kunnen waken. De reserven
komen bereidwillig op, de Koning koestert de
overtuiging, dat zij hun plicht zullen doen als
de omstandigheden dit noodzakelijk zouden ma
ken, terwijl de Kamers ongetwijfeld, met het oog
op de enstige tijdsomstandigheden, aan de Re
geering de middelen niet zullen onthouden, om
zich van haar moeilijken plicht te kwijten.
Gevaarlijker dan Rusland, Duitschland en Oos
tenrijk te zamen is voor de Balkanstaten, die
met de wapenen in de hand gereed staan, de
grenzen over te trekken, juist dat langdurige
staan zonder een schot te lossen, zonder één
schrede voorwaarts te zetten. Men zeide wel,
dat de Serviërs de grens van Bulgarije hadden
overschreden maar dit gerucht is gelogenstraft.
Het naaste gevolg van die werkeloosheid is, dat
zoowel in het Servische, als in het Bulgaarsche
en in het Grieksche leger de opgewondenheid,
die zich niet in daden kan uiten, overslaat in
ontevredenheid en verzet tegen de discipline.
Wanneer, gelijk in Servië en Bulgarije, daarbij
nog komt, dat de regen en de koude vele ziek
ten veroorzaakt, dat de uitrusting en de voeding
slecht zijn, dan is desorganisatie niet ver meer
af en zal het den Turken, zedelijk gesteund door
de Mogendheden, niet veel moeite kosten, den
ouden toestand in verslimmerden vorm te her
stellen.
Dat de conferentie te Konstantinopel het zoo
gauw eens zal zijn over de Bulgaarsche quaestie,
behoeft men niet tegelooven. Frankrijk en Ita
lië maakten een voorbehoud, ten aanzien van
Vorst Alexander.
Gedurende de Antwerpsche Tentoonstelling
zijn tot dusverre 578 zakkerollers gevat. Hier
van waren 254 Belgen, 211 Duitschers, 63 Hol
landers, 35 Engelschen en 14 Franschen.
Men mag hieruit afleiden, dat de Franschen
het best hun bedrijf verstaan en de Belgen het
nog aan voldoende oefening ontbreekt.
Men zal nu wel spoedig naar een candidaat
omzieri en honderd tegen één voor den
dag komen met een groot grondbezitter of een
geldman, die lust en moed genoeg heeft om
mede te werken, dat de draagkracht der belas
tingen niet wordt verplaatst maar op den bur
gerstand blijft drukken. Mogelijk wel een vriend
van belaste spoorwegkaartjes, eene tabaksbe
lasting of nog iets anders meer om maar weer
een nieuwen druk op de burgers te leggen. Weg
met zoo’n candidaat om de eenvoudige reden,
omdat hij niet liberaal is.
Die onregelmatige druk der belastingen moet
ophouden, heeft reeds veel te lang geduurd. In
de eerste plaats moet dus iemand gezocht worden,
die eene klassenbelasting wil en langzamerhand
niet binnen 10 of 20 jaren, maar binnen 5
jaren b. v. ons wil helpen verlossen van de
belastingen op zout en zeep, bier en azijn, van
de plakzegel- en patentbelasting. Zulk een man
past ons. Die daartoe mee wil werken is een
liberaal man. In dezen kan men gerust zeggen
Die in deze zaak een warme strijder is zal in
andere zaken ook gewis een flink mensch zijn.
Hij toch staat recht en billijkheid voor en heeft
een geopend oog voor waarheid en rechtvaardig
heid. Hij is een eerlijk mensch. Vele andere
zaken laten ons wel niet koud, maar treden nog
niet zoo op den voorgrond. Het belastingstelsel is
in dezen veelbewogen tijd de kwestie bij uitne
mendheid. Veel gemor en ontevredenheid heerscht
over die zaak bij de burgerij, al uiten ze dat dan
ook niet zoo openlijk als de mannen van Alge
meen Stemrecht, die daarover zoo druk in de
weer zijn.
Deugd is geen Godsdienst, geen geloof.
Deugd is geen sleurwerk, geen vorm.
Deugd is Menschelijkheid.
Bolsward, 22 October. Heden had alhier
de gewone jaarlijksche billardpartij plaats, ten
huize van den kastelein J. S. Postma. Een
groot getal, waaronder vele beroemde spelers,
nam aan de partij deel. Prijs, f 40, T. Terpstra
te Ferwerd; premie, f 10, R. Postma te Bolsward.
