NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BOWOÖ SI® WeUSEUDOL
VERNIELINCSMIODELEN.
1888.
Zeven en Twintigste Jaargang.
No. 8.
VOOR
DONDERDAG 23 FEBRUARI.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
I
X
X
X
1
1
den
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
De Haarlemsche logementhouders klagen
steen en been over de nieuwe politieverordening,
die hen verplicht de nachtlijsten persoonlijk op
het politiebureau te brengen. Vroeger kwam
een der politiebeambten die lijsten verifiëeren.
W’
roep werd gedaan, werd gewezen op de „nijvere,
arbeidzame en flinke werklieden”, wier belang
bij het voortbestaan der fabriek zoo benauwend
nauw betrokken is, en de drie tou zijn ge
vonden.
’t Is waar, dat kapitaal-bezitters dikwerf slechts
denken aan hun eigen belang. Maar waar is het
gelukkig toch ook, dat het somtijds door hen
wordt ter zijde gesteld ten bate hunner mede
burgers.
De Asser Courant schrijft het volgende, dat
wij met ingenomenheid ook nog eens onder de
oogeu van onzen lezers willen brengen
„De weelde is ook in ons land in die mate
toegenomen, alsook het slaafs navolgen der mode,
die in andere landen bestaat, dat men meent al
heel ouderwetsch te zijn, zoo men zijn kleederen
en modeartikelen niet rechtstreeksch uit Frank
rijk laat komen, en zijn meubelen, galanteriën
etc. niet rechtstreeksch van daar of uit Duitsch-
land.
Zoo hebben de bekende magazijnen Printemps,
Louvre en Bon Marché te Parijs welker eige
naresse onlangs schatrijk is overleden, na mil-
lioenen francs aan allerlei stichtingen vermaakt
te hebben een uitstekenden afnemer aan Ne
derland.
M. a. w.schatten vloeien naar den vreemde,
die aan de Nederlandsche nijverheid ontrukt wor
den.
In deze handelwijze der rijken en van hen, die
de rijken navolgen, of ook wel van dezulken, die
den schijn willen hebben rijk te zijn, ligt iets
wreeds. En het is ligt begrijpelijk, dat zij velen
met ergernis vervultdaarin ligt ook iets onze
delijks, dat de aanleiding wordt tot veel onze
delijkheid.
Wij denken hier vooreerst aan dat verbazend
aantal meisjes in ons land, waaronder er ook zoo
velen zijn uit den zoogenaamden fatsoenlijken
stand die door handenarbeid in haar onderhoud
moeten voorzien aan de talrijke helpsters van
modisten eet. Kommervol is het leven, dat velen
harer doorbrengen. Gelukkig degenen, die nog
werk hebben. Hoevelen zoeken het te vergeefs.
Daar de armoede maar al te dikwijls de moe
der is der onzedelijkheid, behoeft men niet te
vragen welke de oorzaak is, dat zoovelen slacht
offers zijn der prostitutie.
De menschen zijn dikwijls vreemde wezens.
Dezelfde rijke dame, die zooeven een belangrij
ke gift geschonken heeft aan een asyl, waar
verdoolde meisjes verpleegd worden en zoo moge-
Ijjk zedelijk verbeterd, zal straks eene belang
rijke bestelling doen in een buitenlandsch ma
gazijn, daardoor arbeid ontrooven aan haar, die
er om zoeken, en zoo de oorzaak worden van
nieuw kwaad, gelijk aan dat, wat zij door haar
gift tracht te bestrijden.
Is het niet ergerlijk voor Nederlandsche, zwaar
belaste magazijnhouders, waar men werkelijk zoo
veel goeds en schoons kan krijgenvoor bekwa
me meubelmakers, die hun vlijt aanwenden en
met het buitenland kunnen concurreeren, dat men
hun magazijnen en werkplaatsen bekijkt, mis
schien wel de schouders ophaalt en in het bui
tenland zijn inkoopen doet
Men schrijft uit Spaarndam
„De vergaderingen van ’t Leger des Heils
worden hier nog geregeld drie malen per week
gehouden. Het publiek is, evenals in ’t begin,
nog zeer talrijk, terwijl ook het aantal „bekeer
den” vermeerdert.”
