NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BOBSWARB EN WONSEBAOEEX
1894.
No. 33.
Drie en dertigste Jaargang.
DONDERDAG 16 AUGUSTUS.
EENE VERGELIJKING.
BUITENLAND.
I
BINNENLAND.
VOOR
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
er
kan
van
Wonseradeel, 11 Aug. De Gemeenteraad
heeft iu zijne heden gehouden vergadering op de
opgave tot benoeming van drie leden van het
zetterscoilege geplaatstals eerste candidaten de
heeren T. J. Bonnema te Arum, J. S. de Witte
te Schraard en H. J. de Boor te Tjerkwerdals
tweede candidaten de heeren T. A. Anema te
Arum, C. W. Postma te Witmarsum en J. B.
Postma te Exmorra.
Aan R. van der Tol is, wegens benoeming te
Winsum, eervol ontslag verleend als onderwijzer
aan de school te Zurich.
Het armbestuur te Kimswerd is gemachtigd de
geneeskundige armpractijk over 1895 tegen eene
vergoeding van f 375 op te dragen aan dr. J.
Alberts te Arum.
In het dorp Terwispel bij de inpoldering van
Beets (Fr.) woont in een keet een polderjongen
met zijn vijfde vrouw, terwijl zij in hem haar
vierden man heeft, ’t Kluchtigste is nog,dat haar
eerste man als vrijgezel bij hen in den kost gaat.
De Loenensche schuit ligt in den Singel te
Amsterdam voor het thans tot politiebureau in
gerichte oude gymnasium. De schipper van dit
vaartuig was dezer dagen blijkbaar erg opgewon
den, liep met een geladen revolver op het dek
van zyn vaartuig en loste zelfs een schot.
De inspecteur Tjassens Keyzer, dezelfde die den
2en Kerstdag in de Kalverstraat optrad, besloot
bij den man aan boord te gaan, wat zeker nogal
gevaarlijk was. Do schipper riep den inspecteur
toe niet aan boord te komen, daar hij op hem
schieten zou, maar de inspecteur ging toch en
raakte met den schipper in gesprek. Zoo bracht hij
den mau tot bedaren. De revolver werd wegge
borgen, en de man ging mee. Amst. Crt.'
De Provinciale inspecteur der directe belas
tingen enz. voor Noord-llolland en Utrecht heelt
van den Minister van Financiën een aanschrijving
ontvangen, om de executoriale verkoopingen te
Amsterdam tot nader order te staken.
Dat gerechtelijke verkoopingen ook elders voor
goed zouden worden afgeschaft is niet waarschijn
lijk, tenzij de Regeering een ander middel invoerde
tot inning van achterstallige belastingpenningen.
Tot het stelsel om dagelijks een trompetter en
een paar trommelslagers voor de deur van den
belastingschuldige te doen komen, zooals in som
mige steden in Amerika plaats heeft, zal eene
Nederlandsche Regeering wel niet overgaan. Ook
het overbrengen van den te verkoopen boedel
naar een verkooplokaal, gelijk in het U. D. werd
aangeraden, heeft bezwaren in, aangenomen al,
dat een houder van zoodanig lokaal dit beschik
baar zou willen stellen. De koopers zouden bo
vendien wegblijven, als zij kans liepen om er
Reens met zijn menschen te vinden.
Wij vermoeden daarom, dat de executoriale
verkoopingen worden geschorst totdat de Regee
ring eene wet heeft tot stand gebracht, die aan
de practijken van Reens c. s. paal en perk zet.
Maar hoe lang dat uitstel duren zal wij her
halen het met onze manier van wetten maken
is dit niet te voorzien.