Exmorra, 19 October. Heden werd er, onder
begunstiging van het heerlijkste herfstweder, door
de kinderen der openbare school feest gevierd.
In een zevental wagens werd een rijtoertje ge
maakt over Bolsward, Klieuw, Scharnegoutum,
Sneek en Nijland, en na terugkomst zette men
de pret voort in het schoollocaal. Hier werd,
onder het genot van de gebruikelijke chocolade,
enz. enz., menig lied uit volle borst gezongen.
Een tombola zonder nieten besloot het feest.
Openlijken dank aan allen, die medegewerkt
hebben om ook dezen kinderen een aangenamen
dag te bereiden.
Wonseradeel, 24 Oct. De Gemeenteraad
heeft heden besloten
1. Burgemeester en Wethouders te magtigen
de uitdieping van de Schraardervaart te gunnen
aan den laagsten inschrijver G. T. Praamstra
te Veen wouden tegen den door dezen bedongen
aannemingsprijs van f 1512, die de begrooting
van het werk eenigszins overtreft.
2. Afwijzend te beschikken op een verzoek
tot slatting van de Bedelaarsvaart, uit aanmer
king, dat die vaart niet voorkomt op den staat
van de voor de publieke dienst bestemde water
staatswerken.
3. Tot verzekering van de rigtige invorde-
Gaat uit en predikt der wereld Vergeving,
Verdraagzaamheid en Liefde
Gelooft, wat ge gelooft, mits uit heilige
overtuiging.
’t Is niet de vraag, wat wij gelooven hoe
wij gelooven, daarop komt het aan.
Idealen, bah Wij leven in de werkelijkheid
Welke werkelijkheid is dat vaak! Zoo’n wer
kelijkheid ook bah
Een „hoogstaangeslagene.” Ieder neemt zijn
hoed af.
Een schilder, dichter, beeldhouwer, musicus.
Hm
Gij, die daar buigt voor den eerste, voor wien
buigt ge, voor den man of voor z’n geld
’k Hoorde eens een aardig sprookje.
Daar waren twee broeders. De een was ge
zegend met schatten, de andere had niets dan
zijne viool. De geheele stad prees en vleide den
eerste, den tweeden ging men voorbij en be
klaagde hem, dat hij zooveel armer was dan zijn
broeder. Dan lachte hij. En de menschen noem
den hem een dwaas. Men schold op hem, dat
hij niet eerbiediger was voor den rijkaard. „Ik
ben meer dan hij,” was ’t fiere, zelfbewuste
antwoord.
De „arme” broeder verliet de stad. In den
vreemde erkende men zijne grootheid. Zijn broe
der werd arm en zij, die eens voor hem bogen,
zagen hem op den rug aan.
Toen beiden gestorven waren, betreurde de
geheele wereld den kunstenaar.
En de inwoners der stad richtten een stand
beeld voor hem op. „Hier werd hij geboren,”
zeiden zij.
Over den „rijken” broeder sprak niemand
meer. Dz.
De heer Mr. Ph. van Blom is benoemd tot
lid van den Hoogen Raad en houdt dus op lid
te zijn van de Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal, tengevolge waarvan de kiezers in het
hoofdkiesdistrict Sneek weldra geroepen zullen
worden om bij meerderheid van stemmen uit te
maken, wie zijn opvolger zal worden als volks
vertegenwoordiger. De strijd zal wel weer
bestaan tusschen een liberaal en een kerkelijk
man, zooals we dat al jaren zijn gewoontrou
wens wjj weten al niet beter of dat behoort zoo.
De dichter de Genestet heeft eenmaal gezegd
Een middelman, wat heb je er’an, en over de
lui die half visch zijn en half vleesch is ook
reeds zooveel gezegd, dat we over die halfslach
tige wezens maar liefst geen verdere uitweiding
geven. Wij, als liberalen begeeren een liberaal
man. Wij zullen echter eerst eens duidelijk
maken wat we door een liberaal man verstaan,
want dat weten de menschen tegenwoordig al
heel slecht, vooral als ze dat gewaar moeten
worden uit de handelingen der liberalen. In zijn
levensopvatting moet een liberaal deze leer
huldigen: Wat gij niet wilt dat u geschiedt,
doe dat ook aan een ander niet, m. a. w. een
ander juist zóó behandelen als men zelf wenscht
behandeld te worden. Nu leggen wij den libe
ralen deze eenvoudige vraag voorHeeft men
in zake belastingen den druk daar gebracht,
waar ze wezen moet? Neen, als vermogende
heeren heeft men zich zelven en steeds de grooten
der aarde gespaard en den druk der belastingen
den burgers laten gevoelen. Is dat nu een ander
behandelen zooals men zelf behandeld wenscht
te worden?
