NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
oi-swaro en w«rse»a.»«ei.
1888.
Zevenen T wi ntigste Jaargang.
No. 40.
VOOR
DONDERDAG 4 OCTOBER.
De Nederlandsche
BINNENLAND.
ft
B UIT EN LAND.
e>
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
onge-
den
Kimswerd, 2 Oct. 1888. De ballen en hand
schoenen zijn alhier uit Brussel ontvangen. Door
eenige liefhebbers wordt het spel thans beoefend.
Zij hebben reeds blijk gegeven dat er véél ver
der met wordt uitgeslagen. Het opslaan met de
bloote hand is niet aan te bevelen, omdat het
te onaangenaam werkt op het gevoel. De ballen
zijn te hard, daar ze gevuld zijn met zand, gruis,
steentjes en touwwerk. De handschoenen zijn
vervaardigd van hoorn en leder.
Of ’t spel bijval zal vinden, zal de tijd leeren.
Stavoren 30 Sept. Gisterenavond had al
hier een hoogst treurig ongeval plaats.
De laatste boot uit Holland de reserve
boot de Prins van Oranje was aangekomen
en de hofmeester naar de stad gegaan om nog
eenige inkoopen te doen.
Over zijn lang uitblijven ongerust geworden
begon men hem te zoeken en nu voud men hem
in zijn bloed badende op de stelling, die
in de haven langs de aanlegplaats der booten is
aangebracht.
Door de duisternis misleid, schijnt de
lukkige de brug gemist te hebben en van
is een nationaal belang en daarom verblijden wij
óns, dat er reeds honderden toegetreden zijn, die
als lid f2,— jaarlijks willen bijdragen of als be
gunstiger f 10,en meer, maar die honderden
moeten duizenden worden, want zoodoende wer
ken ze allen mede aan de voorbereiding van een
betere toekomst.
Immers indien deze zaken met ernst ter hand
genomen worden, met beleid uitgevoerd, met vol
harding doorgezet, dan zullen langzamerhand op
tal van plaatsen vele handen noodig zijn, kleine
landbouwbedrijven zullen ontstaan, een gezonde
krachtige bevolking zal geen weelderig bestaan
vinden, maar een voldoend onderhoud, voort
spruitende uit de akkers, die zij zelve bebouwd
hebben. Zoo zal, dit is het einddoel, de neiging
en de behoefte, om naar de hoofdsteden te trek
ken, steeds minder zich doen gevoelen.
Aan de ongeduldigen roep ik toemaatschap
pelijke nooden en krankten genezen, is niet het
werk van dagen, maar van jaren. Dit zijn wer
ken des vredes, vruchtbaarder en zegenrijker,
dan het geroep langs de straten en het geschet
ter in walhalla’s en het opwekken van ontevre
denheid en booze hartstochten.
Hier tijgen mannen aan het werk, die van
goeden wille zijn, die den grond liefhebben, om
der menschenwille, die hun Vaderland ten zegen
willen zijn.
Wij bovenal, die te midden onzer heerlijke
groene beemden, en vruchtbare bouwakkers, de
heide niet kennen dan uit de verte en de over
bevolking niet in die mate als elders, dat we
niet zeggen ons gaan deze dingen niet aan, maar
integendeel, op ons rust een dubbele verplichting.
M. E. van der MEULEN.
Den 9den Augustus dezes jaars is de konink
lijke goedkeuring verleend op de statuten der
Nederlandsche Heidemaatschappij. Van dien dag
af, is het bestaan dier maatschappij aanvankelijk
bepaald op 29 achteenvolgende jaren. Z. M. de
Koning is Beschermheer. Er is een raad van
Commissarissen, gekozen uit bijna alle provinciën
des lands. Het Dagelijksch-Bestuur bestaat uit
een zestal mannen, van welke Mr. O. I. Sickesz
Voorzitter is en A. Staring, Secretaris. De zetel
der Maatschappij is gevestigd te Arnhem.
