NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD OLSWARÖ EN WONSERADEEL Kalmte na den strijd. L hmm 1891. No. 27. g DONDERDAG 2 JULI. Dertigste Jaargang. *1 a r I BUITENLAND. BINNENLAND* mmm VOOR t) L rr ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. en een verzuim dat Ook de tweede slag is geleverd. Wel zijn wij nog niet aan het einde der verkiezingen. Er wor den pogingen aangewend om Domela Nieuwen huis en Schaepman, de twee gevallen Kamerleden, nog weer in de kamer te krijgen. Misschien ge lukt dit, maar ’t blijft een feit, dat zij bij de eerste stemming niet gekozen zijn, bij de herstemming evenmin. En dit blijft een feit van niet geringe beteekenis, wat men er tegen zeggen, hoe men het vergoelijken moge. Voorts is het oneerlijk om de stemmen van de anti-revolutionairen, Roomsch-katholieken en So ciaal-Democraten samen te tellen, als die van ééne tegenpartij. Zij staan in den grond der zaak scherp tegen over elkaar, al mogen zij in sommige op zichten tijdelijk met elkaar meegaan, want dat doen allen evenzeer nu of dan met de liberalen. Doch al wil men de gekozenen der drie partij en bijeentellen, dan staan reeds op dit oogenblik 53 liberalen met 1 radikaal, tegenover 45 of 46 stemmen dier vereenigde tegenpartij. Er moet dus een liberale regeering optreden en deze moet vier jaren de teugels des be winds in handen houden. Toen in 1888 de liberale partij de nederlaag leed, heeft zij dit niet alleen ten volle erkend, maar zij is het anti-revolutionaire bewind met wel willendheid tegemoet getreden en het zal moeten worden erkend, dat zij tot het einde toe. op loijale wijze heeft meegewerkt, waar dit maar eenigzins mogelijk was. Van stelselmatige tegenkanting is geen sprake geweest, zelfs niet bij de wijziging der wet van ’78 op het lager onderwijs. Laat ons hopen, dat zoo ook nu, na de dagen van spanning, na de hitte van den strijd, een tijd perk aanbreke van kalmte. Gelukke het onzer geëerbiedigde Koningin-Re- gentes zich te omringen van waardige mannen, die in vooruitstrevende liberale richting met vaste hand en vol opgewektheid hun taak aanvaarden. Zij kunnen dat doen, want sints zeer vele jaren, we zouden haast zeggen, sedert de eerste dagen van Thorbecke, zijn de omstandigheden niet zoo gunstig geweest. Er kunnen geene verontschul digingen worden aangevoerd, zij kunnen beschik ken over eene voldoende meerderheid èn in de eerste, èn in de tweede kamer. Zij weten duide- lijd in welke richting de groote meerderheid des volks begeert, dat er geregeerd zal worden. Zij weten dat er zelfs in hoofdzaken op steun kan gerekend worden van de tegenpartij, bij de uitbreiding van het kiesrecht en betere regeling van het belastingstelsel. Zij behoeven zich niet te overhaasten, maar kalmte zij geen rust. De ver antwoordelijkheid die op hen rust is zeer groot. Nu de gezamenlijke minderheden voor korteren of langeren tijd de neerlaag hebben geleden, wor de er niet meer nagepleit, moeten geen onedele hartstochten worden opgewekt. Men late nu der regeering ook de handen vrij. Men eindige met de onchristelijke beweringen, door geestelijken hoogmoed ingegeven, alsof men in het uitsluitend bezit ware van vroomheid en geloof; het tegen deel is immers vaak en duidelijk gebleken. Laten zij die den mond altijd vol hebben van het Heere, Heereroepen, de hand in eigen boezem steken en voortaan wat meer de waarheid in liefde be trachten. Aan vele waarachtig vromen gaan de oogen meer en meer open, gelijk uit de stemming in menig district is gebleken. Dit juist verhoogt de beteekenis der stemming van 1891, in vergelijking met die van 1888, dat de kiezers van alle richtingen veel zelfstandiger zijn opgetreden, dat zij nu bij lange na niet zoo blindelings in het gareel der leiders hebben ge- loopen. Zoo moet het blijven. Wij gaan nu weer een vierjarig