5' I B I cc cz> ee s T S c •i—i GEMENGD NIEUWS. I 1X1 6,45 7’10 Van van Harlingen en De De uren van vertrek en aankomst worden geregeld naar den Amsterdamschen tijd. -> 1X1 a 5,30 6,45 9,30 10,15 a. v. 6,30 7,15 6,30 7,15 5,50 6,30 4,35 5,15 7,35 8,15 9,30 7- 8,15 8,30 9,15 a 8,25 9,5 2,— 2,45 4- W M O H O O 5,30 6,45 11,- 11,45 5,15 5,30 6,45 7,10 8,25 9,5 Van Harlingen Bolsw. Te Sneek 1,30 2,10 3,20 4- 5,15 6- 6,40 ■R 9,20 10,- IeS "f Van Sneek Bolsward Te Harlingen i.a deel van de gronden van Buitenlust heeft aan gekocht met het doel om, van den Scheveningschen weg tot aan het einde van het nu bebouwde gedeelte van de Laan van Meerdervoort, een villa-park te stichten, met straten en plantsoenen, boulevard en rondpoints, een prachtige stadswijk, van 800 a 1000 kapitale perceelen. De Raad heeft het plan daartoe goedgekeurd en binnenkort zal er mee begonnen worden zoodat meteen aan de droomen om op die terreinen een Flora of Palmengarten te stichten, de bodem is inge slagen. A. Men zegt de eene helft van de wereld weet niet hoe de andere helft leeft. B. (van het platte land). Die dat gezegd heeft, heeft nooit bij ons op ’t dorp gewoond. Aan meneer Jansen wordt gevraagd, waar om hij bij het naar bed gaan altijd zijn bril op zet? Och, is het antwoord, omdat ik nogal eens droom dat ik een boek lees. Hoe het onlangs in den Franschen schouw burg te Antwerpen toeging. Daarvan geeft het Antwerpsche blad De Koophandel het volgende verhaal „Men speelt Les Huguenots. In het derde be drijf breekt een kabaal loshet parterre heeft genoeg van den schoonen zang en roept om den regisseur. .Deze verschijnt en van verschillende kanten verneemt hij den eisch, dat de baszanger onmiddellijk zijn ontslag moet krijgen. Even daarna komt hij gehoorzaam mededeelen, dat ge zegde zanger zoo spoedig mogelijk zal worden vervangen. Doch het kabaal eindigt niet. Een heer verlangt dat ook eene der zangeressen zal worden vervangen. Deze eisch doet een storm van verzet opgaan. „Het zou,” zegt het blad, „ook inderdaad wraakroepend zijne eene verdienstelijke zangeres af te wijzen, wanneer men op de plan ken nulliteiten geduld heeft, zooals de juffers Tevini en Frasset. Daar men voldoening had en er geen einde aan het kabaal scheen te zullen komen, vond de politie het noodig tusschen beiden te komen. Een abonnent der stalles, die zich al luidkeels uitliet, werd verzocht, op te houden. Hij sprong veront waardigd op en begon met de armen te zwaaien, alsof hij den politieman met huid en haar ging opeten. Het kereltje uit het parterre, dat eerst Le Rideaugevraagd had, begon nu luidkeels te schreeuwen: „La police a la portel” Dit geroep werd weldra door talrijke personen herhaald, zoo dat de politie het raadzaam vond te vertrekken. Ieder stond op in de zaal. De rollen waren thans omgekeerd de artisten, die zich op het tooneel bevonden, volgden met aandacht hetgeen er in de zaal omging! Men poogde zoo goed het kon, het 3e bedrijf ten einde te brengen. Bij den aan vang van het 4e bedrijf, poogde men in het parterre het kabaal te hernieuwen, doch een paar toeschouwers waren daar niet mede gediend. Hetgeen de politie niet had kunnen gedaan krijgen, wisten zij te bekomen. Een der fluiters werd verzocht hen niet verder te vervelen. Daar deze daar geen rekening mede wilde houden, werd de hand opgeheven en het klonk op gebiedenden toon: „Zwijgen of peren De fluiter verkoos het