NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD BÖISWAR® RU WOKSÏ I j i 1893. Twee en dertigste Jaargang. Extra Nummer. ZATERDAG 20 MEI. VOOR de fabriek te Kimswerd, (fabriek en centrifuge boerderij.) Hare inrichting de ouderlijke 1 ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. S. BOD MA, T. MAGNIN, S. BANTEMA, 77. B. GALAMA, 78. D. de VRIES, 79. M. R. KUPERUS, 80. C. HARP, 81. B. ZAND8TRA, Midlum. Marsum. $xxxxxx jcdcx 1 No. 50. 51. 52. 53. 54. 55. 56. 57. 9.— 9.50 - 49 - 10.— - 52 - 10.50 - 55 - 11.— - 58 - 11.50 - 60 - 12.— ’t Meer bij Heerenveen. Witmarsum. Achlum. R. HOMAN, P. S. DOUMA, IJ. van GOSLINGA Sneek. A. L ANKHORST Jr. Beetsterzwaag. A. van der MEER, Sneek. Deinum. Dalen (Dr.) Deinum. L. KETELAAR Jr., J. BOERSMA, R. FOPMA, K. TERPSTRA, H. VAN DER GOOT, M. H. KREMER, U. ROMKEMA Wzn., Workum. Sneek. Bolsward. Marsum. Deersum. Harlingen. Joure. Pingjum. voren boter- handelaar, een ander boekhouder op een industri- eele fabriek. De cursus omvatte het tijdvak van 1 Mei tot 1 Augustus 1892. Aangaande de latere werkzaamheid is het vol gende op te merken No. 58 is als volontair werkzaam geweest te Irnsum en is benoemd tot directeur van de zui velfabriek te Denekamp. No. 59 heeft tijdelijk de betrekking van machi nist-stoker vervuld te Koevorden en is tegen woordig werkzaam als volontair te Leerdam. No. 60 is volontair te Nieuwe-Zijlen bij Dokkum. No. 61 is volontair te Roordahuizum. No. 62 is volontair te Jelsum. De overigen zijn voorloopig naar woning terug gekeerd. Aan den elfden cursus van 1 Augustus tot November gehouden, namen deel No. 66. P. J. DAMSTÉ, 67. L. K. BOSMA, 68. L. J. BOSMA, 69. G. WARMOLTS, 70. J. H. REINDERS, 71. B. KIELSTRA Bzn., Boornbergum. 72 S. BOOTSMA, Nijland. 73. W. A. de GAVERE, Oosterend. Een persoon was voorheen op een gemeente secretarie werkzaam, een ander heeft een kweek school voor onderwijzers bezocht. Twee waren reeds op zuivelfabrieken als volon tairs aangesteld geweest. Na het bezoek der school heeft No. 66 plaat sing gevonden als volontair te Hontenisse, No. 70, 72 en 73 zijn volontairs respectievelijk te Dalen, Sijbrandaburen en Irnsum. Van de overige hebben wij geene berichten ontvangen. Voor den twaalfden cursus op 1 November 1892 begonnen, werden aangewezen No. 74. J. G. HIBMA, 75. P. H. de JONG, 76. J. v.d. VUGT WJzn., Drachten. Bolsward. Bolsward. Roordahuizum. Barsingerhorn (N. H.) Langweer. Vier personen waren reeds op zuivelfabrieken werkzaam. In afwijking van de beide vorige jaren werd in het jaar 1892 niet een cursus voor meisjes geopend, omdat er geene voldoende aanmeldingen hiertoe geschiedden en de aanvragen van manne- Ijke personen zoo talrijk waren. De vrouwen gevoelen zich te weinig aangetrokken tot de werkzaamheden in de zuivelfabrieken, óók waar schijnlijk omdat de arbeidswetgeving aan haren arbeid hinderpalen in den weg legt. Het getal personen, die gaarne geplaatst worden doch niet of niet op een voor hen passend oogen- blik plaatsing hebben kunnen vinden, is groot. De onzekere kans of men spoedig plaats als leerling zoude kunnen vinden, heeft bovendien velen weerhouden zich aan te melden, heeft som migen een anderen werkkring doen zoeken, anderen hebben scholen in het buitenland moeten opzoeken. Wanneer er vooi alle aanvragers plaats geweest ware, meenen wij, dat ieder cursus dooreen ge nomen, zestien leerlingen had kunnen tellen. In het jaar, waarover dit verslag handelt, ont vingen wij ten slotte eenige aanvragen, waaron der een vijftal uit Duitschland, om opname als z.g. hospitant, voorbijgaande bezoeker. Het doel was steeds alleen de kaasbereidingswijze te leeren kennen. Aan de zuivelscholen in het buitenland bestaat gewoonlijk eene regeling, dat hospitanten opgenomen kunnen worden. Wij konden aan deze verzoeken niet