NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BOI.SWABO Mt W«SSS»AMBI,
I
s
g
No. 48. Verschijnt Donderdags en Zondags. Zes en dertigste Jaargang. 1897.
Voor het Kantongerecht.
I
DONDERDAG 17 JUNI.
BINNENLAND.
VOOR
Ju
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ZITTING van 11 JUNI 1897.
ip vangtI
kermisdeun, voor twee jaar „Daisy",
U
„Adèle", is thans „O wee
16 jaar oud, had getracteerd en dat hij, buiten
gekomen als het ware bezwijmd is op straat,
toen hij naar huis zou.
Eisch f 4 of 2 dagen.
II. F. en H. v. d. Z., schippersknechts,
gedomicilieerd te Leeuwarden, waren den
6 Mei omstreeks 11 uur te Stavoren. Op
dat üur zijn de burgers te dier stede reeds
in zotete rust, maar deze schippersknechts
moestên nog brood hebben, en daarom moest
de bakker er uit. „Baas, kom der uit",
klonk het door de straat, „wij willen nog
brood hebben,en tegelijk tikten ze op de
glazen. De uitdrukking tikken is misschien
te zacht, want er raakten wel twee glas
ruiten stuk. Op het glasgerinkel kwam de
agent L. Stavast aansnellen, en het bleek
hem dat de schippersknechts, die inmiddels
bij den bakker hun inkoop deden, niet erg
vast stonden, daar hij ze wegens dronken
schap moest bekeuren. De eerste bekl. gaf,
gelijk den volgenden dag bleek, een ver
keerden naam op en dit verbetert natuurlijk
zijn positie niet. Hij is dan ook den volgen
den avond bij den agent gekomen en heeft
gevraagd of hij dien eersten naam niet wilde
uitvegen. Hij wist niet, wat hij den vorigen
avond gedaan had, en bij dronken lieden,
vond;hij, moest de politie wat door de vin
gers zien.
Eisch f 5 of 2 dagen voor ieder en den le
beklaagde bovendien f 10 of 3 dagen.
D. H. te Rien, 12 jaar, liep 15 Mei in het
land en zocht naar eieren.
Beklaagde, die ter terechtzitting is ver
schenen, wil eerst ontkennen, maar daar hij
hiervan ’t onmogelijke inziet, verweert hij
zich met de verdediging dat hij er „geen
enkele" gevonden heeft. Toch worden zijne
vruchtelooze pogingen gestraft en de eisch
luide f 2 of 3 dagen.
A. v. d. M. te Bolsward reed 3 Mei met
een handwagen op de kleine steenen langs
de Dijkstraat en werd door den agent de
Bruin, die hem reeds dikwerf daarvoor had
gewaarschuwd, bekeurd. Beklaagde zegt, dat
hij slechts met één wiel op de steentjes reed,
en dit deed’ uit medelijden met zijn karretje
dat maar licht was, en de 5 korf aardappelen,
die hij moest vervoeren, haast niet kon dra
gen, ja, door het hobbelen op de keien daar
voor v. d. Oever al een knik kreeg.
De eisch luidt f 2 of 2 dagen, waarop be
klaagde opmerkt, dat een arbeider altijd in
’f ongelijk wordt gesteld en al mopperende
zich verwijdert.
J. R. te Wommels reed met den melk
wagen sneller door de bebouwde kom van
dat dorp dan geoorloofd is.
Eisch f 1 of 1 dag.
S. S. de J. te Koudum, zocht eieren in
den verboden tijd, waarvoor f 10 boete of
4 dagen hechtenis tegen hem wordt geëischt.
D. P. BI. te Broekerhaven in N. Holland,
is schippersknecht en lag 13 Mei met zijn
schip aan de Friesche kust. Hij ging eens
onderzoeken, of de roem der Friesche kievits
eieren wel verdiend was, en zocht in het
veld nog slechts korten tijd, toen hij, bemer
kende dat men ook hem zocht, naar boord
snelde. Hij kreeg evenwel proces en de eisch
luidt f 10 of 4 dagen. De Friesche eitjes
hebben dus voor hem een bitteren nasmaak.
