NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
OLSWARO EN WWSl&AOSSt
fa
Kinderarbeid.
I)E BÖÏESKVESTS.
1886.
Vijf en Twintigste Jaargang.
No. 25.
VOOR
BINNENLAND.
BUITENLAND.
DONDERDAG 17 JUNI. g
den dag:
handige wijze heeft de
.3*^3
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents,
4
L?>
ADVERTENTIEPRIJS 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
5®
schrijft boven haar artikel over
journée ridicule.”
zich algemeen gewijzigd ook voor den landbou
wenden stand. De buitengewone uitbreiding
der verkeersmiddelen heeft hem uit zijn geïso-
leerden toestand gebracht, heeft nieuwe eischen
van algemeene ontwikkeling gesteld, ook voor
de meisjes, heeft nieuwe behoeften doen kennen.
De eischen des levens, ja ook eenvoudig, maar
de zorg voor het huisgezin en de kinderen, be
letten, dat de boerin zich geheel aan hare taak
kan wijden zooals vroeger. Dit te betreuren
baat nietmen kan op den weg der natuurlijke
ontwikkeling niet teruggaan.
„La
En wat hebben wij gedaan In een zelfde
richting zijn, dank zij het prijzenswaardig initi
atief van eenige ondernemende mannen, onder
welke de schrijver dezer brochure een eereplaats
inneemt, enkele stappen gezet. Maar er moet,
willen wij ons niet voorgoed laten overvleuge
len veel krachtiger in deze richting worden ge
arbeid. Er moeten meer fabrieken verrijzen,
maar vooral ook volgens den heer Borger, ge
legenheden waar de boterbereiding practisch on
derwezen wordt, vakscholen of leerhoeven. De
maatschappijen van landbouw, meent hij, be-
hooren daartoe het initiatief te nemen. Ter be
scherming van een eerlijken handel en ter ver
wijdering van alles wat den afzet kan belemme
ren, acht hij bovendien volstrekt noodzakelijk
wetsbepalingen ter voorkoming en bestraffing
van knoeierijen. Behalve doeltreffende strafbe
palingen tegen vervalsching een speciale wet,
die verbiedt kunstboter anders te verkoopen dan
in verpakking met duidelijk den inhoud aanwij
zend etiket. Dat deze maatregel tegen de kunst-
boterindustrie, wier betrekkelijke waarde hij
erkent, zou gericht zijn, wordt door den schrij
ver ten sterkste betwist. De natuurboter kan
haar rechtmatige positie op de wereldmarkt z. i.
onmogelijk meer terug erlangen, als zij niet langs
dien weg tegen verdachte en bedekte concurren
tie wordt gewaarborgd.
Aan de toekomst wanhoopt de schrijver dan
niet, want en ziedaar de dotwoorden van zijn
belangrijk vertoog „nog bezitten wij in onze
prachtige weilanden, in ons uitstekend melkvee,
in onze gunstige ligging voor het wereldverkeer,
voorrechten waarin geen land ter wereld ons over
treft, voorrechten, die ons in staat stellen op het
gebied der boterindustrie bovenaan te staan, maar
daarvoor is onbetwistbaar noodig:
een afdoende bestrijding van knoeierijen in den
boterhandel en
eene ingrijpende verbetering van de boterbe
reiding.”
Een bij uitstek heldere bichure, onder dezen
titel door den heer J. Rinks Borger bij R. P.
Zijlstra te Joure uitgegevenverdient de belang
stelling van allen, die op Ie welvaart en niet
minder op den goeden naanvan Nederland prijs-
stellen. Diep beschamend het voor ons natio
naal gevoel te moeten lez», aan welke oorza
ken de achteruitgang van izen boterhandel is
te wijten. Terwijl de toeemende vraag naar
boter op de wereldmarkt var andere volken, de
Denen en Normandiërs in e eerste plaats, een
prikkel is geweest om ziclup steeds verbeterde
productie toe te leggen is czen boterhandelaars
de verleiding te machtig ;eweest om tijdelijk
grove winsten te behalen oor slechtere produc
tie, namelijk door afteveng van knoeiwerk,
waaraan de schijn en de mm van prima kwa
liteit boter werd gegeven In 1863 heerschte
de Friesche boter on bestreen op de Engelsche
markt, en kon geene amre boter daarmede
wedijveren. En op 26 Mat 1886 waren de no-
teeringen Normandische 10, Italiaansche 120,
lersche 114, Amerikaanse! 112, Friesche 90S.