Bij den jongsten brand te Volendam, waar
bij een bakkerij en vier visscherswoningen in
de asch gelegd en twee andere huisjes zwaar
beschadigd werden, hebben de arme bewoners
van enkele perceelen veel verloren, maar is bo
venal één gezin met man vrouw en drie kin
deren geheel tot den bedelstaf vervallen, het
heeft alles, wat ’t bezat, kleeding, dekking, huis
raad er bij ingeschoten. De burgemeester van
Edam, de pastoor en twee armverzorgers doen
voor de arme slachtoffers een beroep op de al
gemeens liefdadigheid. Moge deze roepstem
door velen worden verhoord.
Engeland. Bij de zitting van het Lager
huis op Vrijdag jl. heeft Gladstone een schitte
rende redevoering gehouden, die 2 uur 10 min.
duurdetoen hij weder ging zitten, werd de
„grand old man” door liberalen en Parnellisten
levendig toegejuicht. Acht Parnellisten kunnen
niet bij de zittingen tegenwoordig zijn, want
vier hunner zitten gevangen, twee zijn ziek en
de twee anderen zijn in Amerika.
Het Lagerhuis heeft een voorstel van Broad
hurst verworpen, strekkende om een enquête in
te stellen naar de fabrieken. De regeering had
zich daartegen verklaard.
De Engelsche Regeering heeft een nieuw regle
ment van orde voorgesteld voor het Lagerhuis.
De zittingen worden daarbij bepaald op Maan
dag, Dinsdag, Donderdag en Vrijdag, van 3 uren
des namiddags tot uiterlijk 1 uur des ’s nachts,
met een pauze van een uur (van 89 ’s avonds.)
De voorzitter zal het recht hebben leden wegens
wanordelijk gedrag te bevelen onmiddellijk het
Huis te verlaten voor de rest der zitting van
dien dag. Ook zullen weer permanente com
missies voor het afdoen van ontwerpen worden
in het leven geroepen. Wat het sluiten van
het debat aangaat, stelt de Regeering voor, dat
daartoe zal worden overgegaan indien minstens
100 leden een voorstel daartoe steunen.
Duitschland. Omtrent den toestand van
den Kroonprins meldt een bulletin in de Reichs-
anzeiger gedagteekend San Remo 19 Februari
’s morgens 103/4 uur
„De wond van den Duitschen Kroonprins wordt
kleiner en staat zeer goed. Koorts is niet aan
wezig. De hoest is als gisteren. Het opgeven is
eenigszins toegenomen. De eetlust vermeerdert.”
„In een bericht uit San Remo leest menDe
toestand van den Kroonprins is van dien aard,
da.t dr. Mackenzie en prof. Bergmann zich ver
plicht achten, voorloopig te San Remo te blijven.
Dit geschiedt ook tot zooveel mogelijke gerust
stelling der familie. De geneeskundigen nemen
zelven de verpleging waar, doordien zij wegens
de uiterst nauwgezette behandeling, welke de
prins noodig heeft, niets aan het dienstpersoneel
willen overlaten. Toen de Kroonprinses te kennen
gaf, dat het toch niet aanging, alle daarbij noo-
dige diensten zoo tot in het geringste aan hen
over te laten, ontving zij ten antwoorddat ge
neeskundigen alles moeten kunnen doen, wat met
den patient maar eenigszins in verband staat;
dat hunne groote verantwoordelijkheid hen on
vermoeid maakt, en dat wanneer zij niet reeds
--
waren,
Over het geval van trichineuse ziekte te
Leiden schrijft dr. Rutgers van der Loeff in
het L. D.
