NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BeLSWARÖ EK W<)KSERADEEX
I
I
P. PEEREBOOM,
1894.
Drie en dertigste Jaargang.
No. 19.
i
1
i
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Verkiezing van een Lid voor
de Provinciale Staten.
DINSDAG 15 HEI A.S.
■itol'l
1
VOOR
en
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
$XXXXXXXXXhXXXXXXXXX$
DONDERDAG 10 MEI.
$3£DOCDC DC XZDCDCDC DCDCDCDCDCDC XX DC$
I
In de strafzaak tegen J. Barger, ontslagen
predikant te Harliogen, zullen 3 getuigen en 2
geneesheeren als deskundigen worden gehoord.
Door de liberale kiesvereeniging Burgerplicht
in het district Sneek is met 10 van de 19 stem
men tot kandidaat voor de Tweede Kamer gesteld
de heer mr. J. A. Van Gilse te Rotterdam, mr.
Treub kreeg 8 stemmen.
Omtrent onzen politieken toestand maakt de
Figaro eenige voor een Fransch blad zeer
bescheiden opmerkingen, waaraan wij slechts de
volgende ontleenen betreffende het gebeurde met
de wet, tot uitbreiding van het kiesrecht
„Het is zeker verstandig om aan eischen des
volks weerstand te bieden, wanneer zij onrecht
matig zijn, maar in de hoogste mate onvoorzichtig
is het om aan het volk datgene te weigeren, wat
zijne naburen bezitten, wanneer de maatschappe
lijke toestanden bij beiden dezelfde zijn en wanneer
men weet, dat men zal moetm eindigen met toe
te geven.
Voor regeeringen zoowel als voor bijzondere
personen is niets verkeerder dan de onvermijde
lijke beslissing omtrent eenig vraagstuk uit te
stellen. En ik zie niet in, welk voordeel er in ge
legen is voor Nederland’s burgerij, die zulk een
roemrijk verleden heeft, dat hun in 1894 eene
hervorming onthouden wordt, die zij zaker voor
het einde der eeuw zal afdwingen."
Men schrijft uit Dinxperlo:
Achtte zich onze burgemeester genoodzaakt bij
publicatie werklieden te waarschuwen voor de
verlokkelijke, doch meestal bedriegelijke aanbie
dingen van werk in Duitschland, thans vindt men
in de Graafschupsbode een advertentie, waarbij
300 werklieden voor Duitschland gevraagd worden
om in het hout te werken. Inlichtingen kan men
bij een persoon bij Gendringen woonachtig krijgen.
De verdiensten bedragen f 14 a f 20 per week.
Daar de plaats waar dit werk te vinden is niet
wordt opgegeven en het verwondering moet wek
ken, dat er in het groote Duitschland geen 300
werklieden zouden te viuden zijn, die gaarne f 14
a f 20 per week zouden willen verdiener, kan
het zijn nut hebben werklieden, die op boven
staande aanbieding mochten reflecteeren, tot voor
zichtigheid aan te manen.
Naar aanleiding van het gebeurde met
mevrouw LegrandGoudschaal, zegt Melati van
In sommige streken daarentegen wordt de Mei
met feestelijk gejubel, met zang en dans begroet.
In Mei is men dan ook „door den winter„, en
de genoegens des levens vermenigvuldigen zich
op velerlei wijze. Bovendien is de Mei om hare
liefelijkheid wel een jubel waard.
Voor sommigen in Europa en ook in ons land
wordt aan den eersten Mei ook een politieke be-
teekenis gegeven door het houden van een „be-
tooging". Een goed middel zeker om het gevóel
van gemeenschap in stand te houden of te ver
sterken. Een goed middel ook misschien om
onder de nietsbezittenden aanhangers te winnen.
Wij gunnen hun volle vrijheid om te betoogen
naar hartelustalleen onder voorbehoud, dat zij
door gedrag en woorden geen al te groot contrast
maken met het schoone en liefelijke van de Mei.
