NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
JOLSWARO EN WONSERADEEt
Verschijnt Donderdags en Zondags. Zes en dertigste Jaargang. 1897.
No. 19.
Kantongerecht Bolsward.
h
Het Loterijbriefje.
BINNENLAND.
VOOR
Een verhaal uit Spanje.
ABONNEMENTSPRIJS 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Minis, 3 Maart. In den barren winter,
die nu gelukkig geheel achter den rug is,
hebben de hazen, die het zoo hard hadden
te verantwoorden, een schuilplaats tegen de
sneeuwstormen gevonden in een dicht spar-
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
^XXXXXXXXlj XXZDXXXIXCDXDXDX^
ZONDAG 7 MAART.
$xxxxxxxx!j xxxxx xcdxxdx^
Veroordeeld:
G. R. te Makkutn, wegens het in de pro
vincie Friesland in gesloten jachttijd zich
met geladen schietgeweer in het veld be
vinden, zonder het consent in art. 16 der
jachtwet of de buitengewone machtiging in
art. 26 van genoemde wet bedoeld, tot eene
geldboete van vijf' gulden of drie dagen
subs, hechtenis.
G. D. te Workurn, wegens het bejagen
van eens anders grond, zonder voorzien te
zijn van een schriftelijk bewijs van vergun
ning van den eigenaar of rechthebbende,
tot eene geldboete van tien gulden of twee
dagen subs, hechtenis.
G. de J. te Bolsward, wegens straat
schenderij, tot eene geldboete van een gul
den of een dag subs, hechtenis.
A. K. Z. te Workurn, alsboven.
S. B. te Bolsward, wegens openbare
dronkenschap tot eene geldboete van een
gulden of een dag subs, hechtenis.
J. de J. te Bolsward, wegens hetzelfde,
gepleegd bij tweede herhaling binnen een
jaar, nadat de eerste veroordeeling wegens
nerhaling onherroepelijk is geworden, tot
eene hechtenisstraf van vijf dagen.
VrijgesprokenH. M. v. M. te Hinde-
loopen, beschuldigd van hetgeene voldoende
zorg dragen voor het onschadelijk houden
van een onder zijn hoede staand gevaarlijk
dier.
Een student:
professor zijn.
Zeg, jongen! spreekt de meester tot
een slaapkop van een leerling, heb je wel
eens een slak gezien!
Jawel baas!
Dan toch tegengekomen zeker! want in»
halen zou je het beest nooit!
Wanhopig steek ik een kaars aan en
doorzoek alle hoekjes, alle kasten, trek
laden uit, ledig alle planken, doorsnuffel
de papiermand Alles vergeefsch
Niets, niets, heelemaal nietsMijn
handen gloeien nu koortsachtig, mijn tong
kleeft aan het verhemelte, ik ben innerlijk
woedend.
Des namiddags, toen ik op mijn sofa zat
en sigaretten rookte om mijn verdriet te
verdrijven, hoorde ik plotseling schellen,
daarna een woordenwisseling bij de deur,
en de stem van een meisje, dat verlangde
binnengelaten te wordenTerstond
daarop snelde mijn kleine verkoopster bin
nen en viel in haar groote vreugde mij om
den hals.
„Meneer, mijn beste meneerZiet u,
nu hebben we den grooten prijs
Ik ongelukkige Ik dacht, dat ik het
ergste doorstaan had, en nu kwam het
eerst, nu kwam de vreeselijke bekentenis,
die ik moest doen. Ik moest bekennen een
misdadiger te zijn, ik moest verklaren, dat
ik het biljet had verloren, dat ik overal
vergeefs had gezocht en dat het arme
meisje niets meer had te hopen In haar
oogen meende ik den twijfel van een be-
leedigend wantrouwen te zien schitteren.
Maar het jonge meisje richtte langzaam
de donkere vochtige oogen op mij, zag me
toen glimlachend aan, haalde de schouders op
en zeide„In den naam der Heilige Jonk-
vrouwe, meneer geeft u er niets om
We zijn niet geboren voor miljonairs!8
Hoe kon ik het vertrouwen van dit on
baatzuchtig wezen beloonen Hoe haar
schadeloos stellen voor datgene, dat zij
recht had te vorderen?
Ik besloot mij haar lot aan te trekken.
Ik deed het meisje op een kostschool, liet
haar ontwikkelen, bleef haar beschermer,
en ten slotte, toen ik bemerkte dat ze
mij liefhad, trouwde ik met haar. En
het merkwaardigste in deze geschiedenis
is misschien, dat we beiden zoo innig ge
lukkig zijn.