eerste aanbod en stak zijn fluitje in den giletzak.” Volgens een oud gebruik hebben nog vele Serviërs de gewoonte het lijk van een gestorven vriend of bloedverwant te kussen. Reeds meer malen waren ernstige ziekten en epidemieën daar van het gevolg. Ook de thans te Belgrado heer- schende dyphtheritus wordt daaraan toegeschre ven, en de overheid zal thans alle krachten in spannen om het gebruik te doen verdwijnen. Het kussen van aan dyphtheritus overledenen is al thans reeds streng verboden. Voor den magistraat in het oosten van Lon den stond een zeventigjarig man terecht, beschul digd zijne vrouw te hebben mishandeld. De re den, die tot deze mishandeling aanleiding gaf, bestond enkel hierin, dat zijn zes maanden oud kindje hem in zijn slaap stoorde. De beklaagde, die voor de tweede maal was gehuwd, was va der van niet minder dan 36 (zegge zes-en-dertig) kinderen. Dertien daarvan werden hem door zijne eerste gade geschonken, terwijl hij met de 23 ove rigen door zijn tweede wederhelft werd verblijd. Van het eerste huwelijk zijn nog tien, van het tweede nog twintig in leven. MamaFransje, je zegt, dat je je sommen altijd zoo goed maaktmaar dit rapport van je is heelemaal niet goed, weet je dat wel Fransje: Maar mama, dat rapport heb ik ook niet gemaakt. Dat is van mijnheer. 1. Vóór twintig jaar woonde ik als advokaat in eene groote handelsstad in ’t westen van Enge land en bezat daar eene uitgebreide praktijk. Tot het getal mijner vrienden aldaar behoorde zekere familie, „Herbert” genaamd. Met den heer Herbert, die deelgenoot was in een handelshuis, dat uitgebreiden handel in ka toenen waren dreef, was ik in kennis gekomen doordien ik hem had bijgestaan in het onderzoek doen naar bewijzen van schuld tegen een zijner reizigers, die door het vervalschen van een wis sel de firma voor eene aanzienlijke som had bedrogen en mijne in deze zaak bewezen diensten schenen mijn cliënt zoo voldaan te hebben, dat hij mij na afloop der zaak gedurig ten zijnent noodigde. Mevrouw Herbert, zijne echtgenoote, ten minste twintig jaar jonger dan haar man, was eene tengere zachtaardige vrouw met fijne gelaatstrek ken, blauwe oogen en blond haar. Eene opper vlakkige beschouwing zou haar echter niet als schoon, nauwelijks zelfs als bevallig hebben doen gelden. Haar gelaat behoorde echter tot die soort, welker schoonheid aan de uitdrukking, die er in ligt, ontleend wordt en die ongemerkt eerder het mannenhart veroveren, en dikwijls heviger hartstochten opwekken, dan de onbe twistbare schoonheden. Toen ik haar leerde ken nen, maakte zij niet meer indruk op mij dan elke andere aangename, wel opgevoede vrouw zou gedaan hebbenen had iemand mij toen maals gezegd dat zij zonder haar medeweten eene gloeiende liefde in mijn hart zou wekken, zou ik hem hebben uitgelachen. Door mijne bijna dagelijksche bezoeken bij haar echtgenoot bevond ik mij dikwijls in haar gezelschap en werd lang zamerhand het offer van een hartstocht, die zoo onbemerkt mijn hart binnensloop, dat ik er eerst van bewust werd, toen het reeds te laat was. Eene vrouw, die bemind wordt, schijnt als door instinct te begrijpen, welken invloed zij uitoefent en behoeft daar in geene woorden verklaring van. Ook aan Mevrouw Herbert was het spoe dig te bemerken, dat zij bewust was van de gevoelens, die ik voor haar koesterde, want Sneek-BolswardHarlingen. Op Werkdagen: 9,30 1,— 2,15 10,25 2,— 2,55 11,50 3,15 