O. A. te Makkum zocht 7 Mei naar eieren.
Beklaagde is 15 jaar en daar hij verklaard
heeft aan den agent, wel te weten dat het
in den verboden tjjd was, heeft hij blijkbaar
met oordeel des ondersebeids gehandeld en
wordt f 4 of 3 dagen geeischt.
D. V. te Makkum werd dienzelfden avond
in hetzelfde land als de vorige beklaagde
bekeurd wegens eizoeken. Deze beklaagde
isJL3 jaar, maar is ook het vorig jaar April
bekeurd voor eizoeken.
Tegen hem wordt daarom f 10 of 5 dagen
gevraagd.
Tj. R. te Wommels reed 3 Mei ’s avonds
met den melkwagen huiswaarts, en zag in
het land de kieviten opvliegen. Hij raakte
daardoor in verzoeking om eens even te zien
wat die vogels daar hadden. Hij liet zijn
wasen onbeheerd aan den weg staan, en
zocht... tot een politieagent hem over’t mat
kwam. Hij verklaarde aan dezen, op last van
zijn boer gehandeld te hebben, daar hij eens
moest zien, hoe ’t land stond, 't staat nu zoo,
dat f 10 boete of 4 dagen hechtenis tegen
hem wordt gevraagd.
D. de B. te Witmarsum heeft 10 Mei op
de veemarkt aldaar wat te veel in ’t glaasje
gekeken. Beklaagde is het vorig najaar ook
wegens dronkenschap bekeurd en dus reci
divist. Hij verzoekt verzachtende omstandig
heden in aanmerking te nemen, en wenscht
met geldboete vrij gesteld te worden, daar
hij niet liefst „in de kas" wil.
De eisch luidt f 15 of 3 dagen, met de
bijvoeging dat by herhaling der overtreding
S. E. te Koudum was met zijn schip voor
de brug te Makkum, toen de stoomboot
Feniks aan kwam stoomen en het eerst
door de brug ging. Dit zette kwaad bloed bij
den schipper, te meer daar zijn schip tegen
den wal werd gedrukt. „Wij zullen zien of
die booten ook voor de schepen zullen wach
ten," riep bij uit, en aan den wal zijnde,
nam hij steenen op en wierp die in gezel
schap van anti-heilwenschen op de stoomboot.
Hiervan werd aangifte gedaan en proces
verbaal opgemaakt. Beklaagde bekent heden
in drift gehandeld te hebben, en een paar
klinkersteenen op de boot geworpen te heb
ben. Hij heelt evenwel niemand geraakt en
ter verontschuldiging voert hij aan, dat bij
„eerlijk eerst was" bij de brug, en bovendien
is de stoomboot hem van achteren opgevaren,
en daar hij met zijn schip de kost moet ver
dienen, heeft hjj nog liever dat men hem
aan ’t lijf dan zijn schip te na komt.
De eisch is f 6 of 3 dagen, waarop de schip
per nogmaals zijn hart even lucht over die
stoomboot, die hem arme schipper nu zoo in ’t
ongeluk brengt, en eigenlijk „de grootste pest
der maatschappij" is omdat die daar bij Mak
kum al zoo veel pramen los, zooveel touwen
stuk gejaagd heeft.
J. K., W. de B., L. W. en C. de J. allen
te Hindeloopen maakten in den laten avond
van den 9 Mei zooveel drukte op straat dat
de nachtrust der bewoners daardoor kon
worden gestoord.
De eisch tegen ieder is f 10 of 3 dagen.
R. T. te Wolsum dreef met behulp van
nog twee personen die bij hem in dienst
waren, 5 koeien los langs den kunstweg onder
Hijdaard. Beklaagde bekent het feit, doch
wist niet dat zulks op den Slachtedijk straf
baar was. Gevaar was er trouwens niet aan
verbonden dat dit vijftal koeien losliep, daar
ze nauwelijks konden loopen.
f 3 boete of 2 dagen wordt voor deze over
treding geëischt.
A. K. boerenknecht te Oosterend zocht
den 3 Mei naar kievitseieren, en was zoo
gelukkig er eentje te vinden, maar tegelijk
ook weer zoo ongelukkig, dat in zijne nabijheid
een onbez. rijks veld wachter was, die zag dat
hij iets opraapte en hem bekeurde.
De eisch is f 10 of 4 dagen, benevens ver
beurdverklaring van het dubbeltje, zijnde
de waarde van het ei.