Zitting van 5 Maart 1897.
renwoud, in de nabijheid van ons dorp.
Blijkens de achtergelaten sporen zijn deze
schuwe dieren dddr in zeer grooten getale
bijeen geweest. Het dichte naald-looverdak
bood beschutting tegen kou en sneeuw, ter
wijl de kegels of eigenlijk de zaadjes
tusschen de schubben eene welkome ver
snapering voor de hongerende dieren ople
verden.
Leeuwarden, 4 Maart. In de zaak der
veroordeelde gebr. Hogerhuis blijkt de jus
titie nog steeds werkzaam te zijn. Eergis
teren zijn voor den rechter van instructie
gehoord een broeder van Stienstra in Amerika
als aanklager en de vrachtrijder P. v. D.
Dit verhoor heeft geduurd van ’s morgens
half twaalf tot bijna twee uur in den middag.
Voor zoover wij weten, is het beruchte lan
taarntje een der hoofdpunten van onderzoek
geweest in verband met een reis naar Har
lingen, vroeger reeds geplubiceerd. Tevens
vernemen wij, dat een der thans aange
klaagden een klachte wenscht in te dienen
of mogelijk wel heeft ingediend, de vraag
is of zij ontvankelijk zal worden verklaard
tegen zjjn aanklagers. De kwestie schijnt
vrij ingewikkeld, maar is, dunkt ons, heel
eenvoudig, wanneer de aangeklaagde zijn
alibi met getuigen staaft, gelijk hem dit
volgens beweren, mogelijk zou zijn.
Hepk. Adv.bl.
Nijehaske, 3 Maart. Een weduwnaar
alhier stond in ondertrouw met eene jonge-
dochter, zijne huishoudster. De trouwdag
was bepaald op morgen en de bruidegom
had reeds een hoogen hoed geleend en was
nu uit om een passend trouwpak, toen juist
tijdens die afwezigheid de moeder van het
meisje, die te Bozum woont en zich tegen
het huwelijk verzette, hier aankwam. Deze
sprak kort en goed haar veto uiten... toen
de bruidegom weer thuis kwam, vond hij
’t vogeltje gevlogen. Bruidje was door hare
moeder meegenomen.
4 Maart. Heden middag 12 uur waren
ten gemeentehuize te Joure de Ambtenaar
van den Burgerlijken Stand en de getuigen,
die nog van niets schenen af te weten,
precent en wachtten natuurlijk te vergeefs
op bruid en bruidegom. Een bode werd op
kondschap uitgezonden, die ’s middags terug
kwam met de tijding, dat er van ’t trouwen
niets komen kon.
De teleurgestelde bruidegom verzocht later
per brief, om nu zijn huwelijk overging
het „reglement14 maar door te halen.
Rauwerderhem, 3 Maart. Te Pop-
pingawier had heden een droevig ongeluk
plaats. Bij het ophalen der brug kon de
brugwachter deze (tengevolge van den he-
vigeh wind) niet houden, met het noodlottig
gevolg, dat zij terecht kwam op een jongetje.
Het knaapje werd met verbrijzeld hoofd
opgenomen. Hepk. Adv.bl.
Een chr. onderwijzer te Pheeft
de biljetten van enkele candidaatkiezers,
die verklaarden geen kiesbevoegdheid te
willen bezitten, ingevuld, ook met de namen
dier personen, en zoo ter secretarie opge
zonden. Een der tegen zijn zin geworden
kiezers heeft nu een aanklacht tegen dien
onderwijzer ingediend. N. R. Ct.
Volgens het Engelsche tijdschrift:
„The Hospital", is de slapeloosheid, die
dezen winter zoo veelvuldig voorkomt onder
hen, die met het hoofd werken, vooral toe
te schrijven aan het weinig voorkomen van
helder, vriezend weer en de vochtige zoele
atmosfeer.
Als geneesmiddel geeft het blad aan wat
minder te werken en een tijdlang in een
frisch gezondheidsoord te vertoeven.
Voor dezen raad behoeft men geen pro
fessor te zijnmenigeen echter werkt niet
uitsluitend voor zijn pleizier met het hoofd
en misschien zijn er ook wel die heel gaarne
een poos lang rust zouden nemen en in de
frissche lucht zouden vertoeven, als zij er
de middelen maar toe hadden. Daarvoor
geeft The Hospital geen recept.
