NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD 8OT.SWAW EN WOHSÏUOm De Verkiezing op 6 JVEaart 1888. A. BUMA, van HINDELOOPEN. Buma of Oppedijk 1888. Zeven en Twintigste Jaargang. No. 9. VOOR BUITENLAND. BINNENLAND. A. Buma, te Hindeloopen. DONDERDAG 1 MAART. fêxxxxxxxxxoooora •i had, waarvan ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents, 1781 1749 keuze tusschen twee groote beginselen, godsdienstloos, maar die eiken vorm waarin men genootschap wil inrichten, vrijlaat,’doch diejuist schappij uitoefenen zal. gelegenheid zullen vinden, Wijbenga 2199 Buma Hubcr Lijcklama a looft en waarbij ieder onbevoordeelde zich in hoofdzaak kan aansluiten. Is dan de keuze nog twijfelachtig Kiezers, weigert dan ook uwen steun te ver- leenen aan de candidatuur Oppedijk. Wilt gij de bevordering en de geleidelijke ontwikkeling van de algemeene belangen, dus ook van de uwe, stemt dan met ons den heer Friso. In de „Haagsche Brieven” der Zaanl. Cl' lezen wij het volgende omtrent den gezondheids toestand van Z. M. den Koning „De ongesteldheid van den Koning, waarvan de bladen eerst sedert de vorige week melding r.iaakten, duurt nochthans nu reeds bijna 14 dagen. Bij de gewone verschijnselen van uier- aandoening openbaarde zich een zware koude, i Juni 1886. Buma Wijbenga 2272 Heldt Sept. 1887. Buma Heldt v. Diggelen 1983 is er nog eeue geweest, waarbij de heer Heldt gekozen werd in plaats van den heer Van Blom, benoemd tot lid van den Hoogen Raad. 2 En hierop volgt nog eene stemming, met herstemming tusschen de heeren van Diggelen, en Brantsen van de Zijpp, waarbij eerstgenoemde gekozen werd en zulks in plaats van den heer Wijbenga, overleden. Uit het bovengenoemde blijkt, dat we sedert 1880 elk jaar nog Kamerverkiezing hebben ge had, maar ook, dat de heer Oppedijk wel acht malen is geslagen. En thans heeft men niet geschroomd wederom zijne candidatuur te stellen in Sneek en in Harlingen beide. Wel zou men denken, dat de aardigheid er ten slotte moest afgaan. En aangenomen nu, dat de meerderheid zich ten zijnen gunste uitspreekt, welke zal dan die meerderheid zijn Eene waarop te vertrou wen valt? Volstrekt niet. Zoodra het de Ka tholieken belieft, kunnen ze hem doen vallen, door zich terug te trekken, of hunne stemmen op een eigen candidaat uit te brengen. En wat de antirevolutionairen aangaat, ook deze hinken op twee gedachten. Zoodra de Synodalen het begrijpen, wat de heer Oppedijk als provinciaal agent van de Vrije Universiteit beteekent, en hoezeer die Universiteit met het tegenwoordige doleeren in verband staat, dan kunnen ze op hun standpunt onmogelijk diens candidatuur besten digen. Stelt U nu voor, kiezers, de heer Oppedijk gekozen!... Welken Heer zal hij dienen? Die van Rome of die van Dordt En wat. de laatste aangaat, die van 1618 of die van 1816? Is zoo’n positie, sterk Zal zij eenige andere kracht kun nen uitoefenen dan slooping zonder opbouw Maar bovenal, is zoo’n positie oprecht en houd baar Aan het antwoord, het antwoord bij de stembus. Hoe geheel anders is dit met den heer Buma. Candidaat van die groote partij in den lande, waartoe allen kunnen behooren en die op de be langen van allen let. Geen waarschuwing hier, geen dreigen daar behoeft hem te doen vreezen. Hij treedt op met een programma dat iets be« Een hoogst belangrijke dag nadert voor Neder land. Als weer dit blad in het licht verschijnt, dan zal de. eerste beslissing bekend zijn, omtrent de verkiezing van honderd volksvertegenwoor digers voor de tweede Kamer der Staten-Gene- raal, te kiezen volgens de voorschriften der op 30 November jl. uitgevaardigde Grondwet. Het aantal kiezers is meer dan verdubbeld. Hunne keuze zal voor vier jaren beslissen, in welke richting, volgens welke beginselen, gedu rende dat tijdvak ons volk zal worden geregeerd. Het gewicht dezer verkiezing kan niet lichte lijk overschat worden. Iedere kiezer moet doordrongen wezen van den ernst der daad, waartoe hij geroepen