NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
O L S W A B DENW O fts E HA O E E L
Sraaltlijit fclfncWfuij.
1893.
Twee en dertigste Jaargang.
No. 3.
BUITENLAND.
BINNENLAAD.
VOOR
het
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
$XXXXXXXKXhKXXXXXKXX$
DONDERDAG 19 JANUARI.
^XCDCXCXCXC jCKXXh ncdxxcdocxcxidxx
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het belang eener zaak hangt geheel af van
iemands persoonlijke opvattingen. Daarom is het
de Freisinnige Zeitung niet euvel te duiden, dat
zij kolommen wydt aan een rede, welke Richter
heeft gehouden in de commissie tot onderzoek
van de oorlogsweten een heel klein stukje slechts
wordt ingenomen door het antwoord van Caprivi;
Want in der radicalen oogen is Richter een God
en Caprivi hoogstens zijn profeet, beter profeetje.
Het staat dan ook vast als het standbeeld van
Herman op den Grothenberg in het Teutoburger-
woud, dat gansch de politieke wereld zich zal
verbazen over het heldere doorzicht van den lei
der der radicalen in de oogen der vrijzinni
gen.
Men meldt uit Harlingen
De monster-propaganda-optocht der socialisten
is Zondag tamelijk we) mislukt. Inplaats van de
2000 personen, welke verwacht werden, waren
er maar 150 aanwezig, en blijkbaar liet de de
monstratie de bevolking vrij koud, waartoe het
weder en de tegenwoordigheid van politie, mare-
chausées en militairen op alle hoofdpunten van
den tocht ongetwijfeld aanleiding gaven. De tocht
ging door de Bierumen naar Franeker, maar
werd door soldaten uit elkaar gejaagd, en daarop
ging het meest op schaatsen naar Harlingen
terug, waar alweder op verschillende punten de
vertegenwoordigers van het openbaar gezag de
manifestanten in het oog hielden. Hierna sprak
de onderwijzer Harts in het Volksgebouw zijne
geestverwanten toe.
Uit Franeker meldt men voorts
De propaganda-tocht der socialisten, waarvan
we de vorige week melding maakten, heelt heden
plaats gehad. Die tocht geschiedde op schaatsen
van uit Harlingen over verschillende dorpen en
langs Franeker terug. De verschillende afdee-
lingen, die er aan deelnamen, hadden hare vaan
dels meegenomen, terwijl eenige der propagan
disten met brochures en couranten gevulde tas-
schen bij zich droegen. Te 3 uur arriveerden ze
alhierdoch de infanterie stond bij den ingang
Volgens de nieuwsbladen is aan den Gemeente
raad van Franeker het volgende adres ingediend,
dat van meer dan 200 handteekeningen moet zijn
voorzien
„Aan den Raad der gemeente Franeker geven te
kennen de ondergeteekenden, allen werkelooze arbei
ders in die gemeente
dat zij allen zijn zonder werk, dat is zonder brood;
dat zij allen werk, dat is brood willen hebben
dat zij geen werk kunnen en willen ontvangen bij
wijze van aalmoes van particulieren en liefdadigheids-
commissiën, daar zij geene bedelaars, maar vrije wer
kende mannen zijn
dat zij van U, geroepen om de gemeenschappelijke
belangen der burgers in deze gemeente te behartigen,
verlangen, dat gij van gemeentewege werk verschaft,
niet aan enkele hunner, maar aan allen, tegen een
loon van minstens f 1 per dag van hoogstens 8 uren
dat zij U, indien gij aan dit verlangen niet wilt of
kunt voldoen, onbekwaam achten om langer aan het
hoofd dezer gemeente te staan, en in dat geval van
U eischen, in het belang der gemeente uwe plaats
aan anderen, die ook voor de arbeiders zorgen, af te
staan”.
De raad van Franeker heeft aan dezen eisch,
want een verzoek is het niet niet kunnen en
ook niet willen voldoen, zonder nochtans hun zetels
voor anderen in te ruimen.
Dit zoogenaamde adres kenschetst echter de be
weging die in de Noordelijke provinciën onder de
werkloozen bestaat.