B. KI. te Hemelum zocht dienzelfden dag
in landerijen van Jhr. v. Swinderen naar
eieren van waterwild en kieviten. De rijks-
veldwachter zag dat hij iets opraapte, maar
toen hij op hem toekwam, heeft hij geen eieren
bij hem bevonden, doch hij heeft de innige
overtuiging dat ze op zijne nadering heime
lijk werden weggedaan of verstopt.
Ook tegen dezen bekl. wordt f 10 of 4 dagen
hechtenis gevraagd.
M. S. W. te Bakhuizen zocht 2 Mei, dus
ook al in verboden tijd, naar eieren van water
vogels. Bij bekl. werden bij de bekeuring
4 stuks eendeieren bevonden, welke in be
slag werden genomen, en na bekomen mach
tiging zijn verkocht voor 10 cent. Beklaagde
is 13 jaar oud, doch heeft blijkbaar met oor
deel des onderscheids gehandeld, zoodat tegen
hem f 3 boete of 3 dagen wordt gevraagd
met verbeurdverklaring van de 10 cent
welke de eieren hebben opgebracht.
P. J. D. te Hindeloopen zag 3 Mei een
kievit van ’t nest komen, en ging er op los.
Tegelijk ging de rijksveldwachter Lemstra
van Koudum er ook op los. Beklaagde be
weerde, toen de agent later bij hem kwam,
geen kievitsei te hebben, doch slechts 1 ei
van een strandlooper. Van anderen heeft hij
later wel gehoord dat hij 3 kievitseieren uit
het nest heeft opgeraapt, maar Lemstra heeft
deze niet gezien. Hij heeft alleen gezien dat
beklaagde met een mestwagen reed, deze
stilhield toen de kievit opvloog, naar het
nest snelde, iets opraapte en daarop weer
haastig wegreed.
De eisch luidt f 10 of 4 dagen
H. A. H. te Woudeend is schippersknecht
en was den 9 Mei met het schip te Stavoren.
Hij werd dien avond halftwaalf op straat
aangetroffen, in zulk een staat, dat zijn beenen
den dienst weigerden, en hij zelfs met lavee-
ren geen koers kon bezeilen. De agenten
Huttinga en Stavast hebben hem daarom aan
boord gebracht bij zijn schipper.
Eisch f 2 of 2 dagen.
W. K. te Hindeloopen lag 2 dagen of eigen
lijk 2 nachten later ook aldaar op straat en
werd door dezelfde 2 agenten „opgeraapt,"
en bij den visscher de Jong, waar beklaagde
knecht is, thuis bezorgd. Den volgenden
morgen bleekvdat men dezen jongeling, slechts
verleden jaar
’t souper 1“ Hepk. Adv. bl.
Tegenover de bewering van dat het
vrijhandeletelsel ons land verarmt, herinnert
de N. R. Crt. er aan, dat van 1878 tot
1895 niet alleen de daling in de waarde
der vaste goederen volkomen werd inge
haald, maar bovendien het nationaal ver
mogen nog met ongeveer 1900 millioen
toenam.
„Misschien zal men hiertegen aanvoeren"
aldus gaat hij voort „dat wel de groote
handelslui verrijkt zijn, maar dat juist de
kleine man verarmd is. Ziehier dan nog
een andere statistiek, al even onwederleg-
baar.
Het aantal spaarbanken bedroeg ultimo
1860 136. Het aantal inleggers bedroeg
ultimo 1860 54,000. Het saldo aan inleggers
schuldig bedroeg ultimo 1860 f5,545,000,
en ultimo 1894 bedroeg
het aantal spaarbanken 283.
het aantal inleggers 786,000,
het saldo aan inleggers schuldig
f 107.684,000,
dus in een tijdvak van 34 jaar een
verdubbeling van het aantal spaarbanken,
bijna 15 maal zooveel inleggers en ruim 19
maal zooveel kapitaal.
Alleen in de laatste vijf jaren werd 25
millioen meer ingebracht aan uitgehaald.
Aan het postkantoor te Rotterdam
werden zooveel strooibiljetten en beschei
den, betreffende de verkiezingen, ter bezor
ging gegeven, dat de beperkte Zondags
dienst niet kon worden gehandhaafd.