tijdvak van kalmte tegemoet en dit achten wij een uitnemende wijziging der nieuwe grondwet. De regeering' ga aan den arbeid, het volk aan het onderzoek en dan moge het blijken, dat als weer de nieuw gekozen kamer aftreden moet, veel zij tot stand gebracht en nog meer zij voorbereid. Geen ruwe omwenteling, maar ernstige hervor ming. Geen ongeloof en geen Godloochening, geen ontzedelijking des volks, maar waarachtige vroom heid en strenge zedelijkheid. Geen klassen- en standenhaat, maar liefde voor al de kinderen des volks. Dat zij het, waarvan allen heil mogen wachten. Daardoor alleen kan zegen op ons kleine land nederdalen, zullen wij een waardige plaats blijven innemen in de rei der volken van Europa, achting afdwingen als onafhankelijke natieen één zijn rondom den troon van het huis van Oranje, dat niet heerscht met keizerstrots, maar regeert voor en door een trouw en eensgezind volk. (omdat?) in de onmiddellijke nabijheid een met twee paarden bespannen rijtuig reed. Rijtuig en tuigen werden beschadigd persoonlijke ongeluk ken hadden niet plaats. Op grond van het reglement op de tramwegen eischte de ambtenaar van het Openbaar Minis terie veroordeeling tot eene hechtenis van drie dagen en de kosten. Het Dagblad is van oordeel, dat bij de verkie zingen de liberale partij niet als zoodanig heeft gezegevierd en tengevolge da irvan zou de vor ming van een liber ril Ministerie geen zuivere oplossing van den stembusstrijd uicmaken. De samenstelling van een liberaal Kabinet zou „schier onoverkomelijke moeilijkheden” opleve ren, nu sommige der aangewezen leden voor een Ministerie met elkaar op alles behalve goeden voet staan. De voorkeur moet daarom gegeven worden aan een coalatie-Kabioet, waarin eenige leden van het tegenwoordig Kabinet zitting zouden kunnen nemen. Wij hebben genoeg van coalaties aan al dat modderen en schikken, tengevolge waarvan niets tot stanf wordt gebracht, moet thans een einde komen. Het manifest der Liberale Unie geeft de richting aan voor het nieuwe bewind, daar alle liberalen, die gekozen werden, zijn gekozen door kiezers, welke dit manifest aanvaardden. Wie tot de verkiezing medewerkte deed het met de wetenschap, dat dit manifest de grondslag voor de keuze der candidaten was. Uit Eindhoven wordt aan het Haagsche Dgbl. medegedeeld, dat daar het voornemen bestaat aan dr. Scnsepman de candidatuur voor het lidmaatschap van de Tweede Kamer aan te bieden. Binnenkort zal de afdeeling Eindhoven van den Bond van Kiesvereenigiugen in Noord- Brabant zich daaromtrent uitspreken. Uit Maastricht schrijft men aan de N R. Crt. „Hedennacht was de heer A. 8., te Meersen, die aldaar het buitengoed de Prosdij bewoont, het slachtoffer van eene brutale aanranding en diefstal. Drie zwart gemaakte personen drongen in zgne slaapkamer en dwongen hem met de revolver op de borst, aanwijzing te doen van alle door hem bezeten geldswaarden, alsmede van alle zaken van waarde, als goud, zilver en edelgesteenten. De kamers der dienstboden waren alle afgesloten. De dieven hebben zich ongehin derd met den buit verwijderd.” Men schrijft uit Purmerend „Begunstigd door allerprachtigst zomerweder, werd Zondag j.l. op den Purmerenderweg in de Beemster, door de directie van het uitspannings- oord De Tuinbouw een nationalen wielerwedstrijd gehouden. Deze wedstrijd was opengesteld voor deelnemers op hooge tweewielers, veiligheidswie- lers en driewielers. Bovendien was er nog een wedstrijd om den eereprijs, voor de deelnemers op hooge twee- en veiligheidswielers. De baan waarop de wedstrijd plaats had, was 400 meters lang, en door de directie van af het begin tot het einde met nationale kleuren versierd, hetgeen een recht feesetlijk aanzien verschafte. Voor den wedstrijd hadden zich ongeveer veer tig deelnemers laten inschrijven. De uitslag was als volgt Hooge