wordt. Het is nu de ure niet, om ons in bijzonder heden te verdiepen. Een iegelijk begrijpe, dat het gaat om de keuze tusschen twee groote beginselen. Aan de eene zijde, dat van den Staat, niet godsdienstloos, maar die eiken vorm waarin men zijn godsdienstig gevoel wil uiten, zijn kerk of genootschap wil inrichten, vrijlaat, doch diejuist daarom niet duldt, dat eenige kerk opperheer schappij uitoefenen zal. Van den Staat, die wil, dat al zijn kinderen gelegenheid zullen vinden, om opgevoed en on derwezen te worden, wederom niet godsdienst loos, maar in verdraagzamen, echt christelijken geest, doch tevens vrijheid laat voor elk ander stelsel van opvoeding en onderwijs. Van den Staat, die vrijheid wil van handel en nijverheid en overtuigd is, dat alle bescher ming, bevoorrechting is van enkele standen, vooral tegenover de minderbedeelden, voor wie de prijzen van een menigte artikelen moeten stijgen in prijs. Aan den anderen kant staat het beginsel, dat ten doel heeft, de kerk en wel hier te lande, twee kerken te laten heerschen. de kalvinisti- sche en de Roomsch-katholieke. Dit wordt echter niet uitgesproken. Men noemt het de Vrije Kerk, maar bedoelt er mee, dat de kerk volkomen vrijheid hebbe, niet alleen op het ge bied van den godsdienst, want dat heeft zij, maar ook op dat van den Staat. Evenzoo wil dit beginsel de kerkelijke school als regel en deze door den Staat onderhouden. Dit wordt echter weer genoemd de vrije school en er wordt voortdurend gesproken van de vrij heid der ouders. Onomwonden sprak dezer dagen Mr. Th. Heemskerk het uit, dat het te doen is om de openbare school te doen verdwijnen en dat streven is sints vele jaren ook duidelijk. Ten derde zijn vele Anti-revolutionairen en Katholieken voor de invoering van beschermende rechten voor landbouw, handel en nijverheid. In andere opzichten, waar het beginselen geldt van meer stoffelijken aard, als afschaffing van accijnsen, van patentrecht of althans wijziging er van, van zooveel mogelijke beperking der uit gaven voor leger en vloot, is er in meerdere of mindere mate overeenstemming bij mannen van verschillende richting. Evenzoo ten opzichte van de uitbreiding van het kiesrecht, verder dan de tegenwoordige grondwet wil en nieuwe herzie ning der pas vastgestelde grondwet. Doch de hoofdzaak zijn de bovengenoemde zedelijke beginselen en de vrijheid van handel, landbouw en nijverheid. In de gelederen der Anti-revolutionairen en Roomsch-Katholieken zijn orde en tucht. Men luistert naar het woord der aanvoerders en stemt gehoorzaam de aangewezen candidaten. Het ver zet der katholieke vrijhandelsmannen tegen hunne priesters te Eist, waar het geldt de verkiezing van den heer Bahlmann, als voorstander van bescher ming, is een merkwaardige uitzondering, maar heeft op het geheel der verkiezing geenerlei in vloed. Evenzoo is het te vreezen, dat, althans in ons gewest, de tegenstanders van Kuyper, ten slotte toch zijn candidaten zullen stemmen. Ove rigens leeraren beide deze richtingen, volstrekte onafhankelijkheid van elkander, maar nemen stilzwijgend of na eenig overleg, elkanders can didates over, onder de gemeenschappelijke leuze, dat vóór alle dingen de liberalen er onder moeten en de Staat weer terug moet naar den goeden ouden tijd, toen de kerk den toon aangaf De liberalen daarentegen zijn, hier en daar, zoo tuchteloos mogelijk. In plaats van het hoofd beginsel op den voorgrond te stellen en als één man tegen de verbonden tegenstanders op te rukken, splitsen zij zich in allerlei onderdeelen, verlangt ieder deel een candidaat naar zijn smaak en keuze, uiten zij wenschen, stellen zij eischen, als of zij over de 100 zetels naar welgevallen konden beschikken. Het is dan ook te vreezen, dat op 6 Maart a.s. de vrijzinnigen een treurige nederlaag zullen lijden en het is te hopen, dat sommige candidaten ge noeg zelfverloochening zullen hebben om zich terug te trekken en vele kiezers genoeg gezond verstand zullen toonen