Het is mij een genoegen op de oprichting dezer
Maatschappij de aandacht te vestigen ook der
lezers van dit blad.
In de laatste weken beschreven de afgevaar
digden onzer afdeeling, de indrukken die zij ont
vingen en wat zij aanschouwden, toen zij waren
heengetogen naar Frederiksoord, om tegenwoor
dig te zijn bij de plechtige opening der Boschbouw-
school aldaar. Daar is het ontgonnen heide, een
boschrijk oord, daar zijn het grasrijke beemden,
vruchtbare bouwakkers. De Maatschappij van
Weldadigheid plukt de vruchten van hetgeen er
voor zeventig jaren opwelde in het edele hart,
omging in het heldere hoofd van den Generaal
van den Bosch.
Wat den oprichters dezer Maatschappij voor den
geest zweeft, is nauw verwant met ’t geen de
Generaal bedoelde. Zij willen ’t zelfde doel be
reiken, maar langs anderen weg. Ik geloof mij
juist uit te drukken, als ik schrijfVan den Bosch
begon met de menschen, deze mannén beginnen
met den grond. Bij den een stond philantropie
op den voorgrond, als het deze maatschappij goed
gaat, zullen duizende Nederlanders er door ge
holpen worden.
Hoort het, deze Maatschappij wil als zoodanig,
slechts in zeer beperkten zin ontginnen. Zij schrijft
in Art. 1 onder g. „Mochten de geldmiddelen
het toelaten, en de omstandigheden het tot stand
brengen van kleine ontginningen wenschelijk ma
ken, zoo zal de Maatschappij ook hiertoe over
gaan alleen echter om als voorbeeld te dienen
ontginningen op groote schaal worden door de
maatschappij niet ondernomen”.
Wat staat den oprichters voor den geest?
Mij dunkt, zij hebben een open oog voor een
hoogst belangrijk onderdeel van het maatschap
pelijk vraagstuk.
Zij zien, ook in ons land, uit dorpen en kleine
steden een massa menschen trekken naar de groote
middelpunten. Daar komt eene opeenhooping van
menschen, die, als er tijdelijk groote werken wor
den uitgevoerd, voor een tijd daar ruimschoots in
hun levensonderhoud kunnen voorzien, zich ge
wennen aan een betrekkelijk weelderige levens
manier, om, als later de bronnen van verdiensten
ophouden te vloeien, teleurgesteld rond teloopen,
tot de werkloozen te behooren, ontevreden te
worden en meegesleept met en door de valsche
volksvrienden. Naar hun dorp of stad terugkee-
ren, willen ze niet, de eenvoudige leefwijze zijn
zij ontwend en zij meenen recht te hebben op een
goede plaats aan den maaltijd des levens, waarvan
hun telkens wordt gesproken. Vele jongelingen
hebben in de vette jaren huwelijken gesloten, er
zijn een zeker aantal kinderen geboren, de zorgen
zijn gekomen en vermeerderen steeds en nu de
magere jaren komen, geven zij aan de maatschappij
de schuld van de ontberingen, die zij zich zelven
op den hals gehaald hebben.
Zijn zij in alle opzichten schuldig Neen, op
het platte land, rondom de dorpen en vele land
steden, was voor hen geen werk en geen brood.
Zij verlieten de eenvoudige omgeving, waar zij
gelukkig hadden kunnen zijn en trokken heen
naar de plaatsen, vanwaar geruchten en berichten
kwamen, als ware daar de overvloed voor ’t grijpen.
Intusschen liggen er tienduizende hectaren heide,
onbewerkt, onontgonnen in bijna alle procinciën.
Aan vele eigenaren echter, aan tal van gemeente
besturen, ontbreekt echter, ik zou niet gaarne
zeggen de moed, de lust, maar de kunde, om die
onvruchtbare velden, om te scheppen in geurige
dennenbosschen, rentegevend akkermaalshout,bloei
ende korenakkers, waar ook de aardappel en boek
weit eens welig kunnen tieren.
