NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD 8Mmi» EN WWSERAMEE I Een gezellige Reis No. 4. ÏÏEESLIJK LAND. 1888. Zeven en Twintigste Jaargang. VOOR DONDERDAG 26 JANUARI. BINNENLAND. BUITENLAND. I DONDERDAG 26 JANUARI. J #3OOOOCXXXXXXXX)OOOOC$ ufl ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents, ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. '2 Dat de Duitsche Rijkskanselier heeft ge zegd, nog in geen drie jaren oorlog te verwachten, wordt bevestigd. Dit wordt geseind. Het zou ook al te curieus zijn geweest indien de Hamburgsche koopman Ohlendorff bleek een leugenaar te zijn geweest. Eene andere vraag is ’t of het zoo noodig was, te verzekeren, dat Bismarck inderdaad de woorden heeft gesproken, die men hem in den mond legt. Uit hetgeen de Köln. Zeit. als com mentaar van die woorden ten beste geeft, valt niet de gevolgtrekking te maken, dat men recht heeft men zulk een groot gewicht er aan te hechten. Het Keulsche blad geeft te verstaan, dat Bis marck zal hebben bedoeldwat het weken lang heeft uitgehouden, kan het ook jaren uithouden, en eene wending ten kwade is nergens waar te nemen. Dat men eenige in het gesprek gedane, zeker niet voor het publiek bestemde en waar schijnlijk slechts in scherts of onder voorbehoud gegeven uitlatingen van den Rijkskanselier, op de Beurs heeft verspreid, is niets meer en niets minder dan ongepast, zegt de Kölnisehe. Dat de vrede slechts bedreigd is, wanneer Frankrijk en Rusland dien willen verbreken, weet men buiten dien weleveneens staat het vast, dat Rusland zijn plannen in het Oosten niet zonder oorlog zal kunnen verwezenlijken, en dat het van de uitvoering dier plannen voorloopig of voorgoed zou hebben afgezien, moet worden betwijfeld. De Russische bladen herhalen wel-is-waar onop houdelijk den eisch, dat Duitschland met Rusland samen het tractaat van Berlijn weder moet doen eerbiedigen. Daar het Rusland echter in Bulgarije niet te doen is om het tractaat van Berlin, maar uur werd de reis moedig voortgezet. Daarna echter werd en bleef het prachtig weer en dan heet het „buiten geslapen, bijzonder lekker”, of „buiten onder den wagen geslapen, ’s morgens een beetje koud”. Er werd gewoonlijk gereden van ’s morgens 411 uur en dan van 2 of 3 tot 8 of 9 uur. In ’t middaguur werd ’t maal bereid, dat uit erwten- of vermicellisoep, uit boonen en rijst bestond. Nu en dan kwam men langs de groote hofsteden der boeren. Daar moest halt gehouden worden en dan werden ze allerhartelijkst ontvangen en op koffie, thee, melk, brood enz. getrakteerd. Ze mochten nooit iets betalen, omdat ze „Hollanders” waren, ’t Was alles familie, de boer en zijn vrouw waren „Oom en Tante”, onze jongelui werden „Neef” genoemd. Ze kwamen door enkele dorpen, daar werd een voorraad versch brood gekocht, o. a. bij bakker van Gelder te Bloemhof, die als Hollander uit blijdschap op koffie trakteerde. Betrekkelijk spoedig trokken zij over de groote Vaalrivier”, later over de „Vaalbosch” en andere rivieren. Daar werd heerlijk gezwommen en gebaad, maar daar hadden ook een paar onge vallen plaats, al ontkwamen de onzen er goed aan. Bij die ponteveeren nam. ontmoette men vaak andere transporten. Zoo was de transport- rijder Groenewegen met 3 wagens bij de Vaal bosch, de eerste wagen komt er goed over, maar kantelt aan de andere zijde, gelukkig waren er geen passagiers in. De tweede maakt den tocht opperbest, maar de derde, die nog aan deze zijde was en waarin 4 Engelschen zaten en eene vrouw, valt, omstreeks 20 meter voor hij in de rivier is om en toen allen op den grond lagen, hoorde men aan de andere zijde den uitroep „all right”, alles in orde. Dat was zoo, er waren geen ongelukken gebeurd, maar alles lag op den grond. Betrekkelijk gelukkig was ’t avond en twee van onze jongelui die waterlaarzen bij zich hadden, stapten moedig de rivier weer door, hielpen alles op de been en te 4 uur ’s morgens was alles, geljk een hunner schrijft, weer „kant en klaar.” Een tweede maal viel een wagen vol bagage om, midden in de rivier. Dit was in den morgenstond en ’t was