NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BORSWARB EN WONSEBAVEEÏ.
WAT IS SOTW?
li,
lü
£1
De Zuivelscliool te Bolsward.
No. 8.
1895.
Vier en dertigste Jaargang.
DONDERDAG 21 FEBRUARI, 'i
BUITENLAND.
B I N N E N L A N D.
xxxxxxx ycycjcycycycycyc
tan
VOOR
INGEZONDEN.
ar mijn
goed,
zij hij
B.
afleiding
Bolsward, Febr. 1895.
c hem
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
waar-
i nooit
istoleu.
Maar
likken
eentjes
goed,
nelteri
aaruit
nning
jarige
ie het
ruetie
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
n paai
at dit
infeil- I
ibleek
oogen
later
anneer
ie niet
peul-
aatste
hecht
3 wend,
i kuu-
it, dat
m, om
ge ge-
u ont-
•aag u
>u zijn,
verder
Witmarsum, 16 Febr. 1895. Uw blad van
14 Fobr. vermeldde reeds den uitslag der j.l.
Woensdag gehouden hardrijderij van mannen.
Heden was er wederom een hardrijderij uitge
schreven en wel van vrouwen.
Bij het door velen onverwachte besluit van II. II.
Gedeputeerden van Friesland in den jare 1895,
was, by een buitengewoon lagen waterstand,
prachtige ijsbanen en onbegaanbare wegen, order
gegeven de zeesluizen te openen, waardoor
de ijsbanen werden vernietigd, alle verkeer ge
stremd en alle vervoer onmoog’lijk werd gemaakt
en daardoor werd van hoogerhand medegewerkt
de werkeloosheid, het in „arm Friesland" zoo
omdwalende spook te doen aangroeien. Dienten
gevolge was het onmoog’lijk dat de ryderessen
uit ver afgelegen plaatsen konden opkomen,
alleen Kimswerd en Pingjum waren vertegen
woordigd met Witmarsum. Het Bestuur der
Ijsclub besloot dientengevolge de geannonceerde
prijzen niet te laten verrijden, maar gratificaties
tot een gezamenlijk bedrag van f 12,50, 16 flinke
'ij ge
lat de
ithuis
waar
in in-
irand-
1 was
tegen
,'eheel
eren,)
leurd,
id ver-
kelijk
in de
dt het
es.
danig,
indt ze
In de Mededeelingen en berichten der Fr. Mij.
van Landbouw en Veeteelt, komt het volgende
voor omtrent:
Na het verschijnen van het vorige
van
leerlingen van clen cursus Juli—December 1894,
IJsbrechtum;
Achlum
Lippenhuizen
Steen wij kerwold
Bolsward
Doniaga
Bozum.
van het verzenden diergetuig-
■cchter
zaken,
op de
ikken.
idehjk
arken,
ericht.
lat hij
ij hem
itleve-
net eet i
romtbg
alsik
ne Do:
als eei
ir zeiiW
en out
tega«’
om ut
in vree-
''eenen,
r opge-
‘Wal
irrest.'
--f1
i ie het
gewicht
Twaalf
md zjjSi
1 van i
Engel
komen,
tuurhjt
et late
ivaoge.
'an den j
■er we
>ed je-i
teublii
jkJoafl
■ehouw-i
werd gehouden op 17, 18, 19 en 22 Dec., komt
het mij niet ongewenscht voor, iets naders om
trent genoemde diploma s en het examen mede
te deelen, ten einde de geïnteresseerden bij de
zuivelbereiding beter in staat te stellen, zich een
denkbeeld (is het dan ook niet volledig) te vor
men van het gegeven onderwijs, en de apprecia
ties in de getuigschriften uitgedrukt, beter naar
waarde te beoordeelen.
Wat het p tactisch gedeelte van het examen
betreft, dit bestond in het geheel zelfstandig ver
richten van de werkzaamheden in de fabriek door
de leerlingen, waarvan twee voor ieder afzonder
lijk onderdeel van het bedrijf waren aangewezen,
terwijl één élève melk ontving en later desbe
treffende onderzoekingen had te verrichten.