De nieuwste philantropische instelling in de
residentie is, zegt de Haagsche correspondent der
N. Gr. Ct., een eigenaardig Tehuis voor bejaarde
(minstens 40 jarig) alleen-op-de-wereld-staande
dames van Christelijken levenswandel en beperkte
inkomsten, tevens pension voor tijdelijk voor exa
mens of tot ’t zoeken van betrekkingen hier ver
toevende jonge meisjes. Die inrichting „Salem"
(Vrede) geheeten, is door een vereeniging van
dames opgericht op een deftigen stand twee flinke
huizen zijn er voor in gebruik genomen en de pen-
sionsprijs is zóó laag gesteld, dat alleen door de
contribution en giften van hen, die de zaak steunen,
duurzaam is te bereiken, dat de inrichting kan
bestaan. Het is maar jammer dat het orthodox-
Protestantsch karakter, dat ook bij de inwijding
door een der predikanten aan ’t licht trad, de
zoo nuttige instelling iets exclusiefs geeft, waar
door ze menigeen van zich zal vervreemden, of
althans veler steun zal moeten derven.
By de begrafenis van van Veelen, die op
noodlottige wijze bij het baden te Scheveningen
het leven verloor, is, de politie te ’s-Gravenhage
met geweld opgetreden. Daargelaten of zij niet
meer gedaan heeft dan noodig was, rijst toch
de vraag: wat in een burger begrafenis politieke
symbolen te maken hebben.
Het is eene Fransche gewoonte, om het kerk
hof tot het terrein te maken van staatkundige
demonstraties. Aanbevelenswaardig is het zeker
niet. Waartoe die strijd en verdeeldheid der sa
menleving over te brengen op de plaats, waar
voor ieder alle strijd heeft opgehouden als de dood
de groote verzoening heeft tot stand gebracht
Laat men in Plancius, Concordia, Walhalla enz.
zooveel redevoeringen houden als men wil met
alle banieren, die men goedvindt te ontplooien,
maar het kerkhof blrjve de rustplaats der dooden.
Arnh. Crt.
In den Haarlemschen schouwburg mag niet
gerookt worden. Iemand, die het toch deed, is
door den kantonrechter tot 50 cents boete ver
oordeeld. Een gulden was tegen hem geëischt.
Als het rooken in een schouwburg niet ge
vaarlijk is, laat men het dan veroorloven. Maar
levert het gevaar op, dan is het niet goed dit
met twee kwartjes te beboeten. Zulke straffen
zijn geen waarborg voor het schouwburgpubliek,
dat behoorlijk gewaakt wordt tegen brandgevaar,
waarvoor men in schouwburgen zoo bang is. Laat
men er een boete van tien of twintig gulden op
stellen, dan zal niemand „uit aardigheid" zijn
sigaar in de komedie aanhouden, zooals wij wel
eens zagen.
Als een bewijs, hoe groot de onderwijzers-
nood in onze provincie is, kan worden gemeld,
dat alleen in de Leeuwarder Courant in de maan
den April en Mei voor drie en tachtig vacante
betrekkingen van onderwijzer of onderwijzeres
sollicitanten werden opgeroepen. Sommige ge
meenten vroegen 4, 5, 8 tegelijk.
Zeer vele betrekkingen blijven onvervuld, „faute
de sollicitants", zoodat er onder de in functie
zijnde onderwijzers (en dat zijn vaak de gehuw
den met hun salaris van f 500), worden aange
troffen, die aan 80 en meer leerlingen, afgedeeld
in klassen, soms 4 uur of meer onderwijs geven.
In niet minder dan 29 plattelands-gemeenten zijn
vacatures,
Wij leven thans in een zonderling tijdperk. Even
als in het laatst der achttiende eeuw de verhou
dingen zeer gespannen waren, evenals toenmaals
stemmen opgingen, vragend om gelijkstelling van
alle leden der maatschappij, wordt ook nu aller-
wege aangedrongen op de invoering van sociale
hervormingen, die er toe moeten leiden de „ge
lijkheid van allen voor de wet" tot iets meer te
maken dan een bloote formule.