voldoen, tot ons groot leedwezen, omdat in eenige gevallen het verzoek geschiedde door bemiddeling’ van de directeuren van zuivel scholen in Duitschland. In het algemeen nemen wij in den laatsten tijd waar, dat zeer vele personen zich op de zuivelbe reiding toeleggen en in verband daarmede wendde zich in 1892 een grooter aantal personen dan in vorige jaren tot de leden der commissie van toe zicht of tot de directie der school, gaven te ken nen dat zij een bezoek der school in overweging namen en zich eventueel wilden bekwamen tot een of andere betrekking in zuivelfabrieken en stelden de vraag, wat de toekomst voor zoodanige jonge mannen zoude kunnen opleveren. In eenige gevallen vonden wij de vrijheid den adspirant eenvoudig af te raden om zijn werk kring op te geven en zich aan de zuivelbereiding te wijden. Ook voor eenige anderen meenden wij, dat de vooruitzichten niet gunstig zijn, bovenal, wanneer het zich voordeed, dat de algemeene ontwikkeling op den grondslag van het lager onderwijs te wen- schen overliet. Het aantal personen, dat zich bij eene voorko mende vacante betrekking in zuivelfabrieken aan meldt, is reeds zeer groot en ruimschoots kan eene keuze gedaan worden. Om deze reden werd den aanvrager somtijds dan ook gemeld dat men zich niet moest voor stellen spoedig een gesalarieerde betrekking te zullen vinden. Het kwam reeds voor, dat eenige oudleerlingen zich in hunne verwachtingen te dien opzichte be drogen zagen. In het algemeen hebben de personen, die de zuivelschool bezochten, wel eene plaatsing gevon den, hetzij als volontair; hetzij in eenige bezoldigde betrekking; anderen hebben echter hiermede meer moeite, eenigen van hen verdienden vooruit ge holpen te worden en in hun belang ware het wen- schelijk, dat bij eene vacature de bestuurders of de directeuren van fabrieken zich tot de zuivel school wilden wenden om geschikte personen aan gewezen te zien. In een aantal gevallen hadden wij het genoe gen de plaatsing zoekende oudleerlingen in con nectie te brengen met de personen die personeel zochten. In de meeste gevallen waren de directeuren van fabrieken tevreden over de leerlingen der school; bij eenigen vielen de onvoldoende vruchten van het lager onderwijs zeer in het oog, en of om deze reden of om een minder scherp opvattingsvermo- gen waren ook de vruchten van het bezoek der zuivelschool een enkele maal zeer gering. In sommige gevallen is ook de opmerking ge maakt en in het algemeen de vrees geuit, dat de opleiding aan de zuivelschool eenige oppervlak kigheid en eenige waanwijsheid zou ten gevolge hebben. Wanneer de jongelingen opgeleid zijn op fabrie ken waar de directeur zich met hen bezig houdt, dan worden hun langzaam en geleidelijk de meer verantwoordelijke werkzaamheden toevertrouwd, terwijl op de zuivelschool de personen reeds spoe- Oosterwolde. Boornbergum. Opeinde bij Drachten. Zweeloo (Dr.) Koevorden (Dr.) Een leerling was te voren hulponderwijzer, een ander boter- en kaashandelaar, drie waren reeds op zuivelfabrieken werkzaam geweest en vier personen behoorden niet juist tot den landbou wenden stand. Van de latere werkzaamheid is ons het volgende ter oore gekomen. No. 50 is werkzaam geweest op eene zuivel fabriek in de provincie Groningen, heelt later plaats gevonden als z.g. hospitant aan de zuivel school te Prenzlau en is benoemd geworden tot directeur van de zuivelfabriek te Nieuwerkerk op Duiveland. No. 51 en 54 vonden eene voorloopige plaatsing als volontair te Sijbrandaburen. No. 52 is werkzaam als natuurbotermaker aan een margarinefabriek te Rotterdam. No. 53 heeft een fabriek van vette kazen in Noord-Holland gedurende eenigen tijd bezocht en is tegenwoordig in Duitschland ter verdere be kwaming. No. 55 is werkman aan de zuivelfabriek te Deinum, en no. 57 is tegenwoordig centrifugist te Dronrijp, na eerst dezelfde betrekking te Irnsum te hebben bekleed. De tiende cursus der zuivelschool werd bezocht door No. 58. 