NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
SOESWAR& EN W0NSERA.8EEI.
n
1888.
No. 37.
Zeven en Twintigste Jaargang.
DONDERDAG 13 SEPTEMBER.
VOOR
BUITEN LAND.
BINNENLAND.
ri
BOSCHBOUWSCHOOL,
to
'I
I
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents,
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
I
gelegenheid
Maatschappij
Pingjum. Voor de uitgeschreven Harddra
verij op Woensdag 5 Sept. j.l. waren geen vol
doend aantal paarden ingeschreven, zoodat de
draverij geen voortgang kon hebben.
t De Heer Schipper te Charlois. is door aan
koop eigenaar geworden van den bekenden hard
draver sJuuker’\ van Mej. de wed. L, Bangraa,
Het is voor het bestuur en de leden der Af-
deeling Bolsward van de Maatschappij van Wel
dadigheid, die den 7den dezer met zooveel belang
stelling het verslag volgden, dat de afgevaardig
den ter bijwoning van de plechtige opening der
nieuw opgerichte Boschbouwschool te Frederiks-
oord uitbrachten, een groote voldoening, dat zij,
hoewel met eenige aarzeling hebben toegestemd
in het dringend verzoek, om, hetgeen zij mee
deelden in kleinen kring, onder het oog te bren
gen onzer stadgenooten en anderen, die het lezen
zullen.
Een woord van dank aan de redactiën der bla
den, aan welke het in afschrift is aangeboden en
die het met welwillendheid hebben opgenomen.
Moge het menigeen opwekken lid te worden
van deze zoo zegenrijk werkende maatschappij.
Een wekelijksche bijdrage van 5 cts. valt zeker
lijk menigeen niet zwaar.
Opening der Gerard Adriaan van Swieten
op den 9den Juli 1888.
den geleden, waarom het nu noodig was, dit
idéé nog een weinig door de uitstalling der hui
den te versterken, begrijpen wij niet best”.
Men schrijft uit Haarlem
„Den 14den van deze maand staat ons een
eigenaardig jubileum te wachten. Reeds eenige
weken geleden werd in korte woorden medege
deeld, dat het op dien dag 150 jaar zou zijn ge
leden, dat het orgel in de St. Bavokerk voor
godsdienstig gebruik werd in dienst gesteld en
op dien dag de tegenwoordige organist een uit
gezócht programma zou ten gehoore brengen.
Dit plan heeft nog eenige uitbreiding ondergaan,
want behalve de heer Ezermann, zullen ook mej.
G. Reinders en de heer J. Rogmans medewerken,
om dit concert een zeker cachet te geven.
Het tegenwoordige orgel is van stadswege tus-
schen de jaren 17ö5 en 1738 geplaatst en steeds
gemeente-eigendom gebleven. Vandaar ook, dat
nog altijd de organist van gemeentewege wordt
aangesteld en er tweemaal per week orgelconcert
moet zijn. Het heeft f 58,877 gekost, welke enorme
som gedeeltelijk is gevonden uit twee kassen,
die van den krijgsraad en die van het Proveniers
huis, welke beide kassen als voorschot verschei
dene gelden van de gemeente hadden ontvangen.
Het orgel heeft een hoogte van 30 en een breedte
van 14 M. De schoone beeldengroep tusschen de
portaaldeuren, welke groep, de zinnebeelden der
Godsvrucht, Dichtkunst en Toonkunst voorstelt,
is wereldberoemd. Het orgel heeft verder drie
boven elkaar geplaatste klavieren, ieder van 50
toetsen, en daarboven staat in zwarte letters op
een goud veld in het Latijn het volgende te lezen:
„Begonnen den 23sten April 1735, voleindigd
den 13en September 1738, door Christiaan Mul
ler. Op den 14en September 1738 voor het eerst
ten godsdienstige gebruike ingewijd. Henricus
Radeker, organist te Haarlem”.