De schuld ligt, de heer Bger erkent het, niet
bij de fabrikanten van kutboter, zelfs niet bij
de margarineboter zelve, jang voordat de be
reiding dezer boter in onsand een zoo enorme
vlucht nam, de product kan geschat worden
op 55 millioen kilo kunstlier tegen 60millioen
natuurboter waren ze lleerd in de knoeierij.
Op hoe walgelijke wijze dtop de Friesche markt
geschiedde, wordt door <n schrijver plastisch
voorgesteld. Maar toen amaal de kunstboter
in zwang kwam, was hemateriaal gevonden,
waarmee het gemakkelijkien op de meest uit
gebreide schaal kon wordi geknoeid. Weder
om wordt ons met sprekend trekken geschilderd,
hoe dit door zoogenaamdeoterboeren geschiedt.
Het einde is dat de goediaam van ons product
weg is.
De BURGEMEESTER van Wanseradeel
Overwegende dat niet naar behooren wordt
voldaan aan de bepalingen der wet van 19 Sep
tember 1874 (Staatsblad no. 130), houdende
maatregelen tot het tegengaan van overmatigen
arbeid en verwaarloozing van kinderen, luidende
Artikel 1. Het is verboden kinderen beneden
twaalf jaren in dienst te nemen of in dienst te
hebben.
Artikel 2. Het verbod van art. 1 is niet
toepasselijk op huiselijke en persoonlijke dien
sten en op veldarbeid.
Artikel 3. Wegens overtreding van art. 1
zijn aansprakelijk de hoofden of bestuurders der
ondernemingen, in of bij welke hef kind in dienst
is bevonden.
Heeft de in dienstneming plaafe gehad buiten
weten van de bij het vorig lil aansprakelijk
gestelden, en bewijzen deze dat zij de overtre
ding, onmiddehjk na daarvan tennis te hebben
bekomen, hebben doen ophoud®, dan wordt de
genen aansprakelijk gesteld, die het kind in
dienst heeft genomen.
Artikel 4. Overtreding van art. 1 wordt ge
straft met geldboete van f3tot f25.en
gevangenisstraf van 1 tot 3 digen, te zamen of
afzonderlijk.
Bij herhaling van overtrediig binnen een jaar
na eene vroegere veroordeeliig wordt altijd ge
vangenisstraf toegepast en aai de verordening,
houdende verbodsbepalingen imtrent den veld
en tuinarbeid van kinderen kneden del2jaren
in de Gemeente Wonseradeel luidende:
Artikel 1. Het is verbode, veld- oï tuinar
beid te doen verrichten door kinderen beneden
den ouderdom van 12 jaret die niet getrouw
de school bezoeken.
Artikel 2. Aansprakeljjkm strafbaar wegens
overtreding van art. 1 zijn ie ouders en voog
den der kinderen of degene, die met het toe
zicht op de kinderen belast ijn, indiende arbeid
met hunne voorkennis venict wordt.
Wordt de arbeid buiten hunne voorkennis
verricht, dan zijn zij aanspraelijk en strafbaar
in wier dienst de arbeid vericht wordt.
Artikel 3. Overtreding va art. 1 wordt ge
straft met geldboete van 11,— tot f 10,en
gevangenisstraf van 1 tot 3 agen, te zamen of
afzonderlijk.
Waarschuwt de belokken ingezetenen
tegen verdere overtreding.
Witmarsum, den 10 Juni 886.
De Burgemester voornoemd,
O. W. C T. VISSER Fzn.
Een ander systeem is noodig, zegt de schrijver.
Niet eenvoudig overbrenging van de Schwartze-
methode of de Deensche centrifuger op onze boer
derijen, want het is een dwaling, dat aan die
hulpmiddelen alleen Denemarken zijn overwicht
te danken heeft. Neen, Denemarken heeft zich
zijne positie veroverd, herhaaldelijk doet de
schr. dit uitkomen, daarbij hulde brengende aan
den man, die den stoot gaf en de leider is ge
bleven der beweging, prof. Segelcke door de
belangstellende samenwerking van kapitaal en
kennis bij de bereiding der boter, gesteund door
de energieke werkzaamheid van den handel.
De groote landeigenaren trokken zich zelf de
boterbereiding aan, het kapitaal zorgde voor
oprichting van fabrieken, technici wijden zich
aan dit bedrijf, wetenschappelijke inrichtingen
voor de studie der zuivelbereiding verrezen door
het gansche land, exportmaatschappijen zorgden
voor débouchés.