tweewielers. Ie pr. verg. zilv. med.. A. Wolff; 2e pr., fraaie brz. med., buitengewoon mo del, E. Brugman, beiden te Amsterdam 3e pr. fr. br. med., gr. model K. F. Oostmeijer te Zaan dam 4e pr., fr. br. med., F. Bierhaalder te Beemster. Veiligheidswielers. Ie pr., verg. zilv. med., H. W. Breemeeijer, te Amsterdam 2e pr., fr. br.med., buitengew. model, C. Witteveen jr., 3e pr., fr br. med., gr. model, Jan Feith, beiden te Haarlem., 4e pr., fr. br. med., C. M. Thiebout te Zwolle. Driewielers, waarvoor twee fraaie zilveren en twee groote bronzen medailles beschikbaar waren gesteld, werden respectievelijk behaald door C. Witteveen Jr., A. G. L. Vorstman beiden te Haarlem, en E. Brugman, H. W. Breemeijer, beiden te Amsterdam. De eereprijs bestaande uit een groote gouden medaille werd door H. W. Breemeijer te Amster dam behaald. De versierde baan was met vele toeschouwers gevuld, terwijl een Hink muziekcorps niet weinig tot het feest bijdroeg. De directie, alsmede de commissie komt een woord van lof toe voor het welgeslaagde feest.” adsistenten hij kon de boterbal niet binnen. De politie trachtte een open ruimte tusschen twee banken te makenmen trachtte het volk in een anderen hoek der markt bijeen te krijgen en daar te verkoopen’t baatte niet. Als een muur stond de massa volks. Eindelijk werd onder vroolijk gejoel de eerste koop van de hand ge daan, doch de gelukkige kooper kon zijn prullen niet machtig worden. Ten einde raad moest de botermarkt door de politie worden ontruimd, en het plein voor het stadhuis was eene parapiuie. Ofschoon het water als „bij bakken” uit den hemel werd geworpen, begon de verkoop te 4 uren van de pui van het raadhuis. De „belangrijke” inboedel, die zoozeer was besproken, bracht, na aftrek der onkosten, die mimem waren, op de somma van f 125,93. Te 6 uren was het weer rustig op de markt. Voor het kantongerecht te Middelburg heeft de machinist van een stoomtram terechtge staan, die opzettelijk, zonder dat daartoe nood zaak bestond, stoom had uitgelaten, terwijl Een heerlijk ding, die triple-alliantie. Wan neer de buitenlandsche politici, gedrukt door de zomerhit!e, zwijgen; wanneer alles stil is en geen belangrijk feit zich voordoet; wanneer het Berliner Tageblatt haar kolommen vult met een onderhoud met Michell; wanneer men het huwelijk van Parnell aangrijpt, om daarover een kolom te schrijven, onder de rubriek buitenlandsche politiekwanneer men moe is van ’t gevecht, omtrent de Brusselsche actewanneer in ’t kort politicus en pers moegevochten zijn en de zee slangen hun monster-koppen laten zien, dan doet de triple-alliantie dienst als stroohalm, waar aan de politiseerende menschheid zich vastklampt, om niet onder te gaan in den tijd van afmatting. En zoo doet de goede werking der triple-alliantie zich gevoelen eindeloos ver. Begint de aandacht op ’t verbond een weinig te verflauwen, het toeval is in den regel wel zoo welwillend op een gegeven oogenblik tusschenbeide ie komen en door de een of andere gebeurtenis met geweld de opmerk zaamheid te vestigen op dien Bond. Zeker door een gril van dat toeval is de Italiaansche Kamer uitgekozen om de verflauwde aandacht een weinig op te wekken. Den negenden Juni diende de radicale afge vaardigde Cavalotti het verzoek in, den minister te mogen interpelleeren over de betrekkingen welke er tusschen Italië en Engeland bestaan en over de vernieuwing van het drievoudig verbond. Tevens wilde het lid Colajanni de regeering interpelleeren over de binnenlandsche politiek, met het doel, wordt er beweerd, om Nicotera, den minister van binnenlandsche zaken, voor Rudini verder onmogelijk te maken. Cavalotti verklaarde in de sitting van 27 Juni, dat hij zijn verzoek introk, met dien verstande, dat hij ’t zelfde verzoek zou herhalen na de interpellatie van Colajanni, wanneer hij zulks noodzakelijk