NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
80LSWARD SU WOKSSBAMSt.
OP BE BEI.
1895.
No. 3.
Vier en dertigste Jaargang.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
JE
?een
VOOR
de
)k
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
n-
>1-
de
>ed,
?er-
Ge
’g.
>e-
end.
bui-
rkst
igd,
den
gen
uit.
art-
n
d
dt
oedt
uit.
i we
dan
aaar
ii op
eele
aar-
n
d
it
a
)t.
te
n-
er
iet
en
m
n-
it-
n
sn
n.
n,
g,
in
rt
ik
ie
est.
ker
□ds
de-
ën,
len
ng
en
en,
ten
«te
en.
en.
gd,
ie;
int
i)k,
ui
len
re-
ig,
an
$XXXXXKXXX?XXXXXXXXX$
DONDERDAG 17 JANUARI.
^xxxxxxxxx: XXXXXXXX X$
te
>n,
te
onbeschermde ruiten der naburige huizen werden
verbrijzeld. Dientengevolge ontstond algemeene
ontsteltenis onder de bewoners, van wie de mees
ten nog niet ter ruste waren gegaan.
Niemand werd door de ontploffing gekwetst,
daar zich geen menschen meer op straat bevonden.
Terstond werd de politie verwittigd. Uit het onder
zoek bleek, dat de bom bestond uit een biscuit
bus. Als ontplofbare stof is waarschijnlijk ge
bruikt dynamiet, terwijl de bus was gevuld met
spijkers en stukken lood, evenals het projectiel,
dat Vaillant in de Fransche Kamer wierp.
In Frankrijk staat men alweder voor eene
ministerieele crisis. Het geheele 'Ministerie heeft
zijn ontslag genomen na de Kamerzitting van
Maandag en President Casimir-Perier heeft dat
ontslag reeds aangenomen ook.
PARIJS, 15 Jan. De A g e n c e
Havas deelt mede, dat de heer
Casimir-Perier zijn ontslag heeft ge
nomen als President der Pransche
Republiek.
De Gemeenteraad van Parijs heeft met een
meerderheid van ééne stem besloten de queestie
van den ,,Metropolitain“-spoorweg aan een refe
rendum der Parijzenaars te onderwerpen. De
Minister van Publieke Werken heeft hierop ge
antwoord door zijn desbetreffend ontwerp in te
trekken. Bovendien zal de Regeering het besluit
van den Raad vernietigen.
Gisteren is onder de laatste telegrammen
mededeeling gedaan v an een dynamiet-aanslag in
de Rue Monceau te Parijs. De concierge van het
huis No. 65, die gewaarschuwd was dat er in de
vensternis een verdacht uitziend voorwerp lag,
wierp dit gelijk men weet, midden op den weg.
Onmiddellijk volgde eene hevige ontploffing.
Een hevige slag bracht de geheele buurt in op
schuddingen terstond vloog een regen projectie
len van verschillenden aard naar alle kanten. De
r-
le
r-
18
r-
■d
>r
d
it
d
n
g
n
wissel die boven de f 100 en slechts met 5 cent
gezegeld was, werd geprotesteerd. De ontvanger
der registratie ter plaatse hief daarop eene boete
van f75, en wel f25 van trekker, f25 van en-
dossant, en f25 van acceptant, op grond, dat de
bewoording „na zicht“ niet onder de bepaling
voor verminderd zegelrecht valt.
Volgens dien ontvanger moet dit zijn „op zicht?
De opvatting moge vrij fiscaal zgn eu cie geheven
boete terugbetaald worden, toch zal het raadzaam
zijn in het vervolg daarmede rekening te houden,
ten einde onaangenaamheden en kosten te ver
mijden.
Overdreven vriendentrouw. Te Monnikendam
heeft zekere 8. zich den dood van een vriend
zoozeer aangetrokken, dat hg zich op diens graf
heeft doodgeschoten.