Daarboven staat nog onder een vergulden schelp
van beeldhouwwerk eveneens in het Latijn
„Ik speel niet dan bewogen”.
Handel bespeelde dit orgel toen hij onze ge
meente bezocht. De opvolgende organisten zijn
geweestHenricus Radeker, Johannes Radeker,
Johannes Petrus Schumann, Johannes Gijsbertus
Bastiaans, Johannes Bastiaans, en nu Willem
Ezermann. Zeer zeker zal het plan om dezen dag
door een kerkelijk concert te vieren algemeen
ingang vinden. Ons wereldberoemd, schoon orgel
verdient dan ook ten volle, dat de dag van 14
September feestelijk wordt herdacht”.
De tentoonstelling van gastoestellen te
Utrecht wordt niet druk bezochtvermoedelijk
kan men dit toeschrijven aan de aldaar heerschen-
de warmte die ontstaat, door het branden van
alle aanwezige gashaarden, lampen en toestellen.
Een koude wintermaand was voor deze ten
toonstelling wel zoo verkieslijk geweest.
Een on verbeterlijk overtreder is de bierhuis
houder v. E. in de van Marumstraat te Haarlem.
Reeds tweemaal werd hij wegens den verkoop
van sterken drank in het klein, zonder dat hij
daartoe vergunning heeft, bekeurd en nu Vrijdag
avond werd hij weder op heeterdaad betrapt.
Deze maal zal het hem waarschijnlijk leelijk
op breken.
Een bewoner van de Twentstraat te ’s-Hage
kwam Zaterdag aan de politie mededeelen, dat
zijn hond hem en zijn dochtertje, laatstgenoemde
aan de lip, had gebeten en hij daarom het dier,
in het vermoeden dat het ziek was, had afge
maakt en aan den vuilnisman medegegeven. Met
medewerking der politie is de doode hond op de
aschstal teruggevonden en tot onderzoek opge
zonden aan den districtsveearts. Waarschijnlijk
heeft deze verklaard, dat het dier lijdende was
aan dolheid, tenminste er is afgekondigd, dat de
honden gedurende vier maanden gemuilkorfd
moeten loopen.
Te Wageningen is gearresteerd de 15-jarige
C. van U., uit Amersfoort, die te Brummen een
paard gestolen en voor f 7,50 verkocht heeft.
Door den jager J. v. d. K. teWestzaan is Vrij
dagnacht een vischotter geschoten, waarvoor hij
van het gemeentebestuur 5 gulden ontving, welke
premie door genoemd bestuur op elk dier dieren
is gesteld.
Aan het station van den Nederlandschen
Rijnspoorweg te Utrecht had een treffend onge
luk plaats. Op denzelfden tijd dat de machinist
van Breukelen op zijne machine wilde gaan,
werd met kracht een waggon daartegen gestooten,
waardoor de man viel en met zijn been onder
de machine kwam, welk lichaamsdeel verbrijzeld
werd.
Oumiddellijk werd de ongelukkige per draag
baar naar het Gasthuis getransporteerd, doch is
kort daarna overleden, eene hulpbehoevende
vrouw met drie kinderen achterlatende.
In de Ned. hervormde kerk zijn thans niet
minder dan 65 gemeenten, waar de vacature van
predikant reeds langer dan 5 jaren voortduurt,
15 gemeenten zjjn reeds langer dan 10 jaar va
cant, 7 gemeenten langer dan 15 jaar, terwijl de
gemeenten te St. Anna-Parochie gedurende bijna
25 jaar zonder eigen predikant is. Voor de 380
vacatures waren op 1 Sept. 11. nog slechts 2 can-
didaten beschikbaar.