9,45 11,— 11,45 Woensdags om 1.20 Eene jongedochter te Breda zou eenige we ken geleden in het huwelijksbootje stappen, doch tengevolge van onvoorziene omstandigheden moest de voltrekking worden uitgesteld. Deze zou nu jl. Vrijdag plaats hebben. Alles was in het huis der bruid gereed, en men wachtte slechts op den bruidegom. Doch hoe men ook wachtte deze verscheen niet, en men kreeg weldra bericht, dat hij er stil van door was gegaan. Tiberius, een koffiehuishouder te Bergen-op Zoom, deed dezer dagen een vondst, die hem in zijn affaire goed te pas kwam. Bij het graven in zijn tuin stuitte hij op iets hards, dat bleek te zijn een goed dichtgelakte kruik, gevuld met brandewijn. Men zocht verder en nu werden achtereenvolgens 15 van die kruiken te voorschijn gebracht. De qualiteit van den drank wordt door „kenners” zeer geroemd. De dader van den Jack the Rippermoord te Berlijn is nog niet gevonden, maar de justitie heeft ontdekt, dat over den moord reeds gespro ken is voordat die nog gepleegd was. Twee kell- nerinnen vernamen van een man van 25 jaren, om streeks een half uur voordat de moord moet ge pleegd zijn, eenige bijzonderheden omtrent de daad, die naderhand bleken overeen te stemmen met de wijze, waarop die is gepleegd. Ook ver haalde hij, te Londen geweest te zijn en in de buurt van Whitechapel, toen daar een van de beruchte moorden voorkwam. Hij gaf voor baron te zijn en had ook op zijn zakdoek een mono gram met een kroontje er boven geborduurd. Voorts noemde hij zich een geneeskundige, die de praktijk echter niet uitoefende. Hij sprak het Weener dialect. Door den Min. van Oorlog is bepaald, dat bij het reg. grenadiers en jagers nog 80 milliciens der lichting van dit jaar tot den laatsten Fe bruari 1892 met verlof kunnen vertrekken. Een feit, dat zeker niet onvermeld mag blijven, zegt het Vad. is, dat bij dit reg. reeds enkele milliciens, die 1 November met vier maanden verlof vertrokken, vrijwillig zijn teruggekeerd, omdat zij geen werk en geen eten vonden. Volgens het Mbl. tegen de kwakzalverij zijn er 40,000 kistjes Sequah-olie hier ingevoerd, die elk 300 a 400 fleschjes bevatten. Als Sequah voor elk fleschje f 1 krijgt maar de prijs is f 1.25 dan zou hij dus ontvangen twaalf of zestien millioen. Het Mbl. neemt echter aan, dat een kistje maar 100 fleschjes inhoudt en komt dan tot een cijfer van vier millioen. Waarom het Mbl. de kistjes, die volgens hem, 3 a 400 fleschjes bevatten, op een derde of een vierde van den inhoud brengt, begrijpen wij niet. Waarschijnlijk vond de redactie 12 a 16 millioen wel wat heel veel. Op onze beurt vinden wij ook 4 millioen wat heel veel voor de weinige maanden, die Sequah in ons land doorbrengt. Arnh. Crt. Als historisch deelt men aan de Tijd uit Rotterdam het volgende mede Dezer dagen werd een dame uit de groote wereld een compliment gemaakt over haar keu rig met zilverwerk gevulde zilverkassen daarbij de opmerking gevoegd, dat die groote voorraad zilveren vaatwerk getuigde van den rijkdom van de vrouw des huizes. Och kom was het antwoord, „al dat zilver kost mij niets, en u kan het ook voor niets be komen.” De gasten, die bij dit gesprek tegenwoordig waren, drongen zich om de gastvrouw heen, om te vernemen op welke wijze zij, zonder dat het haar geld kostte, haar zilverkast gevuld had ge kregen. „Als ik zoo ging de gastvrouw voort met nieuwjaar van een mijner leveranciers de rekening