Voor de rechtbank te Alkmaar is Maan
dag de behandeling aangevangen van den beken
den moord, te Schagen gepleegd op de wed. Bute
en haar pleegkind Anna Beijers, door den jongen
Klaas Boes. Bekl. legde ook nu eene volledige
bekentenis af. Hij is herhaaldelijk voornemens
geweest en heeft ook gepoogd de vrouwen te
vergiftigen, doch toen dit mislukte heeft hij beiden
in den avond van 11 Augustus vermoord. De
bijzonderheden, die bij zijn verhoor aan het licht
kwamen, zijn inderdaad ontzettend. De vrouw
bracht hij drie slagen toe met een bijl op het
hoofd, daarna ging hij naar boven en sneed bij
het licht van een lucifer Anna Beijers in den hals
en aan de slapen. Terwijl hij bij een inmiddels
aangestoken lamp bezig was de kast te doorzoeken,
hoorde hij achter zich een zucht en zag hij Anna
Beijers op haar knieën naar de deur kruipen.
Hij duwde haar toen in een hoek en bracht
haar een wonde toe, waarbij zijn mes krom werd.
Daarna naar beneden gaande om zich te wasschen,
bemerkte hij, dat ook vrouw Bute nog ademde,
waarop hij haar eveneens met een mes doodde.
Vervolgens heeft bekl. zich gewasschen op de
achterplaats. Het was toen ongeveer elf uur.
Daarna heeft hij uit de kast alles gestolen en zijn
zakken er mede gevuld. Hij hoorde echter leven
achter en verschool zich een tijdje, waarna hij
weder over de schutting klom en het gestolene
begroef. Bij het overklimmen dér schutting had
zijn vader den houd uitgelaten, omdat hij gerucht
hoorde. Het dier, bekl. herkennende, maakte
echter geen leven, zoodat zgn vader zeker dacht
zich vergist te hebben.
Na alles, op een kleinigheid na, dat hij bij zich
hield, begraven te hebben, is bekl. om ongeveer
twaalf uur weder over de schutting naar het huis
der wed. Bute gegaan. Hij heeft van de nog
brandende lamp in Anna’s kamer de peer afge
draaid en toen de petroleum over het haar van
Anna en het beddegoed gegooid. Eerst stak hij
het haar in brand om te zien of dit brandde en
toen dit geschiedde, heeft hij er een kussen op
gegooid om de vlam te blusschen. Daarna heeft
hij het lijk van vrouw Bute met petroleum begoten,
vervolgens het lijk van Anna Beijers uit het bed
gehaald, om zijn pet te zoeken, die hij verloren
had, doch hij zocht niet lang, want die zou wel
met alles verbranden. Hij stak de lijken in brand,
trok zijn schoenen weer aan en verliet voor door
den winkel het huis. Dat ook de huizen der
buren in brand zouden gaan, begreep bekl. Hij
had dat reeds met Oudshoorn, een vriend, die
hem volgens zijn zeggen, tot de daad had opgezet,
doch die niet wilde meehelpen, besproken. Kwam
de brand ook in het huis van Boes, dan zouden
zij samen beklaagde’s familie redden. Oudshoorn
kon dan tevens door vlug met de spuit van„ Ly
curgus" te komen, de premie krijgen.
Toen bekl. thuis kwam, had zijn moeder hem nog
gevraagd waarom zijn haar zoo nat was, waarop
hij antwoorde „dat hij aan de pons was geweest
bij tloekstra (een kennis) en zijn pet in de sloot
was gevallen." Hij was toen naar boven gegaan
en bij zijn broertje gaan slapen.
Tegen twee uur wakker wordende en geen brand
ziende, is hij in nachtgewaad weer over de schut
ting naar het huis der wed. Büte gegaan, heeft
uit een kan met petroleum de lijken weer begoten
en weder aangestoken en de keukendeur half open
gelaten. Weer is hij naar bed gegaan en om zes
uur wakker geworden en nog geen brand ziende,
is hij weer naar de woning der vermoorden ge
gaan om zijn pet te halen. Hij vond die met bloed
bevlekt in de bedstede van Anna Beijers en is die
pet gaan uitspoelen achter bij hem op de plaats.