De Engelsche Regeering kent het antwoord
van den Koning van Birma op haar ultimatum
nog nietmaar zij verwacht geen gunstig ant
woord, en charterde reeds een zevental stoomboo-
ten voor het vervoer van troepen.
De Deensche Regeering moet voornemens
zijn maatregelen van strengen aard te nemen
tegen de vrijheid van het woord en van het ge
schrift.
Dat er te Kopenhagen weder ongeregeldheden
zijn voorgevallen en het garnizoen is versterkt,
wordt tegengesproken in Duitsche bladen; maar
op de berichten kan men niet te best vertrouwen.
De Keizer van Oostenrijk heeft in zijn toe
spraken tot de voorzitters der Delegaties gewe
zen op de hoogst vriendschappelijke betrekkin
gen tot het buitenland. Het bezoek van den
Keizer en de Keizerin van Rusland te Kremsier
was een belangrijk teeken van het voortduren
van die opgewekte en vertrouwelijke verstand
houding tusschen de beheerschers der drie groote,
elkander als buren begrenzende Rijken, welker
beteekenis voor den vrede door den Keizer een
jaar geleden werd aangekondigd. Bij het ernstig
streven om, op den grondslag van een door ver
dragen gewaarborgden rechtstoestand, vrede en
orde in stand te houden, ondervonden wij, zeide
Frans Jozef, de volledige medewerking van de
overige Mogendheden van Europa. Deze eens
gezindheid, ter verzekering van het groote belang
des vredes, vormt het gewichtigst onderpand voor
het welslagen van datgene, waarnaar de Regee
ring in dezen geest streeftin vereenigiug met
de overige Mogendheden, die het verdrag van
Berlijn onderteekenden, in het Balkangebied de
wettige orde te herstellen, welker onverwachte
schending de rust en de welvaart der aldaar
wonende volken ernstig in gevaar brengt. De
eerbied voor verdragen en de handhaving der
uit deze voortvloeiende rechten en plichten waren
de grondslagen van het vertrouwen, dat de volken
van den Balkan bij Europa genoteneen zelf
standig politiek staatsleven kon op die voorwaar
den hun deel zijn. Het behoud van den vrede,
het handhaven der belangen van de Monarchie,
zullen ook in ’t vervolg de voornaamste taak
mijner Regeering zijn, zoo besloot de Keizer.
De verklaring van Keizer Frans Jozef is dui
delijk genoegmaar toch kan men er niet met
zekerheid uit opmaken dat de vereeniging van
ring van de hondenbelasting het middel van
executie tegen nalatigen in de voldoening van
den aanslag in toepassing te brengen.
Ingekomen en tot eene volgende vergadering
aangehouden is
a. Een nieuw reglement van orde voor de
vergaderingen van het Dagelijksch Bestuur.
b. Een ontwerp tot wijziging der gemeente-
begrooting, dienst 1885, met een plan tot het
aangaan eener geldleening groot f 10,000.
c. Het rapport van het onderzoek der be
groetingen voor de dienst 1886. Daarbij worden
onderscheidene voorstellen tot verlaging van
posten gedaan. Ook wordt de vaststelling van
eene verordening tot regeling van de gemeente
politie voorgesteld. Bij de arm voogdij begroetin
gen wordt een andere regeling van de genees
kundige armenpractijk aanbevolen. Men wenscht
deze op te dragen aan 4 geneeskundigen: 3 tegen
f 800 en 1 tegen f 250 per jaar. Daarnevens
wil men twee vroedvrouwen op f 300 benoemen.
Te Sneek worden als candidaten voor de
Tweede Kamer genoemd de heeren Tak van
Poortvliet, B. H. Heldt, A. Moens, Binnerts, J.
Kuypers en P. J. G. van Diggelen.
