NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
S. BOtSWARJJ EN WONSERADEEt
I
No. 77.
Verschijnt Donderdags en Zondags. Vier en dertigste Jaargang. 1895.
OPÖEBWOHEIS.
1
B I T E N L A N D.
BIN NENLAN D.~
VOOR
r
e>
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
I
De grootste huiselijke deugd is zonder
twijfel opgeruimdheid. Waar die ontbreekt,
kan geen gezin gelukkig zijn. Jammer ge
noeg is dit een deugd, die niet in ieders
natuur ligt. Maar ze kan aangewend en
aangekweekt worden. W e willen heden be
wijzen, dat ze van groot belang is voor ieder
een en de middelen aangeven hoe ze te ver
krijgen, te beoefenen en te onderhouden is.
Het is even gemakkelijk een kind 's och
tends te wekken met een kus als met een
oorveeg, en toch, wat zijn er weinig
ouders, die deze waarheid beseffen.
Ieder mensch weet bij ondervinding wat
een invloed het op onze stemming heett als
we, ’s ochtends bij ’t ontwaken, de zon vroo-
lijk zien schijnen of' ’t donkere grauw van
een bewolkten of regenachtigen dag zien.
De toon der stem, de woorden en de
manier van den morgengroet oefenen dezelfde
werking uit op de gevoelens van hen, met
wie men in aanraking komt. Opgeruimdheid
is het zonnetje in huis.
Leggen we ons er daarom op toe eiken
dag met opgeruimd gemoed te beginnen.
De ouders hebben veel verdrietigs, onaan
genaams, dat te hoog boven het kinderlijk
begrip is, om de kracht ervan te begrijpen.
Maar als de kinderen zoo iets nog niet vat
ten kunnen, waarom moeten zij er dan om
lijden Vader heeft de zorgen voor het da-
gelijksch werk aan het hoofd; moeder, die
nooit gedaan heeft met werken, gaat aan
hare gewone huiselijke bezigheden. Men wint
er niets, maar verliest er integendeel veel
mede, als die zorgen en plichten slecht ge
luimd en met tegenzin worden uitgevoerd.
De man kan zijn woning voor den geheelen
dag opvroolijken, als hij bij het ontwaken
een paar opgeruimde woorden tot zijn vrouw
zegt. De vrouw kan de zorg van den man
om het dagelijksch brood eenige uren ach
tereen verlichten, als haar ochtendgroet
vriendelijk en welwillend is. En toch, in
hoeveel woningen wordt tusschen man en
vrouw geen woord gewisseld vóór men aan
de ontbijttafel zit.
Het schijnt misschien belachelijk een kind
met een oorveeg te wekken. Wie krijgt
zoo iets in zijn gedachten Maar er
zijn ook zedelijke oorvegen, en een zoodanige
doet meer pjjn dan een werkelijke. Een
paar driftige, onaangename woorden zullen
een kind dat pas wakker wordt meer kwaad
doen, dan wanneer het in werkelijkheid
geslagen wordt.
„Sta je op, of ik zal jeis een oorveeg.
Als een kind de oogen open doet moet het
steeds door een lachje begroet worden, de
eerste woorden, die het na ’t ontwaken hoort,
moeten woorden van liefde en hartelijkheid
zijn. Hoe lastiger het kind is en kinde
ren kunnen dikwijls zeer lastig zijn, des te
noodzakelijker is het, dit opgeruimd goeden
morgen te zeggen en te behandelen. Kin
deren volgen steeds de voorbeelden na die
ze zien, en onwillekeurig gedragen ze zich
evenals de ouders, niet alleen in hunne
manieren, maar vooral ook in hunne minder
goede eigenschappen. Gewen u, uwe kinde
ren vriendelijk te behandelen, en honderd
tegen een dat ze u in vriendelijkheid navolgen.