„Wel is het waar, dat zeven personen uit
één gezin door trichinose zijn aangetast, maar
gelukkig niet het geheele gezin en op het oogen
blik niet hoogst ernstig. De infectie schijnt
gering geweest te zijn. Tot geruststelling van
het publiek en in het belang der slagers alhier
kan er bijgevoegd worden, dat het trichineuse
varkensvleesch (waarvan slechts weinig in den
vorm van gerookte, maar ongekookte boterham
menworst gebruikt is) niet in Leiden, maar te
Noorwijk-binnen gekocht is. In het vleesch,
van daar afkomstig en gelukkig nog overgeble
ven, is de trichine microscopisch aangetoond en
kan men nu verdere nasporingen aldaar doen.
Toch blijve men ook hier ter stede steeds den
raad opvolgen, maar nimmer rauw varkensvleesch,
ham, worst (al is het ook gepekeld of gerookt)
te gebruiken, maar het altijd eerst goed te ko
ken of te braden.”
zij nu van den Kroonprins zelf wel hadden
kunnen leeren hoe een zwaar lijdende naar li
chaam en ziel moet worden behandeld.”
De politiek van Rusland heeft, zoo wil het
Journ. de St.-Petersb. beweren, niets te maken
met de daling van den roebelkoers, welke
slechts het gevolg is van de groote betalingen,
welke moeten geschieden en welke wegens de
groote slapte in den uitvoerhandel niet voldoende
gedekt zijn kunnen worden.
Reeds is uit de telegrammen van Zaterdag
gebleken, dat o. a. te Odessa, een paniek als
’t ware gevolgd is op het bekend worden van de
plannen der Regeering.
De Minister van Financiën belooft een aanzien
lijk batig saldo voor dit jaar en toch blijft de
papieren roebel voortdurend dalen. Hij heeft
nu een ongehoord lagen koers bereikt, 11 roebel
80 kopeks =3 een pond sterling (1 pond sterling
is gelijk aan 6 roeb. k. in zilver.) Men vreest
dat het Ministerie zijn toevlucht zal nemen tot
het wanhopig middel, dat reeds in 1839 is be
proefd, namelijk te verklaren, dat de papieren
roebel slechts de helft der nominale waarde heeft.
Deze vrees is zoo algemeen, dat niet alleen
vreemdelingen, maar alle Russische kooplieden
hunne reservefondsen in vreemd goud en
bankpapier inwisselen, hoewel met verlies, zoo
hopeloos is het krediet van den papieren roebel.
De laatste halve eeuw is rijk in uitvindingen
van menschenmoordende vernielingsmiddelen.
Als de bewoners van ons werelddeel zoo snel
vooruitgingen in verlichting en beschaving, in
vredelievende verdraagzaamheid en echte huma
niteit als in het bedenken en samenstellen van
werktuigen om elkander te dooden en te ver
minken, dan zouden wij met het volste recht van
reuzenschreden kunnen spreken. Wat toch wist
men vijftig jaar geleden van gepantserde sche
pen en forten, van ramtorenstoombooten, van
torpedo’s en repeteergeweren, waarmede men al
thans dertig schoten kan doen in de minuut
En dan spreken wij nog niet eens van de reeds
afgeschafte mitrailleuses en dergelijk oorlogs
tuig.
Eene halve eeuw geleden had men nog vuur
steengeweren, die echter weldra door percussie-
geweren werden vervangen. Men had toen
geene achterladers, maar gebruikte den laadstok
bij de kalme lading in twaalf tempo’s, om de
patronen in den loop aan te zetten. Zulke ge
weren behooren thans tot de antiquiteiten.
Met de nieuw uitgevondene kan men in veel
korter tijd vrij wat meer menschen om het leven
brengen. Welk een vooruitzicht in ons chris
telijk werelddeel, waar de legerhoofden bij het
uitbarsten van een oorlog Gods zegen durven
afsmeeken op hunne pogingen om elkander te
vermoorden.