Den Sociaal-Democraten gunnen wij het recht
om op deze wijze vrijheid te genieten, maar
wij zullen ons nog een paar malen bedenken eer
wij gereed zijn om de vrijheid, die zij ons willen
brengen, uit hunne handen aan te nemen.
Te Waltham Abbey, nabij Londen, heeft
Maandag eéne verschrikkelijke ontploffing plaats
gehad in eene fabriek van rookvrij kruit. Een
opzichter en twee anderen vonden den dood; een
aantal arbeiders werden gewond. De ramp gaf
aanleiding tot huiveringwekkende tooneelen in
het stadje.
Naar de heer Woodall in den loop van dien
avond in het Lagerhuis verklaarde, heeft de ont
ploffing den dood van 4 personen tengevolge ge
had, terwijl er 20 gewond werden.
De Belgische Regeering moet huiszoekingen
bevolen hebben bij tal van bekende anarchisten
te Luik. Zij zullen vervolgd worden wegens het
deelnemen aan eene Vereeniging, tegen het leven
en de goederen van medeburgers gericht. Reeds
hebben eenige arrestitiën plaats gehad, waaronder
de bekende Duitsche kastelein Schlebach, die
naar Luik was uitgeweken.
De gemeenteraad van Brussel heeft Zaterdag
het besluit genomen om ter gelegenheid van de
nationale feesten, op Zondag 22 Juli a.s., een
groot concours van gymnastiek te doen houden
op de Place de Brouckère.
Het concours zal bestaan uit 2 afdeelingen, in
elke waarvan drie groote prijzen uitgeloofd wor
den, bestaande uit kunstvoorwerpen, en verder
kronen en palmen van verguld metaal en zilver.
De le afdeeling is bestemd voor de gezelschap
pen, welke reeds vroeger een prijs behaald heb
ben, hetzij in België of in het buitenland. In de
2e afdeeling zullen alleen medewerken de gezel
schappen, die nog geen prijs behaalden.
Behalve afzonderlijke prijzen voor de directeu
ren der winnende gezelschappen zal aan elk korps,
bestaande uit ten minste 8 leden, eene herinne-
ringsmedaille worden uitgereikt.
Wij weten allen bij ervaring, dat de Mei niet
ten onrechte bij een grillige dame vergeleken
wordt. Zij komt tot ons met een tuil bloemen in
de eene hand, maar houdt in de andere de roede
gereed, waarmee zij hare aanbidders soms wreed
tuchtigt. In hare nukkigheid roept zij soms de
Siberische lucht te hulp om de verwachtingen,
ontstaan door een schijnbaar goede luim, te ver
nietigen of te verzwakken. Met recht mogen wij
vragen of zij ’t Maart en April zal kunnen ver
geven, dat deze zich in de volksgunst hebben in
gedrongen, door, naarmate van haar geschiedenis
en karakter, niets dan liefelijkheid te vertoonen,
zoodat Kees, de metselaar, niet eens Maartsche
sneeuw heeft kunnen opvangen, om ze door zijn
potje met versch vet te roeren, opdat hij een on
bederfelijk smeersel hebben zou om 't „springen"
van de huid zijner handen te voorkomen of als
geneesmiddel te dienen tegen „springers" en puis
ten, kleine wondjes en velafschaving.
Wij weten immers, dat schoone dames naijverig
zijn en jaloersch, waarom de schoone Mei zich
wel eens op ons, wegens April-vergoding, zou
kunnen wreken.
Maar goed geluimd, middelmatig of slecht, nuk
kig of niet, haar eerste dag is steeds een dag vol
beteekenis in en voor het maatschappelijk leven.
In gewijzigden vorm gelijkt hij in aard veel op
den Nieuwjaarsdag; en ofschoon de bemoeiingen
aan dien eersten- Meidag verbonden te vele zijn
om in eens te kunnen worden afgemaakt, is hij
toch de mijlpaal waarheen reeds vooruit of straks
aan de achterzijde veel moet heenvloeien, veel
moet verricht worden.