Weer ging bekl. naar boven en kwam een half
uur later beneden, hij ging zijn kleeren uitwas-
schen, bewerende dat die vol modder waren, om
dat hij in een sloot had gezeten, gelijk hij tot
zijn moeder zeide. Maandags heeft zijn moeder,
toen zij bij het uitwringen van beklaagdes overhemd
bloedwater zag, gevraagd, of bij het niet gedaan
had. Was dat zoo, dan was het beter zich te
verdrinken dan geboeid de deur uit te gaan. Zijn
moeder had later beloofd bekl. zooveel mogelijk
voor te spreken, maar als het te erg liep, zou zij
de waarheid zeggen, liever dan ook gestraft te
worden. Beklaagde heeft steeds de daad jegens zijn
moeder ontkend, al trachtte deze hem ook uit te
hooren. Maandags heeft bekl. Oudshoorn gespro
ken en gezegd: „’t is afgeloopen", waarop Ouds
hoorn zeide„'t is gauw gegaan", en van bekl. het
tientje kreeg dat bekl. in zijn vest had gestoken.
Op 20 Augustus heeft bekl. een gestolen ketting
opgegraven en geworpen op het erf van Simon
Alot, om aan dien de schuld te geven. Hij had
dit ook aan Oudshoorn gezegd.
Bekl. deed dit verhaal met ijzingwekkendekalmte
en zat nu en dan als versuft te kijken.
wij niet neerschreven, het luidt„die dan weet
goed te doen en het niet doet, dien is het zonde."
Thans viel het er uit, maar wij willen niet, dat
het in dit artikel zal worden aangemerkt als een
vermaan. Wij wenschen alleen een beroep te doen
op veler welwillendheid, waardoor met aanwen
ding van tal van kleine kapitalen één groot ka
pitaal kan gevormd worden, dat met betrekking
tot welvaart, tevredenheid en geluk hooge rente
kan afwerpen.
De Nederlandsche natie is edelmoedig en wel
dadig, al is het dan ook waar, dat die weldadig
heid het meest aan het licht treedt bij groote
rampen, wier schokkende invloed het gansche
lichaam doortrilt, zich aan allen mededeelende.
Maar toch, al is het dan ook meer schoorvoetende,
langzaam en na „wijs" beraad, strekt die edel
moedigheid en weldadigheid zich ook uit tot zaken,
die meer op hart en verstand dan op de zenuwen
werken.
En daaraan is het toe te schrijven, dat er thans
hoe langer zoo meer leven komt op de hei, dat
zij door vele menschen voeten betreden wordt, en
veler blikken er zich heen richten.
En zoo komt het, dat er ook strijd is over de
hei, strijd door mannen, die in beginsel hetzelfde
willen, namelijk haar ontginnen, maar die ver
schillen met opzicht tot de wijze hoe!
Rechts zien wij de Nederlandsche Heidemaat
schappij, die oorspronkelijk zich ten doel stelde,
om hen, die wenschten heigrond te ontginnen van
raad en hulp te dienen, met doelmatige werktui
gen den heigrond te breken en met den minst mo-
gelijken handenarbeid en op de minst kostbare
wijze voor het kweeken van dennenbosch geschikt
te maken.
Een zekere term van aangifte voor het thans
ingetrokken patentrecht luidde„tuinman voor
anderen met zooveel knechts. Verandert
men dat „tuinman" in „ontginner" dan luidt de
term gelijk. Die Maatschappij heeft onmiskenbaar
haar nut, althans gehad, want dennenbosch is be
ter dan hei en bij haar optreden had de nieuwere
wijze van heiontginning met toepassing van de
nieuwere wetenschap zich nog geen baan gebroken.
Het karakter en de werkzaamheid van de Hei-
demaatschapppij was steeds van dien aard, dat zij
hare diensten verleende aan de bezitters van
grootere oppervlakten heidegrond, welke grond
dus, door tot bosch te worden aangelegd geen
blijvend en doorgaand voordeel afwierp of afwer
pen kan.
Links zien wij Ericus, de Oranjebond van Orde
en andere personen en vereenigingen, die de hei
grond wenschen te ontginnen en geschikt te ma.ken,
om brood te geven aan een groot getal huisge
zinnen, die er zich op zullen kunnen vestigen, met
het vooruitzicht om eenmaal eigenaar te worden
van het bedrijfje, dat zij zullen leeren liefhebben.