Bloemen op tafel, schoon tafellinnen, een
voudig maar net servies, een weinig smaak
bij ’t in orde brengen der tafel zijn voorname
hulpmiddelen om opgeruimdheid aan te
kweeken. Maar hoofdzaak is en blijft de
opgeruimdheid van de vrouw des huizes in
woorden en daden. Zijn de dienstboden wat
onbeholpen, wil het vuur niet branden in ’t
fornuis, is ’t ontbijt niet klaar gezet, de
thee koud of niet sterk genoeg, kortom, tal
van zulke omstandigheden, die ’s ochtends
gebeuren kunnen, zijn wel kleinigheden op
zich zelf beschouwd, maar ze krijgen toch
grooter beteekenis, als ze aanleiding zijn om
kwade luim op te wekken. Over de domheid
of de onhandigheden van de dienstbode te
lachen is voor u en voor haar beter dan
er een hard woord over te zeggen.
Het vuur in ’t fornuis zal er niet beter
om gaan branden, al slaat ge de deuren nog
zoo hard dicht. En wat doet het er eigen
lijk toe als ge nu juist niet met den trein
mee moet of het ontbijt vijf minuten
later gereed is?
En is de thee of koffie koud, een kopje
koude koffie of thee hindert niets. Koude
koffie geeft schoonheid, zegt ’t spreekwoord,
maar boosheid maakt leelijk. Neem kleine
ergernissen met geduld en lachend op, en
ge voelt ze niet. Is ’t u niet opgevallen, dat
alles veel prettiger gaat, en het onderhoud
vriendelijker en opgeruimder is, als ge logés
hebt?
Hoe komt dat
Dat komt daar vandaan, dat allen zich
er op toeleggen opgeruimd en goed geluimd
te zijn, omdat ge hoopt, dat uwe gasten
zich bij u prettig en tehuis zullen gevoelen.
En wat ge nu doet voor uwe logés, zult ge
toch zeker kunnen doen voor hen, die u
nader en dierbaarder zijn dan die vreemden.
Leg u er op toe steeds opgeruimd te zijn 1
Maak uw woning voor hen, die daarin
leven, even zoo prettig en behagelijk als
voor hen, die maar tijdelijk daarin verblijven.
Opgeruimdheid kan aangeleerd worden,
en wordt spoedig gewoonte. Als ge op 't punt
zijt iets onaangenaams of iets stekeligs te
zeggen, houd dan even op en overleg eens,
of ge hetzelfde niet met vriendelijke woor
den kunt zeggen. In ’t begin zal het u moei
lijk vallen u te beheerschen, maar die moeite
wordt zoo spoedig beloond door het vrien
delijk lachen van hen, die om u heen
zijn, dat het u een tweeden keer stellig
minder moeilijk zal vallen en u zal aan
moedigen op die manier voort te gaan.
En ’t wordt u bepaald dan gemakkelijker,
omdat die poging terugwerkende kracht heeft.
Ge kunt niet lang opgeruimd spreken, zonder
zelf opgeruimd te worden. Zoodoende maakt,
ge u zelf opgeruimd van aard, door u aan
te wennen vriendelijk en opgeruimd te
spreken
Het leven der vrouw is vol zorg en ver
drietelijkheden. Voor haar is opgeruimd zijn
het moeilijkst, maar ook het noodzakelijkst.
Zij heeft dagelijks duizende kleine spelde-
prikken te verduren, die haar zenuwen prik
kelen, en in staat zijn haar goede luim te
verstoren. Geeft ze daaraan toe, dan zullen
haar schelle stem en haar knorrige woorden
liefde en vrede uit de woning verjagen.
Gelukkig is de vrouw over ’t geheel eene
heldin van natuur en verbergt ze vaak de
diepste smart onder een zij het somwijlen
ook weemoedigen glimlach.
Dan doet het haar goed aan ’t droeve hart
als echtgenoot en kinderen haar opgeruimd
toespreken. Ze is er even gevoelig voor als
de bloem voor zonneschijn en dauw.
Voor de vrouwen vooral heeft geen hui
selijke deugd meer waarde dan opgeruimd
heid. Een opgeruimde vrouw is het zonnetje
in huis.
Over het geheel zijn de bladen, de
Engelsche zoowel als de andere, zeer tevre
den met de rede van Lord Salisbury te
Guildhall. Men is dankbaar voor de heldere
en duidelijke uitlegging van den toestand
en voor de hoop, die Engeland’s premier
gaf, dat de Europeesche vrede niet dadelijk
gevaar zal loopen.
