NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD aetSWABO EN WWS8RA0SBI. Een koudwaterstraal. I I I I 1 nl II tl I 1 I No. 18. Verschijnt Donderdags en Zondags. Zes en dertigste Jaargang. 1897. BINNENLAND. DONDERDAG i MAART. N VOOR ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. XXCXOCXC X KXCXCXCXXC3C XX$ waartoe wij ook den boer rekenen, is finan cieel het laagst gezonken en hij is het juist, die de maatschappij de kracht moet geven voor bloei en welvaart. Fran. Crt. uH Nog een curiosum. De Burgemeester eener plattelandsge meente in de provincie Gelderland ontving dezer dagen den volgenden brief: rotterdam Den 10 Feebere 1897 Waarri Frient burge Meester Met Deeze Neem ik De pen op om u eens te schrijfen Daar meede ver zoek ik ik vriende lijk of U zoo Goet wil weesen eo maaken De trouw pa pieren van... klaar het zou mij veul Gee Noege Doen als u Daar Werk van Maak ik verzoek vrindelijk om Mij Doopakt en Mij papieren als er eistaan veelt Dan schijf Mij een te rug. Dan zal ik u dezen te oover sturen. Dus ik verzoek vriendelijk Dat u Daar werk van Maake zult het zoo Mij veul Ge Noegen Doen. „De man der toekomst." „Marie/ zeide hij, een weinig zenuw achtig, toen zijne wederhelft het ochtend blad nederlegde en een cigarette opstak, gereed om naar het kantoor te gaan, „lieve Marie, zou je vandaag wat geld voor me te missen hebben Zijne vrouw zag hem wrevelig aan. „Wat! alweer, George zeide zij„ik heb je pas je huishoudgeld gegeven Iaat zien was het niet Donderdag? Jelui mannen denkt waarlijk, dat het geld ons vrouwen op den rug groeit/ „Je vergeet, lieve,waagde hij het aan te merken, „dat ik het dienstbodenloon en belasting te betalen heb gehad, en de kin deren hebben allebeinieuwe laarsjes noodig/ „Heb ik je daar geen geld voor gegeven?“ „Neen, lieve; dat was voor het flanel voor Anne’s warme rokjes, die ik maak. Bovendien, lieve je moet er niet boos om worden zag ik gisteren bij de voor- jaarsopruiming zoo’n mooie broek, dat ik de verzoeking niet kon weerstaan die te koopen, en je weet, dat ik eene nieuwe broek hoog noodig had.“ „Dat ’s altijd je praatje, George/ zeide zij toornig„je verkwisting aan kleeren is meer dan erg; ’t is jammer, dat jij het geld niet moet verdienen dan zou je er de waarde beter van kennen. Daar, neem dat, en zie, om ’s Hemels wil, dat je er wat van je huishoudelijke rekeningen mee. betaalt en het geld niet aan allerlei prullen verspilt/ „Dat ’s een lief, goed vrouwtjeriep hij, verheugd, „laat me je helpen Marie, om je jas aan te trekken/ terwijl hij haar in „Hoe laat kom je Verder wees hij op de bevoorrechting der suikerfabrikanten, op de Billiton-concessie op het octrooi der Nederlandsche bank, op de winsten der Handelsmaatschappij. Zijne conclusie was dat het Staatsgezag meer moet worden aangewend tot eene betere en meer gelijkmatige verdeeling van het gemeenschappelijk inkomen en dat de mocratische beginselen worden verwezen lijkt. Hij drong aan op deelneming aan de verkiezing zooals zij nu was geregeld, in afwachting dat daarin verbetering zou komen. Met belangstelling werd zijne rede ge volgd, maar de toehoorders, waaronder eenige dames, waren niet talrijk. De voor zitter, de heer B. ter Haar, bracht den spreker dank voor het gesprokene. Een kort debat volgde op de rede. Uit vertrouwbare bron verneemt de Goesche Crt., dat een der groote bezitters van gronden in Zeeland, zich bereid heeft verklaard aan zijne pachters uitstel van pachtbetaling of op eenige andere wjjze hulp toe te zeggen, om hen in staat te stellen weerstand te bieden aan onrecht matig eischen van suikerfabrikanten. De 15-jarige dienstbode II. S. te Lienden werd door haren meester ver dacht van diefstal van goederen en geld. Hij stelde de politie hiermede in kennis, die het meisje tot bekentenis bracht. Nadat de veldwachter zijn verhoor geëindigd en vertrokken was, sprong het meisje te water en zou verdronken zijn, zoo niet een voor bijganger baar had gered. Het meisje is door de politie bij de ouders gebracht, om verdere ongelukken te voorkomen. De omroeper te Baarn oefent zijn ambt tegenwoordig uit op een rijwiel. De beetwortelteelers op Walcheren hebben zich hoofdelijk verbonden, geen suikerbieten te teelen en geen land voor suikerbieten