middags 4 uur eer de wagen weer uit de rivier was en de kisten en balen opgevischt en weer opgeladen, de wa terlaarzen deden weer dienst en ’t „helpt elkaar” werd in ruime toepassing gebracht. Eens op een morgen waren twee ezels losge broken en ’t ruime veld ingeloopen. Twee kaffers kwamen na een paar uur gelukkig met hen terug. Op een anderen dag waren zij in een mooi jachtveld en werden twee vogels geschoten en een steenbok. In Potchefstroom, een nette plaats met lieve tuinen, ontmoeten zij kennissen uit Holland en brachten een gezellig uurtje door bij Dr. Kan en zijne familie. En zoo kwam ons reisgezelschap, dat dellden Oktober te Rotterdam aan boord gegaan was, den 26sten November te Pretoria aan, na een zeer voorspoedige reis en na, vooral op den laatsten tocht, allerlei avonturen te hebben doorleefd. Allen waren gezond en vol moed. De ontvangst door de Hollanders in Pretoria was allerharte lijkst. Den volgenden dag meldde reeds een tele gram in het vaderland de behouden overkomst. Deze dag was een Zondag. Sommigen gingen kerkwaarts en hoorden den vroegeren Achlumer predikant, Ds. Goddefroy. Des namiddags werden eenige bezoeken afgelegd en voorts bleef dien dag het gezelschap bijeen. Des Maandags gingen allen uiteen, een iegelijk zijns weegs en reeds dien dag had bijna elk een werkkring zooals hij dien begeerde, tegen ruime verdienste of goede vooruitzichten. Dat was de kroon op de M. E. van der MEULEN. II. Ter bestemder tijd stoomde de Norham-Castle de prachtige Tafelbaai binnen en breidde zich, eenigzins als Amsterdam, de Kaapstad uit als een halve maan, maar niet als onze hoofdstad te midden van een vlak, moerassig land, neen, links en rechts verheffen zich heerlijke, boschrijke bergruggen en in een zeer breede vallei is de stad landinwaarts gebouwd. Al zijn drie weken zoo lang niet aan boord, toch is het te begrijpen, dat onze reizigers in het keurige hotel „Amos”, waar aanstonds het Hollandsch hun aangenaam in de ooren klonk, met welgevallen de leden uitstrekten op hun nachtleger, zonder dat zij eenige deining gevoelden. Zij waren zoo ver standig een paar dagen rustig hier te vertoeven, een wandeltocht te maken naar den schoonen Leeuwenberg, waar, boven bij de Seinpost een prachtig uitzicht is op zee en waar do zilver- boomen groeien, wier prachtige, glanzige, zijde achtige bladeren zoo geschikt zijn om bewaard en overgezonden te worden. Als men aan de zeezijde afdaalt, dan is een tramrit van Green port langs prachtige wegen, omzoomd met liefe lijke villa’s, een waar genot en, daar de zomer in dit jaargetijde is begonnen, kost het moeite, in Kaapstad teruggekeerd, om het slaapvertrek op te zoeken, want voor het hotel heeft Mr. Amos eenige flesschen Kaapschen wijn neergezet, waarop hij het gezelschap onthaalt, een frissche zeewind koelt de hitte des daags verkwikkend af, terwijl verrukkelijke aardbeien bij het avond brood, na al de scheepskost heerlijk smaken. Den volgenden dag werd een rijtoer gemaakt naar Wijnberg en Constantia en voorts werd de tijd gebruikt, om allerlei inkoopen te doen voor de reis naar het Binnenland. Dat is een zeer vermakelijke bezigheid. Men moet goed op de hoogte zijn, men moet dames bij zich hebben, die alles beoordeelen en bestieren kunnen, men moet de leiding aan één overlaten, die de beta ling en ieders aandeel regelt. Er is toch waar lijk heel wat noodig. Eenige matrassen voor later in den ezelwagen, elk een wollen deken, die reeds in den spoortrein dienst kan doen, want de nachten zijn er soms koud, linnen waterzak ken en voorts allerlei proviand. Men begint toch met 48 uren te sporen van Kaapstad naar Kim berley en deze reis is zoo ingericht, dat men des avonds te 5,30 afreist, twee nachten en een dag doorspoort en den 3den dag tegen den middag te Kimberley aankomt. Gelukkig dat Mr. Amos weer tot een vriendelijke gedachtenis, een aantal flesschen wijn meegeeft, die tot een heerlijke ver kwikking zullen zijn. Het eerste gedeelte van dezen kolossalen tocht, voert door een zeer berg achtig oord, zoodat men eenmaal zelfs 10 minu ten in een