Hierbij werd niet alleen acht gegeven op de
vaardigheid en netheid door de leerlingen betoond,
maar werden de genomen maatregelen en werk
zaamheden vooral verklaardde theoretische
gronden waarop ze steunen, div. verschijnselen uit
het bedrijf, inrichting, behandeling van toestellen
etc., waarbij men dan, uit den aard der zaak in
de gelegenheid was bij vele punten stil te staan
en uit te weiden. Zoo werd o. a. bij het pasteu-
riseeren (van den room), over principe, doel, nut
en toepassingen daarvan gesproken, alsmede over
de verrichting en behandeling van de apparaten.
Dezelfde leerlingen, die tevens bij de boterbe-
reiding werkzaam waren, werden onderhouden
over de behandeling van den room in verband
met het pasteuriseeren, het karnen (van room),
gezuurd of zoet, soorten van zuursel, zooals bijv,
het op dat tijdstip gebruikte zuur door middel van
rein-culturen verkregen.
Ook bij hen, die de centrifuges bedienden was
stof genoeg voorhanden in het verklaren van de
inrichting, behandeling en bediening van de vier
aanwezige systemen, terwijl bij de kaasmakers
o.a. werd gesproken over het streinmingsproces,
invloeden daarop en gevolgen daarvan, alsmede
over de behandeling van den wrongel en het
vormen van de kaas in verband met het latere
rijpen en enkele gebreken.
Zoo werd bij alle onderdeelen van het bedrijf
eenigen tijd stilgestaan en werden niet alleen de
daadzaken, maar vooral de theoretische bewijs
gronden waarop ze steunen, nader beschouwd.
Des middags had het theoretisch gedeelte
van het onderzoek plaats: 17, 18 en 19 Dec.
werd schriftelijk werk gemaakt, terwijl Zaterdag,
de 22 Dec., voor het mondeling gedeelte was
bestemd. Hierbij dient bemerkt, dat het onderwijs
in de scheikunde, natuurkunde en andere hulp
vakken, zich geheel binnen de perken heeft be
wogen, die in het leerplan zijn gesteld, terwijl men,
met het oog op den duur van den cursus, de grens
zelf allicht wel eenigszins kan trekken.
De onderwerpen voor dezen keer opgegeven zijn
a. voor scheikunde en natuurkunde: ,De
dampkring en zijne bestanddeelen, hunne eigen
schappen en de rol die zij in verschillende che
mische en physische processen verrichten
b. voor de overige hulpvakken als plant- en
dierkunde en voedingsleer: „Waarop moet men
letten bij het voederen van melkvee, wat betreft
den aard, de samenstelling, de conserveeringsme-
thoden van het voeder en den invloed daarvan op
de samenstelling der melk en hare geschiktheid
voor het leveren van goede zuivelproducten?'
c. voor de leer der zuivelbereiding1. „Melk-
onderzoek, het doel en nut er van en de verschil
lende apparaten daarbij in gebruik 2. Oplossing
van een vraagstuk over het betalen der melk naar
gehalte."
Voor elk dezer onderwerpen werd 2'/, uur tijd
gegeven, zoodat men met een ruim veld ter be
spreking, uit het geleverde werk zeer goed de
mate van theoretische kennis van den adspirant
kon vaststellen, bovendien nog door het mondeling
gedeelte op 22 Dec. nader bevestigd.
Wat nu de resultaten aangaat, mag men wel
niet aannemen, dat alle jongelui, bij het verlaten
der school, direct tegen oudere fabrieksarbeiders
kunnen werken, sommigen, die een langere prac-
tische opleiding genoten misschien eenigszins uit
gezonderd, ik geloof niet te veel te beweren dat
zij, die met vrucht den cursus hebben gevolgd,
een' ruimeren en diepercn blik in de werkzaam
heden hebben, en dat zij bij het voorkomen van
moeilijkheden beter gepaste maatregelen zullen
weten te treffen in verband met de innerlijke oor
zaken want het opsporen daarvan zal wel steeds
de eerst aangewezen weg zijn ter bestrijding van
gebreken.