59. 60. 61. 62. 63. 64. 65. R. H. TACOMA, Van deze personen was een te VERSLAG VAN DEN TOESTAND EN DE WERKING VAN DE ZUIVEL SCHOOL te BOLS WA R D, o ver 1892. -- Bezoek van leerlingen. Het vorige verslag noemde nog de bezoekers van den achtsten cursus der Zuivelschool, op 1 November 1891 begonnen en op 1 Februari 1892 geëindigd. Wij ontvingen de volgende min of meer vol ledige berichten aangaande de verdere werkzaam heid van de leerlingen van dezen cursus. H. A. Bierma is als volontair te Marrum werkzaam. R. Buisman is gedurende eenige maanden in Denemarken op verschillende bedrijven werkzaam geweest en wil nog eenige jaren besteden aan eene grondige vorming zoowel in technisch als in handelsopzicht. P. J. B. Damsté is opgetreden als directeur van de zuivelfabriek te Hontenisse, na eerst te Dalen als volontair te hebben gewerkt. W. J. Lugard wil in 1893 als directeur eener op te richten fabriek optreden en was langeren tijd in Neu-Brandenburg werkzaam, heeft verder zich in Duitschland en Denemarken bekwaamd. N. D. Oppedijk is als botermaker te Koevorden werkzaam. T. van der Vleugel is voorloopig naarde boer derij zijns vaders teruggekeerd. Van de beide andere deelnemers aan dezen cursus is ons niets ter oore gekomen. Voor den op 1 Februari 1892 begonnen negenden cursus, haddèn ruim 39 personen toelating ge vraagd. Er werd besloten door loting aan ieder een volgnummer te geven en op de rij af personen voor dezen en de volgende cursussen op te roepen, terwijl ondertusschen het plaatsen van annonces in de couranten ter oproeping van personen voor de cursussen van mannelijke leerlingen voorloopig gestaakt werd. De negende cursus werd bezocht door Thesinge (Gr.) Goënga. Harlingen. Dronrijp. Deinum. Overal werden wij met welwillendheid ontvangen. Bewijzen van belangstelling en schenkingen. In November hadden wij het genoegen den heer Döhnis, inspecteur van het middelbaar onder wijs, speciaal belast met het toezicht op de land bouwscholen, in de zuivelschool en in een bestuurs vergadering te zien in verband met voorloopige besprekingen over een reorganisatie der zuivel school. Onder de overige bezoekers zullen wij alleen vermelden den redacteur van het Maandblad van de voreeniging van oud-leerlingen der Rijks-land- bouwschool, waarvan het gevolg was, dat in een nommer van dit blad een artikel over de zuivel school verscheen, opgehelderd door eenige illu- stratiën. De secretaris van het rundveestamboek zond ons steeds de verschenen nieuwe banden. De redactie van Mededeelingen en Berichten zond ons een tiental exemplaren van de nieuwe nommers. De Carlshiitte te Rendsburg zond ons eenige nieuwe stukken bij de balanscentrifuge behoorende, welke eerst kort te voren waren in toepassing gebracht. De firma Sepp Gj. te Enschede schonk ons een stoomstraaltoestel voor het opvoeren van kaas- wei, een z.g. wei-elevator. Gedurende het bezoek van onze Koninginnen aan Leeuwarden werd H.H. M.M. tafel dagelijks van versche boter der zuivelschool voorzien. Veranderingen in gebouw en inventaris. De voornaamste uitgaafpost is geweest de ver betering van het ijshuis. De wanden zijn nauw keurig onderzocht, waarbij bleek, dat bij den bouw geheele vakken niet met slakken wol waren gevuld geworden. Aan dit gebrek werd tegemoet gekomen en tevens werden alle binnenmuren uit het ijshuis verwijderd, zoodat nu één groote klomp bewaard wordt. Aan de voorzijde van het ijshuis werd een portaal van manshoogte aangebouwd. In den loop van 1892 hebben wij verder ver kregen een verbeterde olieïnrichting bij de stoom machine; de isoleerende jutesnoer voor stoomlei- dingen was versleten en werd vervangen door een isoleerende snoer met omhullend asbestweefsel. In den loop van den winter 1891—1892 en in den winter 1892—1893 geschiedde de verwarming van het kaaspakhuis met een ijzeren kachel. Uitbreiding werd gegeven aan het bestrijken der muren en zolderingen met emailverf van de firma Rosensweig en Baumann te Kassei. De sedert het jaar 1891 opgedane ervaringen zijn zeer gunstig en voldoet het materiaal aan alle ver wachtingen. Uitkomsten van het praktisch bedrijf. Leveranciers van melk waren tot 1 April de heeren J. 8. de Boer, IJ. N. Galama, 8. 