Hier is tweeërlei beginsel op te merken, en
uithoofde daarvan ontstaat strijd.
De Heidemaatschappij wil, wat de kapitalist doet,
wil hem er in dit opzicht althans in helpen om
kapitaal in den grond te beleggen, zonder te vra
gen naar de gevolgen, die er voor anderen uit
voortspruiten.
De personen ter linkerzijde willen de hei ont
ginnen voor dadelijke werkverschaffing en door
die ontginning eene bron openen voor toenemende
welvaart.
Terwijl Ericus verreikende plannen bouwt en
van goeden raad dient, heeft de Oranjebond van
Orde en hebben anderen alreeds handen aan het
werk geslagen en „bemest met het zweet van den
daglooner" alreeds den grond, waarin stilzwijgend
de beurs verborgen isgeen dennen op de hei,
maar veevoeder, koorn en aardappelen.
Aan welke zijde onze sympathie is kan blijken
uit het vorenstaande.
Dat daarom nog veel meer oogen zich mogen
richten naar de hei, en vele beurzen zich mogen
openen voor de hei en hare ontginning.
Arum, 11 Jan. Hedenavond werd op de bo
venzaal van het tramstation alhier het 75-jarig
bestaan van het departement Arum e. o. feeste
lijk herdacht. De voorzitter, de heer A. Draisma
de Vries, opende met een toepasselijke speech en
een terugblik op het verleden, de goed bezochte
vergadering. Daarna werd onder gezellig samen
zijn genoten van de voordrachten van den heer
P. de Block van Franeker en het orkest onder
leiding van den heer F. Rijgersberg van Leeuwar
den, terwijl de avond met een geanimeerd bal
werd besloten.
Ooststellingwerf. Was de landverhuizing
naar Amerika hier voor eenige jaren vrij belang
rijk, thans is het getal van ben, die in het verre
westen hun geluk wenschen te beproeven zeer
gering. Enkele familiën welke plan hadden den
oceaan over te steken, hebben, misschien door
ongunstige berichten van verwanten in Amerika,
dit plan laten varen. In de laatste 2 a 3 jaren
zijn slechts enkele personen vertrokken en dan
nog meest ongehuwden, welke met behulp van
vereenigingen of maatschappijen de reis onderna
men. Verbeterde omstandigheden in het vaderland
zijn zeker geen oorzaak van afnemenden trek
naar landverhuizing. Fran. Ct.
In Noordbrabant en Zeeland doet zich het
merkwaardig verschijnsel voor, dat men de daar
gebouwde beetwortels, wegens het goedkoope
tarief, voor minder kosten levert aan Duitsche
fabrieken dan aan Nederlandsche. Wij zijn af-
keerig van bescherming, maar men moet toch door
eene onoordeelkundige regeling van tarieven onze
nijverheid en landbouw niet tegenwerken. Waar
toe dient de goedkeuring van tarieven, wanneer
op dergelijke onjuiste regelingen niet wordt gelet?
Een gift onzer Koningin. Een arme weduwe
uit Winkel, Klaasje Korver, die zoo gaarne voor
haar en haar beide onmondige meisjes met naaien
den kost wilde verdienen, doch niet in de moge
lijkheid was een naaimachine te koopen, besloot,
omdat ze „altijd zooveul hoort had van de goed
heid van ons Koninginnetje voor de armen", H.
M. per brief om zoo’n machine te vragen.
Men kan zich voorstellen hoe verrukt en dank
baar de goede ziel is, nu ze van den burgemees
ter vernam, dat hij van H, M. de opdracht had
ontvangen voor haar een machine te koopen.
Ook een werkstaking. De armvoogden in
Opsterland waren voornemens het werk te staken,
omdat zij toch niet konden werken, daar de ge
meente geen geld had. De Burgemeester vroeg
per telegraaf aan den Commissaris der Koningin
hoe te handelen, waarop machtiging kwam over
een paar duizend gulden te beschikken. De heeren
bleken toen terug te komen op hun besluit, hun
ontslag te vragen.