Sinds Zaterdag j.l. is uit St.-Anna bij Nij
megen een kantoorbediende verdwenen, met mede
neming eener som van eenige honderden guldens
aan bankpapier en ander geld, hetwelk hij voor
zijnen patroon bjj een notaris te Nijmegen had
moeten bezorgen,
Workum, 10 September. De Engelsche fa
milie, waarvan onlangs uit Stavoren melding
werd gemaakt, arriveerde hier heden met het
jacht Gipsy. Na bezichtiging van het kerkge
bouw der Hervormde Gemeente, en een kijkje
op den toren genomen te hebben en het doen
van eenige inkoopen, vertrok de familie met het
jacht met de Engelsche vlag in top naar het
Heegumermeer.
Ylst, 10 Sept. Heden morgen kon men op
wachtpost 20 onder Oosthem zien, hoe baldadig
men daar ’s nachts was te werk gegaan. Daar
gemelde woning thans onbewoond is, heeft men
er niet minder dan elf groote ruiten ingegooid,
blijkbaar met grindsteenen. ’t Is te hopen dat
de daders opgespoord werden.
f 11 Sept. De uitslag der heden gehouden
stemming voor een lid van den Gemeenteraad,
is als volgt
Herstemming tusschen de hh. J. Tromp met
46, W. Ruardi 38 en W. Cnossen 38 stemmen.
Lollum, 7 Sept. Den heer Elshout is door
de vrije universiteit het mandaat als oefenaar
verstrekt, zoodat ook deze vurige doleerder het
land ingaat te prediken. In zijn eigen gemeente
heeft hij het ambt al lang bediend, zelfs voor
dat hem het radicaal verleend was. Nu Lollum
een eigen doleerend prediker heeft, is zijn dienst
daar echter minder noodig, tenzij bij absentie
van den predikant als wanneer de dienst door
hem zal worden waargenomen. Fr. Crt.
’8 Gravenhage, 11 September. Nadat de
heeren Smidt en Cremer in de korte zitting der
Tweede Kamer hadden zitting genomen, kwam
de vereenigde vergadering bijeen.
Morgen te 1 uur is de Voogdij wet aan de orde
gesteld. Het Reglement van Orde is goedge
keurd na eene korte discussie.
Een der meest bekende helden uit onze Indi
sche oorlogen is Zondag te ’s-Gravenhage over
leden, nl. de gepensionneerde luitenant-generaal,
Staatsraad in buitengewonen dienst, J. van
SWIETEN. Ieder weet wat van Swieten voor het
Indische leger geweest is, ieder is het bekend
hoe hij, na zijn pensionneering weder naar Indië
gezonden werd om de tweede expeditie naar
Atjeh waarbij de kraton ons in handen viel
te leiden. Men moge het met van Swieten’s op
treden in deze niet altijd eens geweest zijn, ieder
zal moeten zeggen dat een dapper en waardig
krijgsman is heengegaan, een man, wiens naam
in de Indische geschiedenis met eere mag worden
genoemd.
Z. M. heeft zijne verdiensten erkend door hem
indertijd te schenken het Grootkruis der Militaire
Willemsorde, een kruis dat, behalve van Swieten
niemand naast den koning droeg.
In de Amsterdammer schrijft V. D. M. het
volgende
„Ben ik goed ingelicht, dan zoude mr. Pijn-
acker Hordijk bij zijne benoeming tot Gouv.-Gen.
de voorwaarde hebben gesteld, dat de herroeping
van het uitzettingsbesluit betreffende de heeren
Sol en de Sturler niet aan hem zoude worden
opgedragen.
Toch wenschte de heer Keuchenius die her
roeping.
In de gegeven omstandigheden een ander zóó
geschikt persoon voor de vervulling van die be
trekking te vinden, was hoogst moeilijk, zooal
mogelijk.
Wat natuurlijker dan aan den tegenwoordigen
Opperlandvoogd bij koninklijk besluit die her
roeping op te dragen, al had men ook liever
die handeling voor zijn opvolger overgelaten.
Art. 22 van het regl. op het beleid der Reg.
van Ned.-Indië geeft den Gouv.-Gen. evenwel
het recht, de afkondiging van een koninklijk
besluit uit te stellen.
