NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD OLS WARD EN WDNSERADEEL Een mislukt drietal. 1893. Twee en dertigste Jaargang. No. 25. BUITENLAND. ^xxxxxxxxx^xxxxxxxxx^ DONDERDAG 22 JUNI. XXXXXXXXX XXX XXXXX X BINNENLAND. VOOR 1 en maak" deze kunst nog niet geschikt is. ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. In de omstreken van Amersfoort zijn de boeren hier en daar verplicht hun vee in de wei de met brood en koeken te voederen, wijl de grond zoo uitgemergeld is. Uit Amsterdam wordt aan de N. R. Ct. gemeld, dat aldaar Maandag een onderwijzer aan eene openbare school 2e kl. een meisje zoo ruw bij het oor heeft getrokken, dat onmiddelijke verbinding in het gasthuis noodig was. Hoe deze onderwijzer er af zal komen, is moeilijk te zeggen, maar zij ne straf moge eene waarschuwing zijn voor zijne ambtgenooten, waarvan er velen zich aan de ooren der kinderen vergrijpen. Men leest in de Winsch. Ct. Van beteekenis is de ongunstige stemming van „het volk“ alhier jegens de tentoonstelling, ver moedelijk toe te schrijven aan socialistische op ruiingen en die stemming mag der commissie wel aansporen tot waakzaamheid. Vrijdagavond stond een troep werklieden op het plein voor het terrein der Nijverheidstentoonstelling en hoorden wij uit dien troep de hartelijke wensch opgaan „’k wou dat de heile boudel van avond nog afbrandde 1“ Commentaar is overbodig, maar menschen met zulke gevoelens bezield, zyn ook in staat den roo- den haan te steken in de voorwerpen, die zij zoo haten! Voor hen moet men op zijn hoede zijn, als de vreemde bezoekers zulke uitdrukkingen hooren, dan zullen zij geen goeden, maar een slechten indruk van hier medenemen. üe com missies hebben heel wat werk verschaft, hebben zooveel personen in dienst genomen als eenigszins mogelijk is, stellen den toegang open ook voor zeer mingegoedenvoor den socialist is dat alles niet voldoende. Zoolang hg dien „heilen boudel' niet het zijne mag noemen zou hij willen dat die afbrandde Wegens het eene of andere vergrijp moest zich Vrijdag voor de rechtbank te Dordrecht ver antwoorden zekere we l. B. Vrijdagochtend vroeg heeft de vrouw uit vrees voor straf zich in de Spuihaven te Dordrecht ver dronken. Haar lijk, dat spoedig opgehaald werd, is naar het lijkenhuisje op de algemeene begraaf plaats vervoerd. Als bewijs, hoe treurig het te Hoogwoud en omstreken gesteld is met den arbeider, kan dienen dat het waterschap „de Vier Noorder Kog gen" bij aanbesteding al zijn slooten gereinigd krijgt voor ongeveer ƒ200 minder dan verleden jaar. Om toch maar wat te verdienen, namen sommige arbeiders het werk zóó laag aan, dat ze niet meer dan 50 ct, per dag krijgen. Een echtpaar te Breda wandelde eenigen tijd geleden in de omstreken der stad, en liep op een paadje in een weiland, terwijl mevrouw langs den weg bloempjes plukte. Wegens het loopen in een met gras begroeid weiland werden zij verbaliseerd, en toen de zaak voor het kantongerecht kwam, droeg een der beklaagden (de man) een verdediging op rijm voor, eene parodie op de „werkstaking", van Fr. Coppée, doch de kantonrechter deed hem ophou den, en de rest zijner verdediging moest hij in proza voordragen. De eisch was f 3 boete. Toen in Hamburg de cholera heerschte is beweerd, dat die ziekte was aangebracht door de uitgedreven Russische Israëlieten. Het nauw keurig onderzoek naar de oorzaak heeft aan het licht gebracht, dat deze slechts te vinden was in de zorgeloosheid van de overheid ten aanzien van het