Ofschoon dit alles niet zoo duidelijk blijkt als
te Franeker, lezen we toch in de dagbladen dat
bijna overal waar werkloozen vergaderingen en
optochten houden of onordelijkheden plegen een.
of ander socialistische spreker optreedt.
De tijd van het jaar, waarin steeds velen tijde
lijk zonder werk zijn, wordt aangegrepen om op
stootjes te verwekken, met het doel om daardoor
de autoriteiten en de burgerij vrees aan te jagen
en propaganda te maken voor de sociaal-demo-
cratische beginselen.
Gepredikt wordt recht op arbeid, een recht dat
geëischt kan worden terwijl de gemeente voor ar
beid moet zorgen.
Een sociaal-democratisch denkbeeld, dat men
reeds in toepassing wil gebracht zien alvorens we
de poorten van den sociaal-democratischen heil
staat zijn binnen getreden
Zeker zullen vele werkloozen in armoede ver-
keeren, maar daarbij wordt niet gevraagdhoe
lang of kort zijt ge buiten verdienstezijt ge ook
in de gelegenheid geweest in den goeden tijd iets
te kunnen sparen voor den wintermaakt ge al
of niet misbruik van sterken drank neen, op de
oorzaken van veler armoede wordt niet gelet. Het
feittijdelijk buiten werk te zijn is voldoende.
Het schijnt zelfs te gebeuren dat personen, die
tijdelijk werk gevonden hebben, toch op de lijst
der werkloozen worden geplaatst, om den nood
maar zeer algemeen te doen schijnen. Van zelf
dat op die lijsten ook voorkomen mannen die nim
mer vast werk hebben, doch vaak in een paar
dagen evenveel verdienen als iemand met vast
werk in de geheele week.
In dit licht moet de tegenwoordige beweging
worden beschouwd, en de autoriteiten zullen wèl
doen met dit in het oog te houden.
Immers, men moet zich niet voorstellen dat aan
de eischen der sociaal-democratische leiders zal
zijn voldaan, indien het al mogelijk ware aan alle
werkloozen van wege de gemeente een tijd lang
werk te verschaffen.
De ontevredenheid zou even goed levendig wor
den gehouden, want dit geschiedt ook daar waar
weinig of geen werkloosheid voorkomt. Het loon
zou allicht te laag worden geacht en de werk
uren te langof men zou klagen dat men vele
personen te zwaren of voor hen ongeschikten
arbeid liet verrichten.
Wij houden ons overtuigd, dat de socialistische
leiders zeer goed inzien, dat de Gemeentebesturen
in de onmogelijkheid zijn om ieder, die korteren
of langeren tijd zonder werk is, aan arbeid te
helpen. Het doel zal dan ook wel zijn om te kun
nen aantoonen, dat bij de tegenwoordige inrichting
der maatschappij werkloosheid en armoede niet
kunnen worden opgeheven dat althans Staat en
Gemeente dit niet kunnen doen en die behooren
naar hun stelsel toch te zorgen, dat ieder een
menschwaardig bestaan heeft.
Op den onwil of de onbekwaamheid van de
Gemeentebesturen moet voorts kunnen worden
gewezen, opdat de „arbeiderspartij" bijde uitbrei
ding van het kiesrecht weet dat zij hare belangen
niet aan de mannen, die thans de zetels in ver
schillende takken der Volksvertegenwoordiging
innemen, kan toevertrouwen.
Het behoeft niet te worden aangetoond dat de
gemeente aan ieder, die tijdelijk buiten werk is,
geen werk verschaffen kanslechts enkele per
sonen zou zij nu en dan eens eenig werk kunnen
laten verrichten, dat in den wintertijd kan wor
den uitgevoerd. Dat geeft echter al zeer weinig
en wat ’s winters wordt verricht kan des zomers
niet gedaan worden.