Onder de Eugelsche bladen is het vooral
de Times, die den lof van Salisbury’s hou
ding verkondigt. In zijn rede heeft deze, in
overeenstemming met de traditiën der En
gelsche Staatslieden, met juistheid, waar
digheid en vastheid zijn politiek en den
wensch van het Engelsche volk uitgelegd
op een wijze, die meer beteekent dan elke
bedreiging. Als deze redevoering en de
uitingen der Europeesche pers den sultan
nog niet van zijn verplichtingen kunnen
overtuigen, dan moet men andere maat
regelen nemen.
Het groote Engelsche blad heeft zeker
gelijk met te beweren, dat indien de op
roerige bewegingen en de gruwelen zich
herhalen in het Turksche rijk, de groote
mogendheden wel niet anders zouden
kunnen doen dan tusschenbeide ko
men. Maar men is reeds gelukkig
nu in de rede van Salisbury de handhaving
van het Status quo in beginsel is vastgesteld
als eerste noodzakelijkheid. Slechts als het
niet anders kan, zal men naar de wapenen
grijpen, en de lui, die meenden, dat er reeds
een verdeeling zou aanvangen van het rijk
der Porte, hebben getoond een wel wat
vruchtbare verbeelding te hebben. En in
werkelijkheid, indien men de Turksche re-
geering ging verdrijven, men zou niet weten
door wie of wat haar te vervangen. Nu
Griekenland en de Donau-Vorstendommen
gevestigd zijn, blijkt het niet onmogelijk in
het Europeesche gedeelte van Turkije sta
ten te vormen, die levenskracht en alle
voorwaarden voor ontwikkeling bezitten;
maar in Klein-Azië is de Christelijke be
volking niet in de meerderheid, zelfs niet
in Armenië. De Muzelmannen vormen er
de meerderheid, en zij hebben daar dezelfde
rechten op onafhankelijkheid, op behoud
hunner regeering, op godsdienstvrijheid, als
men die thans verlangt voor de andere na
tionaliteiten in Klein-Azië. Hen te onder
werpen aan een vreemde regeering onder
het voorwendsel van hen te ontrukken aan
de barbaarschheid, dat zou waarlijk zijn
dezelfde onbillijkheid begaan, die men hun
verwijt. Voor men dus overgaat tot
een werkelijke bestrijding, zal men alle
middelen moeten uitputten van overreding
en verdraagzaamheid en het schijnt wel,
dat Sultan Habdul-Hamid daarvoor overi
gens niet onvatbaar is.
Er wordt wel eens beweerd, dat de
gevangenen het te goed hebben, en hier
aan schrijft men het voor een deel toe, dat
er zooveel recidivisten zijn. Een voormalig
directeur van een gevangenis, de heer Schie-
belhout, deelt in hot Rotlerdamsch Nieuws
blad zijn ervaringen te hunnen aanzien mede.
Er zijn er, die voor de 12e, 13e en 14e maal
gevangenisstraf ondergaan, en onder deze
zijn er, die er openlijk voor uitkomen, dat
men hun toch niet meer kan geven dan
celstraf. Wat tot hen gesproken wordt of
hoe zij behandeld worden, baat niets. Nu
zou ik, zegt de heer S., beginnen met den
recidivist voor de eerste maal, het genot
van boter en koffie te onthouden, en bij 2e
en latere herhaling hem niet één enkel
kantine-artikel toestaan. En wanneer hij
dan den hem opgelegden arbeid in de cel
niet volbracht, moest de directeur der ge
vangenis de macht hebben, den delinquent
daarvoor onmiddellyk te straffen, zooals dit
vroeger reglementair was gebruikelijk.
Dat dit baat, mag men afleiden uit het
geen bij volgen laat.
Ik heb er menig eentje van zijn brutalen
onwil en verzet tegen de orde genezen, en
deze oude jongens nemen thans nog eerbie
dig de pet of den hoed af, als ze den ex-
directeur op ’s levens weg ontmoeten.