8. Hoek stra, R. Teernstra en O. Postma, die allen ook het nieuwe melkleveringscontract voor 1 April 1892 93 teekenden. Op 1 April werd bovendien als melkleverancier gewonnen de heer O. Hettinga, op half April de heer D. v. d. Tol en op hall' November de heer H. de Boer, voor wie allen hetzelfde contract gold. De melkprijzen, die voor 1 April 1892—1893 werden bewilligd zijn de volgende per 200 liter, 1 April—1 October vast f 8.— 1 October1 April minst - bij een botermarktprijs van 43 - Als boterprijs gold de marktprijs te Sneek. De leveranciers ontvingen behalve de wei boven dien gratis in Mt., Ap. en 1.12 Mei 12 ‘/0 karnemelk, overige tijd 10 B meerdere karnemelk kost per liter: in Maart en van 1 April tot 1 September 1 ct. in de overige maanden 1 */2 cent. Wanneer men deze melkprijzen vergelijkt met die van vorige jaren, zal menigeen de opmerking maken, dat er weinig verband is tusschen de prij zen van verschillende jaren. Het moet opvallen, dat b.v. voor Maart 1893 bewilligd is een prijs die per 2 liter 1 of 1'/2 ct. meer bedraagt dan in Maart 1892, terwijl de maand Maart voor de finantiéele uitkomsten van het be drijf een gewichtige maand is, in zooverre, dat bijna een gelijk quantum melk ontvangen wordt als in December, Januari en Februari te zamen. De melkprijzen zijn ook willekeurig, maar zij moesten vastgesteld worden in verband met de prijzen, die aan andere fabrieken werden gecon tracteerd. De melkver werking voor rekening onzer ver- eeniging brengt op de tegenwoordige wijze te vele gevaren met zich en wanneer de finantiëele toe stand onzer vereeniging een meer stabiele zal zijn, dan is het een noodzakelijkheid, dat de melkprij zen geregeld worden op grondslagen, waarbij eenige risico’s door de boeren worden gedragen. In Maart 1892 is dan ook gepoogd de leveran ciers te winnen voor een melkleveringcontract, waarbij de melkprijs voorloopig aannemende voor allen dezelfde te zijn, afhankelijk werd gesteld van dig de meer verantwoording met zich brengende werkzaamheden verrichten. De zuivelschool wordt in het openbaar en in de pers weinig besproken; bij de debatten in Noord-Holland naar aanleiding van de plannen tot oprichting van een leerhoeve voor zuivelbe reiding, is, naar de couranten te oordeelen gezegd, dat „de werkschool in Friesland mislukt”, waar mede wellicht bedoeld werd, dat de zuivelschool niet geheel beantwoord heeft aan de verwachting van sommigen, dat zij zou zijn speciaal een insti tuut ter bekwaming van personen, die op de óoer- derij werkzaam zullen zijn in de zuivelbereiding. Nu deze uitspraken die van gezageischende zijde zonder eenige toelichting gedaan zijn, en juist daarom tot onjuiste gevolgtrekkingen kunnen lei den, kwam het ons wenschelijk voor eenigszins meer uitvoerig op deze kwestie in te gaan. Het feit bestaat dat de zuivelschool in den laatsten tijd niet een groot aantal leerlingen ont vangt, die op de boerderij werkzaam zullen zijn. Evenwel bij hare oprichting in 1889 had zij in het algemeen ten doel betere begrippen omtrent de zuivelbereiding te helpen verspreiden. Zij was er op ingericht om op praktische en eenvoudige wijze de toepassing van de verschil lende stelsels te doen zien. Op den naam van volledige werkschool heeft zij nooit aanspraak