T
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BOLSWABO EN WONSEBADEEL
Een krankzinnige.
'1
No. 89. Verschijnt Donderdags en Zondags. Zes en dertigste Jaargang. 1897.
•I
ZONDAG 7 NOVEMBER.
BINNENLAND.
VOOR
"V
hem
ABONNEMENTSPRIJS 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
4
eenige maanden
en eer een half
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Ik gevoelde mjj verlicht, toen ik buiten
kwam. De notaris, die mjj eenige schreden
voor was, zat reeds in het wagentje en na
den knecht een fooitje in de hand geduwd
te hebben reden wij weg.
Nu gjj hem hebt gezien en gespro
ken zoo brak de notaris het stilzwijgen
af zal ik u de ware toedracht der zaak
omtrent dien geheimzinnige verhalen.
Geheel Frankrijk was vervuld van den
zevenvoudigen moord door Troppmann te
Pantin gepleegd; in ellenlange kolommen
verscheen net drama in de dagbladen met
combinatie van al de perceelen, de heer
Ruurd R. Posthumus, rentenier alhier, koo-
per werd voor de som van f 43549,70.
Beetsterzwaag, 3 Nov. Heden werd
onder behoor van ons dorp in een lijster
strik een fraai exemplaar pestvogel gevan
gen. ’t Is een zeldzame vogel, waarvan men
slechts eenige soorten kent. De meeste over
eenkomst hebben zij met de vliegenvangers.
In ons werelddeel bezit men slechts ééne
soort, niet alleen pestvogel, maar ook
sneeuwvogel, wijnstaart, zijdestaart, beemer,
zwartmantel, en in Groningen lakvogel ge
noemd.
Het eigenlijke vaderland van dezen vogel
zijn de koude streken van Noord-Amerika,
Siberië en Skandinavië tot op den 50° N.
Br. Evenwel broeden enkele paren somtijds
zuidelijker, zelts in Pruisen, Silezië en Wur-
tenberg. In de overige landen van Europa
komt deze vogel maar zeer zelden. Door
deze onregelmatige verschijning werd hij in
vroeger eeuwen voor een voorbode der pest
gehouden, waardoor hij den naam van pest
vogel verkreeg.
Hij is volstrekt niet schuw en in gevangen
staat zeer tam.
Zou het nu gevangen exemplaar uit het
hooge Noorden ons een voorbode zijn van
een kouden winter
Fr. Zuidwesthoek, 4 Nov. De vee-
prijzen zijn hier thans ais volgt: vette var
kens, levend gewogen 18 a 20 cent, schoon
aan den baak 23 cent, vette schapen 18 a
20 ct., vette koeien 22 a 25 ct. alles per
‘/a K.G. Melkschapen f 9 a f 20, dito koeien
f 60 f 120, hokkelingen 1 30 a f 70, gras
kalveren f 20 f 30 alles per stuk.
Doordat het slachten der varkens nu met
deze maand algemeen wordt, zijn de prijzen
lager dan de vorige week. In vee is de
handel zeer stil, een groot deel is gestald.
Daar velen voor het aangefokte geen plaats
hebben, en anderen weer geld moeten ge
bruiken, is men in weerwil van de lage
prijzen toch genoodzaakt te verkoopen.
Sloten, 5 Nov, Dat het trekken naar
Duitschland, om daar als melkknecht in
dienst te treden, tegenwoordig in Friesland
vrij algemeen is, kan blijken uit bet feit
dat heden avond van hier, via Amsterdam
25 personen als zoodanig hunne bestemming
hebben gevolgd. Onder deze personen waren
verscheidene hoofden van gezinnen. Vindt de
man in het naburige Duitschland datgene,
wat hij hier mist, werk en loon, dan volgen
vrouw en kinderen zoo spoedig mogelijk.
Wolvega, 4 Nov. Voor ongeveer 15
jaren bezaten we hier een eigen courant,
genaamd De Stellingwerf, waarvan uitgever
was win. de heer P. 8. Westerhof, doch
welk blad maar kort heeft bestaan. Ver
moedelijk zullen we binnenkort dit blaadje
weer zien verschijnen. De heer Taconis,
boekhandelaar alhier, heeft namelijk plan
deze uitgave opnieuw te doen en dit blad,
evenals indertijd, voornamelijk uit te geven
als nieuws- en advertentieblad voor West
en Ooststellingwerf.
Hepk. Adv. bl.
Frankel, de Duitscher, die te ’s-Gra-
venhage een weduwe bestal, na haar be
dwelmd te hebben, is veroordeeld tot 7 jaar
gevangenisstraf.
Een internationale zakkenrollersbende
maakt sinds eenige dagen de spoorweg
stations in ons land onveilig. Het hoofd
kwartier schijnt te Antwerpen gevestigd
te zjjn vanwaar uit men evenals in vroegere
jaren opereert. De bende bestaat uit heeren
en dames voor wie niets van waarde heilig is.