ontvang, breng ik het bedrag daarvan naar de spaarbank en laat het daar staan tot 31 Dec. Op dien datum laat ik het bedrag terughalen en de rekening betalen. Met alle overige rekeningen doe ik desgelijks. Van de aldus gekweekte rente koop ik mijn zilverwerk. U ziet dus, dat het mij niets kost.” Is het bij dergelijke handelwijze van meerge- goeden te verwonderen, dat de winkeliers klagen Duitsche bankiers. De val der firma Hirschfeld und Wolff te Berlijn sleept ook ande ren mede. De bankier Leipziger, die verdacht wordt dat hij zich met de gesprongen firma met minder eerlijke praktijken in had gelaten, zit reeds achter slot en grendel. Te Potsdam heeft goedheid, Mevrouw, mij mede te deelen in welk opzicht ik u kan van dienst zijn. Ik vrees dan uw geduld eenigen tijd op de proef te moeten stellen zijde zij en hoop maar dat niemand ons storen zal. Mijn klerk is uit en kan pas over een uur terug zijn was mjjn antwoord naar de klok ziende en wanneer gij het wenscht kan ik ook de bui tendeur afsluiten, zoodat wij ook door geen ander kunnen gestoord worden. Nadat zij mij te kennen had gegeven, dat haar zulks aangenaam zou zijn, sloot ik die deur af en zette mij aan mijne schrijftafel tegen over haar om hare mededeelingen te vernemen. Toen ik huwde zoo begon zij werd het, mij door mijn vader, die reeds stierf toen ik nog een kind was, nagelaten vermogen onder zoo beper kende voorwaarden uitgezet, dat ik nooit het kapitaal kan aanspreken en alleen recht heb op de interessen. Het doel van mijne komst is nu aan u te vragen of er geene middelen bestaan waardoor deze drukkende bepalingen kunnen worden opgeheven en waardoor ik in staat zou zijn om een gedeelte van dat kapitaal ter be schikking van mijn echtgenoot te stellen. Ver schillende aanzienlijke verliezen in den handel drukken hem sedert eenigen tijd zeer voegde zij er als tot verklaring bij, want ik kon eene on willekeurige verbazing niet verhelen, daar ik steeds in de meening had verkeerd, dat de firma waarvan de heer Herbert een deelgenoot was, buitengewoon rijk was, en ofschoon hij niet ver moedt, dat zijne geldverlegenheid mij bekend is zoo weet ik toch dat hij dezer dagen noodzake lijk tien duizend pond moet hebben. Ik heb, ofschoon zonder opzet ook, zwaar tegen hem mis dreven zoo besloot zij, terwijl een blos hare anders zoo bleeke wange bedekte, hare mededeeling en heb vast besloten mijne overtreding door dit geringe offer zoo mogelijk weêr goed te maken. Na deze woorden legde zij een pak papieren op tafel, een afschrift bevattende van het vader lijk testament en haar huwelijks-contrakt. Tevergeefs trachtte ik mijne aandacht op die papieren te vestigen. De regels dansten voor mijne oogen en ik kon ze zoo min lezen als begrijpen, mijne gedachten hielden zich slechts bezig met hare laatste woorden en de onwille keurige aanduiding daarin van gevoelens, die ik 3,55 7,20 9,20 5,30 8,— 10,— 9,45 12,15* 1,30 2,55 3,35 Op Zondagen: 7,35 8,15 9,30 7- 8,15 8,30 9,15 gemerkte Tram vertrekt komt 2,40 te Bolsward aan. wel vermoed had, maar nimmer voor zekerheid durfde aannemen. Het laat zich dus licht begrij pen, dat ik niet de noodige kalmte bezat om de mij voorgelegde papieren met zorg te onderzoe ken en tevens mijne juiste meening in dezen te kennen te geven. Na eene pauze van eenige minuten, gedurende welke ik den schijn aannam van de papieren door te lezen, trachtte ik het moeielijke van