Het was een vreemde tijd die de Fransche om
wenteling vooraf ging. De toestanden waren, om
het kind bij den naam te noemen, door en door
slecht. Adel en geestelijkheid hadden alle macht
in handen, zij beheerschten alles en allen, bezorg
den zich zelven alle denkbare voorrechten, waren
vrijgesteld van belasting. Eeuwen en nog eens
eeuwen lang had het volk geleden, had het met
slaafschen zin zich gebogen onder het tyranniek
juk, door overmoedige edelen het op den nek ge
legd, tot ten slotte de maat van het lijden vol
was en het met geweld zich bevrijdde. De Fransche
omwenteling heeft en dit is natuurlijk, tal van
gruwelen op haar verantwoording. Wanneer een
maal de volkshartstochten ontbonden zijn, wanneer
de fakkel is geworpen in de sedert jaren opeen
gestapelde brandstoffen, dan breekt met ontembare
woede de brand uit, alles verzengend, alles ver
nielend, niets sparend. Zoo is het ook toen gegaan.
Onschuldigen hebben moeten boeten voor de zonden
hunner vaderen; moord, doodslag en plundering,
zij bestemde den dageraad van eene nieuwe en betere
periode der wereld. Toch hebben wij aan die om
wenteling veel, zeer veel te danken. Zij toch heeft
niet gebracht de gelijkheid, welke opgewonden
idealisten zich droomden, zij heeft geen vrijheid
gebracht noch broederschap, maar toch, zij heeft
de groote afstanden weggenomen, zij heeft een
einde gemaakt aan de ruwe overheersching van
enkelen over velen, zij heeft de massa opgeheven
en den mensch teruggegeven het gevoel van men-
schenwaarde dat in den loop der tijden onder den
drang der omstandigheden was verloren gegaan.
Dat de menschheid niet zou blijven stilstaan, het
was te voorzien. Nu eenmaal de stoot gegeven
was aan de beweging, die millioenen zoude ver
plaatsen in andere levensomstandigheden, aan eene
beweging die als het ware de staatkundige maat
schappelijke verhoudingen het onderst boven keerde,
nu kon van teruggang geen sprake zijn, en moest
worden voortgegaan op den eenmaal betreden weg.
En zoo is het begrijpelijk dat na de toch reeds
ingetreden reactie, de menschen zich maar noode
zouden onderwerpen aan wat zij noemen „ver
korting hunner rechten," dat alles zoude worden
aangewend om die rechten te verkrijgen. Zoo zien
wij dan nu in den laatsten tijd liberalen zich scharen
onder het vaan van het radicalisme, een politiek
geloof, dat nauw verwant aan het socialisme, her
vormingen ten goede verlangt op den geleidelijken
weg van orde, zij hebben zich afgescheiden van
het liberalisme dat als conservatief wordt be
schouwd, conservatief, omdat het de bestendiging
wenscht van toestanden, die niet meer vereenig-
baar zijn met de opvatting van gelijk recht voor
allen. Allerduidelijkst is deze afscheiding op den
voorgrond getreden by de laatste Kamerformatie.
Toen gold slechts ééne leuze, die alle andere
politieke overwegingen op den achtergrond droef.
Het was de kwestie of de massa al dan niet aan
deel zoude hebben in den invloed, welke de tegen
woordige kiezers kunnen doen gelden op den gang
van ’s lands zaken.
Minister Tak, die van oordeel was dat zoo min
mogelijk beperking van kiesrecht den grondslag
moest zijn eener kieswet, zag zich in zijne opvat
ting maar matig gesteundhet ontwerp, heette het,
ging de bevoegdheid der grondwet te buiten, en
de Volksvertegenwoordiging mocht zich niet bij
zulk eene handeling nederleggen, met het gevolg
dat Tak moest, heengaan. Hij is gegaan en met
hem zijn ontwerp, dat plaats zal moeten maken
voor een ander, waarin denkelijk een veel enge-
ren grens zal worden getrokken. De Regeering
kan niet anders, nu de kiezers uitspraak hebben
gedaan en eene meerderheid naar de Kamer zonden,
gekant tegen Taks wetsontwerp, maar of de al-
gemeene ontevredenheid daardoor zal afnemen, wij
meenen het te mogen betwijfelenveeleer gelooven
wij, dat daardoor aan de andere partij van voor
uitgang een wapen tot agitatie is in handen ge
geven, dat niet ongebruikt zal worden gelaten,
daarvan houde men zich verzekerd. Die partij kent
geen matiging, zij wil niet wachten, zij vraagt
niet meer, maar eischt, zij spreekt van rechten
zonder gunsten te verlangen, en als een harer eerste
rechten eischt zij algemeen kiesrecht op voor alle
staatsburgers, dus ook voor de minst ontwikkel
den, voor de bedeelden, ja zelfs voor gevangenen.