Vooral in de steden is ^werkverschaffing op
breede schaal eene onmogelijkheid. De werkloos
heid verdeelt zich over tal van verschillende
ambachten en ook de losse werklieden kunnen
niet allen hetzelfde werk verrichten. Indien de
gemeente nu wilde treden op het gebied der par
ticuliere nijverheid, wat noodwendig het gevolg
zou worden indien zij ieder werkman werk
wenschte te geven dat hij verstond gesteld dat
dit mogelijk ware dan zou zij in concurrentie I
treden met de personen, die de belastingen mede
moeten betalenen dat er slecht werk bij groote
onkosten geleverd zou worden is zeker, want
bekwame en ijverige werklieden hebben slechts
zelden over gebrek aan werk te klagen.
Voorts zou de trek naar de steden nog groo-
ter wordende gemeenteuitgaven en daarmede
de belastingen zouden verbazend stijgen en het
einde zou zijnde ondergang der gemeente.
Ons dunkt dit is zóó klaar en duidelijk, dat
men opzettelijk de oogen moet sluiten om dit
einde niet te willen zien.
Op het platteland, waar de meeste werkloozen
met graaf- of veldarbeid bekend zijn, kan, onder
buitengewone omstandigheden, nog eens produc-
tieven arbeid worden verschaft zonder de overige
ingezetenen daardoor te benadeelen, maar in de
steden is dit een onbegonnen werk. Daar moet
het particulier initiatief tusschen beide komen,
hetzij door tijdelijke werkverschaffing, voor zoo
ver dit mogelijk is, hetzij door eene doelmatige
armenzorg.
Intusschen meene men niet, dat wij blind zijn
voor het feit, dat er in sommige streken onzer
provincie inderdaad een vrij algemeene en lang
durige werkloosheid bestaat, terwijl de arbeiders
die daarvan het slachtoffer zijn, in tijden dat zij
werk hebben niet zooveel verdienen, dat zij daar
van iets van beteekenis kunnen afzonderen voor
den kwaden dag.
Vrij algemeen wordt de meening gedeeld, dat
in de bouw- en veenstreken, waar werkeloosheid
het meest voorkomt, veel ter bestrijding daarvan
zou kunnen worden gedaan, daar er nog altijd
zeer veel productieven arbeid te doen valt. Blijk
baar wordt daaraan reeds meer en meer de aan
dacht geschonken en te wenschen zou het zijn dat
grondeigenaar en pachter overal de handen inéén
sloegen om zooveel mogelijk geregelden arbeid
aan de werklieden te verschaffen. Dit zou den
algemeenen toestand merkbaar doen verbeteren
en ook den toevloed tot de steden tegengaan. F. C.
Doch ongelukkig houdt de buitenwereld
zich het meest aan den man, die de poppetjes
van het marionettenspel laat dansen. En nu
mag Richter, voor het kastje staande, schreeuwen
zoo hard als hy wil, dat er niet goed aan de
touwtjes wordt getrokken, de andere toeschouwers
letten meer op het dansen dan op het schreeuwen.
Richter dan beweert: de Rijkskanselier heeft
den toestand van Frankrijk te donker geschil
derd; in Frankrijk heeft het gegist voor 1870
en na 1870, even goed als het thans gist.
Het Drievoudig Verbond is geen kunstproduct,
ontstaan door het samengaan van toevallige stroo-
mingen. Duitschland heeft er belang bij dat
Rusland zich niet nestelt in Konstantinopel of
een stelling inneemt aan de Middellandsche Zee.
„Wij,” d. z. de Duitschers, „hebben er belang
bij dat de Duitsche stam in Oostenrijk tegen den
stam der Slaven wordt beschermdmaar ons
Duitsch belang is in dit opzicht een ondergeschikt
belang tegenover het belang dat Oostenrijk zelf
heeft.
Voor Oostentijk-Hongarije komen hier levens
vragen in het spel, voor Duitschland echter niet."
der stad in het gelid geschaard om de alhier I
uitgevaardigde proclamatie te handhaven, terwijl I
mede de cavalarie was uitgerukt en op het bol-
werk had post gevat. Toen aan het bevel om I
uiteen te gaan niet onmiddellijk werd voldaan, I
werden de propagandisten door de infanterie I
uiteengedreven. In kleine troepjes trokken zij I
daarop naar het Volksgebouw, waar infanterie I
en cavalarie eenigen tijd patrouilleerden. Te I
ongeveer 4 uur vertrokken zij, insgelijks bij kleine I
troepjes en met opgerolde vaandels, per schaats I
naar Harlingen terug. Ongeregeldheden hadden I
er niet plaats.