Werd van deze bevoegdheid door den heer
van Rees gebruik gemaakt, dan bestond er kans
dat de herroeping ook onder diens opvolger
achterwege zoude blijven.
Werd echter de heer Sol met eene koninklijke
benoeming naar Indië gezonden, dan was de
Gouv.-Gen. wel genoodzaakt de uitzetting te
herroepen, daar het immers tot de onmogelijk
heden kan gerekend worden een ambtenaar den
toegang tot Indië te ontzeggen, wanneer deze
door den Koning ter vervulling eener betrekking
aldaar is aangewezen.
De benoeming van den heer Sol tot lid der
Rekenkamer in Ned.-Indië is derhalve geene
belooning, geene vergelding, geene erkenning
van verdienste, doch alleen het middel om zeker
te zijn van de herroeping.
Uit dit oogpunt dient m. i. die benoeming
beschouwd te worden”.
Men meldt uit Haarlem, dd. 7 Sept.
„Hedennamiddag te 2 ure had op de markt,
voor den verkoop van zeevisch bestemd, de ven
dutie plaats van bet vleesch en de huiden der
schapen, die wegens schurftachtigheid jl. Woens
dag op de veemarkt waren aangehouden. Er
was een 30-tal koopers. althans nieuwsgierigen,
opgekomen en de elf schapen, waarvan vijf aan
een slachter reeds vóór de verkooping en van
de overige zes drie in hun geheel werden ver
kocht, brachten nog tamelijk goede prijzen op.
Dat het hierbij niet ontbrak aan snedige opmer
kingen, waarin vooral de zoogenaamde volks
klasse zoo sterk is, behoeft geen, betoog. Jam
mer was het, dat de huiden der dieren zoo dicht
bij het vleesch waren tentoongesteld, leder, die
hier kocht, wist, dat de beest^ji aan had'
Frankrijk. De anarchist Lucas, die in
Mei op het kerkhof Pére-Lachaise drie revolver
schoten loste, is tot 5 jaren opsluiting veroor
deeld.
Te Reims is door een 500 a 600 arbeiders en
arbeidsters, die zonder werk zijn, eene vergade
ring gehouden, waarin besloten is eene deputatie
van twaalf leden naar den maire af te vaardigen,
om werk of brood te vragen. De deputatie, tot
aan de deur der maire vergezeld door een hon
derdtal arbeiders, is door den maire ten gehoore
ontvangen. Hij heeft verklaard dat hij tegen
Zaterdag den gemeenteraad buitengewoon zal
bijeenroepen om over hunnen toestand te hande
len. Alles liep in de beste orde af.
Duitschland. Men beweert te Berlijn, dat
de Keizer Dr. Bergmann gemachtigd heeft te
repliceeren op Mackenzie’s brochure, die eerst
daags zal verschijnen.
De Vereeniging van Duitsche geneesheeren,
die 4000 leden telt, geeft een krasse verklaring
tegen Dr. Mackenzie en herhaalt de talrijke
tegen hem ingebrachte beschuldigingen.
Rusland. Uit St. Petersburg wordt gemeld
dat de aanstaande verloving van deu groot
vorst Paul Alexandrovitsch, jongste broeder des
Czaars met Prinses Alexandra, oudste dochter
des koning’s van Griekenland eerstdaags officiéél
bekend zal worden.
t .Dj
verkeerde gedachte bestaat, als zoude eene op
neming in de Maatschappij van Weldadigheid
eene soort van schande zijn, verkeerde voorstel
ling en verwarring met de bedelaarskoloniën, die
niets met de Maatschappij gemeen hebben. Uwe
afgevaardigden zijn verzekerd, dat, waar menschen
van goeden wil, doch die door omstandigheden
buiten hen niet in staat zijn voor zich en de hun
nen in het noodige levensonderhoud te voorzien,
eerst als kolonisten-arbeiders zich aanmelden bij
de Maatschappij, om later bij gebleken bekwaam
heid op eene vrijhoeve geplaatst te worden, voor
velen eene goede toekomst zou zijn weggelegd
terwijl zij hunne kinderen, na goed gebruik van
het onderwijs op de voor allen opengestelde lagere
scholen, zoo die al niet geschikt mogten blijken
voor den landbouw, in de een of andere industrie,
in de Maatschappij beoefend, zouden kunnen doen
opleiden, waardoor deze weder op eervolle wijze
in de groote maatschappij hun weg zouden vin
den.