drinkwater. Het water wordt dan ook nog algemeen als de verspreider der gevreesde ziekte beschouwd, terwijl omtrent hare overplan ting van den eenen mensch op den anderen tal van voorbeelden, indirecte bewijzen, zijn aange voerd, die deze meening weerleggen. En nu comme si de rien n’était, komt de Standaard op tegen de landverhuizing der Rus sische Joden over Nederland, terwijl Hamburg sinds 15 Juni zijn grondgebied voor dien stroom gesloten heeft. „Moet dan eerst", vraagt het blad, „een plage als te Hamburg ook over ons komen, eer men wijzer zal worden?" Dus die arme lieden, die op niet te rechtvaardi- I gen wijze uit hun vaderland verdreven worden en I in andere werelddeelen een bestaan willen zoe- I ken, moeten ook wij weigeren tijdelijk toe te la- I ten, omdat zij in opgepropte derde-klasse wagens I van bommeltreinen herwaarts komen Waarlijk, indien het van de reizigers zelven I afhing, zij zouden ook veel liever in coupés eer- I ste klasse van sneltreinen de reis afleggen. Maar I zij bezitten niets ter wereld en in plaats van met I Christelijke liefde zich over hen te ontfermen en I hen voort te helpen naar hunne bestemming, wil I de Standaard hen weren misschien wel naar I Rusland terug zenden om de plage, waaraan I zij onschuldig zijn. En dit is de raad van een blad, dat te pas I te onpas in alles den godsdienst betrekt. Dat niet alleen de menschen last van de I hitte der laatste dagen hebben, maar ook de I dieren er slecht tegen kunnen, blijkt uit een be- I richt in de Zutph. Ct., volgens hetwelk, tenge- I volge van de warmte, een paard op de markt I te Zutphen een flauwte kreeg en in zwijm viel, i Als het niet spoedig wat koeler wordt, zullen I we in werkelijkheid de spreekwoordelijke spreeu- I wen van de daken en uit de boomen zien vallen. I Het a Capellakoor onder leiding van Daniël I de Lange treedt Donderdag ie Groningen, Vrij- I dag te Veen Jam, Zaterdag te Almelo en Zutphen en Zondag te Arnhem op. Over de bedrijfsbelasting kan ik niet spreken, zegt de llaagsche correspondent der A. Gr. Ct., zonder een woord van bewondering te uiten over den Minister van Financiën, die zich ook nu we der een reus toonde in ’t debat. De heer Seret noemde hem den Mont-Blanc en zich zelf, daar bij vergeleken, ’t puntje van een sigaar. Dat moge nu overdreven zijn, meer dan heuvelen zijn ’t niet, die de Minister om zich henen ziet Eu dat geldt niet enkel, vergelijkenderwijze, de personen, maar ook de bergen van bezwaren. Hij komt er overheen met het gemak van een geroutineerd Alpenjager. VVat echter het meeste beteekent is de mededeeling, die mij dezer dagen uit zeer goede bron werd gedaan, nl. deze, dat de Minister aan zijn Departement reeds nu alle gegevens heeft doen verzamelen voor een herziening der wet op het personeel, met het vaste voornemen om die herziening nog vóór het einde van dit of in het het patentrecht verschuldigde bedrag. Het oplaten van een luchtballon moge al eene publieke vermakelijkheid zijn, de luchtschip perij is toch op verre na niet, waar zij wezen moet en misschien eenmaal komen zal, zoodat deze vermakelijkheid eene ernstige zijde heeft. Dit bleek ook by den ballon „la Belgique", die Woensdag te Amsterdam opsteeg. Te vijf uren rees zij tot 200ü meter, dreef in de richting van Haarlemmermeer, toen joeg een rukwind haar naar de Noordzee, een volgende rukwind bracht haar terug naar Haarlem en met zeer veel moeite en onder gedurig schokken, waardoor het ankertouw brak, kwam men bij den