te bezitten, om te begrij pen, dat, als men het in hun oog wenscheljjke niet kan erlangen, de wijsheid gebiedt, met het bereikbare tevreden te zijn. Ons district Harlingen heeft een goed voor beeld gegeven. Er is wrijving van gedachten geweest, maar ten slotte heeft men zich vereenigd op één candidaat, een onzer vroegere afgevaar- die ’s Konings gestel in die mate ondermijnde, dat hij reeds Vrijdag vóór acht dagen het bed niet verliet. Het stemde den Koning, die ge durende zijn langdurig lijden steeds goeden moed heeft gehouden, tot moedeloosheidmaar, ge lukkig, heeft de ziekte geen ernstig karakter aangenomen en kan zij thans bijna als geweken worden beschouwd. Z. M. verlaat intusschen zijn slaapvertrek nog niet, doch wel het bed er is een lage rustbank vóór geplaatst, waarop de Koning zich bij dag neerlegt. De geheele ziekte zou waarschijnlijk in stilte zijn voorbij gegaan, indien ze niet ware samengevallen met Zr. Ms. verjaardag. Nu de receptie en het ge bruikelijke gala-diner geen voortgang konden hebben, moest daarvoor de ware reden wel wor den medegedeeld, hoewel ’t bijv, tegenover de officieren van het garnizoen niet noodig was, den waren grond op te gevenook in vorige jaren liet de Koning hun, gelijk thans, eenvou dig weten dat hij hen niet kon ontvangen”. „De Koning zoo schrijft de Haagsche corresp. van de Middelb. Ct. verlaat reeds sedert eenige dagen het bed niet. De beste ther mometer van ’s Konings welstand is de Staats courant wanneer deze gedurende een geheele week bijna geen benoemingen vermeldt, zooals nu het geval is, kan men wel verzekerd zijn, dat de toestand niet zoo gunstig is. Alleen zeer spoedeischende stukken worden tegenwoordig aan het Kabinet afgedaan, de Koning teekent die te bed alle overige hoopen zich tot bergen op, zoodat, als de Koning weer geregeld zijn handteekening kan zetten, er een ware over- strooming van benoemingen zal plaats vinden. Deze soort van stukken vormen natuurlijk bij lange na nog niet de meerderheid, er zijn er zooveel andere, waarvan de Staatscourant geen melding maakt en waarvan het groote publiek niets bemerktdeze vooral zullen aan Z. M. na zijn herstel, een verre van aangename bezigheid verschaffen. De correspondent eindigt zijn schrijven aldus De zitting van 11. Donderdag was, behalve door de onbeschaamde uitvallen van den heer Keuche- nius, merkwaardig door de afwezigheid van den Minister van Koloniën bij de behandeling van een zoo bij uitnemendheid koloniaal onderwerp als de Indische pakketvaart. De heer Sprenger van Eijk moest zich door ongesteldheid doen verontschuldigen. Met het oog op de omstandig heid, dat hem dezer dagen een zoon of misschien ook een dochter werd geboren (het geslacht is mij door het hoofd gegaan) werd nu gewezen op zoo volmaakt van Indische gebruiken door trokken Minister van Koloniën, die, evenals de mannelijke inlanders in sommige streken van den Archipel, te bed gaat liggen als zijn vrouw bevallen is De Eerste Kamer is bijeengeroepen op 12 Maart, ’s avonds te 8 uur. Sluit de gelederenroept de N. R. C. den liberale kiezers toe, en voor dien dringenden raad bestaat maar alle reden. Wij vreezen ech ter, dat er niet naar geluisterd zal worden en de uitkomst van onze verdeeldheid de treurige bewijzen dragen zal. In het Noorden staan Veegens en Gort van der Linden tegenover elkander, in Amsterdam de Beaufort, Heldt en Veegens; te Leiden bleven tot het laatsteoogen- blik. de stemmen verdeeld tusschen Bool en van der Lithin den Haag ziet men Luymes naast Evers in Haarlem Levy en Farncombe Sanders in Alkmaar worden van der Kaay en Visser van Hazerswoude bedreigd door LevyHelder en Zijpe zijn verdeeld. Te Middelburg treedt tegen Ary Smit, Snijders op. Door de werklieden van de heeren Scholten te Almelo, die den arbeid gestaakt hebben, is den 20sten Februari aan die heeren een schrijven ge richt, waarin zij zich bereid verklaren het werk onmiddellijk te hervatten overeenkomstig het voorstel