tunnel zit, maar dan spoort men door de vlakke velden van Hope-town, overschrijdt de Oranje rivier en komt ten laatste door het district Kimberley aan de stad van dien naam. Maar Kimberley is geen Kaapstad, bet is veel meer een landstad en geen Mr. en Mrs. Amos zijn in het Transvaal-hótel. Bestrating is er niet bekend, de huizen zijn als biscuittrommels, geheel vierkant en van blik gebouwd, het hotel is duur. Toch kunnen onze reizigers niet aan stonds verder trekkenna 40 uren sporens wil men zich eerst wat verfrisschen en ’t is ook noo dig zich verder geheel in te richten voor den 14daagschen tocht, die nu beginnen zal. De ezel wagens zijn op tijd aangekomen, zij zijn geheel overdekt en er is een afgeschoten tentje in voor de vrouwen en kinderen. Den tweeden dag tegen den avond is alles ge reed. Omstreeks 4000 Engelsche ponden aan koffers en proviand zijn ingeladen. De twaalf ezels zijn voorgespannen, de voerlieden met hun kaffers zijn op hun post, de eigenlijke reis be gint, waarnaar de meesten verlangend hebben uitgezien. Tot hiertoe is het alles gegaan op de gewone Europesche manier, men is omringd geweest van allerlei gemakken en weelde. Nu zou men een aantal nachten onder den heerlijken sterrenhemel slapen, men zou midden in woes tijnen verkeeren, door breede rivieren waden, op de jacht zou men gaan, de dames zouden, als echte zorgende moeders, op ’t vuur, door de kaffers gestookt, de middagkost gereed maken en des nachts zou men den zwakkeren eene plaats gunnen in den wagen, maar de sterken zouden zich, in een wollen deken gewikkeld, uitstrekken op den afgekoelden bodem. Alzoo is ook geschied. Een der tochtgenooten heeft een journaal gehouden van uur tot uur, van maal tot maal. Het zou te veel ruimte ver- eischen, om dit geheel op te nemen, maar er bljjkt uit, dat het er recht aartsvaarderlijk toe ging, dat een goede geest allen bezielde, dat er bjj waren, die de handen uit de mouw konden en wilden steken. *t Was geen idylle, maar ’t was flinke wer kelijkheid. Menig nufje en chique heertje zou op zoo’n reis gelegenheid hebben mensch te worden. Ze hebben, en juist in ’t begin, een paar booze nachten gehad, verschrikkelijke donder en blik sem, regenvlagen en zandstorm, toen moesten allen in den wagen bljjven, maar ’s morgens 4 Achlum, 20 Januari. De eerste vergade ring van belangstellenden in de stichting van eene boterfabriek had jl. Dinsdag plaats, maar leidde tot geen resultaat, daar de verdere samen werking van velen der veehouders afstuitte op den eisch van enkelen, dat de fabriek des Zon dags zou moeten stilstaan. De tweede verga dering, Donderdag gehouden en door een veer tiental landbouwers bijgewoond, wierp betere uitkomsten af. Zij werd geleid dooreen deskun dige op dit gebied, den heer J. van der Wal van Witmarsum, die tal van bescheiden en be rekeningen ter tafel bracht en wien daarvoor een woord van dank niet mag onthouden worden. De vergadering besloot dan ook in beginsel tot de oprichting eener fabriek en benoemde tot leden eener commissie om de zaken voor elkaar te brengen de H.H. A. Draisma de Vries, L. W. Anema, D. M. Anema, L A. Oosterbaan en H. J. Frietema. Deze commissie hoopt eerst daags aan de fabrieken te Tzummarum, Stiens en Warrega een bezoek te brengen. t Een ingezetene dezer plaats vond buitens huis een hen op een aantal eieren zitten te broeden. Hij bracht de broedster met de eieren op eene betere plaats onder dak en had het genoegen voor een paar dagen reeds kuikens te voorschijn te zien komen. De wintervorst bracht alzoo hierin geen stoornis te weeg. In de Staatscourant van Zaterdag komt eene oproeping voor van jongelieden, die opge leid willen worden tot tolk voor de Chineesche taal. Drie jongelieden worden gevraagd, niet ouder dan twintig jaren. De voorkeur genieten zij, die het eindexamen aan de hoogere burger school hebben afgelegd. Gedurende den studie tijd in Nederland te Leiden onder den hooglee- raar Schlegel, genieten zij f 50 ’s maands; hoog stens mag die tijd vier jaren durenin China, waar de studeertijd hoogstens een jaar bedraagt, ontvangen zij 125 Spaansche matten ’s maands, vrije overtocht naar Ned.