Vijfhuisterweg in Haarlemmermeer, waar de boe ren hielpen en met groote inspanning erin slaag den den ballon meester te worden. Voor hunneu hulp eischten de meesten hooge belooningen. Om halfelf waren de luchtreizigers in hun rij tuig weder te Amsterdam. ’t Is dus nogal goed afgeloopen, maar het be wijst opnieuw, wat wij zeiden, dat voor een „ver- begin van het volgend zittingjaar te kunnen in- I dienen en zoo mogelijk te doen behandelen door I deze Kamer. In dien zin liet zich de heer Pierson I tegenover zijn hoofdambtenaren uit. Zulk een ar- I beid is boven lof verheven en de mogelijkheid, I dat de politieke levensdraad van zulk een man I door de gezegende uitkomsten eener kiesrecht- I uitbreiding wordt afgesneden, vergalt wel eenigs- I zins de innige vreugde, die mij vervult bij de verkwikkelijke gedachte, dat ik weldra met den orgeldraaier die me onder ’t schrijven dezer rege len staat te vervelen, als gelijkgerechtigd mede burger van denzelfden Staat ter stembus zal mo gen opgaan. Maar alles heeft zijn schaduw- I zijde in de wereld! Men schrijft aan de Standaard: „Het is in Friesland een rage op het punt van hooilandverhuringen. De herbergen, waarin de publieke verpachtingen plaats hebben, zijn vóór den aanvang reeds stampvolmen staat als ha ringen in een ton gepakt. Er wordt maar op los geboden, want iedere boer moet huren, wil hij zijn vee houden. Er worden fabelachtige hooge prijzen besteed. Wij zullen enkele voorbeelden noemen Bij Hee- renveen ligt een stuk land, dat verleden jaar f25 huur opbracht. Zaterdag jl. werd het publiek ver pacht tegen de som van f 189, zonder de kosten. Een ander stuk, dat verleden jaar f271 deed, is nu gegund voor f 527. Zoo gaat het aldoor, ter wijl bovendien het gewas wel 1/3, misschien de helft slechter is dan verleden jaar. Een deskun dige rekende uit, dat het hooi, als het in de schuur zal zijn, f 100 zal kosten, terwijl het met f50 meer dan betaald is. Huurboeren kunnen dan ook niet huren, dit past alleen aan eigen boeren, waarvan sommigen voor meer dan f2000 al gehuurd hebben.’’ Onder de studenten te Amsterdam, zoowel uit het korps, den bond en uit de zoogenaamde nihilisten, heeft zich een vereeniging gevormd om het gebruik ingang te doen vinden, na examens, bij feesten enz. in daarvoor geplaatste bussen geld te geven voor de armen. Als gevolg daarvan zijn thans op de examen plaatsen bussen geplaatst met het volgend opschrift L. S. De studentenvereeniging „Pro Pauperis Petimus" dringt er bij ieder, die na gunstig af geloopen examen, of door welke omstandigheid ook, in een milde stemming verkeert, op aan, een groote of een kleine gift te storten in deze bus voor de armen van Amsterdam. Bij de liberalen, de anti-revolutionairen en de Roomsch-katholieken bêstaat dezelfde onver schilligheid ten aanzien der verkiezingen. Ware dit het geval niet, dan zou de uitslag van de ver kiezing voor een lid der Provinciale Staten op 1. 1. Dinsdag niet geweest zijn, dat er eene her stemming moet plaats hebben tusschen twee hee- ren, die onderscheidenlijk één veertiende en één vier en twintigste van het aantal stemmen, dat in het district kan uitgebracht worden op zich vereonigden, terwijl hun mededinger slechts een acht en twintigste van het getal der kiezers verwierf. Had maar één twaalfde van het getal kiezers op den candidaat van een der partijen gestemd, dan ware die tot lid gekozen. Nu moge eene verkiezing van een lid der Provinciale Staten niet zoo groote belangstelling opwekken, zulk