achtte. Groote verbazing in de gansche Kamer en nog grooter werd zij toen de president mededeelde, dat bij hem was ingekomen ’t volgende verzoek van den afgevaardigde Brin, minister van marine in ’t ministerie-Crispi„De ondergeteekende wenscht den minister van buitenlandsche zaken te interpelleeren omtrent de richting, welke aan de buitenlandsche politiek is gegeven.” Derhalve dezelfde interpellatie ongeveer, welke Cavalotti had ingetrokken. Minister Rudini verklaarde zich bereid, daar op onmiddelijk te antwoorden, iets waartegen Cavalotti met ’t reglement van orde in de handen zich verzette. Hij had zijn interpellatie ingetrok ken, om de kamer niet in haar werkzaamheden te bemoeilijkennu echter toch de kwestie zou worden aangeroerd wilde hij zijn interpellatie het eerst zien behandeld. De heer Brin zette zijn interpellatie uiteen de radicalen verzetten zich daartegen uit alle machtCavalottie en Imbriani raasden en tier den de president verzocht kalmte, doch de radi calen stoorden zich aan verzoek noch aan bevel. Zij stonden op, schreeuwden den president toe, dat hij ’t ministerie bevoorrechtte, en men schreeuwde zoo lang, tot de president zijn hoofd deksel nam, de zitting schorste en zijn zetel verliet. Het drievoudig verbond draagt dus de schuld van zulk een onstuimige zitting. Kwaaddenkende personen beweeren zelfs, dat’t niet onwaarschijn lijk is, dat Criapi dat vuurtje beeft aangestookt. De Stand., den politieken toestand bespre kende, zegt naar aanleiding van het verlies, door de anti-revolutionairen bij de stembus geleden „Wij hebben niet zoo sterk te klagen. Naar de berekening, die we reeds in 1888 van dit kiezerscorps gaven, moest de Kamer proportioneel zijn saamgesteld uit 36 roomschen, 34 liberalen, 20 anti-revolutionairen en 10 radicalen met hun nasleep. Welnu, dit getal zetels is ons gegund, en de acht die we verloren, waren zetels, die ons boven ons getal waren toegevallen, door het toevloeien van „de middénstof.” Die „middenstof”, welke in de meeste districten gevormd wordt door een 200 kiezers, die wij als „twijfelaars” op onze registers genoteerd hebben staan, is nu weer van ons op de liberalen gegaan. Die middenstof is onvast en vlottend, en slin gert meest op en neer. Toch is het niet op hen, dat wij voor 1895 onze hope gevestigd hebben. Veeleer schijnt de les van deze stembus voor ons deze, dat in meer dan één district enkele onzer kiezers wel in beginsel aan onzen kant staan, maar nog niet genoeg onderricht en onder legd zijn, om bestand te zijn tegen al te sterke pressie of verleiding. Dit nu is onze schuld, moet worden ingehaald. Niet dus achteruit moet de leuze zijn, maar vooruit. Geen druppel water in den wijn doenmaar thans fierder dan ooit de banier van het Calvi nisme ontplooidop het gevaar af, dat ons dit in den eersten aanloop op nog ernstiger verliezen te staan kwame. Onze strijd gaat niet om machtsverovering in de naaste toekomstmaar om de wedergeboorte van ons volkom het wegnemen van stuitend onrechtom de redding van ons Christelijk volks karakter en is dat alles om de eere Gods. De uitslag der verkiezingen besprekende, beweert de Standaard dat uit den „conservatief- liberaal-radicalen chaos”, welke de meerderheid vormt, niet een maar drie Ministeriën kunnen worden gevormd. Maar juist daarom, zegt het blad, kan geen enkel Ministerie, dat er uit voorkomt sterk zijn. Toch licht sterker dan een Ministerie uit on verzoenlijke vijanden saamgesteld, meenen wij. „Wij wachten de dingen af, die komende zijn,” luidt het magistrale antwoord. Welnu, dat doen niet alleen de anti-revolutionairen, maar alle par tijen en ieder in het land. Wjj zouden ook niet kunnen begrijpen, wat er anders te doen viel. Men meldt uit Utrecht aan het Haagsche Dagbl. onderstaande nieuwste vinding, vervaar digd door een zeker jongmensch, met