LS WARD EK WDKSERADEEL
De onderlinge Hypotheekbank
voor Nederland,
gevestigd te Arnhem,
^aaiiBii»
Hoeden en Petten
MOOIE KiNDERBflRETS.
iü
|[EUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
C Donderdags en Zondags. Zes en dertigste Jaargang. 1897.
EEN ONTGOOCHELING.
1
ZONDAG 3 OCTOBER.
1
BINNENLAND.
P. A. Gerritsma,
VOOB
ter zjjde aan, en
ABONNEMENTSPRIJS 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
schade"1 te Achlutn.
Sondel, 30 Sept.
XXXXXXK ,KX^3X2<DX3XTXNC3CNC^
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Gister is door den
arbeider M. N. alhier isen koekoek in een
lijsterstrik gevangen. Dat is hier nog nooit
De eerste nieuwe zending
is ontvangen.
Groote keuze. Lage prijzen.
Aanbevelend,
haar, die niet voor den dag was geschapen,
maar lamplicht en blanketsel noodig had
om den menschen schoonheid en jeugd voor
te tooveren. Hij had zijn smart luide willen
uitschreien, en de onrechtvaardige komedie,
die voor hem opgevoerd werd, met één
woord uit willen maken, maar hij is, daar
toe te laf. Hij duldt het, dat de ouders
met haar alle voorbereidende maatregelen
voor het huwelijk bespreken. De actrice
is geheel en al bij de zaak, alleen van tijd
tot tijd werpt zij op den jongen man, wiens
gedachten zij op zijn gelaat gelezen heeft
een weemoedigen blik, die schijnt te zeggen:
Ik heb het je immers gezegd!
De eerste sterren vertoonden zich reeds,
toen zij van het gastvrije oude paar afscheid
nam, welks hart zij geheel gewonnen heeft.
De oude menschen kunnen bijna niet van
haar scheidenzjj vragen haar zoo spoedig
mogelijk haar bezoek te hervatten, en rusten
niet, vóór zij hun beloofd heeft, dat zij niet
lang op een tweede bezoek zal laten wachten.
Eindelijk is zij vrij, en kan zij weer ruim
ademen als na een zware rol, nu zij aan
den arm van den jongen man de trappen
afgaat. Zij spreken geen woord. Waartoe
ook. Hij gevoelt duidelijk, hoe haar arm
beeft, en schuchter in den zijne rust. Hij
opent het portier van het rijtuig en helpt
haar bij het instappen. Dan zegt hjj met
een volkomen veranderde stem
Goeden nacht, mejuffrouw.
Zij antwoordt kalm, zonder eenige ver
rassing te doen blijken
Goeden nacht, mijnheer.
Fr an. Ct.
Tjerkwerd. Heden is in een huisgezin
alhier, de besmettelijke keelziekte (diphteri-
tus) geconstateerd.
Farraga. Weinig had het gescheeld of
we hadden in den loop dezer week een
brandje in ons dorp gekregen. De hooimijt
van den heer G. Sieperda alhier toch be
vatte vuur, en alleen door drie dagen daarin
te werken, onder begunstiging van bladstil
weder, kon men den brand voorkomen.
Naar men zegt is het hooi verzekerd in
de „onderlinge verzekering tegen brand-
Koudum, 30 Sept. Alhier hebben zich
een paar gevallen van roodvonk onder de
jeugd voorgedaan. Deze kwaadaardige ziekte
heerschte in de laatste jaren dikwijls in de
dorpen der gemeente, zoodat vele ouders
zich thans weer bezorgd maken over hare
uitbreiding.
Ooststellingwerf, 28 Sept. De mensch
is spoedig geneigd tot klagen. Zoo werden
er voor eenige dagen overal jeremiades
aangeheven over het weer, dat alles zou
bederven en thans is het weder zoo schoon
als men begeeren kan. De handen zijn dan
ook druk aan den ploeg, daar er nog veel
te oogsten valt. Het aardappelrooien is in
vollen gang. De opbrengst is goed, maar
over de ziekte wordt nog al geklaagd, of
schoon niet zooveel als voor eenigen tijd.