Hoog wordt opgegeven van de voortreffelijk
heid van het geweer van den Amerikaan Lee,
en men kon dezer dagen in één der dagbladen
lezen, „dat een dergelijk wapen het ideaal vrij
wel nabij komt.”
Een ideaal van een moordtuigMonsterach
tig, niet waar
Toch waren tegen dat geweer gewichtige be
denkingen, maar het is aan den Oostenrijkschen
hoofdman Mannlicher en aan den Italiaanschen
kapitein der artillerie Vitali gelukt, om de voor
naamste bezwaren op te lossen en hunne ver
betering ook op het Beaumontgeweer toe te
passen. Dientengevolge zullen naar dat stelsel
de geweren van het Nederlandsche leger in repe
teergeweren worden veranderd. Hiermede kun
nen onze soldaten 5 patronen in 7 tot 10 secon
den verschieten. Wanneer wij ons houden aan
dit laatste cijfer en daarbij eene volmaakte
juistheid in het mikken onderstellen, dan zal
ieder soldaat, zoolang hij blijft vuren, dertig
vijanden in elke minuut in het zand doen bijten,
alzoo 1800 in één uur
Voorts wordt ons medegedeeld, dat Berdan,
de uitvinder van een naar hem genoemden tor
pedo, en. luitenant Zalinski, de uitvinder van het
pneumatisch dynamietbommenkanon, eerlang, ten
overstaan van eene commissie van beoordeelaars,
een wedstrijd zullen houden in de kracht van
verdelgen. Voorzeker zal er de overwinnaar, als
een weldoener der menschheid, met de burger
kroon worden versierd.
Maar al kon men ook met zulke torpedo’s de
grootste zeekasteelen, vaak met meer dan dui
zend koppen bemand, in één oogenblik vernie
tigen en het rouwfloers uitspreiden over even
zoo vele huisgezinnen, toch beteekenen zij weinig
in vergelijking met de aërobommen of luchttor
pedo’s.
Laten wij daarvan eene beknopte beschrijving
geven.
De aërobommen zijn luchtballons, die vaten
met eene ontplofbare stof boven eene vijandelijke
vesting brengen en daarin doen nederdalen. Dat
denkbeeld werd het eerst in toepassing gebracht
bij de belegering van Venetië door de Oosten
rij ksche armee, doch men maakte toen slechts
gebruik van bommen, die, met zoodanige stof
gevuld, in de stad werden geschoten. Die maat
regel had echter niet het gewenschte gevolg. Eerst
na dien tijd heeft men zoowel op het gebied
der luchtvaart, als op dat der ontplofbare stof
fen, zoo groote vorderingen gemaakt, dat men
aan dat vroegere denkbeeld een meer doelma
tiger vorm kon geven Men heeft dan ook in
Frankrijk een systeem-Gower, terwijl in Amerika
de generaal Russel Thayer een dynamietballon
heeft vervaardigd. Eindelijk houdt de Duitsche
ingenieur en luchtschipper Georg Rodeck zich
sedert 1882 met dit onderwerp bezig. Hij heeft
reeds een voorstel gedaan tot vervaardiging van
luchttorpedokolonnes, die door personen, en van
andere die door een uurwerk worden bestuurd
en geregeld.
Bij de eerste heeft een passagiersballon vier
torpedoballons op sleeptouw en brengt deze laatste
elk met 5075 kilogram ontplofbaar nitraat, in
een metalen kist geborgen, boven de belegerde
vesting. Door eene electrische geleiding kunnen
die kisten één voor één of tegelijk losgemaakt
worden. Bij het nedervallen barsten die kisten
uitéén en slingeren ongeveer honderd dynamiet-
patronen naar alle zijden, om er ontzettende ver
woesting aan te richten, Wie niet rechtstreeks
door die patronen wordt getroffen, bezwijkt onder
het puin der instortende gebouwen.