gemaakt. Hare inrichting en hare middelen waren hiertoe te beperkt. Zij is bescheiden op getreden en niet kunstmatig gevoed. Wel wees de inrichting van het gebouw naar de fabriek matige bereiding. De omstandigheden hebben gelijk in zoo menig geval, haar de richting ge wezen, die zij voirtaan bij voorkeur heeft te vol gen. Sedert 1889 heeft de fabriekmatige berei ding eene groote vlucht genomen, daarmede hield verband het groot aantal aanvragen om plaatsing aan de zuivelschool. Men zocht in de zuivel school nagenoeg uitsluitend eene opleidingsplaats voor de fabriekmatige bereiding. Het bestuur heeft met deze omstandigheid rekening gehouden, begrepen dat dus ook de fabriekmatige bereiding bij het onderwijs in de zuivelschool in groote mate betrokken is, en heeft eene reorganisatie van het onderwijs voorbereid. Verlenging van den cursus, uitbreiding van het leerplan en veran derde inrichting van het gebouw zullen daarvan o.a. de gevolgen zijn. Het onderwijs. Het onderwijs werd gegeven door den directeur der school, den heer Jac. Persijn, bijgestaan in de praktische werkzaamheden en de administra tie door den adsistent, den heer A. Starkenburg. Het personeel bestaat verder uit een vasten knecht en diens vrouw. De heer Starkenburg heeft op eigen verzoek met 15 December 1892 zijne betrekking verlaten, na deze 19 maanden met ijver en toewijding te hebben vervuld. Omstreeks Mei 1893 zal in de opengevallen betrekking worden voorzien. Zooals bekend is omvat het onderwijs praktisch onderricht, melkonderzoek, boekhouding en theo retisch onderwijs. Om niet in herhalingen van vorige verslagen te vallen, kunnen wij aangaande bijzonderheden volstaan met te verwijzen naar het verslag over het jaar 1891. Eenige opmerkingen omtrent den gang van zaken mogen hieraan worden toegevoegd. De room werd na afgekoeld te zijn, te zuren gezet, was ’s avonds bijna voldoende zuur en om streeks 8 uren werd ijs in het water van de roomcementbassins gebracht. Gewoonlijk werd aan de room zuursel toege voegd, afkomstig van een zuivere kuituur van melkzuurbakterien, welwillend en kosteloos afge staan door den heer Kingma te Drachten. Herhaalde malen werd ook zonder zuursel ge zuurd en eveneens werd dikwijls als zuursel ge bruikt bij bepaalde temperaturen spontaan zuur gewordene volle melk als materieel hiertoe werd genomen de melk van bepaald uitgekozen koeien, die vóór 2 a 5 maanden gekalfd hadden. De boter werd ’s zomers gewasschen in water, dat over nacht bij de Swartz vaten in ijswater had gestaan en de boter werd tusschen het eerste en tweede kneden gekoeld door ze in de tamelijk diepe waschbak te plaatsen en de bovenkoeling in te richten met ijs en water. Bij melkonderzoekingen werd gebruikgemaakt van de toevoeging van kaliumbichromaat ter con- serveering van melkmonsters voor later onderzoek. Bij de boekhouding werden de leerlingen be kend gemaakt met een zeer gemakkelijk systeem van technische- en koopmansboekhouding, in hoofdzaak overeenkomende met het systeem van Dicterichs en Mertens in Hannover. Bij het theoretisch onderwijs is op te merken, dat de z. g. dictaten, die de leerlingen naar huis medenamen ter overschrijving, steeds op de hoogte van den tijd worden gehouden en ook gedeelte lijk omgewerkt of verduidelijkt worden. Het is nog niet mogen gelukken, deze dictaten voor den druk voor te bereiden. Excursien. Gewoonlijk werd in de laatste dagen van een cursus een reisje gemaakt naar naburige fabrieken, hetzij in oostelijke- of in westelijke richting. De volgende fabrieken werden bezocht beide fabrieken te Joure. de fabriek te St. Nicolaasga. Bolswardsche Courant i •n v ■n r> •n n n n v n T) •n v v n •n n. n w Y) Y) Y> n •n v n Y) •n •n n n n r n w •n n Ti n n

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1893 | | pagina 1