In sommige soorten aardappels wordt slechts
weinig bederf gevonden. Met het oogsten
van de veenboekweit zijn de boeren bezig.
Dit gewas valt aanmerkelijk toe, zoowel in
zaad als in kwaliteit. Ook is het stroo van
voldoende lengte. Het veen is reeds zoo
danig opgedroogd, dat men er met paard
en wagen op kan verkeeren.
Daar de meeste kracht uit het gras ver
dwenen is, beginnen de boeren als toevoeder
spurrie te bezigen, die uitmuntend staat.
Ook de herfstknollen hebben zich goed
ontwikkeld. Met het oog op de boterfabrie-
ken worden deze evenwel niet meer zooveel
verbouwd als vroeger.
Alles bij elkander genomen, is er thans
wel reden tot tevredenheid.
gebeurd.
Gaasterland, 30 Sept. In deze ge
meente bereidt men zich druk voor op de
lijstervangst, die overmorgen (Zaterdag) ge
opend wordt. Al de dangers weinigen
die het niet doen hebben zich reeds
voorzien van de noodig a bessen en zjjn thans
bezig de gangen in de bosschen te maken
en de beugels in orde te brengen. De ont
brekende worden gesneden uit de wilgen
struiken vroeger de ed elk het voor zich
zelfthans is er h andel in' dit materiaal.
Het voor de eigenlij ke strikken benoodigde
paardenhaar wordt in de laatste jaren uit
de paardenslachterjjen aangevoerd, voorheen
moest het door g>anst of roof worden ver
kregen. De vergunningen voor de lijster*
vangst worden uitgereikt tegen betaling van
25 cent. In bosschen, jonger dan 3 jaar,
mag niet worden gevangen.
Opsterland, 30 Sept. Een rijtuig van
Gorredijk, bespannen met één paard, eergis
terenavond van de markt te Roden komende,
op weg naar huis, kwam tusschen Beester-
zwaag en Lippenhuizen in aanraking met de
stoomtram, die om 11 uur van Gorredijk
was vertrokken. De beide inzittende perso
nen rolden uit het rijtuig en kwamen vrij
onzacht op den weg terecht. Waren zij tus
schen de rails terecht gekomen, waarvoor
zij eerst vreesden, dan zouden de gevolgen
verschrikkelijk zijn geweest. Het stokraam
haakte af, terwijl de wagen tegen de boomen
liep. Het paard was op den weg blijven
staan: de wagen werd nog al gehavend,de
beide mannen kwamen met een niet gerin-
gen schrik vrij.
Oldeboorn, 30 Sept. Een visscher alhier
had hedenmorgen eene zeldzame vangst.
Aan eene zetlijn haalde hij n.l. op eene paling
en een snoek. Het schijnt dat de aan den
haak zittende paling door den snoek is ge
pakt en eerstgenoemde visch door de kieu
wen van den snoek zich een uitweg heeft
gezocht. Zoodoende was de snoek door bek
en kieuwen aan de lijn geregen.
Tietjerksteradeel, 1 Oct. De paar
denfokkerij neemt in deze gemeente toe.
Aangelokt door de hooge prijzen, vooral van
jonge paarden, wijkt de boer van zijne oude
gewoonte af om bijna uitsluitend hoornvee
aan te fokken. Reeds gaat hij naar elders
om veulens op te koopen.
Hepk. Adv. BI.
Een nieuwe reclame. De heer E.
Brandsma heeft een reclame uitgedacht, die
nu toch wel op den naam „nieuwe reclame"
mag aanspraak maken. Bij de firma Jan
L. C. Rotting Co. zijn nl. voor hem in
bewerking een 1000-tal luchtballons, die
alle de woorden „Thee E. Brandsma*
dragen.
Zaterdag a.s. om half drie zullen al deze
1000 ballons tegelijk op den Buiten-Amstel,
voor het café „De Beerebijt worden opge
laten een half uur te voren zullen proef
ballons in caricatuurvorm losgelaten worden.
Het mooiste is echter nog, dat aan elke
ballon een bon is bevestigd, waarop de
vinder 1/4 KG. Souchon thee van f 1,30 per
*/2 KG. kan krijgen.