Geen carneval-optocht. De Oeteldonksche
Club, de bekende carneval-vereeniging in Den
Bosch beeft besloten dit jaar geen optocht te
houden, maar een wedstrijd uit te schrijven.
't Staat wel niet „gekleed* maar 't is toch
zoo „lekker* In Winschoten wordt, evenals
vroeger in Nieuwer-Amstel, tijdens de gemeente
raadszittingen door de raadsleden gerookt, som
migen rooken een sigaartje, maar de meesten
een Goudsche pijp.
In de laatste zitting kwam aan de orde een
wijziging van het reglement van orde en de
meerderheid van het college van B. en W.
meende, dat van deze gelegenheid meteen gebruik
gemaakt kon worden om in die leelijke damp-
gewoonte verandering te brengen.
Alle Raadsleden werden op den duur geel van
de rook. B. en W. stelde daarom voor, in het
vervolg gedurende de zittingen niet meer te
rooken, maar de leden achtten het beneden
zich om over de afschaffing van zoo’n eerwaardig
gebruik hunner voorvaderen te discussieeren
ze drongen aan op stemming en met 8 stemmen
tegen 4 werd het voorstel gehandhaafd. Dadelijk
stopten allen een versch pijpje. En wat verge
noegde gezichten zetten de 8 overwinnaars.
Welk een invloed de verlaging van den
zoutaccijns op de smokkelarij uitoefende, blijkt
uit de cijfers, die daaromtrent thans openbaar
gemaakt worden.
In het jaar 1892 bedroeg in Noordbrabant het
aantal personen, tegen wie in de provincie wegens
smokkelarij proces-verbaal werd opgemaakt, 630
en het aangehaalde zout 50,081 Kg. In 1894
waren die cijfers 52 en 7,160. In Limburg in
eerstgenoemd jaar 304 en 6,056, in laatstgenoemd
jaar 4 en 146. In Zeeland daalde het getal smok
kelaars van 60 tot 3 en het bedrag van het aan
gehaalde zout tot 9 kilo.
Door een koopman te Roermond werd op
een plaats in Holland een wissel getrokken, ver
vallende „na zicht" met order tot protest. De
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Er is strijd geweest op de hei. Schrik niet,
lezer, want wij bedoelen niet een heuschen strijd,
die bloed, armen en beenen, ja wat niet al meer
kost.
Wij bedoelen ook niet een schijnbaren of „spie-
gelstrijd," waarin de soldaten voor den velddienst
geoefend worden (wij hopen niet van voorbereid),
en die alleen kruit en nog veel meer kost.
En toch was er voor eenigen tijd strijd op die
eenzame en als door God en menschen verlaten
oorden, maar die toch bij wijlen schoon zijn, en
te goed voor niets dan stank?
Daar kwam een vreemde, men zeide van een
Belg, die voor zijn plan in zijn eigen land werd
afgewezen, en stichtte een muscusfabriek op de hei.
Hebt gij lezer, wel eens een dame ontmoet in
feestgewaad, die dat gewaad ruim met muscus had
bedeeld om het tegen mot te beschermen Hé
zeidet gij dan bij u zelf, hoe afschuwelijkde
stank of prikkel schraapt mij de keel en mijne
longen weigeren bijna de ademhalingkon ik
vluchten, ik deed het.
En om dat sterkriekende en prikkelende goedje
te bereiden werd een fabriek gesticht op de hei.
Of de burgemeester der gemeente, waartoe de
plek behoorde niet had gedacht aan de wet, krach
tens welke inrichtingen, die gevaar, schade of hin
der veroorzaken kunnen worden geweerd, weten
we niet, maar dit bleek alras, dat, zoodra de fa
briek in werking werd gesteld, zich daaruit een
ondragelijke stank verspreidde.
Dat veroorzaakte oorlog op de hei, oorlog, om
dat de naastbijwonenden gruwelijk door den stank
gekweld werden, dewijl hij bovendien eten en
drinken, melk en boter bedierf.