te verpachten, dan tegen den prijs, die bij onderlinge overeenkomst be paald is op f9 per 1Ü00 kilo netto en op de voor waarden, waarop in vorige jaren, laatst in 1896, door de beetworielsuiker- fabrikanten steeds gecontracteerd is. Een verschrikkelijke ontmoeting. Aan een particuliere correspondentie van een der opvarenden op de Prins Willem 1 van de Kon. West-lnd. Mail is het navolgende ontleend Een paar dagen voor wij de Westereilan- den passeerden, zagen wij het wrak van een houten bark drijven. De groote mast stond nog, fokke- en bazaansmast lagen omver, verschansing en houten waren weg geslagen, maar er woei een groote lap in het grootwant. Dit wekte onze achterdocht. De le officier en ik gingen samen in een boot er heen en wat we toen zagen was afgrijselijk. In de kajuit, die gedeeltelijk ingeslagen was, vonden wij drie menschen- Ijjken, waarvan een nog onbeschauigd. De man was hoogstens een dag dood. Allen waren uitgeteerd van gebrek. Een hond met geen pond vleesch meer op zijn ribben leefde nog. De drie lijken hebben wij met alle eer begraven in den Oceaan en den hond meegenomen. Uit de papieren bleek dat het was de bark ülf van Grimsby, op 18 Nov. van Pensacola met hout ver trokken naar Londen. Op 25 Dec. waren zij overvallen door een orkaan, die 9 van de 12 opvarenden overboord sloeg en bet schip tot een wrak maakte. De drie anderen waren door gebrek omgekomen. Al dien tijd hadden zij geen schip gezien. De arme hond is den tweeden dag na zijn redding overleden. Het was een verschrikkelijke ontmoeting. Gist-, Spiritus- en oliefabrieken te Delft. De aandeelhouders der Ned. Gist- en Spi ritus- en Oliefabrieken te Delft, worden op geroepen tot een buitengewone vergadering op 15 Maart a.s., ten einde te beslissen over belangrijke reorganisatie-plannen. De ohefabriek zou geheel worden ge liquideerd en terstond eene nieuwe maat schappij opgericht met een kapitaal van 5.ÜOÖ.OUO francs, wier zetel in Frankrijk zou gevestigd zijn. De bestaande fabriek te Delft, alsook die te Bordeaux blijven geheel op den ouden voet voortwerken, alleen zal de directie versterkt worden met iemand uit de Fransche aandeelhouders. Betreffende de uitbreiding der gistfabriek valt te vermelden dat het plan bestaat eene nieuwe fabriek op te richten te België, ten einde tegen de Belgische gist te kunnen concurreeren. Beter laat dan nooit. Te Hoogezand staat als no. 1 op de kiezerslijst iemand van 83 jaren, die met de nieuwe wet ’t kiesrecht verkregen heeft» Zoodra de stichting eener boterfabriek een feit staat te worden, koestert men allerlei illusiën over de voordeelen, die zulk eene inrichting voor de plaats zal afwerpen. Laten wij ons echter niet al te overdreven voor stellingen maken, alsof de vette jaren na een tijd van malaise in eens zouden weder- keeren. Op een al te grootsche verwachting volgt wel eens eene reeks van teleurstellin gen, een koude ontnuchtering. Dat de stichting voor een dorp van groot voordeel is, daarvan mag men zich verzekerd houden, maar dat een boterfabriek de oorzaak zal worden dat timmerlui en smeden, ververs en winkeliers, bakkers en slagers daardoor allen in goeden doen zullen komen en de arbeiders een gulden tijd tegemoet gaan, zulk een verwachting moet op teleurstelling uitloopen. Er zijn er die meenen, dat een boterfabriek aan Jan en alleman volop werk kan ver schaffen en tegen hoog loon ook en dat voor de arbeiders een eldorado in ’t verschiet ligt. Ook meent elk en een iegelijk, dat hij de noodige geschiktheid en bekwaamheid bezit om aan zulk eene fabriek werkzaam te kunnen zijn doch ook die veronderstelling is onwaar. Wij krijgen hier vooreerst net zoo min als elders „een land overvloeiende van melk en honig“. Welke gevolgen mogen wij ons dan voorstellen, die de stichtiing eener fabriek voor de plaats zal opleveren DezeEr wordt een terrein klaar gemaakt en afgeslat, een weg aangelegd naar de fabriek en timmerlieden worden belast met den opbouw’s winters wordt er gezorgd voor ijsberging, opvaarten worden geslat om ze ten allen tijde bevaarbaar te doen zijn voor booten en pramen, die de melk moeten aanvoeren de melkboer bespaart jaarlijks eenige honderden guldens, die hij vroeger voor transport moest uitgeven en die hij nu