een onverschilligheid geeft toch te denken. Wanneer het kiesrecht zoo aanzienlijk wordt uitgebreid als nu is voorgesteld, zullen de nieuwe kiezers zeer zekergelijk bij alle zaken I die nieuw zijn groote ambitie toonen, om van I hun recht gebruik te maken en wanneer de „oude" I kiezers aan hunne gewoonte getrouw blijven, kan I men zich op groote verrassingen voorbereiden. Arnh. Crt. Naar wij vernemen, zegt de Loc., heeft de I resident van Batavia bepaald, dat een onderzoek I zal worden ingesteld naar den omvang van het I aldaar gebruikelijke commensalen houden, dat I door sommige familiën op zulk een groote schaal I gebeurt, dat er hotels zijn, die zich in kleiner aan- I tal gasten mogen verheugen, dan hunne geen I patentbelasting betalende concurrenten. Ook zoo- I genaamde logé’s, die aan het einde van de maand I op bescheiden wijze hun kostgeld aan den dikwerf I hooggeplaatsten gastheer in handen stoppen, zul- I len als commensalen beschouwd en in aanmerking I gebracht worden bij de berekening van het in Kees had zijne zes jaren op de lagere school doorgebracht, maar was een der ongedurigste jon gens geweest. Rekenen? Hij wou liever tellen, dat kon men zien en voelen. Schrijven? Goed voor rijkelui en schoolvossen. Lezen? Allemaal larie. En zoo bracht hij gedwongen de schoolja ren door zonder veel te hebben opgedaan. En nu was het kleermakersbedrijf het vak, waarin hij zijn vader zou opvolgen. Maar ’t was gauw te zien dat hij daarin geen ijverig gildebroeder wor den zou. Hij wou liever dat een ander stikte en stak de naald in ’t vet. Nu aan :t verven. Dat was een mooi vak. Daar maakte men van oud nieuw. Daar werd al les met een schoone tint overtrokken. Men was niet gebonden aan één huis, vrijer in zijne bewe gingen, dat zou gaan. En in den beginne ging het waarlijk goed. Hij smeerde dat het een lust was en de oude heer begon te gelooven dat het lukken zou. Maar toen hij met den driekant moest gaan schrapen, of hout glad maken met puimsteen of verf wrijven of den molen draaien, bah! wat een werk. En dan zoo n smerige, vette broek Hij kon hem overeind zetten en er ’s morgens zoo maar instappen. Neen hoor; laat verven die kou’ heeft en Kees verliet de vuile boel om bij een bakker in de leer te gaan. In ’t eerst was ook daar alles couleur de rose. Hij kwam er in den winter bij en de warmte koesterde hem daar binnen bij de felle koude daar buiten. Het versche brood smaakte goed en de baas zag op geen spaantje boter of een stuk snij koek. Heerlijk, overheerlijk, en het afwegen en 1 bestrijken van het brood, het aan brengen en halen len zoo meer wat aan een beginner wordt opge dragen, was wel te doen. Maar dat ellendige (vroege opstaan, het vermoeiende kneden en bewer- ken van het zware roggebrood, dat halve nachten door werken, wel foei! Had hij daarvoor de naald verlaten en de verfkwast weggesmeten? En dan, dien gloeienden oven in t hartje van den zomer. Hij hield het niet uit. Bij zijn vader moest hij stikken met de naali en hier liep hij gevaar om zelf te stikken, brood eten, dat ging goed; maar brood bakken, hou maar! En zoo vinden wij hem weldra verzeild bij een timmerman. Boren, zagen, kloppen, slaan, steken, beitelen, ja, ja, dat timmeren is nog zoo kwaad niet. Gedurig wat anders. Daar zal ik me bij houden, zei KeeS. Maar och het duurde zoo kort. Teekenen kon hij niet en hij had geen lust om het te leeren. In ’t fijne van t vak bleef hij een vreemdeling. Planken dragen, steigers bouwen en ander grof werk