Nu komt deze maatschappij en zegtWij zullen
U adviezen, goeden raad geveninlichtingen ver
strekken aangaande beplantingen (langs uwe we
gen) begrootingen en bedrijfsplannen voor ont
ginningen opmaken; wij willen U, niet, of weinig
bekende gereedschappen uitleenen.
Wij zullen kweekerijen aanleggen en U plant
soen en zaad verkoopen tegen den kostenden prijs.
Wij willen ontginningen voor rekening van eige
naren van woeste gronden uitvoeren. Wij zullen
deskundigen opleiden op het gebied der houtcul-
tuur. Wij zullen een tijdschrift uitgeven, gewijd
aan de belangen van ontginning en houtteelt; wij
zullen voordrachten houden, om ook langs dezen
weg, particulieren en gemeenten tot ontginning
hunner heidevelden aan te sporen. Wij zullen
een onderzoek in stellen, naar de gesteldheid der
woeste gronden in Nederland.
Dat alles willen wij gratis of zoo goedkoop
mogelijk doen, want wij beoogen geen winst van
eemg kapitaal. Maar kapitaal moet er zjjn, ’t
een nuttige of aangename wijze hunne dagen
kunnen doorbrengen, al bieden de openbare ver
gaderingen der Kamer hun daartoe niet de ge
legenheid.
Wie het minst tegen deze regeling bezwaar
zullen maken zijn zeker wol de stenografen.
Door de Vereeniging tot behartiging der
stoomvaartbelangen in Nederland is een adres
aan den Koning gericht, waarin zij hare bezwa
ren doet kennen tegen de heffing van havengeld
in het dorp Lemmer, waarvan het tarief bij de
laatste wijziging zoodanig is verhoogd, dat nu
de ontvangst der havengelden van f 5000 tot f 8000
is verhoogd. Zij toonen de nadeelen hiervan voor
de scheepvaart aan en verzoeken den Koning
het gewijzigde tarief niet goed te keuren.
De „Staatsman-in-ruste.”
Mr. Spin heeft verleden week te Utrecht weer
eens in het openbaar gesproken. Van zijn rede
zegt de verslaggever van het Utr. Dagblad, dat
hij er geen touw aan kon vastmaken en ein
digde zijn mededeeling met de opmerking
„Vatten wij onzen indruk van het gehoorde
samen, dan gelooven wij, dat „de politiek” er
geen nadeel van zou ondervinden, indien mr.
Spin, behalve als staatsman, zich ook als rede
naar in ruste ging beschouwen.”
Zaterdagavond omstreeks halftwaalf is na
bij Wageningen de 20-jarige landbouwersknecht
J. v. D. door de Oosterstoomtram overreden.
De dood volgde onmiddelijk. Meermalen maakte
hij misbruik van sterken drank men vermoedt,
dat hij zich op de rails heeft te slapen gelegd.
Volgens den regenmeter der Rijkslandbouw-
school te Wageningen bedraagt de gevallen re
gen over de maand September 30 mM., tegen
74 mM. over dezelfde maand van 1887 en 24.5
mM. in Sept. 1886.
Te Pretoria (Transvaal) heeft zich de firma
Tilanus en van Griethuijsen gevestigd, die zich
ten doel stelt den invoer van Hollandsche arti
kelen direct van fabrikanten te betrekken. De
firma treedt handelend op voor het Nederlandsch-
Zuidafrikaansche Handelsconsortium, gevestigd
te Amsterdam, dat uit 25 leden bestaat en wier
doel is den handel tusschen Holland en Trans
vaal zooveel mogelijk te bevorderen.
Met een kapitaal van f 4,000,000 heeft de
Brandassurantie-maatschappij „Nederlandsche
Lloyd”, te Amsterdam, een hoofdagentschap ge
vestigd te Pretoria (Transvaal).