-Indie en China en van China naar Ned-Indie terug, met voortduring van de maandelijksche toelage; voorts eenegra tificatie van f 1000. Aan de betrekking van tolk is aanvankelijk eene bezoldiging verbonden van f309’s maands. Aanmeldingen aan het Departement van Kolo niën vóór 15 Februari. Te Kerkdriel heeft een vreeselijk ongeluk plaats gehad. Een veertienjarige knaap zag een geweer staan bij eene familie, waar hij een bood schap kwam doen. Daar was ook de dertien jarige dochter van den geneesheer Franken te visite. De knaap nam het geweer en, terwijl hij schertsend vraagt: „wil ik eens?” gaat het scbot af en treft het aanvallige meisje in het hoofd, dat half vermorseld wordt. Twee uren later was zij dood. Te Noordbroek is Vrijdagavond een moord gepleegd. De aanleidende oorzaak moet hierin worden gezocht, dat de winkelier H. V. zekeren F. v. D. verdacht de oorzaak te zijn dat hij (V.) wegens overtreding van de drankwet door de veldwachters was bekeurd. Dit gaf aanleiding tot eene heftige woordenwisseling. V. D. trok znn mes en trof V. daarmede in de borst. V. gaf binnen een half uur den geest. De dader is in hechtenis genomen. De verslagene was een paar jaren geleden gehuwd en ruim 30 jaren oud de dader is ruim 70 jaren. (A’. R. C.) Men schrijft aan de Amst. Ct. „Onze nieuwe kiezers J.l. Donderdag vervoeg de zich aan de secretarie eener plattelandsge meente nabij Amsterdam een ingezetene dier ge meente, die op luiden toon opheldering verzocht, waarom zijn naam bij die van zooveel groote lui op het gekkenbord (de naam der publicatiebor- den) was geplakt. „Met moeite werd dezen eerbaren burger aan het verstand gebracht, dat hij thans, ingevolge de nieuwe kieswet, in de termen viel om te mo gen kiezen, terwijl de volgorde van de letters, die zijn naam vormden oorzaak was, dat deze tusschen die van eenige invloedrijke ingezetenen stond. Eenigszins gerust gesteld vertrok de man, na nog morrende te kennen gegeven te hebben, dat hij niet wist waarvoor die gekheid diende, en dat ’t toch maar om de centen te doen was. In het hoekhuis RembrandtpleinUtrecht- schestraat te Amsterdam zal eene inrichting wor den geopend, zooals Amsterdam er nog geen be zit. Het huis zal n. 1. tot vischrestaurant wor den ingericht, waar men tegen de billijkste prij zen vischdiners en vischdejeuners kan bekomen. Voor de ramen aan de straat zullen bassins ge steld worden, waarin de zee- en riviervisch rond zwemt, zoolang tot een kooper komt, die ze wenscht te verorberen. Behalve een restaurant, zal er een oester-sa- lon ingericht worden. Eene edelmoedige dame uit den Haag heeft ten behoeve van het fonds tot stichting van een Christelijk „Tehuis voor zeelieden’ te Vlissingen eene gift van duizend gulden geschonken. Welke ongerijmde gevolgen de nieuwe kies wet heeft, nu uitsluitend huurwaarde en grond belasting tot grondslag voor het kiesrecht is aan genomen, bleek na het opmaken der kiezers lijsten. Aanzienlijke industrieelen, die een huis bewonen dat tot de firma behoort en niet op hun naam is gebracht, zijn, terwijl zij duizenden en dui zenden omzetten, van het kiesrecht uitgesloten, terwijl hunne boekhouders, ja zelfs velen van hunne knechts de bevoegdheid bezaten, die aan hun patroon niet werd toegekend. Wij zouden een stadgenoot kunnen aanwijzen, die in zijn vak een der eersten is in Nederland en die geen kiezer is, omdat zijn aanzienlijke panden op naam van de vennootschap staan, waarbij hij minstens voor de helft is betrokken. Arnh. Crt. Men make toch aan Gemeenteraden van groote gemeenten geen verwijt, dat zij wat breed voerig beraadslagen. In sommige kleine ge meenten loopt men ook niet zoo losjes over de zaken heen. Daarvan kan Heinenoord getuigen. Men schrijft van daar onder dagteekening van 19 Januari Na acht vrije, één tusschen-, en drie herstem mingen mochten onze raadsleden heden hunne pogingen eindelijk bekroond zien in de samen stelling van het stembureau voor de in 1888 te houden verkiezingen, waarvoor 2 leden met hunne