Van den Nederlandschen soldaat wordt gezegd,
dat het bezit van het Vitaligeweer ongetwijfeld
zijn moreel (welk eene Christelijke moraliteit!)
zoó zal verhoogen, dat hij zich in onze sterke
terreinen onverwinbaar zal achten.
u“l’ uuu“° S™oi,e verantwooraeiyKneict 1
fari 8laatf V00r het solll®tgat van zlJn vermoeid maakt, en dat wanneer zij nie
tort, loerende of hij ergens een vijand met zjjn vroeger in zoodanige verpleging geoefend
Vitaligeweer kan treffen. Maar wat zweeft daar
hoog, zeer hoog in de lucht? Het schijnt wel
een koppel ganzen, die naar andere oorden trekt.
Of zijn het schepen, dier het luchtruim klieven?
Maar ziet, daar daalt plotseling uit een dier
schepen een gevaarte neder, bereikt het fort,
barst uiteen en de dappere soldaat is in éen
oogenblik met al zijne makkers onder de muren
van het fort begraven.
Welk eene moeite wordt aangewend en welke
enorme sommen worden besteed aan de ver
sterking der stelling van Amsterdam. Verbeeldt
u wat nog op verre na geene werkelijkheid
is dat aan die stelling niets ontbreekt, dat zij
goed gewapend en van de noodige manschappen
voorzien is, dat onze weiden en akkers rondom
de stad onder water zijn gezet en dat wij ons
veilig wanen in onze ontoegankelijke sterkte.
Verbeeldt u voorts, dat de stad belegerd wordt
en dat de vijand haar opeischt, terwijl hij er
b ij voegt„Wanneer gij u overgeeft, zal niemand
een haar op het hoofd gekrenkt worden, maar
wanneer gij u te weer stelt, zal ik nog heden
mijne aërobommen boven de stad doen losbarsten 1”
Welken weg zal men in dat geval kiezen?
Heeft de gemeenteraad het gezag in handen,
dan zal deze te rade gaan met het heil der be
volking, met den wensch der burgers, die liever
een vreedzamen vijand zien binnentrekken, dan
dat zij met hunne huisgezinnen op de vreese-
lijkste wijze worden vermoord.
Maar berust het gezag alsdan bij de militaire
overheid en weigert deze, zonder op het verlan
gen der burgers te letten, de overgave, omdat
de militaire eer haar daartoe geen verlof geeft,
dan naderen eerlang de dreigende luchtschepen.
Zij zweven hoog in de lucht en kunnen door de
bezetting niet worden geschaad. Boven Amster
dam worden kisten met dynamiet en nitraat los
gemaakt. Zij dalen met gedurig grooter snelheid,
barsten op de straatsteenen en maar wij
onihouden ons van de beschrijving van het too-
neel van verwoesting en ellende.
Voorwaar, het aanschouwen van zulk eene
verwoesting zou eene Von Moltke in verrukking
brengen, die den oorlog een weldaad voor de
menschheid noemt, ons hart krimpt ineen van
schrik, wanneer wij denken aan de gruwelen,
die het oorlogsmonster veroorzaakt. Wij zien met
ontzetting, hoe de volkeren van Europa nog bar-
baarsch genoeg zijn, om dat monster met hunne
beste krachten te voeden en met de vernuftigste
vernielingswerktuigen te wapenen. Dan eerst zal
de welvaart duurzaam bloeien, de ware bescha
ving toenemen en de oprechte menschenliefde
haar heerlijk licht verspreiden, wanneer na de
kluistering van dat monster het duizendjarig rijk
des vredes aanbreekt.
Amst. Ct.
Aan de Köln. Volkszeitung wordt uit Brussel
geschreven
„Uit de beste bron verneem ik, dat België en
Nederland deel uitmaken van de Staten, met
welke overeenkomsten getroffen zijn, volgens het
zeggen van Prins Bismarck, met het oog op hun
adheesie aan den vredesbond.