De opiating van al die luchtballons zal
zeker een aardig schouwspel zijn; duizend
luchtballons tegeljjk heeft nog niemand in
de lucht gezien. Amsterd. Crt.
Waar de dubbeltjes zittenweet de
Tijd mee te deelen.
Te Amsterdam zijn 7617, te Rotterdam
4214 en in Den Haag 6375 personen in de
vermogensbelasting aangeslagen.
Het belastbaar vermogen bedraagt te
Amsterdam 760, te Rotterdam 397 en in
Den Haag 712 millioen gulden.
Te Rotterdam zitten dus lang niet de
meeste dubbeltjes en „’t kale Haagje* spant
feitelijk verre de kroon.
De badplaats Scheveningen. Gedurende
het badseizoen hebben te Scheveningen 8643
badgasten benevens 703 bedienden gelogeerd.
Bij de verkiezing van een lid in de
commissie voor de stenografie in de zitting
der Tweede Kamer van Dinsdag werden
betrekkelijk vele stemmen uitgebracht op
den heer Borgesius.
Waarschijnlijk was ook dit weder een
argument tegen de vereeniging van het
Ministerschap met het mandaat van volks
vertegenwoordiger.
Zouden de leden, die op den heer Bor
gesius gestemd hebben, inderdaad gewild
hebben, dat hij in de commissie voor de
stenografie zitting had Zoo niet, dan was
hunne stem slechts eene aardigheid, een
volksvertegenwoordiger onwaardig en alleen
strekkende om oponthoud te veroorzaken.
De Kamer kan haar tijd beter gebruiken.
Arnh. Ct.
Mevrouw van Kol deelt in De Vrouu)
mede, dat haar echtgenoot in de Kamer
spoedig den Atjeh-oorlog ter sprake zal
brengen en op het beëindigen ervan zal
aandringen. „Niet een plotseling en ondoor
dacht afcommandeeren van den oorlog wil
hij eischen, maar het samenstellen eener
commissie van mannen van verschillende
richting, bekend als eerlijk en onpartijdig,
om te beraadslagen over de beste wijze van
doen in deze.*
Mevrouw van Kol wekt nu de Neder-
landsche vrouwen op deze poging te steu
nen. Zij stelt voor, op lijsten handteekeningen
te verzamelen onder dezen korten eisch
„Wjj, vrouwen van Nederland, wenschen
een einde te zien gemaakt aan den Atjeh®
oorlog
Daarom verschuift ge eiken dag de verloving,
dan een week, dan veertien dagen.
Zij antwoordde verachtelijk
Het tooneelDat zou ik liefhebben?
BahAls gij eens gissen kondt, hoe men
daar vernederd wordt en welke ellendige
toestanden daar nog bestaanAls jong
mèisje stelde ik mij alles er zoo mooi van
voor, evenals alle domme meisjes doen in
den bakvischjesleeftijd, wanneer zij, het
eene meer het andere minder, allen door
den theaterduivel zijn aangegrepen. Mij had
hjj hevig te pakken, en geen redeneeren,
geen enkel beroep op mijn verstand kon
mij van hem losmaken. En als gjj eens wist,
wat men zoo al door te maken heeft, totdat
men voor het eerst in het openbaar optreedt.
En dan dat debuut is een klein, tochtig en
smerig schouwburgje, waar men tot partner
een Romeo heeft, die naar jenever stinkt.
Bah!...
Hij vroeg verwonderd
En toch kunt ge er niet toe besluiten,
voor goed het tooneel te verlaten?
Neen, omdat ik geen vrouw voor u ben.
Ik heb het u al zoo vaak gezegd, ik leef
voor den nacht en... voor het kunstlicht.
Ge gelooft me lief te hebben. Maar de wer
kelijkheid...
Hij bleef echter volhouden
Kijk eens, liefste, ik heb reeds alles
in orde gebracht, en ik heb met mijn ouders
gesproken. Zjj willen u zien, en zullen mij
zonder twijfel hun toestemming niet weige
ren. Gij hebt ze slechts een bezoek te
brengen. Wilt ge? Morgen speelt ge niet.
Dan komt ge naar onze villa, ge zult u laten
zien, en... overwinnen. Ik smeek je liefste,
kom. Verwoest niet moedwillig ons beider
geluk.