beide plaatsvervangers behoorden gekozen te worden. Een ernstige fout te meer, noemt het Soc. Wbld. de houding van de Regeering tegenover de zaak-Methöfer „Men zal zich herinneren, dat geruimen tijd geleden Recht voor Allen een zeer scherp, een zelfs voor zijn doen heftig en stellig strafbaar artikel behelsde, waarin, terzake van een moor denares uit de halve wereld, tegen het bestuur der Arnhemsche gevangenis, en ook tegen den Minister van Justitie, beschuldigingen werden geuit van hoogst bedenkelijken aard. Kort daarop vernam men, dat een instructie was geopend tegen dengeen, die als schrijver van bet artikel zich had bekend gemaakt. Later, dat de zaak buiten behandeling zou blijven. Daarna weder, dat de schuldige wel degelijk terecht zou staan. En nu ten slotte, dat er toch geen verder gevolg aan gegeven wordt. Ziedaar, een ernstige en een ergerlijke fout te meer, die door de overheid is begaan. Gesteld al, dat er veel voor te zeggen was, van het bedoelde geschrijf geen notitie te nemen dan toch vragen wijwie waagt zich aan een verdediging van dit in den doofpot doen van zulk een vervolging, nadat zij eenmaal was op touw gezet? Wat er mede wordt bereikt, is, dat den volke wordt gezegdze durven niet, omdat ze wel we ten, dat aan het licht zou komen de waarheid van hetgeen we schreven Dat dit wordt gezegd en geloofd zonder dat iemand die gevolgtrek king op goede gronden kan bestrijden. HelaasL on nogmaals helaas, roept het Soc. Weekblad terecht uit, dat het de dragers van het gezag zelven zijn, door wie aldus de eerbied voor het gezag deerlijk wordt ondermijnd.” Te Driel speelde een 12-jarig meisje in eene kamer waar een geladen geweer stond. Door een ongelukkig toeval ging het schot af, waardoor het kind doodelijk werd gewond. om zijne eigene, eenzijdige, met die van Oosten rijk strijdige opvatting van dit tractaat, is aan eene oplossing vooreerst niet te denken. Derhalve is nog steeds de beste en eenige waarborg voor het behoud van den vrede gelegen in het bond genootschap tusschen Duitschland. Oostenrijk en Italië, dat den Russen het voortduren der be staande toestanden in Bulgarije een geringer ge vaar doet toeschijnen, dan een oorlog tegen deze drie Mogendheden, zelfs met hulp van Frankrijk, zou zijn. Ziedaar de ware reden, waarom wij, zegt de K. Z., voorloopig den vrede voor ver zekerd houden wij willen uitdrukkelijk opmerken dat het ook eene geldige reden is. Het Russische dagblad Nowoje Wremja, ’t welk indertijd de onjuiste tijding had verspreid van den zelfmoord van den Duitschen militai ren attaché Villeaume (wegens een geschil met den Czaar), is thans deswege tot 150 roebels boete en (in zijn hoofdredacteur Feodoroff) tot zes weken gevangenisstraf veroordeeld. Grootvorst Alexis, opperbevelhebber der vloot, en de kinderen van Grootvorst Wladimir, broeder van den Czaar, liggen ziek aan de mazelen. Het bericht der Times, dat het personeel van het Oostenrijksch consulaat-generaal, op bevel uit Weenen, Sofia zou hebben verlaten, blijkt ongegrond te zijn. Zeven vaders en één kind, zou men van het repeteergeweer van klein kaliber kunnen zeggen, dat thans bij het Fransche leger zal worden ingevoerd. De Fransche militaire bla den toch merken daaromtrent op, dat het niet volkomen juist is van een Lebelgeweer te spre ken de machine voor de repetitie namelijk is van generaal Dumont; de metaalhuls der pa tronen van generaal Berge; generaal Luzeur heeft de voortreffelijkheid van het kaliber van acht millimeter aangetoond. Kolonel Lebel heeft het mechanisme voor de sluiting en tegelijk met generaal Tramond het kruit uitgevonden, dat niet plotseling, maar waarvan de korrels achter- volgens ontbranden. Kolonel Gras heeft de werkzaamheden van de commissie van onderzoek van schietwapenen geleid. De ingenieur Vieille heeft het middel uitgedacht om de ontploffings- kracht van de nieuwe patronen in haar geheel te behoudengeneraal Boulanger eindelijk heeft het voor het leger aangenomen. il Bolswarische Courant NAAR EEN

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1888 | | pagina 1