H. M. de Koningin bevond zich Zondag- I
namiddag tusschen 2 en 3 uur wederom op I
schaatsen op het ijs van het gereserveerd ter- I
rein achter het Huis ten Bosch, alwaar ook I
onderscheidene dames en heeren der hofhouding I
met hunne kinderen reden.
De Koningin maakte nu en dan aan de hand I
van de Regentes, die in een lichte ijsslede was I
gezeten, een tochtje langs de baan.
De wandelpaden langs en de brug tegenover I
den vijver waren bezaaid met toeschouwers.
De ijsbaan van Monnikendam naar Marken I
is door den hevigen wind van Zaterdag op Zon- I
dag in treurigen toestand geraakt. Voor de I
helft, en wel aan de Marker zijde, moest giste- I
ren de afstand te voet afge.legd worden.
In de drie gestichten te Veenhuizen waren I
op 1 Januari 2923 verpleegden aanwezig, of 131 I
personen meer dan bij den aanvang van 1892. I
De bevolking bestaat thans, naar men weet, al- I
leen uit mannen. De vrouwen worden verpleegd I
in de voormalige militaire strafgevangenis te I
üegstgeest bij Leiden.
Over de zoutsmokkelaars schrijft men uit I
Noord-Brabant aan de Tijd, dat naar de getui- I
genis van een bij het wapen der marechaussée I
zeer gezien brigade-kommandant, het er tegen I
Mei a.s., wanneer de verlaging der rechten het I
„zoutdragen" niet meer loont, zeer ongelukkig I
voor de zoutsmokkelaars zal uitzien. De tabak- I
smokkelaars naar België zullen hun weg wel
weten te vinden, doch zij, die dat niet kunnen
of niet willen en geen werk weten te krijgen,
zullen zich aan een nieuwen stiel, moeten
gaan gewennen. i
Ofschoon het smokkelen geen heerenbaantje,
veel minder een eerebaantje raag heeten, wijdt
de smokkelaar zich met hart en ziel aan zijn
„beroep", daar hij immers moet eten met vrouw
en kinderen, en er in dezen tijd van het jaar byna
nergens werk te vinden is. t Is zelfs, alsof hij
I met veldheerstalent begaafd is, als hij aan het
smokkelen is. Een voorpost, een achterhoede en
I daarbij nog de flanken door éclaireurs gedekt,
I aldus zet hij zijne tochten voort, bij het minste
I gevaar werpt hij zijn vracht weg en zonder om
I te zien, onttrekt hij zich aan de vervolging, daar
I omzien gelijkstaat met zich bekendmaken, wijl
I de meeste smokkelaars bij al wat politie heet
I bekend staan. Doch geen enkele ambtenaar kan
I proces-verbaal opmaken, als hij den smokkelaar
I alleen op den rug ziet. Hiervan is de laatste
I dan ook zoo overtuigd, dat hij, welk gevaar hem
I ook dreigt, „nooit" zal omkijken.
Wat nu van deze smokkelaars moet worden,
I leert ons het verhaal van een hunner hoofdman-
I nen. Immers, zoo verzekerde deze aan een bekend
I en gevreesd politieman „Ja, zie je, wachtmeester,
I werken willen we wel, want we zijn dezen zomer
I naar Holland geweest om te hooien, en we zijn
I er armer van tsruggekomen dan we er heengin-
I gen, en als nu met Mei de zoutaccijns vermin-
I derd wordt, dan moeten we gaan stelen om te
I vreten. Kregen we tot nu toe, als men ons beet
I kreeg, 45 dagen, en was „de Bredasche paraplu"
I zoo al niet te groot, dan toch ook niet te klein
om ons van tijd tot tijd te herbergen, na Mei
I zal men ons van een tot twee jaar en meer
I moeten geven, en men zal er dus gerust nog een
„dubbele paraplu" bij mogen maken."