Naar men verneemt, zijn eenige Groningsche
en Friesche families voornemens binnenkort naar
Transvaal te vertrekken, en zulks naar aanlei
ding der hoogst gunstige berichten door hen van
familieleden aldaar ontvangen.
Naar het U. D. verneemt, heeft een groot
handelaar in gascoaks te Hannover bij de stede
lijke gasfabriek te Utrecht tegen zeer hoogen
prijs 30,000 hektoliter gascoaks aangekocht. Deze
coaks zullen alle per spoor naar verschillende
steden in ons land worden gezonden.
Waarom, zou men geneigd zijn te vragen,
moest daarvoor iemand uit Hannover komen? Ook
in Nederland zelf is het toch geen geheim, dat
de kolen duurder worden, evenals de andere
grondstoffen en er dus voor het debiet van de
coaks een ruim terrein zal wezen.
Als onze handel klaagt, dat er zoo weinig om
gaat, kan die klacht dan ook voor een gedeelte
niet daaruit ontstaan, dat men geen blik heeft
voor hetgeen er k a n omgaan
Sarah Bernhardt zal, naar het Dagblad me
dedeelt, Maandag 8 October in den Haag aan
komen. In het „Hotel du Vieux Doelen” zijn
verscheidene kamers besproken voor de uitne
mende comédienne, 4 bedienden en.een jongen
tijger, die Sarah, sedert haar laatste reis in Ameri
ka, niet meer verlaat. De bagage der diva be
staat uit 60 koffers, waaronder die, welke het
beddegoed bevatten, dat zij steeds op hare reizen
met zich voert.
De heeren W. K. van Dedem, E. B. Kiel-
stra, J. de Louter, P. N. Muller, G. Bosscher,
Ch. Boissevain, G. van Kesteren, J. van Gen
nep, R. Macalester Loup en G. van Hamel heb
ben geantwoord aan den heer Brooshooft, redac
teur van de Locomotief, met betrekking tot zijn
denkbeeld om tusschen invloedrijke mannen in
Nederland en in Indie samenwerking ten aan
zien van koloniale belangen te doen ontstaan.
De heer Keuchenius heeft zich niet aangeslo
ten en de heer Kerkdijk verklaarde niet genoeg
vertrouwd te zjjn met Indische aangelegenheden.
In hun schrijven komen de volgende hoofdbe
ginselen voor:
Is grondige kennis van land en volk overal
onmisbaar voor wetgeving en bestuur, dan volgt
daaruit ook, dat hetgeen voor eene kolonie, zoo
veel honderden mijlen van het moederland ver
wijderd, op beiderlei gebied te doen valt, in de
kolonie zelve zal moet worden beraamd en ont
worpen en dat Nederland’s politiek er op gericht
behoort te zijn, dat zulks zoo goed mogelijk ge
schiedde.
Dit sluit niet uit een krachtig Opperbestuur
en evenmin de uitoefening door de Staten-Gene-
raal van de wetgevende bevoegdheid, hun door
de Grondwet toegekend, of eene doeltreffende
controle hunnerzijds. Maar wel veronderstelt het
bij die machten den ernstigen wil om niet meer
in te grjjpen dan noodzakelijk is, om den geest
van initiatief, het gevoel van verantwoordelijk
heid in Indie, zooveel mogeljjk levendig te hou
den.
hoogen bazaltmuur in de haven gestort te zijn.
Dokter De Jong uit Koudum, wiens hulp men
inmiddels had ingeroepen, constateerde schedel
breuk en verklaarde den toestand voor hoogst
zorgwekkend.