Wij zullen den grooten schoonmaak, die hare
verschrikkingen in en om de Meimaand laat ge
voelen maar buiten bespreking laten. Voor velen
toch zijn die verschrikkingen in den modernen tijd
vrijwat minder geworden, nu in de woning van
burgers en boeren het „schrobben en hozen" bui
ten gebruik is geraakt en de klank van den „lui
wagen" (borstel met langen steel) niet meer tegen
de zolderbalken klinkt, de vloeren der vertrekken
niet evenzeer met water doorweekt worden, de
kleeren van de schoonmakers droog kunnen blij
ven en al wat tot de tilbare have behoort of niet
„nagel- of spijkervaat" is, niet meer naar buiten
wordt gedragen, alsof men boelhuis ging houden
of ingepakt in allerlei soort van emballage-mid-
delen alsof men ging verhuizen. Wel krijgt alles
bij den grooten schoonmaak een extra beurt en
wordt zoomin een zolder als een hoekje en kastje
overgeslagen, maar alles heeft meer het karakter
van het gewone driemaandelijksche „uitdoen",
waarbij de mannen, indien zij de heerschappij over
die zaken aan de vrouwen overlaten (en zij kun
nen dit met de meeste gerustheid en willen ’t in
den regel dan ook wel), waarbij de mannen, zeg
gen we, des avonds alles, tot zelfs een pijpedop
of sigarenpijp op zijn plaats kunnen terugvinden.
De ijver der vrouw om binnen ’s huis alles
een net en opwekkend aanzien te geven, een ijver,
die bij de mannen niet altijd de verdiende wa*r-
deering geniet, die ij ver brengt er veel toe bij om
de Meimaand de schoonste der maanden te noe
men.
Wordt men van den aanblik der natuur met
hare bloemen en jeugdig groen, welks schoonheid
niet te beschrijven is, nimmer verzadigd de
ijverige en zorgende hand der vrouw heeft het
kachelvertrek in een zomerverblijf herschapen,
waarin orde en netheid heerscht en alles u door
zijn blank- en reinheid als toelacht.
Maar niet alles is poëzie, wat ons de Meimaand
opleverthet zoete is vaak öf met het zure ver
mengd öf wordt door het zure vervangen. En tot
het proza behoort ook het verhuizen.
Ziedaar een echtpaar, wier smaak en eischen
moeielijk zijn te bevredigende huisheer maakt
bezwaar om aan al die eischen tegemoet te ko
men of al de bestaande of gedachte gebreken te
Velen zullen zeker met genoegen vernomen
hebben, dat door de Centrale Kiesvereeniging te
Franeker als candidaat voor het lidmaatschap der
Prov. Staten, met groote meerderheid (17 van de
19 stemmen) is gesteld, onze Burgemeester de
Heer P. PEEREBOOM.
Gedurende tal van jaren was een der zetels van
het district Franeker waardig vertegenwoordigd
door een Bolswarder (win. den Heer W. A. Peere-
boom).
Wij wekken de Bolswardsche kiezers daarom
op, om getrouw ter stembus te komen en hunne
stemmen uit te brengen op den Heer
Burgemeester van Bolsward
en daardoor te toonen aan de omliggende Ge
meenten, dat zij ten zeerste met de keuze der
Centrale Kiesvereeniging zijn ingenomen.
Niemand blijve ditmaal zonder gel
dige reden thuis
herstellen of op te heffen, en dus valt al spoedig
het besluit „verhuizen".