Een onzinnig verlangen, als men wil, maar be
grijpelijk toch ook. Naarmate het onderwijs is ver
beterd, naar die mate ook is het politiek leven
ontwikkeld, heeft men beter gezicht gekregen op
toestanden en misstanden, haakt men ook meer
naar verbetering, eene verbetering die in de eerste
plaats de misdeelden moet ten goede komen, wij
vreezen wel wat al te veel ten nadeele van de
gegoeden en diegenen die als zoodanig te boek
staan, al zijn zij misschien in veel minder conditie
dan menig arbeidersgezin.
Er zyn ongetwijfeld misstanden, maar toch an
derzijds, wanneer wij eene vergelijking maken
trekt de arbeider niet in alle opzichten aan het
kortste einde. Zorgen voor het ophouden van stand
Een uitbreiding van kiesrecht kan aan vele
maatschappelijke kwalen verbetering brengen, maar
men vergete vooral niet, dat er ook veel ontevre
denheid hare oorzaak vindt door eigen schuld.
De zucht naar grootheid heeft reeds menigeen
ten gronde gericht. Hij die dus niet verder springt,
dan zijn pols lang is, kiest de wijste partij, en heeft
ook in werkelijkheid het gelukkigste leven.
kent hy niet; het onderwijs en goed degelijk
onderwijs wordt zijne kinderen kosteloos ver
strekt, er zijn tal van inrichtingen waar de arbeider
zonder eenige betaling voedsel kan vinden voor
zyn geest en hart, zijne kinderen brengen op jeug
digen leeftijd reeds eenige bijdragen in tot de in
standhouding van het huishouden, waarbij zij tevens
gelegenheid hebben zich te bekwamen tot nuttige,
bekwame vakmannen of huisvrouwen. Wie schetst
echter al de ontberingen, welke het deel zijn van
dat talloos tal minimumlijders, dat op de intellec-
tueele arbeidsmarkt zich verdringt; van die allen
die leven moeten van een nietig honorarium, waar
voor veel werk moet worden geleverd, maar waar
van tevens stand moet worden gehouden, waarvan
men als „heer" moet gekleed gaan, waarvan men
zich moet voeden, het schoolgeld zijner kinderen
betalen, belasting opbrengen en wat dies meer zij.
En wanneer dan de kinderen zoogenaamd volleerd
zijn, komt het ergste nog aan. Betrekkingen liggen
niet opgeschept. Het heertje moet als zoodanig ge
kleed, zich met moeite een volontairsrang veroveren
op dit of dat kantoor en blijft lange jaren nog eene
belasting voor zijne ouders, in tegenstelling van
bet arbeiderskind, dat helpt verdienen. De arbeids
markt wordt gedrukt, dat is waar, maar dit geldt
evenzeer, zoo niet erger, van den intellectueelen
als van den handenarbeid, en moesten wij voor
ons zelven kiezen, wij zagen ons liever opgeno
men in den fatsoenlijken, werkzamer! en bekwamen
arbeidersstand, dan in dien van het zoogenaamd
geleerd proletariaat.
De winkelstand maakt het al niet beter. Wanneer
wij onder cijfers brengen welke enorme uitgaven
moeten worden gedaan, voordat nog sprake
zijn van een cent verdienste, laat staan dan
winst, dan moeten wij ons er over verbazen,
dat het aantal faillissementen nog niet grooter is
dan nu.
De jonge Keizer van China is volgens de
Times, de heerschappij van de Keizerin-weduwe
moede en bij poogt zich daarvan te ontslaan. De
buitensporige feestelijkheden ter gelegenheid van
den 60en verjaardag zijner moeder mishaagden
hem zeer, maar hij kon ze niet beletten.