Sneek, 29 September. Heden nacht heeft
hier ter stede een hevige brand gewoed. De
huizen van de heeren J. Campen, boekdrukker
en boekhandelaar en J. Bont, bewoner der tabaks
fabriek „’t Haasje” naast elkander staande op
den Oosterdijk zijn eene prooi der vlammen ge
worden. Ontstaan op den droogzolder van laatst
genoemde, tasten ze ook dadelijk het achterhuis
van den heer Campen aan. De brandweer was
niet heel gelukkig in hare poging tot blussching,
en verscheen ook wel wat laat op het tooneel
van den brand. Van verschillende kanten gaan
dan ook stemmen op tot betere regeling. De
schade, vooral bij den heer Campen, is aanzien
lijk, daar hij alleen aan oud porselein en goud
en zilverwerk eenige duizenden guldens schade
lijdt. Bovendien zegt men, dat het een en an
der laag was verzekerd.
Een heer reed met een doos, bevattende
6 gouden remontoirhorloges en een klein pakje
van waarde, met de tram in de richting Prinsen
straatPlein te ’s Hage; aan de Passage geko
men, sprong hij van den wagen, maar liet
zijn kostbare doos achter. Hij was eenige oogen-
bïikken weg, toen de conducteur, O. H. W. van
den Berg, de doos opmerkte, en op het Plein
(centraalbureau) aangekomen, deponeerde de eer
lijke beambte zijne kostbare vondst dadelijk naar
behooren. Toen de wettige eigenaar, die zijne
domheid natuurlijk vrij spoedig bemerkt had,
daar ademloos aankwam en zijn eigendom be
houden gereed vond liggen, gaf hij den conduc
teur tot belooning een soort van standje, omdat
de man niet van zijn wagen was gesprongen om
hem na te hollen.
Van den Berg had zijn plicht als trouw be
ambte en eerlijk man gedaanmaar ook voor
plichtsvervulling verdient men wel eens eene be
looning, en minstens geen standje.
Haagsche Crt.
Met het oog op de lijders aan lepra, die
onder de oud-militairen uit onze Indische bezit
tingen nu en dan in ons land terugkomen en
later verblijven (o. a. te Bronbeek en in de be
delaarskoloniën kwamen de gevallen voor,) is
het van gewicht te wijzen op het bericht van
den consul der Vereenigde Staten op de Sand-
wichs-eilanden, teneinde proefondervindelijk uit
temaken, of de ziekte besmettelijk is of niet, een
ter dood veroordeelde misdadiger die onder deze
voorwaarde genade bekwam, wanneer hij zich de
ziekte zou laten inenten. De Duitsche doctor Ed.
Arming verrichtte de inenting. Gedurende lan
gen tijd openbaarden zich geen gevolgen, totdat
vóór eenigen tijd de zweren voor den dag kwa
men, die geen twijfel overlieten aangaande het
besmettingsvermogen van de lepra.
De vorige week mocht het den heer H. B.
te Barneveld gelukken in de Kootwijker bos-
schen een sneppenhoen te schieten, een vogel,
welke in Duitschland en Frankrijk nu en dan
wordt aangetroffen. Het prachtige hoen is door
hem opgezonden aan den directeur van Artis,
die het in dank heeft aanvaard.
Gedurende het afgeloopen kwartaal dezes
jaars zijn alleen van Amsterdam 2043 landver
huizers naar Amerika vertrokken.
Omtrent den ballon Excelsior, waarmede
de heer Rodenhof Zaterdagnamiddag uit den
Parktuin opsteeg, wordt uit Hattum geschreven
Op eene hoogte van 800 meter werd Amsterdam
uit het gezicht verloren en tot 4 u. 10 m. zag
de luchtreiziger niets anders dan wolken. De
grootste hoogte, door den ballon bereikt, was
3400 meter. Bij Elburg kwam men weder boven
land en dreef de ballon boven Oldenbroek en
Heerde tot een half uur voor Wapenveld. Te
5 u. 45 m. geschiedde de daling op het landgoed
Clare State van den heer G. F. Leliman. Alle
mogelijke hulp werd verleend en het onthaal
was allerhartelijkst.