Zij liet het hoofd een weinig zakken en
zeide zacht
Ik zal komen.
Maar er lag iets treurigs in hare stem,
die heimelijke bezorgdheid verried.
Hartstochtelijk drukte hjj haar in zjjn
armen, terwijl hjj uitriep
O, hoe bemin ik je
Toen kwam het over haar, plotseling, als
een geheime vrees en weemoedig zeide zjj
met neergeslagen oogen
Q neen, jij bemint mij niet, ik, ik be
min je.
De villa is een der schoonste in het lief-
gelegen oord. Vóór het huis bevindt zich
een groote grasvlakte, in het midden waar
van een Triton een Imogen schitterenden
waterval de lucht inzendt. Op den achter
grond verheft zich de witte villa tusschen
het jonge groen der boomen, mooi als in
een sprookje. Een breede trap voert naar
het door een zuilenrij gedragen terras,
waarvan het koude marmer door de gloei
ende rozen warmgekust wordt.
Voor de trap liggen twee sfynxen, die
behageljjk haar steenen lichamen in het
zonlicht van dezen heerlijken lentedag
koesteren.
Op het terras zitten de ouders, naast hen
leunt, onrustig en vol verwachting, de ver
liefde, met de hand boven de oogen den
landweg afziende, die als een witte lichtende
draad tot aan het woud loopt en zich daar
verliest. Eindelijk ziet hjj een rijtuig in
volle vaart den weg opkomen. Hij snelt de
trappen van het terras op, door den tuin
naar het hek om de geliefde te ontvangen.
Vóór nog het rijtuig stilstaat roept hjj
vroolijk
Welkom, liefste schat!
Zij lacht hem, in-gelukkig toe en be
antwoordt met luider stem zjjn groet. Hjj
opent het portier en helpt haar bjj het
uitstappen. Juist dan schijnt de zon haar
plotseling in haar gelaat. De jonge man
ziet op, en gevoelt als op dien avond in
het theater een schok, die door zjjn heele
lichaam gaat. Iets is er eensklaps in hem
gebroken, verstjjfd, vernietigd. Van zjjn
oogen valt de sluier, door welken hjj steeds
de schoone vrouw gezien heeft. Wat hem
heden de zon doet zien, is een al ietwat
ouweljjk gezicht, dat reeds een weinig ge
leden heeft door het schminken en met, zjj
het ook nauweljjks merkbare, rimpeltjes
onder de oogen. Thans is alles uit, de heer-
Ijjke illusie verdwenen. Hjj gevoelt het, ter-
wjjl hjj haar zwijgend door den tuin naar
het terras leidt.
De ouders ontvangen de actrice met alle
hartelijkheid. En reeds na een kwartier zjjn
ze door haar, die zooveel lieve eigenschap
pen bezit, ten volle betooverd. De moeder
spreekt met haar over huiselijke aange
legenheden, tewjjl de vader den zoon toe
lacht, als wilde hjj hem met zjjn keuze
gelukwenschen. Alleen de verliefde ziet
zwijgend en in gedrukte stemming voor
zich uit. Hjj gevoelt het onrecht, dat hjj
deed, toen hjj de tooneelspeelster dwong,
naar buiten te komen in bet helle zonlicht,
<?r zjjn van die vrouwen, die men bij
den eersten oogopslag lief krijgt.
Zoo ging het Frits van Kallen, toen hij de
schoone Lili Holm voor den eersten keer
zag, hij zeide tot zich zelf, dat dit de eenige
vrouw was, die hij ooit waarachtig lief zou
kunnen hebben. Toen zjj voor het voetlicht
trad was het hem, als ging een electrische
schok door zijn leden. Zijn buren ver
dwenen, daarna het heele theaterhjj zag
slechts de aangebedene, als in een schemering,
in welke hare beide oogen het eenige licht
waren. Hij verliet den schouwburg als eene
beschonkene, zonder bezinning, zonder zich
van wat ook rekenschap te kunnen geven.
En in den onverdraaglijk langen slapeloozen
nacht, die op dien avond volgde, nam hij
het vaste besluit, de schoone vrouw tot
zjjn echtgenoote te maken.