kan aanwenden tot het aanschaffen van werkkracht om zijn land te verbeteren boter en kaas moeten worden vervoerd van de fabriek naar elderser zijn dagelijksche werk krachten noodig aan de inrichting,dieevenwel voor een deel van buiten moeten komen... en daar liggen misschien nog meer gevolgen in de toekomst. Maar... onder de opgenoemde zijn werk zaamheden van geheel tijdelijken aard. De voortdurende bron van meerdere welvaart ligt voor het grootste deel aan de meer of minder gunstige positie van den'boer. Ge bruikt deze de meerdere opbrengst van het zuivel en de besparing der hooge vervoer kosten naar elders tot verbetering zijner gronden, door het aanschaffen van werk krachten en alzoo in het voordeel van zich zelf, van den arbeider en van den nering doende, dan vooral kan de stichting eener boterfabriek een heilzaam iets worden ge noemd. Maar houdt de landman het geld in den zak, of wordt hem de meerdere welvaart door zijn landheer afgetapt in den vorm van hooger huur wat misschien het ergste van alles is dan worden de voordeelen voor de plaats, waar de zuivelfabriek ver rezen is, minder groot. Tegen verkeerde zuinigheid op ’t gebied van landbouw en veeteelt is geen kruid gewassen en tegen te hooge pacht is geen productie-vermogen bestand. Bij het beoordeelen van de meerdere of mindere welvaart, die onze streken genieten, hebben wij in de eerste plaats te letten op den welstand van den boer. Gaat het hem goed, dan gaat het velen goedgaat het hem slecht, dan lijden velen met hem. De tijden van voor een dertigtal jaren, toen de boer zijn landheer voorbij snorde met zijn blinkend opgetuigd, moddervet, schuimbekkend tweespan, waarachter hij en zijn in ’t goud beslagen vrouw en dochters waren gezeten, die tijden van overdadige weelde begeeren wij niet terugmaar wij vinden ons evenmin thuis in de dagen die volgden, waarin de verarmde boer, hoe op passend en kloek, geen penningen genoeg bezat om een werkman te loonen, omdat al de vruchten van zijn arbeid en meer dan die terecht kwamen in de zakken van den landheer, die met volle beurs een deel des jaars te vinden is op de bergen van Duitsch- land, of aan den zoom der Zwitsersche meren, of in het land „wo die citronen blühen“, of in de groote steden des lands. Er leven nog menschen genoeg, die beide toestanden gekend hebben of nog kennen en er zijn boeren genoeg, die proefondervin delijk van beide toestanden kunnen getuigen. Wij hopen dat de boterfabrieken, die thans als uit den grond verrijzen, als een eisch des tijds, mogen medewerken tot het ver krijgen van een toestand, die de zoozeer verarmde middelstand der maatschappij weer jn beteren doen brengtwant de middelstand. de vestibule volgde, thuis „Dat weet ik niet/ antwoordde zij. „Ik heb vandaag op het kantoor veel te doen en daarna ga ik voor een uur of zoo naar de club. Je behoeft dus met het eten niet op me te wachten/ „O, dat treft heerlijk1“ zeide hij daarop. „De wascüvrouw komt juist vandaag en ik moet met de meiden schoone gordijnen op hangen. Geef mij een kus lieve. Daar komt je tram aan/ En terwijl de kostwinner snel de deur uitliep, wierp George haar tot afscheid een kushand toe, en ging naar boven, om de kinderen een badje te geven Aanslag. Op het leven van een jacht opziener te Loon-op-Zand is een aanslag gepleegd. Met een met scherp geladen geweer werd door de ruiten van zijn woning ge schoten gelukkig werd de bedreigde slechts door één hagelkorrel getroffen. De politie heeft den dader nog niet kunnen opsporen. Branden. Te Rotterdam is vermoede lijk door een vonk uit een schoorsteen brand ontstaan in een loods der gemeentereiniging, waarin lorren en stukken papier bewaard werden. Alhoewel eerst gepoogd werd met eigen personeel het vuur te blusschen, moest ten slotte de brandweer te hulp komen. De inhoud der schuur werd vernield. De hevige brand heeft de drogerij der garenspinnerij van den heer G. Prince te Gouda verwoest. In betrekkelijk korten tijd was het gebouw in een puinhoop veranderd. Zaterdagavond hield de heer G. V. Gerritsen, afgevaardigde voor Leeuwarden, eene rede in de Vereeniging „tot opwek king van politiek leven" te Arnhem over het onderwerp “Wat is sociale rechtvaar digheid?" Hij trad in eene afkeurende kritiek van