Intusschen, „verhuizen kost bedstroo", en een
spoedig ledigen van de beurs verwekt altijd een
onaangenaam gavoel. Dat is de aanhef van het
stukje proza, dat aan ’t verhuizen op 1 Mei ver
bonden is. Zal de poëzie binnenshuis terugkeeren
of liever komen? Wij stellen het twijfelachtig,
indien de verhuisden van aard en natuur veel-
eischend zijn en de huismoeder den lust mist en
de bekwaamheid, om bestaande gebreken zooveel
mogelijk te verhelpen of te bedekken. De gemak
zucht immers, die eischend optreedt, opdat anderen
onze wenschen zullen voorkomen of vervullen
stemt niet tot tevredenheidzij immers neemt
eerst dan haar intrek in het gemoed, wanneer men
gedaan heeft, wat men kan en men op de vruch
ten van zijn ijver en tact kan terugzien.
Ziedaar een ander, wiens finantiëele krachten
aan ’t afnemen zijn of een schok hebben ontvan
gen, waarvan zij moeielijk zijn te herstellen. Hij
gevoelt en weet het, hjj moet afdalen en een wo
ning betrekken van minder omvang, minder ge
makken en minder aanzien.
Veel poëzie heeft de Meimaand voor hem niet
in haar schoot. Wanneer immers het hart beklemd
is, moge de natuur afleiding en daardoor eenige
rust en troost kunnen verschaffen, de poëzie blijft
ontbreken, zoolang hij aan den nieuwen toestand
en het leven in een lagere sfeer niet gewoon is
geworden. Zij, de gewoonte toch, is beter dan iets
anders in staat, om de beelden van het leven, dat
achter hem ligt te doen verflauwen, met den toe
stand, waarin men zich geplaatst ziet, vrede te
vinden en opnieuw in staat te worden om levens
poëzie te genietenzij moge een tijd sluimeren,
verlaten doet zij niet een hart, dat rustig klopt.
Door de omstandigheden achteruit gezetten
vernederden, moed gehouden dus, want
„In eiken staat is vreugd voor ’t leven
„En elke staat heeft ook zijn last."
Moge de Meizon vriendelijk over u schijnen
Maar het zou ook zijn kunnen, dat die nette,
moderne en met zorg ingepakte verhuisboel be
hoorde aan een vrouw, wier broodwinner van hare
zijde door den dood is weggerukt.
Zij verlaat de woning, waarin zij gelukkig heeft
geleefd om het ongeluk dat haar trof des te dieper
te gevoelen. Zij gaat heen, misschien 'verre van
hier. Waarheen? Och, doe geen nieuwsgierige
vragen. Een zucht, uit deelneming afgeperst en
een heilwensch moge haar volgen of vergezellen.
Eens werd een boerin door de vrouw van een
docter beklaagd, wegens de vele bemoeiingen, die
op haar rustten en het arbeidzame van haar leven.
Gij hebt gelijk, zei de boerin, ik heb een leven
vol zorg en inspanning, maar wij zijn er van jongs
af aan gewoon, daarom hebben wij de kracht er
toe en verveelt het ons niet. Maar mag ik u
meteen herinneren aan of mededeeling doen van
een spreekwijze die door ons, boerinnen, weleens
gebezigd wordt? Zij luidt: „een boerin is slavin,
1 maar als zij haar man verliest staat zij niet ver
legen."
Misschien verkeert de weduwe, wier verhuisboel
wij naoogden in een minder gunstigen toestand
en voor haar zal de vernedering en de ontbering
des te grooter zijn, naarmate zij zich meer aan
gemak en aan weelde heeft gewend.
Neen, niet alles is poëzie, wat de Meimaand in
het leven der menschen oplevert. Hier ziet men
een boer die een of meer stuks vee ter markt
brengt, dat hij o zoo graag wilde en o zoo noodig
moest behouden, maar dat hij moet afstaan om
zijn landheer de huur te kunnen betalen of den
hypotheekhouder de renten van het hem geleende
kapitaal. Hij heeft zich tot stelregel gekozen, dat
wat het noodigst is eerst moet gedaan worden, en
daarom in godsnaamgeld maken om te kunnen
betalen is in zijn geval het noodigst, en daarom,
al is ’t met een zucht, vooruit beestje, je gaat
naar een andere weide mijne zou wel gras voor
je hebben, maar je baas heeft geld noodig.