name Bauling. „Een bus, welke met water gevuld is. kan met dit water door middel van een slangetje een bakje vullen, waaraan zich een kraan bevindt, welke het water druppelsgewijze weder aan een beweegbaar bakje geeft. De verkregen voorraad water uit het slangetje is grooter dan de drup in denzelfden tijd kan doen wegvloeien, waar door dit bikje zou overloopen, indien niet een buisje het te veel verkregen water liet wegvloeien. Hierdoor blijft de waterinhoud in dit bakje de zelfde, waardoor de drup in een geregeld orde loopt. Het beweegbare bakje kan om een as wentelen, zoodat wanneer dit door den drup ge vuld is, hetgeen om de minuut geschiedt, het zich omwentelt, waardoor het water wegvloeit, en dit bakje door een tegenwichtje weder zijn vorigen toestand herneemt. Aan dit bikje is een klepje bevestigd, hetwelk tegen een 6l)tands schakelrad, welks as het draai punt van den minuutwijzer is, rust., zoodat bij elke doorzakking dit rad 1/60 van den omtrek draait; na 60 doorzakkingen of 60 minuten is er dus een uur verloopen. Aan de as van dit rad is een vijftands schakel rad bevestigd, waartegen een klepje rust. Wan neer dit rad dus 1 tand (de afstand van 12 mi nuten) is gedraaid, zal dit klepje vallen, om daardoor een 60tands schakelrad, dienstig; voor den uurwijzer, in beweging te brengen. Dit rad kan hierdoor bij elke minuut 1/12 minuut of 1/12 van 1/60 van den omtrek vorderen. Na twaalf minuten zal dit rad 12/12 van 1/60 of 1/60 van den omtrek gevorderd zijn, dan valt het klepje en richt zijn werking op een nieuwen tand uit. De verhouding van den grooten tot den kleinen wijzer is dus hier, evenals bj elke klok, als 12: 1. Indien zoo’n klok altijd watervoorraad heeft of met een slangetje aan de waterleiding is ver bonden, blijft deze doorloopen.” Tusschen de sociaal-democraten Rot en van der Goes is een belangrijk geschil ontstaan over de beginselen hunner leer. Eerstgenoemde is voor de afschaffing van het privaat bezit in zijn ge- heelen omvang laatstgenoemde meent, dat de gemeenschappelijke eigendom zich slechts moet uitstrekken tot de productieartikelen, niet tot de verbruiksartikelen. De centrale raad heeft zich voor de opvatting van den heer Rot, haar voorzitter, verklaard. De heer van der Goes, die verklaard heeft geen half uur te kunnen leven in eene maat schappij, waarin het privaat bezit is afgeschaft, zal nu moeilijk lid van den Bond kunnen blijven. Maandag zou vanwege het algemeen arm bestuur te Tilburg verkocht worden de nalaten schap van zekeren van Hoof, die in ziekelijken toestand uit België in Nederland was aange komen en na veel reizen en trekken, zooals in 1888 gemeld werd, eindelijk daar een verblijf plaats vond ten koste van het algemeen armbestuur. Gedurende geruimen tijd hadden, verhaalt de Tilb. Crt., daar reeds geruchten geloopen, dat van Hoof, behalve een rijken inboedel, nog eene som van duizend guldens bezat, welke in den volksmond later aangroeide tot een paar ton, hem door een verren bloedverwant in Amerika nagelaten. Een uur vóór den verkoop was de ruime boterhal, welke 500 korven met bijbe- hoorende boerinnen kan bevatten, o/ervuld met belangstellenden, niettegenstaande de regen bij stroomen neerviel. Buurvrouwen hadden met vieren en vijven ge loot, wie van haar op de kinderen der buurt zoude passen, om toch deze gebeurtenis bij te wonen. Anderen, die niet zoo gelukkig waren, brachten de zuigelingen mee. In de voorhoede van het publiek had plaats genomen de „élite” van de klanten van het Armbestuur: Jans, Mina, Looggie, de Sok, Knus, Floor, Trees I, Trees II, Karlientje, de Pruts, de Hiel en nog twintig anderen hadden het hooge woord over „hunne erfenis.” Te 3 uren verscheen de deurwaarder met zijn Bolswardsche Courant 'W Ei J ^MJ n jffl Ij

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1891 | | pagina 1