Aan de Tweede Kamer is een adres
gericht door de Nederlandsche Vereeniging
van Meelfabrikanten. Daarin wordt gezegd,
dat de meelindustrie hier te lande, tenge
volge van onnatuurlijke, buitenlandsche
concurrentie met totalen ondergang wordt
bedreigddat die ondergang slechts te
voorkomen is, door een tijdelijk inkomend
recht op tarwebloem van f 1 per 100 kilo
te heffen zoolang Frankrijk of een ander
land een uitvoerpremie op tarwebloem ver
leent. De vereeniging verzoekt daarom
dringend dat in de Kamer daartoe ten
spoedigste het initiatief worde genomen.
Geeft kind’ren zoeten koek en vrou
wen zachten most
Wat op de tonge bijt is echte mannenkost.
In atrjjd met dia oude leer van vader
Oats, wordt nu aan de Indische soldaten
suiker verstrekt als een opwekkend voedend
middel, dat tevens gemakkelijk op marsch
is mede te voeren. Te verwonderen is het
evenwel niet, dat de soldaten het eens zijn
met vader Oats en liever een borrel hebben
dan klontjes suiker.
Het carneval te's-Hertogenbosch. Men
schrijft uit ’s-Hertogenbosch: „Het is niet
zoo druk als vorige jaren in onze stad, doch
dit neemt niet weg, dat het er toch druk
genoeg is. In het Casino en de Liederta-
fel zjjn bals gearrangeerd en ook de ver
schillende cafe’s trekken druk bezoek van
gemaskerden, Overal klinkt de muziek u
tegen. Op straat wordt het oor gestreeld
door de melodieuze tonen aan mirletons en
koehoorns ontlokt, en in een café vindt men
toch altijd nog een draaiorgel, om u te ver
kondigen dat wij, Bosschenaren, zoo niet
de muzikaalste, dan toch erg muzikale Ne
derlanders zijn.
De „pekskes44 der gemaskerden geven na
tuurlijk tal van variaties, en al is het ook
zeker dat geen mingegoede zich de weelde
zal veroorloven in het kostbaar pak van een
markies, burggraaf of dergelijk personage
te verschijnen, het omgekeerde, dat de aan-
zienlijksten uit de tad zich hullen in het
pak van den Noordbrabantschen boer, is
geen uitzondering, doch regel.
Het is een gezellige tijd, die carnevalstijd
gezellig ook omdat het een qusestie is van
56 uur en dus niet lang duurt. Als des
Zondags de klok van vieren koud is, begint
de grap en als het middernachtelijk uur
slaat en den Dinsdag sluit, eindigt zij om
over te gaan in strenge devotie en kerkbe
zoek. Met klokke twaalf toch gaat de vas
tentijd in en de „asschewoensdag" vormtal
dadelijk een scherp contrast met de daar
aan onmiddellijk voorafgegane dagen van
dolle vroohjkheid en moeielijk te beschrij
ven pret. De „Aansproak van Peer van
den Muggenheuvel Burgervaojer van Oetel-
donk“ pakte, want, zooals gewoonlijk, wer
den daarin Bossche toestanden met een bon-
hommie, doch tevens met een scherpte be
handeld, die zelfs den meest verstokten Nurks
zoo niet moesten doen schaterlachen dan
toch doen grinneken van plezier. De groote
cavalcade en gecostumeerde rijtoer had veel
bekijks en was dat bekijks ten volle waar
dig; vooral de „Plechtige inhoaling van den
neien Mesjeu te Orthen,44 waarbij de „neie
Mesjeu met Peer den Zuigert en Arion
Kalfsdonk in staotsierijtuig44 geëncadreerd
door de „festvierende gemintenoaren in der
Zondaagse he spullekes,44 trok daarbij in ’t
bijzonder de aandacht.
Men moet namelijk weten, dat de raad
van den Bosch dezer dagen, bij gelegenheid
van het overlijden van het Hoofd der openb.
school te Orthen (een deel van ’s-Hertogen
bosch) de jaarwedde aan die betrekking
verbonden, tegen het advies der schoolauto-
riteiten, van f 1000 op f 800 bracht, en door
HH. Ged. Staten der prov. in’t gelijk werd
gesteld, welk feit thans der „Oeteldonksche
Club44 gereede aanleiding gaf.