„Men ziet dus, dat de verlaging van den zout-
I accijns een heelen ommekeer in de toestanden
I aan onze zuidelijke grenzen kan teweegbrengen,
I welks slechte gevolgen de Regeering gedeeltelijk
I kan voorkomen door van Rijks-, provincie- of
I gemeentewege de talryke heideachtige gronden,
I die wij in onze provincie aantreffen, door be-
I mesting en omwerking in vruchtbaar land te
I doen herscheppen.
Kan men hiertoe tijdig besluiten, dan zal men
I den smokkelaar, die werken wil, „niet" zich tot
I een dief zien verlagen, maar hem een oppassend
I en werkzaam arbeider zien worden."
Terwijl de commissie voor de droogmaking
I der Zuiderzee met ernst en ijver deze gewichtige
I zaak behandelt en, naar men zegt, met baar ar-
I beid reeds ver gevorderd is, blijft zij ook een
I onderwerp van studie voor andere deskundigen.
I De ingenieur Bloys van Treslong bestrijdt het
I ontwerp der commissie. Hij voert verscheidene
I bezwaren er tegen aan. Hij voorziet verlaging
I van den waterstand op het binnenmeer, gevaar
I van verzanding van de IJsselmonden en het IJ
I nadeelen voor de gezondheidaanzienlijke ver-
I hooging der kosten van defensie. Hij wijst op
I de moeilijkheden der afsluiting van een kom van
I 360,000 H.A. Ook de kosten van het werk zullen
I volgens hem, veel hooger zijn dan geraamd
I werd enz.
I Hij wil een ander plan alleen den afsluitdam
I tusschen Wieringen en Noordholland leggen als
I grondslag voor de droogmaking van het Wierin-
I germeer. Eveneens zou in aanmerking kunnen
komen de droogmaking van het zuidelijk deel
der Zuiderzee, het Hoornsche Hop en het ge
deelte Muiden-Ketel.
„Van welk ontwerp men uitgaat zegt de
schrijver in zijn slotbeschouwing zoodra men
voldoende rekening houdt met oecouomische en
financieele overwegingen, wordt men steeds ge
voerd naar dezelfde conclusie stelselmatige par-
tieele indijkingen kunnen thans alleen in aan
merking komen, en de eerste stap tot droogma
king der Zuiderzee kan geen andere zijn dan de
indijking van Hoornsche Hop of Wieringermeer.
Deze conclusie stemt overeen met hetgeen de
ervaring by andere zee-inhammen geleerd heeft
steeds begint men met de inspringende hoeken,
die het gemakkelijkst ingedijkt kunnen worden
en het vruchtbaarst zijn nooit worden kolossale
vlakten ineens aangewonnen en omdijkt. Het
gewaagde en avontuurlijke moet hier op den
duur altijd plaats maken voor het eenvou dige
het voorzichtige, het uitvoerbare".
De minister van Waterstaat heeft, naarde
Telegraaf mededeelt een maatregel genomen,
waardoor ongetwijfeld tal van jongelieden in
ernstige ongelegenheid zijn geraakt. Tot dusverre
werd van de adspiranteu voor de bstrekking van
klerk bij de telegrafie of de posterijen geen ken
nis van Engelsch en Duitsch gevraagd thans is,
op het onverwachtst, en wel voor het in Februari
a. s. te houden onderzoek, die eisch gesteld. Het
komt ons voor, dat bij eventueel gebleken be
hoefte aan deze kennis bij beambten, wier bezol
diging aanvangt met f 40J ’sjaars, eene waar
schuwing, behoorlijk bijtijds de wereld ingezonden,
volkomen gemotiveerd zou zijn geweest.
Tegenover de leus „sluit Schiedam", die te
genwoordig in ons land van sommige zy'den ge
hoord wordt, gaan er thans in Duitschland stem
men op „koop Schiedam", of liever koop de bran-
I derijen en stokerijen.