onze wetten, inzonderheid gispte hij sterk de kieswet en de belastingwetten, die ten nadeele zijn van den kleinen burger. Hij betoogde dat leerplicht en vakonderwijs noodzakelijk waren; daarvoor werd veel te weinig gegeven, terwijl voor hooger en mid delbaar onderwijs vier millioen werd be steed. Ook de armenwet, de onteigeningswet en de jachtwet getuigden van de verwaarloo- zing der belangen van een deel des volks. Workum. Zondagvoormiddag werden hier ongeveer twaalf schipbreukelingen met een schuitje uit zee naar wal gebracht. Have en kleeren hadden ze behouden en nat waren ze ook niethet waren passa giers van de Friesland II, een goederen boot varende tusschen Amsterdam en Leeuwar den, die, volgens sommigen, door overbe- kendheid met het vaarwater, onder Gaast op strand was geraakt. De passagiers vertrokken met den trein van 12,56 naar de plaats hunner bestemming en de stoomboot geraakte ’s namiddags zes uur vlot. Alles is dus zonder ongelukken af- geloopen. Hoort men van elders dat muizen vogelkooitjes binnendringen om het zaad op te peuzelen en van bunzings die argelooze kippen de koppen afbijten, hier ter plaatse, bij de bezittingen van eene autoriteite op het gebied van de kippen- en hanenfokkerij gaan de ratten het werk der verwoesting beginnen. Men vraagt zich af hoe is ’t mogelijk, maar een feit is het, dat zoo’n knaagdier een der kippen heeft aangevallen en de garat uit zijn krop gestolen; hij heeft er trouwens eenige pruiken haar bij moeten verliezen, want kipje heeft zich moedig verdedigd en gelukkig kon haar krop nog tijdig worden dicht genaaid. De kip is schitterend gewroken, want den volgenden dag bevatte de uitgezette rattenval niet één maar twee rattensnuiten te gelijk in haar knijpers, wel een bewijs dat de vervolgingsmaatregelen doelmatig waren aangewend. Wonseradeel. De contracten voorden verbouw van suikerbieten zijn voor ’t meerendeel reeds weer door onze land bouwers gesloten. Ofschoon de prjjs een halven gulden per lOOü kilo minder is dan verleden jaar (toen f 9 nu f 8,50) zullen er weer vrij wat pondematen met bieten worden bebouwd. De agent te Witmarsum, die eerst van de fabrikanten toezegging had voor 120 pondemaat, had dit getal binnen een paar dagen reeds geplaatst. Ook de andere agenten te Arum en Kimswerd heb ben reeds een vrij groot getal pondematen geplaatst gekregen. Te Witmarsum zal o. a. door één landbouwer 42 pondemaat met bieten worden bezaaid. Tjerkwerd, 28 Febr. Heden middag half twee hield de WelEerw. heer J. van Rijs kandidaat bjj het Provinciaal kerkbe stuur van Friesland zijn intrede naar aan leiding van 2 Oor. 5, vs. 20 na des voor- middags tot de Gemeente te zijn ingeleid door zjjn vriend en ambtsbroeder ds. Oos- terhuis, predikant te Suawoude. Aan de handoplegging namen, behalve den bevestiger, nog deel de heeren ds. Antink, Rutgers en Eringa, respectievelijk predikanten te Parraga, Koudum en He- melum. Beide godsdienstoefeningen werden door eene overgroote schare zoo van hier als elders, bijgewoond. Sneek, 2 Maart. Voor ’t toelatings examen aan de Rijksnormaalschool alhier hebben zich aangemeld 31 adspiranten, n.l. 14 meisjes en 17 jongens. Voor dat der voorbereidende klasse 3 meisjes en 3 jon gens. Maandagmiddag viel alhier voor de afgedraaide Oppenhuisterbrug een ruim 50- jarige vrouw te water. Toen ze op het droge was gebracht, scheen ’t, dat de levensgeesten reeds wa ren geweken. Dr. H. wist deze weer op te wekken, doch toen de drenkeling naar hare woning werd vervoerd, blies zij, naar men ons meedeelt, in den ziekenmand, den laatsten adem uit. Men verwondert er zich over, dat de brugwachter ’t ongeval niet in tijds zag. Iemand op de in de onmiddellijke nabij heid liggende Rotterdamsche boot zag den drenkeling drijven, toen deze reeds eenige meters was weggestroomd. Jl. Zaterdagavond zag men hier eenige jongens een smoordronken vrouw in een sleeptrog, die pas bij een slager dienst had gedaan, naar ’t politiebureau brengen. En nu zegt men hier nog, dat politietoe zicht zoo hoogst noodig is! Verdronken. Te Lonneker is een twee jarig meisje in een waschtobbe gevallen en daarin verdronken, a Bolswardsche Courant C I I VI

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1897 | | pagina 1