was hem te zwaar en toch, hij was nergens voor te gebruiken. Akelig werk! bromde hij, en ’t slot laat zich raden. Voor niets was zijn gereedschapskist aangeschaft en Kees be sloot met te zeggen: die zijn vader vermoord heeft is nog te goed voor timmerman. In het kort: Het smeden was hem te zwarten te zwaar, het trekken aan den blaasbalg te ver moeiend, het vroeg opstaan een kruis. Het stuka doorwerk was te wit, te eentoonig, te gevaarlijk voor de oogen. Het schoenmaken was te smerig. Neen, dan heilig de naald, veel liever dan els en pekdraad enz. Zoo was Kees 18 jaar geworden, ’t Was een groote lummel, met een kop als een os, ooren als een ezeldom als een eend, stom als een visch en nergens goed voor. Hij wist van alles wat en van niets alles. Toen stierf zijn vader van ver driet. Zijn eenige zoon, op wien hij al zijne hoop had gebouwd deed hem den dood en Kees stond alleen op de wereld. „De twaalf ambachten en dertien ongelukken", zooals hij genoemd werd, verteerde spoedig de weinige dubbeltjes hem door den oude nagelaten en ging als koloniaal naar Indië. Hij was nog juist goed genoeg om geklewangd te worden. Hij verdween als had hij nooit bestaan. Niemand droeg rouw over hem. Piet was een flink opgeschoten knaap. Hij was niet traag van begrip en kon zelfs geestig wezen, zoodat hij vaak de lachers op zijn zijde hadmaar traag was hij en loom bij al wat hij deed en niemand kon zich beroemen hem ooit in gezwinden pas te hebben zien loopen. 't Was al tijd sjok sjok, en afkeerig als hij was van alle krachtinspanning, was ’t aardig om te zien hoe hij zich altijd uit het zwaarste en moeielijkste wist te draaien en de lastige baantjes op de schouders van anderen wist te leggen. Nooit kon men hem een bepaalde taak opdragen, want nooit werd die op tijd afgedaan. Hij sprong altijd van den hak op den tak en liep vau ’t kastje naar den muur. Zijn eenige ijver bestond in het zoeken naar den Zaterdagavond, om uit te rusten van ongedaan werk. En nooit is hij veranderd. Hij is nu reeds door zijn haar heengegroeid, en ziet er sjofel uit, en nog altijd gaat het sjok sjok. Toen men eens tegen hem zei, dat ledigheid des duivels oor kussen is, gaf hij ten antwoord„dan wou ik dat ik de duivel was." Hij heeft een verbeuzeld leven achter zich, en werd hij niet door verwanten voor gebrek gevrijwaard, dan zou bij reeds lang in Lapland zijn verzeild geraakt. Willem was de zoon van Mr. Martelaar. Heel vlug was hij niet, zeiden de onderwijzersmaar Mr. Martelaar had zelf aan de academie zijn graad gehaald, al had hij er nooit een cent mee ver diend en zijn Willem moest en zou studeeren. Nu, hij doorliep of liever doorkroop lager- en gymna siaal ouderwijs, en kwam aan de Hoogeschool op De vooruitgang van de sociaal-democraten bij de stembus in Daitschland zal vermoedeljk het gevolg hebben, dat bij de herstemmingen de voorstanders der legerwet het in de meeste dis tricten winnen zullen van de tegenstanders, omdat het veler leus zal wezen, tot eiken prijs, de ver sterking der sociaal-democratische partij in den Rijksdag te trachten te verhinderen. Er bestaat onder de Duitsch-vrijzinnigen groot verschil van meening over de houding die bij de herstemmingen moet worden aangenomen. De Vossische Zeitung acht het niet mogelijk, eene voor alle gevallen geldige verkiezingsleuze aan te gevenhet blad acht het in de eerste plaats noodig, dat de beide fractiën der partij ophouden elkaar te bestrijden, en meent verder, dat de burgerlijke partijen