S. E. WESTRA.
i van het vorige nummer
dit blad zijn de diploma’s uitgereikt aan de
zijnde in alphabetische volgorde
A. G. Alberda,
K. H. Frietema,
A. S. Hartmans,
J. Hendrikse,
L. II. Hilariaes,
J. P. Schaafsma,
P. H. Wiersma,
Naar aanleiding
schriften, ter verkrijging waarvan het eind-examen
rijdsters namen nog deel aan dien wedstrijd.
De eerste gratificatie f 7,50 werd eervol gewon
nen door de 14-jarige A. K. de Vries van Wit
marsum, de tweede gratificatie a f3, door
W. Smit van Kimswerd en de twee derde grati
ficaties ieder f 1,— door T. Postma van Kims
werd en Z. Boonstra van Witmarsum. Werd bij
vorige jaren het sein tot aanvang dor ritten op
de banen bij trommelslag gegeven, thans werd
dit gedaan door den gepasporteerden Kolouia»!-
muzikant K. Hoekstra op eene, zeer zeker, ver
dienstelijke wijze. Ook na afloop der ryderij
werden er door hem op niet onverdienstelyke wijze
enkele solo’s ten beste gegeven.
Na afloop der rjjderijen werden de prijzen voor
een stampvolle zaal met gepaste woorden uitge
reikt, terwijl de aanwezigen daarna op een echt
prettige en vroolijke wijze aan het bal deelnamen.
Een waarlijk vroolijk, best en gemengd feest, den
„Winterkoning" waardig. Voor de samenstelling
dezer feesten werd aan het Bestuur der IJsver-
eeniging dank gebracht. Tydens de ryderij en
’e avonds, waren de nieuwe ordebewaarders, de
maréchaussées aanwezig en al werden deze vóór
hunne komstons dikwyis atgeschilderd als mannen
die bijten waar ze konden, de ondervinding tot
nu toe alhier opgedaan bewyst juist het tegen
deel, n.l. dat ze juist willen voorkomen dat er
moeielykheden ontstaan. Wij willen dau ook
hopen, dat dat zoo blijve en dat men na verloop
van tijd zeggeDe minister had ze ons niet
behoeven te zenden, het was niet noodig, dat
zou oeter zijn dan wanneer men zei mde
minister heeft ze ons niet gezonden en ze
waren wel noodig. Wanneer het nieuwe vau het
gezicht der blinkende uniformen en de vreeselyKe
sabels wat af is, dan geloof ik zeker dat men
ze zal beschouwen als uoodzakelyke vakmannen,
die de tijdsomstandigheden eischen.
Van de werkzaamheid der IJsvereeniging
alhier kan zeker getuigen, dat voor a.s. Dinsdag
I
het weer heeft het echter
Mynheer de Redacteur!
Met zeer veel genoegen las ik onlangs in uw
blad het verslag der vergadering, ten uwent ge
houden, over de vraag „Vrijhandel op Protectie".
Dat is een der hoofdvraagpunten van den dag.
Zij zal straks nog meer besproken worden, als
in de Tweede Kamer de motie-Dobbelman in
behandeling komt.
’t Is in verband met deze motie dat ik u een
opmerking wenschte te maken, een vraag te
stellen, al naar ge ’t wilt opvatten. Niet om te
zeggen, hoe ik daarover denk of om over deze
zaak uw meening uit te lokken: ik heb daarom
trent mijne opvatting, maar kan deze, als van
minder belang, wel laten rusten.
Maar ik las dezer dagen, dat er een adres van
adhaesie met deze motie in Leeuwarden, Sneek
en nog een paar andere plaatsen, ook Bolsward,
ter teekening had gelegen. Uit Bolsward was
daarop door 60 personen geteekend en uit de
andere plaatsen vrijwel naar verhouding.
60 personen uit Bolsward hebben zich dus daar
bij voor de graanrechten verklaard. Mag ik U
vragen wat dat voor een maatstaf is
Hoeveel belanghebbenden of liever nog belang
stellenden in dezen telt Bolsward Hoevelen
die over deze zaken kunnen en mogen meespre
ken Die 60 staan tegenover hoeveel anderen
Zijn nu Bolswards ja wat kiezers, manne
lijke ingezetenen, notabelen, politici?grooten-
deels voor of tegen de motie-Dobbelman?