De Haagsche corresp. der N. Gr. Ct.
zegt, met betrekking tot het wetsontwerp
op het personeel, dat de meeste Katholieke
leden der Tweede Kamer niet bereid zijn
om het ontwerp aan te nemen zonder zeer
gewichtige en principieele wijzigingenonder
de anti-revolutionairen schuilen ook nog
heel wat twijfelaars en de helft van de li
beralen zullen zegt men hun stem
afhankelijk maken van waarborgen voor
een behoorlijke schadeloosstelling aan de
gemeenten zoo die bij deze gelegenheid
kunnen worden gegeven en de Regeering
zich er toe wil verbinden.
Lastige heeren. In de circus-variété
te Rotterdam werd onlangs een als heer
gekleed man wegen szakkenrollerij gearres
teerd. De gevangene schijnt er belang in
te zien, zich in een waas van geheimzinnig
heid te hullen. Hij geeft zich uit voor een
Engelschman, maar men gelooft veeleer dat
hij een Amsterdammer is; wie hij eigenlijk
is heeft men nog biet uit hem kunnen kra
gen. Men heeft getracht hem te fotogra-
feeren, maar hij schijnt er bepaald iets op
tegen te hebben zich van rijkswege te laten
vereeuwigen, want zoo iemand maar zijn
cel binnentreedt, begint hij scheeve gezich
ten te trekken, zoodat, al fotografeerde men
hem, men toch geen juiste afbeelding van
hem zou krijgen. Het eenige wat hij daarbij
gewonnen heeft, is dat men een bevel tot
gevangenhouding voor den tijd van een
maand tegen hem heeft uitgevaardigd.
Uit Amsterdam werd nog een zakken
roller te Rotterdam aangebracht op wien
het stelsel-Bertillon moest worden toegepast
en die daar ook machtig veel op tegen
scheen te hebben, maar met minder succes
dan de would-be Engelschman. Wel trapte
hij als een dolleman om zich heen, maar
om hem te beletten, daarmee veel kwaad
te doen, trok men hem eenvoudig zijn laar
zen uit.
Vervolgens werd hij stevig gebonden en
daarop konden de noodige opmetingen van
het gelaat worden volbracht. Hij is de derde
op wien het stelsel-Bertillon wordt toege-
past. Men verwacht binnenkort nog een
patient" uit Amsterdam, die gemeten moet
worden.
13 maal gelukkig! Bij de loting van
dit jaar voor de nationale militie heeft een
hoed voor de 13de maal zijn dienst bewezen,
om als hoofddeksel te dienen voor een lote-
ling en voorwaar een gelukkige hoed, want
dit is dan ook de 13de loteling die met dezen
hoed is vrijgeloot.
Laat iemand nu 13 nog eens een onge
luksgetal noemen.
Bloedvergiftiging. Te Veenendaal heeft
zich een geval van bloedvergiftiging voor
gedaan met doodelijken afloop. Iemand had
zich in den vinger gesneden en om het bloe
den tegen te gaan, een tabakspapiertje op
de wond gelegd. De arm zwol op en korten
tijd daarna was de man een lyk.
Werkloosheid. Te Monnikendam ziet
het er met de werkloosheid treurig uit. Op
een oproeping van werkloozen, die door de
vereeniging „Hulpbetoon" aan arbeid zouden
worden geholpen, kwamen 400 personen zich
aanmelden, dat is 1 op 25.
De stropdas. Wat is een stropdas?
Een kleedingstuk als men het zoo
noemen mag gehaat bij de infanterie;
uit een hygiënisch oogpunt niet te verdedi
gen; een halsbeschermer uit de dagen van
Olimeen voorwerp, dat bij een gewicht
van 3 D.G. hee] wat op zijn geweten heeft:
onaangenaamheden, standjes, straf.
Dit alles herinnert het Militair Weekblad,
dat een poging doet om er voor in de plaats
te krijgen een dasje, vastgehecht aan de
binnenzijde van den ktaag, aan het eene
eind en aan het andere met knoop met
knoopsgat. Drie voordeelen zijn er aan ver
bonden: het kleedt goed, voorkomt onaan
genaamheden en straffen en is financieel
voordeelig voor het Rijk.