door de heeren gedaan, aanvankelijk voor den tijd van drie weken, volgens het oude loontarief, mits de/.e hunnerzijds bereid zijn het geschil aan de beoordeeling en, zoo mogelijk, aan de uitspraak te onderwerpen van een scheids gericht, bestaande uit vijf personen, waarvan twee door de werklieden, twee door de patroons en door die vier een vijfde persoon als voorzitter te benoemen. Een drietal vragen zou dit scheids gericht onderzoeken. Door de heeren Scholten is daarop den 23sten Februari geantwoord, dat zij strekking en toon van het schrijven op prijs stellen. Een scheids gericht achten de beer Scholten een omslachti- gen weg. Zij wenschen rechtstreeks overleg met hunne werklieden. Pogingen daartoe vroeger aan gewend waren mislukt, omdat de gezonden afge vaardigden de onderhandelingen afbraken. Zij meenen, dat grondige onderlinge bespreking tus schen patroons en werklieden de allereerst aan gewezen weg is. Het instellen van een scheids gericht dat trouwens het eerste geval van dien aard in Nederland zou zjjn achten zij door de omstandigheden volstrekt niet vereischt. „Als de goede toon hersteld is,” zeggen zij in hun brief, dien de Zw. Ct. mededeelt, „zullen wij het bjj ernstigen wil ook uwerzijds zonder iets dergelyks wel eens kunnen worden.” Uit Stadskanaal zijn de vorige week 20 personen naar N.-Amerika vertrokken, die nog door meer zullen worden gevolgd, Door eenige personen, die vroeger van daar vertrokken en later nog een terugkwamen om familiebezoeken af te leggen, is de lust tot emigratie aldaar zeer aaugemoedigd. Nijeholt 2291 tegen Okma Huber v.Heemstral791 ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. digden, den Heer A. BUMA te Hindelopen. Wij achten het onnoodig dezen candidaat voor onze kiezers te verdedigen of hem met vele woorden aan te prijzen. Hij is, als onze vroe gere candidaat, ook aan de nieuwe kiezers be kend. Ieder weet, dat hij pal staat tegenover de kerkelijke partijen, dat hij geen onver- zoenlijk voorstander, maar een degelijk hand haver is van de openbare volksschool, dat hij een vrij handelaar is in merg en been. Voorts wil hij de oorlogsbegrootingen niet opdrij ven, op het volk drukkende accijnsen op zout en zeep helpen opheffen, meewerken tot een ge lijkmatiger druk van belastingen, i. e. w. hij is een man uit één stuk en daarom, een iegelijk, die niet wil, dat de Staat weer terugga op de oude paden, maar zich blijve voortbewegen in de, onzes inziens, goede richting, welke hij sints 1848 bewandelt, blijve niet te huis, verzuime zijn plicht niet, maar brenge zijn stem uit op den heer Het stembureau is overal geopend van ’s morgens 9 tot ’s namiddags 4 (zegge vier) uur. De antirevolutionairen zoowel als de roomschen hebben in de districten Harlingen en Sneek tegenover den candidaat der liberalen, den heer A. Buma, geen vreemdeling gesteld. Hun candi daat, de heer W. M. Oppedijk, te IJlst, is als- zoodanig te dikwerf opgetreden, om nader aan gewezen te worden. Wat de persoonlijkheid van dezen candidaat betreft, daar blijven wij buiten. Wij bestrijden hem en blijven hem bestrijden op grond van het bijzondere standpunt, waarop de heer Oppedijk zich heeft geplaatst. Voor de liberalen is hij onmogelijk. Dat hebben ze bewezen, door hem bij de stembus telkens de nederlaag te bezorgen. Het volgende staatje moge dat be wijzen. District SNEEK. Juni 1881. Idzerda 1886 tegen Oppedijk 1861 Wijbenga 1879 v. Heemstra 1823 Jan. 1882. Buma 1965 Oppedijk 1904 (Dit was reeds de vierde nederlaag van den heer O.) Juni 1883. van Blom 2160 tegen Oppedijk 1879 District DOKKUM. Mei 1884. Van Welderen Rengers 1174 tegen Oppedijk 852. SNEEK. Voor het plan van Garnier, om op het tentoonstellingsterrein te Parijs de geschiedenis der menschelijke woningen aanschouwelijk voor te stellen, heeft de financieele commissie 500,000 frcs. beschikbaar gesteld. Het ontwerp is, om in de as van den Eifeltoren op de Quai d’Orsay en aan de beide uiteinden der brug