De hypotheekbanken zijn koud, weet je en hare
tusschenpersonen zijn koud; misschien heb ik wel
te doen met iemand die reeds uitziet naar den
tijd, waarop ik den strijd moet opgeveu; daarin
immers zouden voor hem verdiensten steken
vooruit beestje, je baas moet geld hebben!
Ziedaar een anderen boer, die niet gestemd is
om zich in het schoone en rijke der Meimaand
te verlustigen. Het vorige jaar leverde voor hem
weinig voordeel op; zijn rekening kon niet sluiten
en moest sluitende gemaakt worden door vee te
verkoopenhij had er immers toch ook geen
voeder voor; het noodigst moet eerst gedaan wor
den vooruitdie later leeft moet later zorgen.
En thans komen die zorgen of liever ze zijn er.
Hij ziet zijne weiden over ach, dat het hem
thans ontbreekt aan monden, om hare voortbreng
selen te verorberen, waardoor hij in de gelegenheid
zou worden gesteld om gras en weidekruiden in
klinkende munt om te zetten„Het beste been
moet voorop gezet" en men moet zich behelpen
zoo goed dit kan, maar de zorgen, die hem ge
durende den winter kwelden, drukken, nu t een
maal Mei is geworden, met dubbele zwaarte.
In onze streken houden de menschen niet van
luidruchtigheid; indien vooraf geen spiritualiën
zijn gebruikt, valt het moeielijk hen een „hoezee"
„hoera" of een „lang zal hij leven" af te dwingen
dat is zoo, in nuchteren toestand, de volksaard.
Nu zegt men wel eens, dat de stillen of minst-
luidruchtigen het diepste gevoelen maar omdat
men iemands gevoel niet kan meten of wegen,
zullen wij hierop maar niet verder ingaan.
Java (juffrouw Sloot) het volgende omtrent vrou
welijke ambtenaren
Men kan geen twee heeren dienen
Een vrouw moet kiezen. Wil zij onafhankelijk
door het leven gaan en zelve in haar onderhoud
voorzien, dan blijve zij ongehuwd.
Wanneer zij trouwt, dan behoort zij in de
eerste plaats aan haar man, haar kinderen en
haar huishouden.
Wanneer zij bovendien haar werkzaam aandeel
moet dragen in het onderhoud van het gezin, dan
wordt haar taak te zwaar en eischt men meer vap
haar dan van den man, die, vrijgesteld van de zoo
drukkende zorgen van huishouding en moeder
schap, toch physiek verreweg de sterkste is.
Zij doet reeds genoeg, wanneer zij door zorg,
spaarzaamheid en medewerking de uitgaven van
het huishouden beperkt. Zij kan nooit zooveel
verdienen, dat het tegen de moreele en stoffelijke
schade, door haar afwezigheid veroorzaakt, kan
op wegen, zonder nog te spreken van haar verlies
aan gezondheid en kracht, hetwelk voor de toe
komst de batreurenswaardigste gevolgen hebben
kan.
Het is dus niets meer dan billijk, dat een
vrouw bij haar huwelijk afstand moet doen van
haar betrekking, daar hoogere plichten haar voort
aan geheel en al in beslag zullen nemen deze
plichten moet zij persoonlijk vervullen en kan ze
slechts ten nadeele van haar gezin aan vreemden
overlaten.
Men verlangt tegenwoordig dat de Staat zijn
bemoeiingen over alles uitstrekt, daarom is het
ook zijn recht en plicht, te waken over de belan
gen van het huisgezin, dat toch het fondament
van de maatschappij uitmaakt. Door niets worden
deze belangen meer geschaad dan door de min
der volmaakte plichtsvervulling der vrouwen en
moeders.