Men zij dus op zijn hoede 1
Woensdagnamiddag vijf uur bezweek
te Coevorden een graanzolder, in gebruik
bij den graanhandelaar G. Levie aldaar.
De bovenste zolder sleepte ook de beneden
ste zolder mede en verbrijzelde de rijtuigen
van den heer Baving, logementhouder, en
een rijtuig van een ander persoon, welke
gelijkvloers stonden. Een groote stofwolk,
verbrijzelde balken enz., toonden de plaats
des onheils aan.
Een werkman, die op den bovensten zolder
werkzaam was, werd door zijne kameraden
tjjdig gered.
Bjjna overal is de marktprijs van de
boter het gemiddelde tusschen de hoogst en
de laagst bestede som op de markt, waar
de boerinnen haar zuivelproduct te koop
aanbieden. Op Noord-Beveland heeft men
dienaangaande een heel bijzondere wijze van
doen. De „markt” wordt op iedere plaats
eenvoudig vastgesteld door de afnemers-
winkeliers in het algemeen en soms door
één van hen in het bijzonder: wat hij of zij
dan willen geven, is de marktprijs voor het
dorp.
Een hinderlijk stilzwijgen volgde nu.
Ik haalde diep adem. Het verhaal van
den krankzinnige had mij hevig geschokt.
De notaris wenkte mij, dat ik hem vol
gen zou.
Wjj lieten den ongelukkige alleen achter.
Hij gaf geen teekenen van kennis meer bjj
ons vertrek, en toch sliep hjj niet.
De geheele omgeving scheen voor
dood.
„Bezoek mat hem te veel af”, had mjjn
vriend de notaris gezegd en hjj had gelijk.
Geloofsbrieven van mr. Van Gilse.
Het nader verslag is verschenen van de
commissie, bestaande uit de heeren De Sa-
vornin Lohman, Bahlman en C. van Bijlandt.
Het resultaat is dat op de heeren Heems
kerk en Van Gilse een gelijk aantal stemmen
is uitgebracht. Vermits de heer Van Gilse
ouder in jaren is dan de heer Heemskerk,
stelt de commissie, met intrekking van hare
vroegere conclusie, voor, den heer mr. J. A.
van Gilse als lid der Kamer toe te laten.
Fr. Zuidwesthoek, 4 Nov. Als een
waar staaltje van bijgeloovigheid oflicht-
geloovigheid, noem het zoo ge wilt, diene
het volgendeIn zeker dorpje alhier woont
een boer, die kiespijn geneest, zonder den
lijder aan deze kwaal te zien of hem eenig
geneesmiddel toe te dienen. Er wordt
eenvoudig een brief aan den esculaap ge
schreven is deze in ’s mans bezit, dan is
de pijn verdwenen en keert niet terug. Me
nigeen heeft op deze manier reeds baat ge
vonden
Wijmbritseradeel. Naar men zegt
is in onze gemeente dit jaar niet een der
lotelingen zoo gelukkig, een vrij nummer
te trekken. Er vallen zooveel uit wegens
lichaamsgebreken en broederdienst, dat van
vrijloten geen sprake kan zijn. Dit is zeker
jamfner voor de lotelingen, maar nog meer
jammer voor hen, die wegens lichaamsge
breken ongeschikt zijn voor de militie.
Makkum. „De macht van het woord*.
Met dit onderwerp opende Dr. Niemeijer
van Sneek onze eerste winterbijeenkomst
van het Nut.
Een talrijk publiek, waaronder vele gasten
waren opgekomen om den gevierden spreker
te hooren. Een genot vollen en zeker nut
tigen avond heeft de spreker den hoorders
verschaft. Van het begin tot het einde wist
hij zjjn gehoor te boeien, getuige de diepe
aandacht, waarmede zijne rede werd gevolgd.
De Commissie van het Huldeblijk,
heeft zich met eenige inwoners te dezer
plaatse geconstitueerd tot het houden van
feestelijkheden op den dag der troonsbe
stijging van H. M. Koningin Wilhelmina.
Tot het houden van een algemeen school
feest in deze gemeente werd door den Ge
meenteraad een crediet van f 700 toegestaan.
Tjerkwerd, 3 Nov. Bij de finale toe
wijzing van de Zathe „Bonjeterp” groot
100X363/, are, ten huize van den kastelein
Velds, bleek het, dat er nog al gang in
was. Onderscheidene perceelen werden niet
onbelangrijk verhoogd, tot eindelijk bij de
de nauwkeurigste bijzonderheden. Het pro
ces kwam. Dubois, een der beste advocaten
der balie, en die ook de geheele zaak op
lettend gevolgd had, zou voor den treurigen
held van het bloedige gruwelstuk pleiten,
doch zijn verwarde gesprekken in de laatste
dagen deden de keuze opeen ander vallen.