Gij kent misschien de onderteekenaars durft
ge daaruit eenige gevolgtrekking maken ten op
zichte van anderen
Ik meen dat Bolsward pl. m. 6000 ingezetenen
heeft, en daarvan hebben zich 60 omtrent deze
zaak verklaard en nu de overigen, vrouwen en
onmondigen buitengesloten
Nog eens, wat is dit nu voor een maatstaf
Indien eens hun aantal tienmaal zoo groot was
geweest, dan was het wat anders. Maar nu
Er valt nu niets anders van te zeggen dan dat
van Bolsward’s duizenden, 60 beslist wenschen
dat de motie-Dobbelman wordt aangenomen. Is
ze daarom meer gewenscht zonder zulk een adres
Met de opname zult ge verplichten,
V.
Zoo immer, dan is thans wel deze vraag „de
vraag van den dag" geworden
Wat is nieuw of wat is het nieuwste, is het
eerste wat men de dames hoort vragen als ze hun
inkoopen in een mode-magazijn doenwat men
wil weten van dit of dat pas verschenen boek is
of het „nieuw" is; richt men zijn huis in, legt
men zijn tuin aan, het moet naar de laatste smaak
zijnstuurt men verlovingskaarten rond, dan wordt
met de meeste beslistheid dat model gekozen, dat
zij onlangs bij een der vriendinnen het laatst zag.
In gezelschap worden Engelsche liederen ge
zongen, Hollandsch is ouderwetsch; ja, men groet
nieuw, loopt nieuw, spreekt nieuw, wat al niet!
Oh, hoe jammer dat door deze manie waarmede
nu eenmaal bijna iedereen in mindere of meerdere
mate behebt is, soms tegen wil en dank, zoo
menige goede oude gewoonte werd verdrongen
Tegen wil en dank zeg ik, en dat is zoo je
moet mee of je wilt of nietkoop eens een hoed,
paraplu of iets dergelijks, die een jaar of wat
achteruit is, men zegt er niet veel van, doch men
denkt hoe „ouderwets."
Tot op zekere hoogte gaat dat ook goed
niemand zal het in zijn hoofd krijgen als hij een
paraplu koopt, om nu daar maar eens bij te
blijven, expres zoo een groot groen dak boven zijn
hoofd te laten maken, of die zich een costuum
aanschaft, zich in een fluweelen buis te steken,
en welk jong meisje zal zich op straat of in ge
zelschap vertoonen met lange, golvende krullen
langs de slapen, en in plaats voorzien van een
beugeltasje, met een zilver pepermuntdoosje
pronken 1
Zeer zeker tot op tamelijke hoogte dient men
met de mode mee te gain mode is een goed
ding en bijna ieder gaat er mee mede, ook zij
die beweren, dat ze het niet doen.
Doch er is nog iets anders naast de mode, er is
nog een krachtiger stroom die een menigte van
menschen, vooral jonge monschen meesleept, doel
loos naar een einde, veelal een slecht einde
Het is de onweerstaanbare zucht tot „nieuw
zijn," te zijn zooals men niet zijn moet. Men
veracht de goede oude instellingen van die ons
voorgingen en richt zijn leven in naar eigen goed
vinden, zouder te vragen of het strookt met do
erkende begrippen van braafheid en zedigheid.
•Jonge menschen leven: „tin de siecle" stooren
zich niet meer aan het geleuter van ouderen, de
tijden zijn veranderd zeggen zevroeger dronk
men koffie en hield koffiepraatjes, thans drinkt
men wijn of zoo iets en houdt allerlei rede
voeringen vroeger zat men om den haard sta
rende in de opstijgende vlammen van het knette
rende vuurtje, rookte steenen pijpjes, blies de
wazige wolkjes omhoog, die hun weg vonden langs
den hoogen eiken schoorsteenmantel, ging om
tien uur naar kooi en de morgendauw vond onze va
deren aan hun arbeid thans gaat men naar
koffiehuizen, speelt billard, maakt zijn partijtje
whist of ombre en men voelt zich daar thuis
omdat men zich thuis niet meer thuis gevoelt.