Om dit voornemen ten uitvoer te brengen
was het natuurljjk eerst noodig met de
dame kennis te maken. Het geluk was hem
gunstig. Op een weldadigheidssoirée ten
behoeve van kleeding en schoeisel voor een
of anderen Hottentotteustam, werd hij aan
de tooneelspeelster voorgesteld. Zij behan
delde hem niet anders dan de overige heeren,
die zich rondom haar verdrongen. Koel, met
een bijtende ironie, uie hem tot in het hart
pjjn deed. In een pauze tusschen twee num
mers van het balboekje gelukte het hem
eindelijk, ongestoord, de schoone vrouw te
zeggen wat hem op het hart lag. Toen hjj
een weinig verward en ietwat links zeide:
Sta mjj toe, mejuffrouw, te verklaren,
dat ik u bewonder en vereer, -- geeuwde
zij heimelijk. Daardoor getard, stamelde hjj,
met de onnadenkendheid der jeugd de over
moedige woorden.
Wilt gij mijne echtgenoote worden
Zjj zag hem verrast van
antwoordde sarcastisch
Ik kan wel merken, dat ge u aan het
souper niet onbetuigd gelaten hebt.
Maar toen zjj in zjjn eerljjke oogen zag,
had zjj berouw over hare woorden, en zeide
zjj op zachten toon, die zonderling afstak
tegen de harde woorden van daareven
„Kom mij morgenmiddag om vier uur
maar eens opzoeken, dan zal ik het idee
wel uit uw hoofd praten.* Toen de jonge
man den volgenden dag op het bepaalde
uur in het salon der tooneelspeelster ver
scheen, waren reeds de beide staande lam
pen aangestoken, die onder haar roode kap
pen weg de gansche kamer in een rood
licht zetten. En de tooneelspeelster stond
voor hem zoo schoon en betooverend als
op dien avond, toen hjj haar voor de eerste
maal gezien had. Zij groette hem als een
oude bekende, een weinig spottend, en toch
met blijkbare genegenheid.
„U hebt den Charapagne-roes van gisteren
nu zeker wel uitgeslapen?*
Hjj antwoordde ernstig:
U doet me groot onrecht, mejuffrouw.
Ik heb u lief en u hebt slechts een ver
achtelijk lachje voor mij. Ik vraag om uw
hand, en u twijfelt aan mjjn toerekenbaar
heid. Dat is hard.
Bjj deze woorden verdween het lachje
van haar gelaat. En er lag niets hoonends
in haar antwoord
U moet het mij vergeven, mijnheer,
maar uw gedrag is zöo geheel en al ver
schillend van dat der anderen, dat ik reden
had te twjjfelen. De anderen zenden bloe
men, de onbesehaamden, die voorgeven de
wereld te kennen, ook wel sieraden, om in
de gunst te komen. U biedt mjj uwen naam
aan. En u hebt ongeljjk. Een actrice trouwt
men niet. Men bewondert ze, gezeten in
zijn fauteuil en tornt in de entre-actes aan
haar goeden naam, maar trouwen, neen.
Wij zijn niet voor den dag voor het leven
geschapen. Wjj zjjn kunstmenschjes, die
den nacht noodig hebben, om de jeugd en
schoonheid den lieden voor te kunnen
goochelen.*
Toen zjj gesproken had, zeide bjj heel
zacht
„Maar ik bemin u.“
Sedert dien tijd zagen zjj elkander ge
regeld in den schouwburg, onder vrienden,
in haar salon, die door zjjn licht rose behang,
ook over dag als in avondschemering ge
huld was. In de actrice had deze liefde al
de teederheid en innigheid ontwikkeld,
vroeger achter spot verborgen. En hij kon
er zich niet genoeg over verbazen, dat zulk
een korte tijd een geheel andere vrouw van
haar gemaakt had. Van een officiëele ver
loving wilde zij nog altijd niets weten, veel
minder van een huweljjk. Als daarvan
sprake was, poogde zjj steeds het gesprek
op een ander voorwerp te brengen.
Op een dag zeide hjj jaloersch
Qe hebt het tooneel meer lief dan mij.
wardsche Courant
k