De gekwelden en benadeelden maakten zich op
om het gehate gebouw, waarin de fabriek werkte,
te verbranden of te vernielen, zoodat het door de
rijkspolitie moest beschermd worden. Aangenaam
zal die taak wel niet geweest zijn, maar het bui
tenkansje van een aangename taak te hebben te
verrichten, valt dien lieden zelden ten deel Maar
niemand mag zijn eigen rechter zijn en dus ook
niet de gekwelden door de muscusfabriek. Naar
wij echter vernamen is thans de oorlog geëindigd,
doordien de burgemeester de fabriek heeft doen
sluiten.
Maar er is ook strijd over de hei.
De tijd is voorbij, dat onze uitgestrekte woeste
en heidegronden alleen de aandacht zouden trek
ken van eenige jachtliefhebbers, bijenhouders en
houders van schaapskudden, hare herders en her
dershonden. Daarvoor is te veel eigenlijk nut
teloos kapitaal aanwezig, vragen te veel handen
om werk en monden om brood. En of men nu,
om werk te verschaffen, al huizen bouwt die toch
niet bewoond worden, wat geeft dat
En nu ligt de Zuiderzee daar wel, die bij eiken
storm dreigend roeptRaak mij aan als gij durft
De Zuiderzee van wier bodem meer wordt voor
gesteld dan hij geven zal. De Zuiderzee wie
zal de risico aanvaarden en het wèl durven tot
daad maken
Wacht nog tien, wacht nog vijfentwintig jaar,
en zie dan of er uit de Zuiderzee veel anders
wordt aangebracht dan bot, spiering, haring, an
sjovis en bliek.
Maar zoolang kan er niet gewacht worden en
optimist noemen wij hem, die er de eerste kwart
eeuw of langer iets anders van verwacht of hoopt.
En daarom, naar de hei
De hei ligt boven water, is van alle zjjden toe
gankelijk en zij kan ook zelfs in den winter be
werkt worden. Daarheen dus met eigenlijk doel
loos kapitaal, Mijnheer, Mevrouw, Mejuffrouw,
Freule of hoe U anders ook genoemd moogt wor
den, gij die van tijd tot tijd Uwe couponnen knipt
en voor een goed deel van de opbrengst effecten
koopt, om die tot een doellooze hoogte op te stapelen.
Naar de hei er meeDaar weet men uit zand
en veen brood niet te bakken, maar te schep
pen. Daar zal men er huizen voor bouwen die
wèl bewoond zullen worden en zijt gij som
tijds wel een beetje bang voor de socialen daar
is men bezig hen, zonder wapenstok, sabel, kara
bijn of revolver te bestrijden.
Gij denkt toch nietmaar als ik meer of min
der vruchtbaar land koop, dan geniet ik hooger
rente? Daartoe zijt gij te edelmoedig toch, want
die hoogere rente kan alleen verkregen worden
door boertje te plukken en hetgeen hij nog als
kapitaal bezat in Uw effectentrommel weg te
sluiten. Zoo iets doen alleen die griezelige men
schen, die het hart op de verkeerde plaats bewaren.
Gij niet alzooVan hem of haar, die veel
heeft, kan en zal veel geëischt worden. Klinkt
u dat woord misschien te hard, welnu, dan bid
den wij U, wees edelmoedig. Edelmoedig, ja,
maar ook verstandig. Dit laatste woord spreken
we alleen uit, om het onder de aandacht te bren
gen, maar er op doorgaan doen wij niet.
De hei houdt een groote schat van welvaart en
brood in haren schoot verborgen en de mannen
van de nieuwe wetenschap kunnen en zullen die
schat aan het licht brengen, mits de hei ontgon
nen, dat is oordeelkundig bewerkt worde. En nu
is aan den landbouw, evenals aan allo andere
takken van nijverheid dit eigenaardige verbonden,
dat men met arbeid en geld voorop moet treden.
En arbeidskrachten zijn meer dan toereikend be
schikbaar, en geld Och, het is er in allen over
vloed, en daarom mag een beroep gedaan worden
op de welwillendheid om het beschikbaar te stel
len. Straks hadden wjj een woord in de pen dat
Bolswardsche Courant
ire
it
ar
lts
is*
ize
un
>n-
en
an
m-
te
in
18
is
m
iet
ir
o
h