Oh, gulden dagen van huiselijk geluk, van
stille vreugde, van warme innige poëzie, hoe
zouden wij u terug wenschenMaar men verveelt
zich om niet te zeggen men ergert zich aan zulke
taaljonge menschen zijn geen oude wijven,
afleiding is noodig. Best, maar zij worden hier
niet bedoeld, die een en ander als gepaste aflei
ding beschouwen men moet zooals hierboven ge
zegd werd, tamelijk met de mode mee gaan, doch
daar zijn tegenwoordig te veel jongelui die ten
koste van hun jong leven, hun gezondheid, hun
geld, hun goeden naam „sjouwen" zooals men dat
zegt, onder het mottonieuwerwets te zijn. En
als men dan moe gesjouwd is en er uitziet als
een jeugdige grijsaard, het geld op, het lichaam
verzwakt, het verstand beneveld, dan komt eerst
een gevoel van o ver voldaan heid, dan lijkt de we
reld zóó eng, daar is geen prikkel meer, al het
moois dat er is te zien en te genieten en op te
merken, ook in onze onmiddellijke nabijheid, voor
elke zondige ziel, voor elk oprecht gemoed, is
voor hen „oud" geworden, ze kennen het alof
ze het ooit naar waarde kenden
Dan als een dief in den nacht overvalt hen de
wanhoop.
Inderdaad, het is ook eng zoo niets meer te
verlangen, niets meer te wenschen, alles, alles,
oude koek te noemen.
Op dat moment rest denzulken nog één middel,
een zeer nieuw, een zeer modieus middel, een
middel „fin de siecle„een goed pistool en twee
patronen, één voor het geval het schot mist.
Oh, wie zou niet met mij terug wenschen de
dagen van welke wij in den aanvang van dit ge
schrijf spraken, dat men werkt, niet om het ver
dienen alleen, dat men al werkende opgroeit, vrij
van nieuwigheden, de jongens tot krachtige
mannen, de meisjes tot deugdzame vrouwen
Evenwel bestaat in den tijd waarin wij leven
evengoed de mogelijkheid een arbeidzaam huiselijk
leven te leiden, al hebben wij kachels in plaats
van haarden, al zijn wij gekleed naar den laatsten
smaak, keurig fijn, al raakten de koffiepraatjes
uit de mode, doch alleen dan als wij ons wapenen
tegen den geest des tijde „de geest van nieuwig
heid.”
Versterke een ieder den ander in het aanbrengen
van die wapenen.
--
19 Februari eene hardrydery was vastgesteld
onder de Leden het weer heeft het ectiter
niet gewild.
Nadat hier reeds eene voorloopige afdeeling
was gevormd van den bond „Door aröeid tot ver
betering", werd in eene vergadering de vorige
week die afdeeling voor goed gevestigd. Een
twintigtal belangstellenden gaven zich als lid aan.
Overigens beantwoordde de vergadering niet aan
de verwachting. Per advertentie toch was eene
uitnoodiging gericht aan alle belangstellenden in
deze gemeente, om deze vergadering (waarin de
heer Pollema lid van 't Hoofdbestuur het
streven van den bond zou uiteenzetten) bij te
wouen. Slechts een twintig personen hadden aan
die oproeping gehoor gegeven. Die trage opkomst
is zeker aau het ijs te wijten en daarom werd
er besloten om op een nader te bepalen tijd nog
maals te vergaderen. De heer P. meld daarom
ook niet zijne aangekondigde lezing, maar stelde
in korte trekken het doel en het werken van
den bond in het licht, om op de eerlang te hou
den vergadering zijne lezing te houden. Het is
te hopen, dat de belangstelling dan groot genoeg
moge zijn, om in deze gemeente één of meer krach
tige afdeelingen te vormen. Vraagt iemand nu
wat kan er hier gedaan worden door zoo’n in
stelling hij kome op die vergadering en ’t zou
mij verwonderen, als hy op die vraag geen be
vredigen i antwoord ontving.