De Indépendance Beige verneemt uit Ant
werpen, dat de instructie in de zaak Joniaux
thans gesloten schijnt te zijn. Van daag of morgen
zal mevrouw Joniaux vóór de raadkamer verschij
nen; die kamer moet ’t bevel tot voorloopige in
hechtenisneming veranderen in een bevel tot ge
vangenhouding. Daarna zal de verdediger, mr.
Hendricks, ’t dossier ontvangen, ter bestudeering.
De heer Bogaerts, de beëedigde deskundige die
belast was met ’t onderzoek naar de geldelijke
omstandigheden van den heer en mevrouw J oniaux,
heeft desbetreffende zijn verslag uitgebracht. Vol
gens dat stuk moet ’t echtpaar in geldzaken stipt
eerlijk zijn geweest en geen enkele huishoudschuld
hebben.
Van de 800 bekende Fransche anarchisten
in de dep. der Seine alleen hebben zich, zoo
verzekert men, 600 naar elders begeven, natuur
lijk zonder hun verhuisbiljet op te vragen of bun
nieuw adres achter te laten. De nieuwe anarchis
tenwet dwong hen daartoe, meenen zij. Men vreest
in België en Engeland, dat velen zich derwaarts
hebben begeven.
De Italiaansche begrooting zal eerst sluiten
als er nog 35 millioen lire bezuinigd worden. Dit
vooruitzicht ontmoedigde den Minister Boseli niet.
Hij wil de belastingen herzien en zoo het tekort
dekken.
Het graanbericht uit Rusland luidt gunstig.
Het winter- en zomerkoren stond in het midden
der maand zeer bevredigend. Alleen de stand van
de gerst en de boekweit gaf bijna overal aanlei
ding tot ontevredenheid. In het zuiden is de oogst
van het winterkoren en de gerst zeer gunstig
uitgevallen. Men heeft bij wijze van proef een
gedeelte gedorscht, en daarbij is gebleken dat de
opbrengst 70 tot 80 pud per desiatina, of vijftig
percent boven de gemiddelde opbrengst bedroeg.
Eene gunstige beschikking is genomen op een
verzoek van ingezetenen van Lollum, om bestra
tingen aldaar bij de gemeente over te nemen
daarentegen is afwijzend beschikt op de verzoek
schriften van het bestuur van het ziekenfonds te
Pingjum, om aan dat fonds subsidie uit de ge
meentekas toe te kennen en van bewoners van
het telegraafplein te Makkum, om daar aanwe
zige balsteenbevloering door klinkertbestrating
te vervangen.
Aan het hoofd van en de onderwijzeres aan
de school te Makkum is eene gratificatie toege
kend voor het voorzien in den geregelden gang
van het onderwijs tijdens eene vacature.
Aan het waterschap „Pingjum" zal worden
aangeboden om een houten pomp in den kunst
weg WitmarsumPingjum door een steenen dui
ker te vervangen, mits daarmede de gemeente
van alle verplichtingen tegenover den polder
ontslagen zij.
Eene aan de school te Pingjum ontstane vaca
ture zal tengevolge van het verminderd aantal
leerlingen voorloopig niet weder vervuld worden.
Franekeradeel. ’t Is tegenwoordig treurig
gesteld op den bouwgrond, ja zelfs voor vele
weilanden begint het water lastig en nadeelig te
worden. De veldvruchten komen niet tot rijpheid
en lijden geducht onder de aanhoudende regens,
vele zelfs in zoo erge mate, dat ze nauwelijks
het oogsten meer waard zijn. Vooral sommige ge
bruikers der landen gelegen in een der groote
Schalsumerpolders, die selert eenige maanden
defect is, lijden groote verliezen. Voer zooverre
het bestuur van dien polder schuldig is aan den
slakkengang by die restauratie, zal het zeker daar
van later onaangenaamheden ondervinden. Som
migen spreken zelfs van schadeloosstelling te
eischen. Fran. Crt.