Men zegt zelfs, dat de Duitsche Regeering
daartoe zal overgaan de fabrikanten zouden al
hun brandewijn aan den Staat moeten verkoopen
en deze zou met behoorlijke winst ze weder aan
het publiek slijten.
De Regeering zou op deze wijze het geld be
komen dat, wegens het verzet tegen de verhoo-
ging van de jeneverbelasting, haar anders ont
gaan zou, en de branders zouden ontslagen zijn van
de fiscale belemmeringen in hun bedrijf.
i Of het publiek er mede gediend zal wezen is een
andere vraagals de staatsjenever te duur is,
zal de vindingrijke geest daaraan wel tegemoet
komen. Smokkelarij en clandestine verkoop zal
I in de „behoefte" voorzien. Misschien zou dit
I middel ook het heilzaam gevolg hebben, dar er
I minder sterke drank werd gebruikt, maar dan
I waren zoowel de Staat als de branders daarvan
I financieel het slachtoffer.
De Haagsche correspondent van de N. Gr. CL
I deelt mede, dat daar sedert 14 dagen iemand
I kunstmatig slaapt.
I De bekende hypnotiseur, dr. de Jong, van
I wiens uitnemende genezingen ik u meermalen
I sprak, heeft een jonggehuwd man, die sedert lang
I aan melancholie lijdende, schijnbaar niet dan
I door langdurige absolute rust is te genezen, nu
I reeds een paar weken in hypnotischen slaap ge-
I houden. Hoe lang hij dit zal voortzetten weetik
I niet, doch het staat bij hem vast, dat na de slaap-
I kuur de patient volkomen hersteld zal zyn. Hy
I wordt slechts nu en dan een oogenblik gewekt
I om voedsel te nemen.
j Wij zijn geen voorstanders van beschermende
I rechten, maar daarom nemen wij niet aan dat
I elke bepaling van ons vrijgevig tarief altijd goed
I zou zijn. Men zou er aan twyfelen wanneer
I men let op hetgeen de heer Bahlman onlangs
I in de zitting der Tweede Kamer uitgesproken
I heeft. De vraag is echter wat van eene wijzi-
I ging het gevolg zou zijn.
„Vroeger", zeide de heer Bahlman, „werden in
I de wintermaanden, als het slap was, door tim-
I merlieden deuren, kozijnen enz. in elkander gezet
I en gereed gemaakt voor het voorjaar, om dan
I gebruikt te worden. Thans worden deuren, ko-
I zijnen enz. geheel in elkander gezet, vrij inge-
I voerd, waardoor menigen werkman het brood uit
I den mond wordt genomen. Daarbij komt dan
I nog, dat voor gezaagd, geploegd of geschaafd
I hout minder vracht behoeft te worden betaald
I dan voor ruw hout. Ook al weder een soort van
I premie voor invoer van bewerkt hout.
Zoo gaat het ook met den bewerkten steen.
I Men leze eens de verslagen der enquête-commis-
I sie. Daarin ontmoet men telkens de klacht over
I dien vrijen invoer van bewerkte steen, waardoor
I in de wintermaanden ook aan menigen arbeider
het brood word ontnomen. Geheel marmeren
schoorsteenmantels kunnen vrij worden ingevoerd.
„Dat dergelijke voorwerpen, die toch alleen
gebruikt worden door menschen, die het kunnen
betalen, vrij kunnen worden ingevoerd, vind ik
een gruwel in onze tariefwetgeving. Lederwerk
is belast, maar zool-, kalfs en gelakt leder is
weder vrij. Waarom? Ik kan het niet begrijpen.
In geen enkel plaatsje van Groningen is
het arbeiders-vraagstuk practischer opgelost dan
te Holwierde, waar op voorgaan van den predi
kant J. Doorenbos, eene vergadering van land
bouwers en burgers is belegd, en waarin beslo
ten is alle werkloozen aldaar per dag 12 stuivers
te laten verdienen. Van deze 60 cents betaalt
de werkgever de helft, terwijl de belastingschul
digen in evenredigheid van hun hoofdelijken om
slag voor de rest zullen zorgen.
Bolswardsche Courant