Nadat wij onder leiding van onzen zoo zeer
in de Maatschappij bekenden gids menige schoone
plek, zoowel tusschen de velden, als in het heer
lijk bosch met schoone dennen en eiken en zijn
aangenamen geur, hadden bewonderd, moesten
wij terug naar het logement, wilden wij intijds
present zijn om met de heeren commissarissen,
en de volgens verwachting van alle kanten samen-
stroomende afgevaardigden en belangstellende
leden naar de nieuwe school ons te begeven.
Ogroote teleurstellingWel verschenen al
de commissarissen en gelukkig ook de heer van
Swieten, doch afgevaardigden en belangstellende
leden weinig. Een dertigtal ongeveer werden wij
sterk, waaronder de zes commissarissen begrepen.
Zou er dan in ons land gebrek aan belangstel
ling zijn in de instelling Zou er dan zoo weinig
sympathie bestaan voor de royale handelwijze van
majoor van Swieten
Zietnauwlijks drie jaren is het geleden dat
ter zelfder plaatse de opening plaats had van de
tuinbouwschool, genoemd naar den zoon van den
gever, majoor van Swieten, door dezen gesticht
ter nagedachtenis aan den zoo diep door hem be
treurden zoon, zijn eenig kindde vader meende
in den geest van den zoon te handelen door iets
nuttigs tot stand te brengen en dat niet beter te
kunnen doen dan door een school in het leven
te roepen, die velen ten zegen zou kunnen zijn,
waarin jongelieden konden worden opgeleid tot
tuinlui, om, als zoodanig in de groote maatschappij
teruggekeerd, in eene goede betrekking hun weg
te kunnen volgen. Nauwlijks is dat gesticht ver
rezen of de wensch ontstaat om ook voor de bosch-
cultuur jongelieden op te leiden. De Maatschappij
kan met hare beperkte middelen in die behoefte
niet voorzien. Het is weder dezelfde weldoener,
die ook thans zijn finantieelen steun aanbiedt,
welke, de feestdag bewijst het, met dankbaarheid
wordt aangenomen. De boschbouwschool verrijst
een nieuw middel om jongelui uit de Maatschappij,
en, zoo er nog plaats over is, ook van buiten,
gelegenheid te geven zich voor te bereiden, en
te bekwamen om een middel van bestaan te er
langen, ten einde als flinke mannen later in de
groote maatschappij op te treden.
Ons dunkt, gebrek aan sympathie bij het Ne-
derlandsche volk kan niet de oorzaak zijn van
die dan toch betreurde geringe opkomst.
Wordt vervolgd.
In den morgen van den feestdag zijn wij, om
9 uur, in gezelschap van uwen Secretaris, te
Frederiksoord aangekomen, en hebben daar
de plechtigheid eerst des namiddags om 2 uur
zoude plaats hebben, den nog voorhanden tijd
ons ten nutte gemaakt om want het was ons
eerste bezoek aan de Maatschappij zooveel wij
konden, het merkwaardige en bezienswaardige
der instelling in oogenschouw te nemen.