gemeene zaak moeten maken tegen de sociaal-democraten. Caprivi zal intusschen in den nieuwen Rijksdag een zonderlinge regeeringsmeerderheid vinden. Zelfs wanneer de Rijksregeering er in mocht slagen, op den grondslag van het amendement Heune of dooreen ander compromis, het militaire wetsontwerp te redden, zijn de moeilijkheden daarmede niet uit den weg geruimd. Vooreerst moet de dekking nog worden gevonden van de uitgaven, die de militaire wet vordert. Dan komt de lastige queestie van het handelstraktaat met Rusland aan de orde, tegen hetwelk de meeste conservatieven zich zullen verzetten. Graaf Herbert Bismarck is door den steun der agriariërs met groote meerderheid gekozen tegen over den candidaat van Richter en den sociaal democraat. Ten Hove stelde men bijzonder be lang in deze verkiezing, omdat men veronder stelt, dat de redevoeringen van graaf Herbert in den Rijksdag de meeningen van den ouden Bis marck zullen alspiegelen. een leeftijd waarop een ander promoveert. Welke muze zou hij kiezen Och, hij had geen keus. Hij liet zich leiden en op aanraden van den ouden Dorpspredikant zou hij een arbeider worden in den wijngaard des Heeren. En dat ging. Toen hij 30 jaar was deed hij zijn candidaats, wel niet cum laude, zooals zijn vader gehoopt had, maar hij deed het dan toch en bij mangel van perso neel werd hij prediker in een achterhoek van Gelderland, waar men al spoedig inzag dat hij zijn naam geen schande zou aandoen. Hij was een van die, die het woord recht snijden, groote woorden spreken, holle klanken uitbazuinen en in de oogen van den ouden Mr. Martelaar een bol van belang. Maar och, zijn redebeleid was zoo verward. Hij had zulke lange texten noodig, en toch dwaalde hij er nog altijd van af. Hij sprong van de hak op den tak en er was geen touw aan vast te ma ken. En de stumperd bleef tot in de grijsheid toe de boeren in slaap preeken in dat knollenland. Dat zoo’n man niet vooruit kwam was onbe grijpelijk, zei zijn vader, ’t Was verklaarbaar, zei de burgemeester, ’t Was jammer, zei de dokter, ’t Was vervelend, zeiden de boeren. Eindelijk verkreeg hij zijn emeritaat en de tekst van zijn afscheids rede was„ziet ik verkondig u groote blijdschap, die al den volke wezen zal" en de Burgemeester, die welstaanshalve de plechtigheid had bijgewoond, zei„in veertig jaren heeft hij zooveel waarheid niet gezegd als in het laatste uur." Dat is geen mooie derde, zult ge zeggen en ik zeg het ook. Maar is ’t niet treurig, dat zulke Keezen, Pieten en Willems nog altijd worden gevonden Ze behooren niet tot de werkbijen in den korf, ze zamelen geen honig. Integendeel ze zijn ballasten in de maatschappij en staan zich- zelven en anderen in den weg. Bij ‘t werk dient een vlugge hand, een goede wil, onverdroten yver en juist oordeel. De trage hand levert weinig opde onwil maakt onbruik baar; lusteloosheid verzwaart den levenslastwis pelturigheid maakt ontevreden in elk bedrijf maar domheid bederft meer dan dat alles te zamen. Ze kweekt waanwijsheid, maakt zelfs het eer waardigste bespottelijk en is in hare gevolgen voor velen verderfelijk. Kon ieder geplaatst worden waar hij behoort, wat zou er veel beter zijn dan het is wat zou de lichtzinnige zich ongelukkig, wat zou de trage zich ellendig en de domme zich verlaten zien, en zeker zou het onmogelijk wezen dat donkere domheid zoo lang het licht kon betimmeren voor het heldere verstand. Bolswardsche Courant

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1893 | | pagina 1