„Daar zijn", zegt het blad, „van die kleine
grieven die langs zoo gemakkelijken en in
den regel voor het Rijk en ook voor het
individu voordeeligen weg kunnen worden
weggenomen en telkens verdwijnt dan het
motief tot een zoogenaamd mopperen, en
werkt dan mede tot een goeden militairen
geest, die men in tijd van oorlog zoozeer
behoeft, maar die dan ook in vredestijd
moet gekweekt worden".
Van de jongelieden, die zich dezer
dagen aangemeld hadden voor dienstneming
bij het instructie-bataljon te Kampen, zijn
er 25 opgekomen en 19 afgekeerd.
Op de veemarkt te Leeuwarden waren
Vrijdag niet minder dan 5812 stuks aange
voerd.
Deze belangrijke aanvoer is een gevolg
van de openstelling van de Fransche grens
voor den invoer van vee, maar inzonderheid
een gevolg van de omstandigheid, dat. in Fries
land algemeen de halfjaarlyksche pacht van
de boerderijen op 12 November aan de eige
naren moet worden betaald, en vele boeren,
om aan geld te komen, tegen dien tijd een
deel van hun vee ter markt brengen.
Tegenover het wetsvoorstel betreffende
het personeel, gevoelt de Tweede Kamer
zich niet vrij, zegt de Standaard, want het
kleeft aan het ontwerp-kieswet. Valt het
personeel, dan kan heel het Kabinet en met
het Kabinet de kieswet vallen. En valt
het Kabinet niet, dan loopt men toch ge
vaar dat de kieswet, aan het oude perso
neel geschakeld, schraler uitvalt, dan het
geval zou zijn bij de aanneming van het
ontwerp-personeel. Zoo zou men dus om
de kieswet een personeel moeten slikken,
dat er om eigen verdiensten niet mee door
kan.
V er wisseling van muntbiljetten. Dezer
dagen is in Noord-Holland opnieuw geble
ken dat de muntbiljetten van f 50 en van
f 10 te weinig in uiterlijk verschillen. Een
schipper bemerkte, na gedane betaling op de
Purmerender markt, 2 biljetten van f 50
voor f 10 te hebben uitgegeven. Eenzelfde
geval had plaats bij de uitbetaling van volk
aan een fort onder Krommeniedijk, waar
een arbeider een biljet van 50 voor een
van f 10 ontving
Het einde van de zaak der „Ann«.u
Zondag is aan de weduwe van kapt. Velvis,
den door Marokkanen vermoorden gezag
voerder van het schip Anna uitgekeerd
f 25,000, terwijl de bij het afloopen van het
schip gekwetste stuurman f 5000 ontving.
De directrice der Middelbare school
voor Meisjes te Leiden heeft zich bij den
burgemeester beklaagd over den inval der
studenten, teneinde te voorkomen, dat aan
die zaak geen gevolg wordt gegeven.
Enkele inzenders der Tentoonstelling
hebben Zaterdag beproefd buiten de trans
port maatschappij „Holland" om hun goede
ren van het terrein te krijgen. Zjj hadden
tersluiks reeds een gedeelte der goederen
over de schutting en de sloot by het Con
certgebouw „weggewerkt," toen de beamb
ten der maatschappij den toeleg bemerkten
en er een stokje voor staken.
De maatschappij „Arena" had van den
eigenaar der stoelen, die om den muziek
tempel en op enkele andere plaatsen gestaan
hadden, een honderdtal stoelen voor f 50,
vrij in het circus leveren, overgenomen.
Heel veel winst zal de eigenaar daarmede
niet behalen, indien hij ten minste voldoet
aan den eisch der transport-maatschappij
„Holland" om f 100 „uitvoerrecht" te be
talen. Alvorens daartoe over te gaan, is
de stoelenbezitter by een advocaat te raad
gegaan. (Uc/io.)
SXXXXXXXXCXXXXXXXX$
DONDERDAG 14 NOVEMBER. 3
kz; xxxxxxx yc£
Bolswardsche Courant
«I