Naar het orgaan van het Leger des Heils
meldt, zal al het geld, dat in Nederland gecollec
teerd wordt, voor een „Zelfverloocheningsfonds”
naar den generaal van het Leger worden gezon
den met bepaald verzoek het te gebruiken voor
het maken van propaganda voor het Leger in
Nederlandsch-Indië, waartoe bijzondere plannen
beraamd worden.
De klacht dat de Tweede Kamer geene
groote werkzaamheid aan den dag legt zal zeker
niet verminderen, nu besloten is, ook des Maan
dags geen zitting meer te houden, gelijk feite
lijk reeds des Zaterdags werd nagelaten. Zoo
veel inspannning vereischen de zittingen toch
niet, om het aantal tot vier in de week te be
perken, terwijl het zomer-, het najaars-, het win
ter- en het voorjaars-recés toch al in den regel
niet te kort worden genomen. Met vijt-en-vijftig
tegen zeven-en-dertig stemmen werd in dezen
zin besloten.
Behalve dat het niet strekt om den parlemen
tairen arbeid te bespoedigen, voert het Handels-
blad ook aan, dat nu de leden die in den Haag
wonen zich drie dagen in de week zullen ver
velen. Wij willen het blad de meening niet toe
dichten dat de leden zich gedurende de zitting-
dagen amuseeren, maar het schijnt ons toch toe,
dat zjj die tot volksvertegenwoordiger werden
gekozen toch nog wel weten zullen hoe zij op
Engeland. De Londensche correspondent
van de Ind. Beige weet het volgende mede te
deelen omtrent het boek van dr. Mackenzie
„Het zal uit drie deelen bestaan. Het eerste
zal het historische gedeelte zijnhet zal de vor
deringen der ziekte beschrijven van het oogenblik
dat Mackenzie bij den hoogen lijder werd ont
boden, d. i. van ’t laatste van Mei 1887.
Het tweede deel zal over de ziekte handelen.
Het is in twee hoofdstukken verdeeld in het
eerste zal de schrijver aantoonen, dat zijn wijze
van behandeling de eenige was, die op weten
schappelijke gronden steundedat de dood van
den Keizer verhaast werd door de operatie van
dr. Gerhardt, door de slechte canules van dr.
Bramann en door de behandeling van dr. Berg
mann dat indien men hem (Mackenzie) uitslui
tend aan het werk had gelaten, hij het leven van
Keizer Frederik minstens nog twintig maanden
had verlengd en dat nu, door de onkunde van
sommige Duitsche geneesheeren ’s Keizers leven
verkort is geworden.
Het derde deel bestaat uit statistieken om de
ongelukkige gevolgen van een keeloperatie aan
te toonen.
Het doel van het geheele werk is, te bewijzen
dat de sporen van kanker, na ’s Keizers dood
gevonden, niet behoeven te leiden tot de waar
heid, dat de Keizer aan kanker leed. De kan
ker is door de slechte behandeling van dr. Ger
hardt ontstaan.
Het werk zal den 15den October verschijnen.
Frankrijk. De geneesheeren, die den toe
stand onderzocht hebben van Garnier, die voor
eenigen tijd een moordaanslag heeft gedaan op
een beambte van het Duitsche gezantschap (de
beambte is geen Duitscher maar een Fransch-
man), verklaren in hun rapport, dat Garnier
wegens zijne gekrenkte geestvermogens niet toe
rekenbaar geacht kan worden.
Duitschland. De geheimraad Geffcken, die
verdacht wordt het dagboek van Keizer Frede
rik aan de Deutsche Rundschau te hebben toe
gezonden, is van Helgoland te Hamburg aange
komen en aan het spoorwegstation in voorloopige
hechtenis genomen. De heer Geffcken had zich
uit eigen beweging beschikbaar gesteld.
Bolswardsclie Courant
5BS
heidemaatschappij.