„Deze tijding voegt de correspondent er
bij is volstrekt authentiek en kan tegenover
elk démenti worden staande gehouden.”
Het spreekt vanzelf, dat de verantwoordelijk
heid dezer mededeeling geheel voor rekening blijft
van den correspondent, maar dat Nederland aan
een Vredesbond zijn adhaesie schenkt, zal niemand
aanstoot geven.
In den laatsten tijd is men ook bij ons be
gonnen met voor Goethe, Göthe te schrijven.
Die spelling doet al zeer als men ze ziet, maar
zij, die ze aannamen, meenden het bewijs te
geven, dat zij wisten hoe het behoorde klin
kers met kapitale letters geschreven, kregen in
plaats van het toonveranderingteeken eene e.
Reeds Goethe zelf echter, die toch ook wel weten
kon hoe het hoorde, beklaagde zich bij zijn leven,
dat men zijn naam met een umlaut schreef. Dit
heeft nochtans niet belet, dat vele Duitschers het
doen. Het gemeentebestuur van Frankfort heeft
een middenweg gekozen en op het plein, waar
zijn standbeeld staat, leest men op twee hoeken
„Goethe Platz” en op twee andere „Göthe Platz”.
In Straatsburg heet eene straat aan het eene
uiteinde Göthe Strasse en aan het andere Goethe
Strasse.
De herinnering aan de wijze, waarop de dich
ter zelf zijn naam spelde, zal intusschen voor onze
landgenooten wel voldoende zijn, om hem even
eens Goethe te blijven schrijven, trots de ge
leerdste orthografen.
De heer Bahlmann, lid der Tweede Kamer,
heeft in den kruistocht, dien hij hier te lande
houdt ten gunste van het protectionisme, o. a.
zich beroepen op het gezag van Tollens, uit
wiens Volkslied de kinderen reeds leeren zingen:
„Bescherm, o God, den dierbren grond,” enz.
Zoo heeft men Tollens ook voor een aarts
conservatief uitgemaakt, omdat hij in hetzelfde
lied smeekt om
„Behoud voor ’t lieve Vaderland,
Voor Vaderland en Vorst!”
(Hbl.)
Het Nieuws van den Dag geeft een lijstje,
waaruit blijkt, dat, met bijvoeging van degenen,
die er niet opstaan en na aftrek van degenen,
die er dubbel, in verschillende qualiteit, op voor
komen, het aantal aanzienlijken, die tot lid der
Eerste Kamer kunnen worden gekozen, 236 be
draagt.
De kapitalisten mesten zich vet van het
zweet en van het bloed der arbeiders dat is
het lied herinnert het Sociaal Weekblad
hetwelk door de sociaal-democraten op alle to
nen den volke wordt voorgezongen.
Achten zij dat soms ook toepasselijk op degenen,
die nu wederom, door volteekening van een lee-
ning van f 300,000, de Koninklijke fabriek van
stoom- en andere werktuigen te Amsterdam heb
ben op de been geholpen
In die fabriek zijn in de jaren 1872 tot 1887
werkloonen uitbetaald tot een bedrag van ruim
tien millioen gulden. Maar hoe staat het in
tusschen met de aandeelhouders Geloof het vrij,
dat zij hun aandeelen voor luttele percenten
van de som, die zij er op hebben gestort, vol
gaarne zullen afstaan aan wie zoo dwaas ware
ze te koopen. Ook zij, die in de jaren 1883 en
1884 deelnamen in de toen gesloten hypothecaire
leeningen, kunnen hun obligatiën niet meer van
de hand zetten dan met een verlies van dertig
ten honderd of meer, waardoor duidelijker dan
door iets anders in het licht treedt, wat den
genen te wachten staat, die thans de bovenge
noemde som hebben bijeengebracht. Maar in de
circulaire, waarin op hun medewerking een be-
Bolswardsche Courant
■j