eene dadelijke verklaring te ont gaan door te zeggen, dat deze zaak een rijp over denken vorderde, maar dat ik toch beloofde haar den volgenden dag de uitkomst hiervan mede te zullen deelen. Goed, zeide Mevrouw Herbert, ik zal mij in de omstandigheden moeten schikken en tot mor gen wachten, maar vergeet niet, dat elk uur wachtens nadeelig kan zijn en dat mijne hulp, wanneer zij niet spoedig komt, licht te laat zou kunnen komen. Wees verzekerd, antwoordde ik, dat ik u mijne meening zoo spoedig mogelijk zal bekend maken. Om gaen tijd te verliezen zal ik mij heden avond uitsluitend met deze zaak bezig houden. Mevrouw Herbert bleef nog eenige oogenblik- ken over onverschillige zaken spreken en stond toen op om te vertrekken. Toen ik de deur opende om haar den trap af te geleiden, hoorden wjj op eens de stem van iemand, die met een mijner mede-bewoners in het huis aan ’t praten was. Goede Hemel, riep de dame dat is de stem van mijn echtgenoot; mij dunkt hij moet u de deur hebben hooren openen. Wanneer hij mij hier vindt, ben ik verloren Maak u toch niet noodeloos ongerust, zeide ik, gij behoeft toch slechts te zeggen met welk doel gij u hier bevindt om elke ontevredenheid van zijne zijde daarover te verdrijven. Ach gij kent hem niet zoo als ik zeide zij met den hevigsten angst op ’t gelaat en waar schijnlijk de rechte beteekenis barer woorden zelve niet begrijpende. Hij is vreeselijk jaloersch, vooral op u. 01 ik bid u, verberg mij ergens, tot dat hij weêr vertrokken is. Wordt vervolgd. Stoomdrukkerij Firma B. Cuperus Az. Bolsward. In verband met den Vrijdag jl. te Utrecht plaats gehad hebbende promotie van een student, werd des avonds door den jubilaris der Club vrienden een ommegang in rijtuigen door de stad gehouden, waaraan het traditioneele muziekkorps van Feij niet ontbrak. Onder den rit brak van het rijtuig der executanten plotseling de „katten bak” waarin de „bas” en „contra bas” waren gezeten, en stieten deze beide artisten vrij on zacht op de straatkeien neder. Met geschramde beenen, gedeukte instrumen ten en den schrik kwamen zij er af. In het Groot-Noordhollandsch Kanaal, tus schen zkkersloot en West-Graftdijk, had in den avond van den 6en November jl. eene aanvaring plaats van een met grind geladen vaartuig en eene veeboot. De schuit zonk bijna dadelijk, terwijl de schip per met zijn gezin slechts met moeite gered kon den worden. Te Enkhuizen reed Zaterdag een rijtuig, waarin 6 personen gezeten waren, op den Noor- derdijk bij den vuurtoren, toen het paard schrikte en met den wagen van den hoogen zeedijk stortte. Van den eigenaar van paard en rijtuig, W. Ho venier, werd een arm zwaar gekneusd zekere De Jong bekwam ernstige kwetsuren aan de borst; hij is voortdurend buiten kennis. De ove rigen waren in tijds van het rijtuig gesprongen. Zondagnacht is tusschen Arnhem en Wa- geningen de postconducteur Vonk van de stoom tram gevallen en zoodanig overreden dat geen hoop meer is op zijn behoud. Een oor werd hem afgereden. De werkstaking onder de typografen in Duitschland neemt eer toe dan af. Sommige dag bladen hebben moeite om voor de geregelde uit gave te blijven zorgen en enkele periodieke werken moesten gestaakt worden. Dat boeken, waarvan de verschijning ter beslissing van den uitgever staat, achterwege blijven, laat zich be grijpen. Onder de periodieke werken, waarvan de uit gave geschorst werd, behoort ook de Monumenta