Voor eenigen tijd, toen nog slechts de vaca
ture in uitzicht bestond, werd aan de kiezers
in Sneek in overweging gegeven, den heer Heldt
af te vaardigen. Wij zouden dit eene zeer ge-
wenschte eandidatuur achten. De heer Heldt kan
als de vertegenwoordiger worden beschouwd van
de denkbeelden der werklieden-vereenigingen in
ons land, en het ware billijk hem de gelegenheid
te geven, dezen in het Parlement ter sprake te
brengen en te verdedigen. De kiezers te Sneek
hebben het thans in hunne macht om over quaes-
tien, die algemeen besproken worden, het oor
deel der Volksvertegenwoordiging te vernemen.
Als merkwaardig voorbeeld van begripsver
warring nemen wij het volgende uit de Standaard
over, die botweg bezoldiging met bedoeling ge
lijk stelt.
Zij schrijft het volgende
„Althans de bedeelden wil ons vrijheidlievend
liberalisme voorshands nog van de stembevoegd
heid uitsluiten.
Hier is iets voor te zeggen.
Mits, en hierop dient al meer alle nadruk ge
legd, mits dan ook van de stembus geweerd
worden
lo. Alle personen, die niet slechts een kleinen
onderstand, maar heel hun traktement uit de kas
der overheid ontvangen. Dus alle ambtenaren van
Rijk en gemeente. En dat wel op dien grond,
dat vrij tegenover de overheid nog meer is hij,
die alleen maar vrij doktert, dan een man wiens
gansche bestaan voor zich en zijn gezin geheel en
uitsluitend aan de gunste van de overheid hangt.
2o. Alle personen, die als directeuren of deel
hebbers van machtige vereenigingen, genoot
schappen of maatschappijen, belangrijk financieel
belang hebben bij zekere wetten of ministerieele
regelingen.
Het is toch de dwaasheid zelve, een armen
stumper te weren, omdat hij eens een gratis
breukband van zijn armbestuur kreeg, en kiezer
te laten tien, twaalf machtige heeren, die door
hun invloed een regeeringsbesluit weten uit te
lokken, dat hun duizenden bij duizenden guldens
in den zak brengt.
En 3o. alle vaders of voogden, die voor hun
kinderen of pupillen aan een lagere, middelbare
of hoogeschool minder betalen dan den kosten
den prijs.
Of is het niet ongerijmd, een kleinen man stom
aan de stembus te maken, omdat hij ’s winters
een derdehalfhonderd zwavelachtige turven krijgt,
en aan de groote heeren het woord te gunnen,
voor de opleiding van wier zonen aan de acade
mie ’s lands kas een duizend gulden ’s jaars
bijpast.
En daarom van tweeën een
Of alle bedeelden vrij, of alle bedeelden van
de stembus geweerd.
Maar in geen geval weer een doorlaten van de
groote heeren, en het hek dicht voor den klei
nen man.
Daartegen komen we in naam van gelijkheid
en vrijheid, ja, in den naam onzes Heeren Jezus
op, die nooit wilde dat men de armen achter
zou stellen”.
Het is bijna 24 uren verboden geweest
te Amsterdam op straat te roepen„Recht voor
Allen, twee centen!” Vrijdagavond werden voor
dat feit vier colporteurs van het socialistische
blad in hechtenis genomen. Zij hadden gewei
gerd gevolg te geven aan het bevel der politie,
welke den uitroep verbood.
Spoedig werd er wat op verzonnen. Op den
Nieuwendijk liepen een paar jongens, die luid
keels „Recht voor Allenriepen achter den
rondventer van het blad. Deze verkocht, maar
riep niet; de knapen gilden maar verkochten
niet. Men liet hen ongemoeid, daar het misdrijf
schijnt te bestaan in de vereeniging van roepen
en verkoopen.
Zaterdagmorgen vervoegden twaalf dier col
porteurs zich, toegerust met hunne tasschen vol
bladen, ten stadhuize, om den burgemeester te
spreken. Deze kon hen toen niet ontvangen,
doch om één uur werden twee der bezoekers bij
hem toegelaten.
Na een onderhoud, dat eenigen tijd duurde,
stemde de burgemeester er in toe, dat zij bij
den verkoop titel en prijs van het blad zouden
noemen. Het verbod was dus weer opgeheven.
’<*1
1
Bolswardsclie Courant,