Dadelijk als wij van uit het vriendelijk gelegen
logement van den heer Sijbrandi onze schreden
naar buiten richtten, viel ons oog op het nette
gebouw, hetwelk zich in zijn opschrift reeds deed
kennen als de voor drie jaren geopende Gerard
Adriaan van Swieten tuinbouwschooldat ge
bouw, op een flink, ruim terrein gesticht, omge
ven door sierlijke bloemperken met prachtige bloe
men, aan de voorzijde prijkende met een eerepoort,
waarop juist een schild werd geplaatst met „hulde
aan den edelen stichter, majoor van Swieten”, trok
ons dadelijk aan. Dank zij den directeur, den
heer Ide. waren wij al spoedig in de gelegenheid
de inrichting te bezien, en konden wij de prach
tige kassen en de uitgebreide perken met bloe
men, planten en vruchten bewonderen. Waarlijk,
wanneer men daar, naast dat terrein het oog
slaat op het nederige gebouw, waarvan 70 jaren
geleden de generaal van den Bosch den eersten
steen legde, en dat toen te midden van eene on
afzienbare heidevlakte, en men nu, waarheen men
het oog richt, alom groenende weiden en bloeiende
velden waarneemt, komt bewondering bij ons
op, voor den moed en de energie om zulk, eene
grootsche onderneming op touw te durven zetten,
doch een dankbaar gevoel tevens dat zoovele
menschen, die in behoeftige omstandigheden ver
keerden, daar in staat zijn gesteld door arbeid
zaamheid hun brood te verdienen, en dat aan
zoovele jonge menschen daar de gelegenheid wordt
gegeven om kundigheden op te doen, teneinde in
i de groote maatschappij als knappe burgers en
flinke werklieden hun weg te vinden.
Het was aardig om te zien met hoeveel lust
I en ijver de lieden dien morgen bezig waren om
de noodige versieringen aan te brengen, en hoe
onder leiding van den directeur, den heer Ide,
die tusschentijds zich toch nog den tijd gunde om
ons het gebouw en de terreinen der school rond
te leiden, alles vlug in zijn werk ging.
Van uit de tuinbouwschool gingen wij een wan
deling maken langs de schoone velden, en kwamen
wij, behalve langs de boerderijen, elk met haar
twee en halve hectaren land, die een schoonen
oogst voorspelden, ook langs de mandenmakerij’,
die echter wegens den feestdag gesloten was. Wij
legden toen een bezoek af in een der hoeven, en
wel die, bewoond door het voor rekening onzer
afdeeling geplaatste gezin Gerritsma. Deze per
soon is sinds 1818, dat is sinds de stichting der
Maatschappij, daar gevestigd.
Het was aardig om te hooren, hoe die beide
oude lui, die met hun jongste dochter, gelijk zij
«elven zeiden hun steun in den ouderdom, roem-
I den in het voorrecht, dat hun ten deel viel, dat
I al hunne andere kinderen, allen in de Maatschap
pij van Weldadigheid groot gebracht, thans de
ten hier, de ander daar, op fatsoenlijke wijze hun
brood verdienen, in eigen onderhoud voorzien
en is het nu waar dat de oude lui zich door an
deren moeten doen bijstaan om het bij hunne hoeve
behoorend bouw- en weiland te bewerken, en dat
I daardoor hunne verdiensten geringer zijn, en, is
I het al waar dat zij het laatste jaar door den mis-
1 lukten oogst niet in staat waren de pacht te
betalenzij verheugden zich thans, wat het laatste
betreft, in goed staande akkers, die hoop geven
om de schade van het vorige jaar eenigszins te
vergoedenen ook door de verzorging van een
paar weezen, waaraan zij zich van harte wijden,
wenschen zij, al is het weinig (voor ieder kind
ontvangen zij f 1,50 per week), hunne inkomsten
te vermeerderen. De opgewekte stemming der
beide oude lui, hunne tevredenheid in hun lot,
deden ons opgewekt verder gaan, in de overtui
ging dat zij het goed hebben in hunne omgeving
terwijl het jammer is, dat niet meer gelegenheid
bestaat om goede gezinnen naar de Maatschappij
te doen, verhuiaeuv en dat ook by zoovele» eene
I
1
'lil
Ki
1
I
I
Bolswardsche Courant,
TE
FREDERIKSOORD