Sprekende over de fietsmanie onzer
dagen, schrijft de Haagsche Sprokkelaar
van ’t ütr. Dagbl.
Alleen een opzienbarend ongeluk in be
kenden kring is in staat, een oogenblik
daling te veroorzaken in de voortdurende
„hausee" der rijwielbeweging, zooals
onlangs overkomen is aan eene jonge (en
mooie) vrouw, (de onlangs gehuwde me
vrouw v. H.) die zoodanig met ’t aange
zicht tegen een rijwiel viel, dat zij zeker
levenslang misvormd en waarschijnlijk blind
zal zijn. Over zulke gevolgen van het wiel-
rijden in de straten spreekt men eenige
dagen, rilt er een oogenblik van, besluit er
uit dat ’t toch eigenlijk gevaarlijker is dan
eenige andere uitvinding van onzen tijd,
en... laat zich eenigen tijd later overtui
gen, dat ’t toch noodzakehjk is, ook „dans
le mouvrement roulant" te gaan, omdat
„men" tegenwoordig „fietst" als „men" een
klein beetje is en niet wil aangezien wor
den voor iemand, die geen f209 te missen
beeft, wat, zooals iedereen weet, eene
erge schande is, behalve als men den fiscus
moet trachten te misleiden.
Zaterdagmorgen werd door een dorps-
schipper op de werf aan de Gaardbrug te
Utrecht een kist met geest van zout afge
laden en eenige oogenblikken onbeheerd ge
laten. Een voorbijkomende jongen, Evert
Bos uit Lopik, greep een dier flesschen en
nam daaruit een teug. Het gevolg laat zich
denken. Daar hij direct bewusteloos neer
stortte werd hij bij de firma Lobry en Por
ton binnengebracht en hem aldaar de eerste
geneeskundige hulp toegediend. Het gelukte
hem bij te brengen.
Inhoud van het Friesche Tijdschrift
Sljucht en Rjucht. 12 Juni 1897.
It moat hwet skikt wirde, D. H. Z. By
myn aide Widze, M. Miedetna. In teltsje
fen Doede Kouwedokter, Jan fen ’e Gaest-
mar. By ’t Priis-oerlangjen nei in Kaets-
pertij, D. A. B. for langsliepers, D. H. Z.
Jippe Beanstronk oan syn wiif Jikke Eartriis
op hjar 25ste jiirdei, U. H. Tinken, v. L.
Plaatje.
De handel in Friesche wol is aange
vangen, maar de kooplust is klein en de
pryzen kunnen die van het vorig jaar niet
halen. Vooral ordinaire smeer wol is laag
in prijs. Betere soorten brengen circa 10
ets. per kilo minder op dan in 1896.
Iemand in de gemeente Zevenwouden
is eigenaar van een geit, welk dier zijn ge-
heelen veestapel uitmaakt. Dezer dagen
werd het diertje aangetast door mond- en
klauwzeer, en de eigenaar, de wet willende
naleven, gaf direct bericht aan den burge
meester. Spoedig hield een rijtuig voor
zijn huis stil, twee veeartsen stapten uiten
vroegen zijn vee te keuren. „Het is in de
bleek, heeren luidde het bescheid en beide
artsen konden moeilijk het lachen bedwin
gen, toen zij „sik" in het bleekveld aan
troffen. Inderdaad, het dier was aangetast
en kort daarna zag men aan de woning een
bord, bijna groot genoeg het geitje te be
dekken, dat aan de voorbijgangers kond
deed, hoe „sik" Ijjdende was aan een epi«
demische ziekte,
Aclllum. Aan de boterfabriek alhier
heerscht tegenwoordig een buitengewone
drukte, veroorzaakt door het toenemend
export naar het Buitenland. Door een
firma te Harlingen wordt zelfs een groot
gedeelte van de zuivelopbrengst naar China
verzonden, in een verpakking, waardoor men
uitstekend de bezwaren, in den zomer on
vermijdelijk aan de verzending verbonden,
weet te overwinnen. Vrouwelijk personeel
is daartoe vanaf den vroegen morgen reeds
in de fabriek aanwezig en daarmede werk
zaam. Dat de belangen der aandeelhou
ders en melkleveranciers hierdoor zeer in,
de hand gewerkt en bevorderd worden is
een feit, dat voor de hand ligt.