Germaniae van den hoogleeraar Mommsen. Zie hier wat deze over de werkstaking zegt In de crisis, waarmede de Duitsche uitgevers wereld en bijgevolg ook de letterkunde wordt bedreigd, kunnen wij helaas niets anders doen dan den onmiddellijk betrokkenen moed inspre ken en een goeden uitslag toewenschen. De door de zetters veroorzaakte prijsverhooging van het drukwerk zal ongetwijfeld eene zoo belangrijke beperking ervan tengevolge hebben dat allen, van de schrijvers af tot den minsten loopjongen toe, daarvan de schadelijke gevolgen zullen ondervin den. Men kan echter niemand beletten den tak af te zagen, waarop hij zit, wanneer hem dat goeddunkt. Dit laatste beeld mogen niet alleen de boek drukkersgezellen in Duitschland, maar alle werk stakers wel eens in overweging nemen. Er schuilt eene diepe waarheid inmen kan den boom van zijne vruchtdragende takken berooven, maar ver geet niet, dat men zelf daardoor ten val komt. Vrijdag moet te Amsterdam weder een per soon het slachtoffer zijn geworden van zooge naamde kwartjesvinders de man verloor ruim f 150. De Haagsche correspondent der N. Gr. Ct. meldt, dat de bankier Scheurleer te ’s-Gravenhage van de groot-hertogin van Saxen een belangrijk Sneek Bolsward Te Harlingen Van Harlingen Bolsw. Te Sneek met een zoodra ik binnen trad wisselde hare gelaatskleur en hare hand beefde, wanneer ik die aanraakte. Tusschenbeide kwam het mij voor als of zij zich zelve dwong om mij opzettelijk met koelheid te behandelen. Dikwijls voelde ik mij, overmeesterd door mijn gevoel, gedwongen om haar mjjne liefde te betuigengelukkig echter was mijne zelfbeheersching en mijn eergevoel nog sterk ge noeg om mij van zulk een stap terug te houden wellicht werkte ook de overtuiging, dat de vast heid van haar karakter en het plichtsbesef jegens haar echtgenoot mij nimmer op eenige weder liefde konden doen hopen, mede om mijn harts tocht te beteugelen. Haar echtgenoot was, zooals ik spoedig ont dekte, van nature zeer jaloersch en het kwam mij voor, dat, ofschoon hij mij gedurig uitnoo- digde en mij ook met hartelijkheid ontving, hij toch wel zou gewenscht hebben, dat ik mijne bezoeken wat verminderde. Deze omstandigheid, gepaard met mijne overdenkingen over de onaan gename positie waarin ik door eigen toedoen hoe langer zoo meer geraakte, bevestigde het reeds terloops opgevatte plan om mijn vertrouwelijken omgang met de familie langzamerhand af te breken; ik gevoelde ook tevens wel dat de onophoudelijke strijd tusschen liefde en plicht, die steeds in mijn borst woelde, wanneer ik mij in de nabijheid van Mevrouw Herbert bevond, mij eindelijk zou doen bezwijken. Op zekeren morgen nadat ik de familie in verscheidene dagen niet had bezocht, zat ik in mijn kantoor en hoorde den lichten tred eener vrouw den trap opkomen en mijne deur naderen. Mijn klerk was uitgegaan en daarom opende ik zelf de deur, toen er zacht werd geklopt. Tot mijne niet geringe verbazing stond Mevrouw Herbert voor mij. Een dichte sluier bedekte haar gelaat, toen zij mij herkende sloeg zij dezen echter een weinig terug. Het zal u zeker zeer vreemd voorkomen mij hier te zien verschijnen zeide zij met een gedwongen lachjehet doel mijner komst is echter geen ander dan om u over zeer gewichtige aangelegenheden te raad plegen. Ik zou mij niet durven vleien aeide ik haar de kamer binnen leidende en haar een stoel aan biedende, dat ik de eer van uw bezoek aan eene