van Jena eene reeks van woningen uit alle eeuwen te bouwen, van den steentijd af tot aan de renais sance. Elke van deze woningen zal een tuintje hebben en gemeubeleerd zijn met voorwerpen uit den passenden tijd. Ook zullen zij, die zich in die huizen onledig houden met het verkoo- pen van curiositeiten, gekleed moeten zjjn in de dracht, die overeenstemt met het huis, dat hij tijdelijk bewoont. (Die met een hut uit het steentijdperk wordt bedeeld, zal daar wel iets op tegen hebben.) De koning van Siam neemt ook officieel aan de tentoonstelling deel. Hij wil Siameesche tooneelspelers zenden. Het plan is voorts, om aan de tentoonstelling een schuttersfeest in Zwitserschen geest te ver binden. De Nordd. Allg. Zeit. heeft er voor gezorgd dat een feit, voor Duitschland van veel gewicht, niet aan de aandacht van Europa ontsnappe. In den Rijksdag heeft de afgevaardigde van Straats burg, dr. Petri, duidelijk en onomwonden ver klaard, „dat hij de belangen van Elzas-Lotha- ringen op Duitsch-nationalen grondslag zou be vorderen en behulpzaam wezen, naar geweten en overtuiging, tot toenadering en gemeen over leg tusschen het Rijksland en het „oude Duitsch land”. Een Elzasser, die zoo spreekt. De Norddeut- sche zegt, dat de dag waarop die taal in den Rijksdag werd vernomen, in de geschiedenis van Duitschland’s nieuwere ontwikkeling eene blij vende beteekenis zal hebben. De berichten omtrent den toestand van den Kroonprins blijven vrij gunstig. De patient geeft minder op en geniet van een verk wikken den slaap. De Russische wenschen ten aanzien van Bulgarije kent men, maar niet zijn eischen. Dit nu baart bij velen ongerustheid, omdat Rusland zich gereed maakt, aan zijne eischen door de wapenen kracht bij te zetten. Het wordt bevestigd, dat Oostenrijk op de Rus sische mededeelingen niet onvoorwaardelijk een toestemmend antwoord heeft gegeven. Volgens het officieuse Fremdenblatt kan en wil niemand ontkennen, dat de tegenwoordige toestand van Bulgarije onwettig is, maar het voegt er bij, dat daarin door de Mogendheden gezamenlijk verbe tering moet worden gebracht en dat dit onmogelijk is, zonder dat de vraag der vereeniging van Rumelië met Bulgarije door de Mogendheden wordt opgelost. De Daily News beweert, dat te Petersburg de verbittering tegen Oostenrijk toeneemt. Lord Salisbury heeft naar aanleiding van eene opmerking, waarbij eene conferentie over de Bul- gaarsche quaestie wenschelijk geacht werd, ge zegd, dat naar zijne meemng eene conferentie slechts strekken zou om het verschil van gevoe len over de vraag welke Vorst in Bulgarije re- geeren moet, sterker te doen uitkomen. Hij was het overigens geheel met Bismarck hierover eens, dat over eene zaak van zoo weinig beteekenis als de keuze van een Vorst van Bulgarije, de Mo gendheden het langs diplomatieken weg eens moesten kunnen worden. De Russische gezant te Konstantinopel, Neli- doff, heeft Maandag aan de Porte kennis gegeven van Rusland’s meening omtrent de oplossing der Bulgaarsche quaestie. In Bulgarije steekt natuurlijk de oppositie, krachtig door de houding van Rusland, het hoofd weder driester op. Zij tracht de ontevreden offi cieren aan hare zijde te brengen en belooft dezen gouden bergen. Het Journal de St. Petersbourg, sprekende over de voorgenomen invoering der facultatieve be taling in specie, zegt dat het bericht, waardoor zulk een opzien in het buitenland gewekt is, rust op onjuiste verzekeringen van een Russisch blad, dat in geenerlei betrekking tot het bestuur der financiën staat en zjjne mededeelingen put uit weinig geloofwaardige bronnen. District Oct. 1884. Van Blom 2197 tegen Oppedijk 2188 17341 1797 1795 227Ü v.Heemstral7912 2024 tegen Oppedijk 1636 2001 Brantsen 1597 Kater 1564 1 Tusschen deze en de volgende verkiezing is er nog eene geweest, waarbij de heer Heldt gekozen werd in plaats van den heer Van Blom, j 1 Bolswardsche Courant

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1888 | | pagina 1