Westergoo. Daar de vorst het niet toelaat
de aardappelhoopen te inspecteeren, weet men
natuurlyk niet hoe het met den inbond gesteld
is, maar sommige landbouwers maken zich wel
eenigszins ongerust, daar de winter zoo lang duurt
on de thermometer zulke lage standen heelt aan
gewezen. Wat de prijzen der waar aanbelangt,
daarvan valt, nu er geen handel plaats vindt,
weinig te zeggen. Wel zijn er, die beweren, dat
ze bij heropening van den handel, omhoog zuilen
gaan en worden er reeds boeren gevonden, die ze
voor denzelfden prijs van verleden najaar niet
van de hand wenschen te doen.
Ooststellingwerf. In geen jaren heeft men
zooveel klachten gehoord over de koude als nu
in de laatste weken. De vorst dringt overal door
en in vele woningen kan men geen plaatsje vin
den waar men de dingen onbevroren kan houden.
Algemeen zijn de aardappelen in de kelders door
de vorst aangetast; ook vreest men voor de aard
appelen in de kuilen, daar de vorst niet alleen
streng, maar ook zoo aanhoudend is. Zells in
putten en regenbakken vriest het nachts zóó, dat
zij iederen morgen met eene laag ys zijn bedekt,
’t geen anders zelden gebeurt. En hoevelen men
wel niet hooit klagen over bevroren ooren en
teenen, is waarlijk niet te zeggen. De winter van
1894/95 zal velen dus nog wel wat heugen.
Oosterwolde. Dat de ongelukken mede gaan
in het leven ondervond hier deze week een arbei
der, die eene koe wilde afleveren. Het dier was
door hem verkocht voor eene goede som, maar
nauwelijks had hij er de woning mede verlaten
of het viel dood neer. Zeer waarschijnlijk is de
snelle temperatuursverandering uit den warmen
stal in de koude buitenlucht oorzaak van dezen
plotsolingen dood. Een treurig ongeval voor den
man Rran. Crt.
Naar de Amsterdamsche bladen vernemen
heeft de heer Willem Kes de benoeming te Glas
gow aangenomen on is er kans, dat een of meer
dere solisten van het „Concertgebouw" hem
vergezellen. Vrij zeker de heer I. Mossel.
De heer Kes zelf schrijft echter aan de Telegr,
dat nog niets beslist is,
De ongesteldheid van den Duitschen Kei
zer is gebleken niet van ernstigen aard te zijn.
Maandag heeft hij de bestuurders van den Boeren
bond ontvangen en het door 206,000 landbouwers
onderteekende adres over den nood, waarin de
landbouw verkeert, aangehoord.
De Keizer antwoordde dat deze audiëntie wel
ren bewijs levert hoe ernstig het welzijn der boe
ren hem ter harte gaat, en hoe het woord, dat
zijne deur voor ieder openstaat, geen holle phrase is.
De agitatie van verleden jaar, die de grens van
het geoorloofde overschreed, had het landsvader-
lijke hart van den Keizer diep gekrenkt. Doch op
den dag van heden was dit weder goedgemaakt.
De Keizer hoopt van de beraadslagingen van den
Raad van State goede vruchten voor den land
bouw. Van opzienbarende agitatie moesten de
heeren zich onthouden. „Wij willen", zeide de
Keizer, „den Hemel bidden, dat de bemoeiingen
van deu Raad van State tot heil van den land
bouw mogen strekken."
Er waren een 50tal Parlementsleden onder de
„boeren."
De Keizer praatte na zijn antwoord te hebben
gelezen, om niet verkeerd te worden verstaan,
nog met verscheidene leden van de deputatie.
Plötz, de voorzitter van den Bond, drukte hem,
als kleine bloemlezing uit de wenschen van de
agrariërs, op het harteen Staatsgraanmonopolie
volgens het voorstel van von Kanitzherstel van
den dubbelen standaard; invoering van eene zeer
verscherpte wet tegen de margarine; wijziging
van de speciaal-politieke wetgeving,enz. De Keizer
deed toen o.a. opmerken, dat ook hem niet onbe
kend is gebleven hoe ernstig ook in Engeland
de toestand van den landbouw is.
weest
vaarte
en en MI
1 stad
Mei-
laletn I
ulerd,
4 zeer
ulden
teen 1
ti, om I'
Itcng-
ad te
ueigd
ij van
et rij-
straat
I, was
Ook
ingen
Hjj
later I
uwde
zijne
jinist.
Bolswardsche Courant
HM®
---