Heerenveen, 15 Juni. De kermis heeft
haar gewone verloop gehadDonderdag
niet druk, Vrijdag niets, Zaterdag weinig
te doen, Zondag, door heerlijk zomerweer
begunstigd, een gewoel en gekrioel, dat er
haast geen doorkomen aan was, Maandag
een vrij drukke uitzetter.
De harddraverijNeen, daar is de
„trek" glad uit. Twee paarden slechts wer
den aangegeven. Geen draverij dus.
Als men in plaats daarvan eens ’n con
cours gehouden had van draaiorgels, har
monica’s, violen en tamboerinsWant die
waren erEn die schijnen er elk jaar meer
te komen. Precies geteld, toonden niet
minder dan 25 van deze virtuozen ons hun
permissie-biljet, nog ongerekend het jong
opkomend geslacht van liedjeszangers en
wie er met aapjes en marmotten langs de
huizen gingen.
Die allen eens tot een onderling concours
uitgenoodigd minstens een half uur buiten
de plaats.
We zijn er van overtuigd, dat vooral de
menschee, die thuis bleven, met zulk een
concours ten zeerste zouden zjjn ingenomen.
Wie weet, of de Vereen, voor Volksver
maken een volgend jaar dit balletje niet
eens opvangt!
hechtenis tegen bekl. moet worden gevraagd.
A. D. te Oosterlittens werd den 11 den Mei
op de kleine Dijlakker alhier aangetroffen in
kennelijken staat door den agent Dijkstra,
en werd daarom overgebracht naar het
politiebureau.
Eisch f 1 of 1 dag.
M. F. te Wommels was 14 Mei dronken
en werd door Haagsma van Wommels be
keurd.
Eisch f 1 of 1 dag.
S. J. Bl. te Pingjum goot ier uit in een goot,
zoodat deze over het erf van Sieswerda en
in de vaart uitliep. Een zelfde kwestie werd
de vorige zitting met een broeder van bekl.
behandeld, en het blijkt, dat nog steeds de
goot ergernis geeft aan de buren aldaar.
Beklaagde beweert evenwel, dat hij geen ier
door de goot liet loopen, maar vuil water,
daar zij den stal schoongemaakt hadden. De
politieagent heeft evenwel gezien dat bekl.
schepte, en een schipper heeft met hem ge
constateerd, dat het wel degelijk ier uit den
koestal was.
Eisch f 2 of 2 dagen.
A.M. V. te Oudega reed met een melkwagen,
beladen met 23 gevulde kannen over de
Nijega’ster brug, terwijl bij politiereglement
van de gemeente Hemelumer Oldephaerten
Noordwolde is bepaald, dat 20 kannen het
maximum moet zijn voor melkwagens, die
deze brug passeeren. Eisch f 5 of 5 dagen.
A. J. de J. te Oudega had 26 melkkan
nen op zijn wagen, toen hij over diezelfde
brug reed. Ook tegen hem wordt gelijke
eisch gesteld.
Y. L. R. te Harig won het nog van de
vorigen, daar hij, toen hij den 21 Mei de brug
passeerde, 27 en den volgenden morgen 28
gevulde kannen op zijn melkwagen had.
Tegen hem wordt 2 X f5 of 5 dagen voor
elke boete geeischt.
G. K. en M. K., slagerknechts te Har
lingen hadden 20 Mei vleesch bezorgd te
Kimswerd en daarna eens „opgestoken"’
’t Was bij enkel opsteken van een sigaartje
niet gebleven, althans ’s avonds 10 uur had
de eerste op de stoep van den kastelein zich
neergevleid en werd toen met moeite door
de politie weer op de been geholpen, die
vervolgens ook zijn kameraad, die blijkbaar
meer geroutineerd was in ’t... drinken, maar
toch ook alle kennelijke teekenen had van
ferm aangeschoten te zijn opmerkte.
Tegen beiden werd proces-verbaal opge
maakt en tegen ieder hunner wordt f 1 of
1 dag gevraagd.
Uitspraak der vonnissen over 14 dagen,
zijnde 25 Juni a.s.
6
Bolswardsche Courant
l;
1
I
11
De