Hoe dien goeden naa te heroveren De
schrijver ontveinst zich nt, dat dit een buiten
gemeen moeielijke taak3. Reeds omdat in
derdaad de bereiding onz natuurboter is ach
teruitgegaan. Aan de toemende weelde van
den boerenstand is de sclld gegeven. Volgens
den schr. is dit waar, dotslechts in betrekke-
lijken zin. Het bereidener boter door handen
arbeid eischt van den vjgen morgen tot den
laten avond de nauwlettde zorgen der boerin
zelve. Dat die zorgen draan niet in die mate
als voor een 30, 40 jaar wijd worden, behoeft
men nog niet aan overdren weelde en genot
zucht toe te schrijven. Hevensstandaard heeft
In de Standaard leest men
„Wonder boven wonder, beliefde het God den
Heere met de moderne secteschool een grooten-
deels anti-modern geslacht te doen opgroeien.”
Wij zouden daarop kunnen antwoordenziet
gij dan wel dat die school zoo slecht niet is, óók
voor uwe beginselen. Men plukt toch geen vijgen
van distels al het kwaad wat gij van die schoten
zegt, wordt door de uitkomst, volgens uwe eigene
bekentenis, gelogenstraft.
In de Macedoniër wij vernemen uit het
Doetinchems Weekblad het bestaan van dit blad
wordt medegedeeld, dat de elf Zendelingsvereeni-
gingen in Nederland ontvingen f 247,694 en uit
gaven f 217,373.
Dus bedraagt volgens het D. W. het tekort f
40,000.
Wij zouden meenen, dat er f30,000 o verschoot.
Maar de Macedoniër schijnt er eene andere re
kenkunde op na te houden.
Door de politie te Haarlem is proces-ver-
baal opgemaakt wegens bedrieglijke oplichting,
gepleegd door iemand, die, zoo het heette, door
erfenis eigenaar geworden was van eene groote
partij Rijnwijn, en deze te koop heeft aangebo
den voor 25 cents de flesch in een der dagbla
den. Hierop waren hem door verschillende in
gezetenen uit Haarlem bestellingen gedaan ten
bedrage van f3 voor ieder. Na ontvangst is
echter gebleken, dat de flesschen volstrekt geen
Rijnwijn of wijn inhielden, maar, volgens ver
klaring van een deskundige, slechte limonade,
gemaakt van aardappelensiroop.
Te Herwijnen is Vrijdagavond het schip
Moers, van Meidrich a./d. Ruhr, met bestemming
naar Gorinchem, even beneden de steenfabriek
van den heer Mijnlieff, aan den grond gevaren
en tengevolge van den sterken stroom en golf
slag bij het passeeren eener stoomboot in tweeën
geslagen en gezonken.
Het vaartuig, dat op het zand zit met den
kop onder water, was geladen met 1175 kar
steenkolen, vertegenwoordigende eene waarde van
ruim f 700. Naar men verneemt, was het schip
geassureerd bij de Amsterdamsche V erzekerings-
maatschappij.
Te Hoogezand is Vrijdag de groote schoor
steen van de fabriek van den heer J. R. Smit
aldaar door den bliksem getroffen en ingestort.
Gedeeltelijk plofte hij in de werkplaats neer,
waar hij groote verwoesting bracht. Gelukkig
is niemand der bezig zijnde werklieden gedood
of gewond. Brand werd niet veroorzaakt.
„Geen onheilig vuur!”
Geen slinksche manieren
Bidt tegen uw wederpartij der. Laat u uw
slaap ontrooven, om niet onnoozelijk verrast te
worden. Geeft er desnoods een stuk van uw
gezondheid aan. Maar wacht u voor eiken
zwaardslag, die uw vijand in den rug zou tref
fen, en u op een ontruste consciëntie kwame te
staan.
Bovenal verheft u niet boven onkerkelijke,
ongeloovige en liberalistische medeburgers, alsof
zij uitsluitend de schuldigen en gij de heiligen
in het land waart.
Dat zijt ge niet.
Aan de diep invretende volkszonde der ver
loochening van ’s Heeren Naam staat ge zoo
goed schuldig als zij.
Het derven van den zegen des Heeren komt
even goed voor onze rekening.
Want hadden wij trouwer getuigd; vuriger
gebedenhartelijker liefde en trouw onder el
kander betoond en den Naam des Heeren meer
aan de conscientiën aanbevolenwie weet
of wel zoo veten waren afgedoold.
Bovendien, ge weet het immers, de kiem van
het Liberalisme, het giftig zaad, waaruit dit
volksbederf opsproot, ligt evengoed in uw hart
als in het hart van uw wederpartijder.