andere oorzaak te danken zou hebben. Heb de een bank haar betalingen gestaakt met een tekort van één millioen mark en ten slotte hebben twee der firmanten der bankiers-firma Friedlander und Sommerfeld zich van ’t leven beroofd. Door ’t faillissement van Hirschfeld und Wolff beangst geworden, kwamen verscheiden cliënten van ’t huis Friedlander und Sommerfeld hun gelden opeischen, tot zulk een hoog bedrag, dat de firma niet aan alle aanvragen kon voldoen. De beide broeders Sommerfeld besloten daarom door zelfmoord te ontkomen aan den rechter, met wien zij reeds bedreigd waren. Zaterdag middag even na éénen begaven zij zich naar hun kantoor, waarvan zij de deur achter zich sloten. Daar openden zij zich den polsader en joegen zich na elkander uit denzelfden revolver een kogel in de rechterslaap. De koopman Thilo, wonende naast het kantoor, hoorde ’t knallen, kwam toe schieten en brak de deur open. De binnentre denden vonden den jongsten broeder Felix, met bloed bedekt, bewusteloos op den sofa liggen, de oudste Sigismund, lag in een fauteuil en ademde nog. De inmiddels ter hulp geroepen geneeshee- ren legden spoedig de noodige verbanden, die door Sigismund weer werden atgescheurd. Over gebracht naar de Koninklijke kliniek is daar Felix spoedig overleden. Omtrent de wijze van stemmen bij verkie zingen in België deelt H. aan het Hbl. het volgende omtrent Antwerpen mede Voor de gemeenteraadsverkiezingen zijn onge veer 14,000 kiezers ingeschreven en komen zeker 13,000 op. Er zijn in de stad 30 a 36 stembureau’s en den kiezers, verdeeld in groepen naar de aanvangsletter van hun naam, wordt een dezer bureau’s aangewezen. Zij, wier naam begint A en B bijv., stemmen in bureau I, C in bureau II enz. Om 9 uur worden de stembureau’s geopend. De kiezers reeds om 8 uur door een appèl, geslagen door de tamboers der garde civique in de straten der stad, aan de verkiezing herinnerd behooren op dien tijd aanwezig te zijn. Hunne namen worden in alphabetische volgorde opge roepen en één voor één ontvangen zij van den voorzitter een behoorlijk gestempeld stembiljet, waarmede zij zich in den couloir begeven. Na de candidaten hunner keuze op het biljet te hebben „getamponneerd”, brengen zij het bil jet in vieren gevouwen, met het Rijksstempel naar buiten, aan den president terug, die het in de bus stopt. Om 12 uur wordt contre-appèl gehouden voor hen, die om 9 uur niet aanwezig waren. Daarna worden door elk bureau afzonderlijk de stemmen opgenomen, proces-verbaal opgemaakt, de briefjes weer in de bus gedaan, die verzegeld wordt en door den voorzitter met één getuige van elk der politieke partijen in een rijtuig naar het hoofdbureau op het stadhuis gebracht. Dit hoofdbureau, waarvan voorzitter is de presi dent der rechtbank van eersten aanleg, recapitu leert de stemmen en gewoonlijk is het geheele resultaat bekend tusschen 6 en 7 uur. Bij verkiezingen van de Provinciale Staten en Volksvertegenwoordiging is het aantal kiezers vaak 18,000 (omdat de buitengemeenten mee stemmen). De indeeling is dezelfde, het aantal bureau’s klimt vaak tot 48, omdat die buitengemeenten groepsgewijze ingedeeld naar alphabetische letter in afzonderlijke bureau’s stemmen. Gemiddeld is te ongeveer T uur of halfacht de uitslag bekend. 1 4,— f) n J O M S3 o M S3 CS as 05 CO 44 05 s cn C 173 2 -o a ±,ov 'J,1U --

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1891 | | pagina 4