Als vermoedelijke oorzaak van het gure
weder noemt Neptunus het volgende
Behalve de drijvende wrakken van schepen,
die de vaart van Europa op Noord-Amerika zoo
bemoeilijken, zijn er dit voorjaar een zeldzaam
groot aantal bevroren wrakstukken, die van de
Pool hun weg naar het<Zuiden zoeken. In onge
kende getallen en bijzondere grootte (tot ver boven
I de 100 voet hoogte) verschijnen ijsbergen en ijs
velden op lage breedte.
Men mel lt ons uit Harlingen.
De Tentoonstelling van Kunst, Nijverheid en
Wedstrijd voor Handwerkslieden nadert hare
voltooing. Op de terreinen heerscht een groote
drukte en bedrijvigheid.
I Overal balen, kisten en alle soort verpakkin
gen, waartusschen Commissieleden en werklieden
druk bezig met uitpakken en étaleeren. Alleen
de stoomboot van Amsterdam bracht gisteren
ruim 120 collis.
Trouwens, de Commissie voor Volksvermaak,
door wie de Tentoonstelling en Wedstrijd is uit
geschreven, durft de zaak aan.
Zij heeft alleen voor deze gelegenheid eene
gasverlichting op de terreinen der Buitensocieteit
laten aanbrengen en de gebouwen der Sociëteit
en Schouwburg, die door eene gracht gescheiden
zijn, door eene rustieke brug van 17 meter ver
bonden.
In dea schouwburg, een keurig net gedecoreerde
zaal, komt in hoofdzaak de afdeeling Kunst en
Nijverheid.
Op het tooneel is men bezig het Indisch
Museum van Haailem op te zetten. Matten,
Sarongs, Bamboes, Pajonge, Indische Wapens en
groepen levende palmen, leveren een tropischen
aanolik op.
Midden in de zaal is een Aquarium met fontein,
natuurlijk in bescheiden afmeting, terwijl tal van
bloemen en planten het geheel een prettig aan
zien geven.
Uit alle Provinciën van ons land zijn er inzen
dingen. Onder de ingezonden Ameublementen
trekt bizonder de aandacht, dat van de tirma
Eckhardt te Rotterdam, een meesterstuk van
snij- en décoratiewerk, maarvoor het buffet
alleen wordt ook ruim duizend gulden gevraagd.
In de Buitensocieteit is alles wat door den
handwerksman in zijn vrijen tijd is vervaardigd
bijeengebracht. Fraaie werkstukken, getuigende
van de kunstvaardigheid, het geduld en de ambitie
I van den werkman, zijn er in een groot getal
I aanwezig.
I Een trofee, Arbeid, Nijverheid, Handel en
I Scne^pvaart allegorisch voorstellonde, prijkt in
I het midden.
Op het orkest de buste van H. M. de Koningin
I Regentes in een schat van planten en bloemen.
In de groote feesttent en op de terreinen overal
I uitstallingen, gelegenheden voor verversching en
I amusemento. a. Een doorloopeud kegelcon-
I cours, een schietwedstrijd met Flaubert buksen
I enz. enz.
Gerust mag men voorspellen, dat niemand on-
I voldaan de^o »^Ap^e^tegj.n hopen
1 Alléén verkrijgbaar in verzegelde pakjes, voor-
I zien van bovenstaand gedeponeerd Handelsmerk
Voor Bolsward bij Mejde Wed. M. G. BONTJE-
MA, Dijkstraat, bij den Heer G. F. JORNA,
i Blauwpoort en bij den Heer G. KROL, Kleine
Dijlakker. Te Oosthem D. G. BOONTJES
1 Ylst: F. ten KATE, J. HAAGSMAen F. a’
POSMA, Oudega W. VALKEMA. Sneek:
G. TONNEMA, G. HEMSTRA en Wed. M E
PINO, Nuland: Wed. J. STEENSMA, Wit-
Bolswardsche Courant
fl
f’
i wa wv puii maigtmuq