En dat het bij hen weelderig opschoot en bij
u nauwlijks ontkiemde, het was toch niet enkel
hun zonde en uw deugd, maar hing af van o,
zooveel omstandigheden 1”
Bovenstaande conscientiekreet is aan de Stand
aard ontsnapt. Wij nemen er met genoegen
kennis van en hopen, dat het blad en zijne me
destanders dit in herinnering zulten houden.
Dat wij de theorie van het giftige zaad niet
zoo voetstoots beamen, spreekt vanzelf, terwijl
we in de paragraaf betreffende de invretende
volkszonde als amendement wenschen bij te voe
gen achter het woord Naam, „en miskenning
van het gebod om den naaste lief te hebben.”
Men schrijft uit Groningen
De Pinksterdagen zijn hier rustig voorbijge
gaan. Aan het van ouds bekende „dauwtrap-
pen” buiten de voormalige Heerepoort werd door
veten gevolg gegeven, terwijl de orde niet in
het minst verstoord werd, dank zij de goede
maatregelen der politie, die, evenals 't vorige
jaar, ook nu streng toezicht hield op den ver
koop van sterken drank binnen den bij de wet
bepaalden tijd.
Ook in ’t naburige Helpman was de rijkspolitie
goed vertegenwoordigd, welke daar de drankwet
mede flink handhaafde.
Oostenrijk. Op zeer 1 u
politie aan de ongeregeldheden te Pest een einde
gemaakt.
Toen de oproerstokers Zaterdag avond weer
in grooten getale rondtrokken, werd de geheele
troep, ongeveer 1500 personen sterk, door de po
litie en de soldaten op een der pleinen samen
gedreven en omsingeld. Wie zich kon legitimeeren,
werd terstond vrijgelaten, doch de overigen wer
den onverbiddelijk in hechtenis genomen. Meer
den 700 leegloopers en socialisten, waaronder
een paar gevaarlijke drijvers, werden gevat en
met geweld weggevoerd. Ten einde herhaling
der opstootjes te voorkomen, zulten zij tot na
Pinksteren in hechtenis blijven, terwijl de ge
vatte drijvers ernstiger zulten gestraft worden.
De eer, dit plan te hebben ontworpen, komt
toe aan baron Splényi, den chef der politie. Het
werd door de soldaten meesterlijk uitgevoerd en
wordt door de inwoners, die nu eindelijk van de
opstootjes verlost zijn, ten zeerste toegejuicht.
Duitschland. De voornaamste, ten minste de
het meeste geruchtmakende berichten betreffen
den koning van Beieren.
Zaterdag werd hij van Linderhof, waarheen
hij eerst overgebracht werd, naar het kasteel Berg
vervoerd, op raad van de artsen, die deze ver
blijfplaats beter vonden voor zijn gestel. De
Gulden, dr. Muller, de baron von Washington,
een zijner oudste vrienden, en graaf Boos gingen
mede.
De koning bood geen tegenstandmaar
weigerde de acte te teekenen, waarbij een re
gentschap werd ingesteld. Men ontdekte inmid
dels, dat er een plan, eene kleine samenzwering
bestond, om hem te ontvoeren. Zaterdag was
van dit plan reeds iets uitgelekt en werd gezin
speeld op een „hooggeplaatst personen”, die daar
in zou betrokken zijn. Thans kennen wij den
naam van dien hooggeplaatstede koning zou
met een zijner neven Ludwig een ander dan
de zoon van den tegenwoordigen prins-regent,
die denzelfden naam draagt naar Tyrol vluch
ten. Alles was voor die vlucht in gereedheid
gebracht. Men vond zoo er nog geene be
wijzen waren van de zielsziekte des konings zou
dit als bewijs kunnen dienen in de door Z. M.
verlaten vertrekken ook een koninklijk besluit,
houdende het bevel om eiken minister een
oog uit te steken.
De prins-regent verklaarde inmiddels, dat hij
niets in den bestaanden toestand, wat de regee-
ring des lands betreft, zou wijzigen. De regent-
schapsraad bleef uit liberalen bestaan.
De Norddeutsclie, het orgaan van Bismarck,
gaf zijnen zegen op de zaak. Het koninklijk
huis en de beide kamers van den Beierschen
landdag, zeide de Norddeutsche, hadden alleen
te beslissen omtrent het regentschap en den vorm
te bepalen, waarin het zou worden uitoefend.
Duitschland en zijn kanselier hadden zich dus
niet te bemoeien met de geschiedenis.