Workum, 11 Aug. Dat kinderen bijna geen
oogenblik zonder toezicht kunnen zijn, bleek
gisteren avond ten huize van S. P. alhier. De
vrouw moest boven op den zolder eenige werk
zaamheden verrichten. Hiermede bezig zijnde
komt haar 6-jarig zoontje bij den ladder op om
zijne moeder iets te vragen en viel daarna achter
over boven van de ladder af naar beneden. In
bewusteloozen toestand werd het knaapje opge
nomen. De moeder was bijna radeloos en dat
laat zich denken, daar ze haar zoontje naar be
neden zag vallen. Het knaapje neemt gelukkig
in beterschap toe.
Zurich, 12 Augustus. Uitslag van de kaats-
partij. 54 deelnemers. Prijs Teake de Jong en
IJpe Bonnema, van Pingjum, en Bouwe de Boer,
van Wons premie Bouwe Strandstra, van Zurich,
Marten Reitsma, van Makkum, en Dirk Kooistra,
van Harlingen.
Sneek, 13 Aug. Tengevolge den aanhoudenden
regen hebben onderscheidene boeren hier in den
omtrek hun vee reeds op stal gezet, ’t Nog te
veld staand hooi begint men in te kuilen, daar
aan drogen natuurlijk niet meer valt ti denken.
Gaasterland, 13 Aug. De veelvuldige regen
der laatste dagen doet in onze gemeente zijne
nadeelige werking geducht gevoelen. Vele land
bouwers n. 1. die nog steeds hoopten op eene
goede snede „nagras" zijn in hun hoop bedrogen,
omdat men eenvoudig in de z.g. „buitenlanden"
wegens het vele water niet kan maaien. Ook de
landerijen, die bij of in de onmiddellijke nabijheid
van het erf liggen, bevatten volop gras, doch om
daar hooi van te krijgen, is tegenwoordig kunst.
Velen beginnen nu met inkuilen en zijn dan van
plan zulks dadelijk bij ’t op stal zetten van’t vee
op te voeren. Anderen doen zulks later.
Op de Appelmarkt te Amsterdam had een
oploopje plaats; dat gebeurt uu in Amster
dam meer, maar ditmaal was er iets eigenaardigs
aan.
Verbeeld u, dat een jongen door zijn moeder
was uitgezonden om een paar boodschappen te
doen, en het geld daarvoor stevig in de hand
hield, dat een andere jongen dit zag en hem even
een hieltje lichtte, waarna hij zich van de centen
meester maakte en aan den haal ging.
Een koetsier, die tevergeefs op een vrachtje zat
te wachten, had het heele gevalletje met belang
stelling gadegeslagen en toen hij zag dat de groote
jongen het op een loopen zette, trachtte hij be
weging in zijn knol te krijgen en reed den jongen
achterna. Het gelukte hem den knaap te pakken
te krijgen, waarop de koetsier hem naast zich op
de bok zette en hem triomfantelijk naar het
politiebureau bracht onder gejuich der saamge-
stroomde menigte.
„Wel jae, mins, as mein jong zoo’n laagheid
begaen had, solde ik ’m ók op ’t pelisbero ebracht
hebben," zeide hij tegen een goed moedertje, dat
hem naar de oorzaak van den oploop vroeg.
Een jongen te Oud-Beierland, die op een
puinhoop zat te spelen, vond daarin een penning,
van het jaar 1749. Een goudsmid verklaarde,
dat de penning van zuiver goud is en eene waarde
bezit van vijf gulden.
In het zoogenaamde armhuis van de Katho
lieke kerk te Veendam leefde een oud man, Banus
genaamd, afkomstig van Muntendam, waar hij te
voren een huis bewoonde, waarvan de ramen
waren dicht gespijkerd. Deze grijsaard nu begeerde,
als hy kwam te sterven, met zijn ondergoed be
graven te worden, wat hem gaarne werd beloofd.
Voor ruim 2 weken is hij overleden. Toen een paar
broeders van de Vincentius-vereeniging een on
derzoek instelden, bleek hun, dat de oude man
in zijn ondergoed verborgen had een som van ruim
96 guldens, kwartjes en halve stuivers.
X^XXXXXXXX
6
Bolswardsche Courant
I
4»
M