Het geheele verloop van ons carnaval te
behandelen, zou mij te veel doen eischen
van de voor zulke zaken beschikbare ruimte
het zij daarom genoeg hier te vermelden,
dat als dit epistel U, Mijnh. de Red. bereikt,
de bevolking van „Den Bosch,44 zeker voor
drie vierde uit „gakken44 bestaat en dus
abnormaal is.44
Bijtijds gevat. De rijkspolitie heeft te
Rozendaal twee jongelieden, oud 16 en 18
jaar, in hechtenis genomen, terwijl zij van
plan waren naar Parijs te vertrekken. De
politie vond bij hen revolvers, dolken en
allerlei inbrekerswerktuigen. De jongelingen
gaven voor een reis te willen maken door
Frankrijk en Italië; zij waren afkomstig
uit Groningen. Bij onderzoek bleek, dat zij
zich aan verschillende diefstallen met braak
schuldig gemaakt hadden. Beiden zijn ge
boeid naar de gevangenis te Groningen
overgebracht.
Een grootheid. Onder de jongelingen,
die zich Dinsdag te Kampen tot dienstne
ming bij het instructie-bataljon aanmeldden,
bevond zich een 16 jarige jongeling, die de
kolossale lengte van 1,907 M. had. Als die
doorgroeit
Professor op het college: Mijn groot
vader was een arts, mijn vader was een
goed arts en ik ben professor.
En uw zoon zal een goed
De geschiedenis van mijn huwelijk
Luistert maar zij zal u ongetwijfeld
zeer buitengewoon en zonderling toeschij
nen.
Een bleek meisje, met verward haar en
vale japon, verkocht mij het tiende deel
van het lot, laat in den avond, aan de deur
van een café. Ik gaf haar daarvoor een
enorme som, een duro (ongeveer een
rijksdaalder). Met welk een bekoorlijk,
deemoedig lachje beloonde zij mijn vrij
gevigheid.
„U zult geluk hebben, meneer,44 verze
kerde zij mij met die vertrouwelijke uit
drukking in haar stem, zoo eigen aan de
meisjes uit het volk te Madrid.
„Ben je daar zeker van vroeg ik
schertsend, terwijl ik het tiende lot in mijn
vestzakje stak en mijn zijden doek dichter
om den hals wond, want de December-
lucht was koud.
„O, heel zeker, meneer, ziet u, het
nummer moet uitkomen, het is no. 1420,
14 is het aantal mijner jaren en 20 het
het aantal dagen, dat ik daarover ben.
Daarom kocht ik het lot.44
„Nu, kind,44 antwoordde ik, den groot
moedige spelende met de kalmte van een
speler, die nog nooit iets gewonnen heeft,
zelfs zjjn inzet niet terug, „als het nummer
uitkomt, zal de helft der winst voor jou
zijn laten we samen spelen.44
Het magere gezichtje schitterde, zij greep
mij bij de hand, en zeide„Meneer, in
naam van uwe ouders, zeg mij uw naam
en adres... Ik ben er vast van overtuigd,
dat we binnen vier dagen zullen winnen.44
Ik zei haar, half reeds vol berouw over
mijn scherts, mijn naam en mijn woning,
en had, nadat ik tien minuten hard geloo-
pen had van de „Porta del Sol44 naar de
Montera-straat, het geheele avontuur ver
geten.
Drie dagen later ik lag nog te bed
hoorde ik de groote trekkingslijst te koop
aanbieden in de straat. Ik gelastte mijn
bediende om er een te koopen, en toen hij
haar bracht, viel mijn oog dadelijk op het
groot gedrukte cijfer, waarop de hoofdprijs
was gevallen.
Ik meende te droomen en toch was
het de werkelijkheid het stond er1420,
mijn nummerDit nummer nu vertegen
woordigde vele duizenden duro’s. Ik was
opgewonden, en sprong uit het bed. Mijn
lichaam trilde, terwijl ik mij kleedde, koud
zweet bedekte mijn voorhoofd. De lezer
beoordeele mij niet verkeerd, ik had er
geen berouw van, dat ik de helft van den
prijs aan mijn kleine verkoopster had ge
schonken. Zij was mijn geluksster, het
was billek met haar te deelen.-Maar
nu moest ik eerst het lot hebben. Ik her
innerde mij het in het vestzakje gestoken
te hebben..
Maar waar was het vest? Ah, aan den
kleerenstandaard gauw eens kijken
Ik zocht hier en daar, in alle zakken, in
alle hoekjes niets. Niet het minste
spoor van een loterijbriefje Ik roep in
allerijl mijn bediende en vraag hem, of hij
het vest buiten het venster heeft uitge
kloptJa, dat geloofde hij wel, maar
hij heeft er niets zien uitvallen, absoluut
niets. Ik zie hem scherp aan, maar zjjn
gelaat overtuigt mij van de waarheid zijner
woorden. Bovendien, de man is al vijfjaar
bjj mij in dienst en ik heb hem nog nooit
op een enkele bedriegerij of onwaarheid
betrapt.
Bolswardsclie Courant
I