Nu komt echter een telegram uit Munster,
waarin volgens daar ontvangen bericht de
dood van den koning wordt medegedeeld. Koning
Lodewijk zou bij eene wandeling in het park van
het slot Berg in het Starnbergermeer zijn ge
sprongen en zijn lijfarts Gulden met hem veron
gelukt zijn bij de poging om hem te redden.
De agenten der politie te Berlijn met uit
zondering van de straatpolitie zijn met re
volvers gewapend van een bijzonder model, dat
het mikken met dat wapen gemakkelijker maakt;
350 agenten hebben reeds zulke revolvers ont
vangen en andere groote steden in Duitschland
zulten dat voorbeeld volgen.
De Kölnische Zeitung wijdt met verontwaar
diging en leedwezen uit over de treurige omstan
digheid, dat in den naam van een Duitsch vorst
het blad twijfelt niet, of het geschiedde zon
der zijne hem bewuste toestemming pogingen
aangewend of begunstigd zijn geworden om met
Fransch geld in den nood der Beiersche kabinets-
kas te voorzien. Sommige bladen beweren, dat
het daarbij het geld betrof van een Fransch
kroonpretendent maar de authentieke berichten
der Keulsche maken daarvan geene melding.
De schande der bedoelde pogingen, vervolgt het
blad gaat niet verder dan de bediendenkamer,
maar het w’as erg genoeg, meent het, dat de aange
legenheden van een Duitsch vorst tegenover in-
en uitheemsche indringers door lakeijen en stal
knechts werden bezorgd.
Te Berlijn is gestorven een zoon van den hor
logemaker Naundorf, den pseudo Lodewijk XVII.
Hij was commissionair in effecten, maar op bals
voerde hij den titel van markies of burggraaf.
Frankrijk. De werkstaking te Decazeville,
die zoolang heeft geduurd en zooveel schade ver
oorzaakt, is in de Pinksterdagen gelukkig ge
ëindigd. Zondag hebben de werkstakers eene
vergadering gehouden, waarin het besluit is ge
nomen, om op de nieuwe en trouwens eenigs-
zins gunstiger bepalingen door de maatschappij
gesteld, weer aan ’t werk te gaan.
De minister van justitie heeft thans bij den
senaat het wetsontwerp, betreffende de prinsen,
ter tafel gebracht. Het is zonder debat spoed-
eischend verklaard en heden Dinsdag zal
de commissie van onderzoek benoemd worden.
België. De groote dag der werkliedenmeeting,
Pinksterzondag, is vrij rustig voorbijgegaan. On
der de bevolking van Brussel heerschte de vorige
dagen eene ware paniek. Een aantal burgers ver
lieten de stadde meeste winkels werden ge
sloten vete fabrikanten en andere industriëelen
wapenden hun werkvolk en hunne beambten met
het oog op mogelijke gebeurtenissen.
De troepen en de burgerwacht waren in de
kazernen geconsigneerd en gereed, om op ’t eerste
bevel uit te rukken. De autoriteiten hadden be
slist, dat alle manifestaties, het vormen van op
tochten, het dragen van roode vlaggen zouden
worden verboden. De leden van het werklieden
congres waren uitgenoodigd, om zich rustig naar
het vergaderlokaal te begeven.
Te Luik, te Antwerpen, te Gent waren soort
gelijke maatregelen genomen.
De algemeene raad van de arbeiderspartij had
een biljet doen aanplakken, waarin o. a. gezegd
werd
„Eene groote, wettige en vreedzame mani
festatie zou heden te Brussel plaats hebben. De
burgemeester, die de liberale manifestatie van
den 31sten Aug. 1884 en de Katholieke van 7
Sept. 1884 veroorloofde, heeft haar verboden. Wij
irotesteeren krachtig tegen dien maatregel. Wij
lebben verzekerd, dat de orde zou gehandhaafd
dij venwij weten, dat wij op alle werklieden
runnen rekenen. De burgemeester heeft den
Irusselschen handel eene schade van honderd
duizenden francs gedaan. Het gouvernement
heeft meer dan een millioen verspild door nut
teloos troepen te concentreeren. De rechten der
arbeiders worden met de voeten getreden en
Brussel wordt in staat van beleg verklaard
Ongeveer achttienhonderd personen namen deel
aan het congres. De eerste niet publieke
vergadering had plaats om tien uur, de tweede,
openbare, om drie uur.
De Réforme vindt, dat de autoriteiten en de
bevreesden zich belachelijk hebbeu gemaakt eu
Bolswardsche Courant.