Men fluisterde reeds, dat Dubois zoo’n
wondere taal verkocht en men bracht dit
met allerlei zaken in verband. Eenige
dagen te voren had hij een proces verloren,
waarin hij iemand te verdedigen had, die
beschuldigd werd van groven laster, die
den dood van het slachtoffer had veroor
zaakt. Dat proces had hem veel hoofdbreken
gekost, doch de feiten spraken te zeer, de
getuigen leverden te verpletterende bewijzen
dan dat hjj zijn cliënt van de zwaarste
veroordeeling kon redden. Daaraan schreef
men niet ten onrechte vooral zijn
zonderlinge handelwijze toe.
Ook de zaak „Troppmann”, waarvoor hij
als verdediger zou moeten optreden, lag
hem na aan het hart en een beschikking,
die hem als verdediger buitensloot, had
zjjn toestand der laatste dagen niet ver
beterd.
Geheel Parijs was bij de executie van
Troppmann tegenwoordig ook Dubois, de
reeds mijmerende advocaat zag dat droevig
schouwspel.
Toen het mes viel, slaakte Dubois een
kreet en sedert is hij... krankzinnig.
Na eenigen tjjd in een krankzinnigen
gesticht vertoefd te hebben, werd er goed
gevonden daar hjj niemand eenig leed
deed en niet gaarne daar opgesloten bleef
een huis in het dorp mijner inwoning aan
te koopen.
Nu leeft hjj hier zoowat onder mjjn toe
zicht, want, zooals ge weet, is hij nog eenigs-
zins aan mij geparenteerd. Zijne familie
bezoekt hem reeds jaren doch wie er komt,
zelfs, zijn eigen broeder, iedereen vraagt
hjj in vollen ernst: „Verkiest mijnheer den
advocaat Dubois of den heer Troppmann
te sprekenbeiden ben ik*.
Hepk. Adv. Bl.
Een ruiter, voorafgegaan door een koe
rier, baande zich een weg door de saam-
gepakte menigte, hij hield een met groote
zegels behangen papier omhoog en met
een stentorstem schreeuwde hij „Laat af
Laat af! De Keizer schenkt gratie.”
Mjjn collega’s hadden die voor mij ver
zocht en verkregen.
Doch toen hjj aan het schavot genaderd
was en zijne woorden het oor des scherp
rechters bereikten, was de bjjl reeds ge
vallen en... lag mijn hoofd insgelijks in de
mand.
Onmiddellijk snelde de ruiter heen, doch
kwam kort daarna terug met den beroemd-
sten chirurgjjn van Parijs.
Deze nam mjjn romp, de scherprechter
haalde mijn hoofd uit de mand en nu begon
een der merkwaardigste operaties, die ooit
aanschouwd werden.
Dr. Lambert naaide het hoofd flink op
den romp, en men plaatste mjj op een
wagen, die mij en den doctor pijlsnel naar
een der hospitalen voerdedaar werd mjj
een electrische stroom door het lichaam
gelaten en nog andere handelingen, die ik
mij niet meer herinner, werden aan mjj
ten uitvoer gebracht.
Na een verpleging van
bekwam ik geheel en al
jaar verloopen was, kon ik mij reeds op
stokken door de zaal bewegen.
Op zekeren dag ontmoette ik mij zelven
in een spiegel. Ik herkende mij niet.
Ik strompelde de zaal uit. Daar roept
een stem: „Zie, daar is Troppmann!”
Ik schrik, ik keer mij om en loop zoo
hard ik kan naar den spiegel. Waarachtig
men had geljjk. Ik was het niet. Nu her
kende ik in mjjn hoofd zijn hoofdhet
was het hoofd van Troppmann. Ik viel in
zwjjm en kreeg een zware koorts.
Toen ik na eenige dagen weer hersteld
was, was reeds de mare door geheel Parijs
verspreid en daar iedereen het wist, werd
ik al spoedig door een mijner ziekeljjke
collega’s op de hoogte gebracht.
Ziehier wat er gebeurd was.
Toen men mjj’ in alle haast, eer het te
laat was, met mjjn hoofd wilde vereenigen,
greep de ontstelde scherprechter bij ver
gissing niet mjjn hoofd, maar dat van den
moordenaar van Pantin.
Ziehier mijnheer... mijnh...
Eugène, viel de notaris in.
Mjjnheer Eugène, de geschiedenis van
den ongelukkigsten man der wereldik
hoop, dat Troppmann het niet gehoord
heeft, anders krjjg ik last met hem.
waren zoo fijn, zoo geheimzinnig, dat ik
na een hardnekkigen strijd, waarin ik mijne
onschuld trachte te bewjjzen, eindelijk den
kamp opgaf en mjj op genade of ongenade
overgaf.
Men veroordeelde mij en wel ter dood
Bange uren sleet ik die dagen in mijn
cel, in afwachting, dat men mij naar de
guillotine zou voeren. Ik dankte den Hemel,
dat ik celibatair was. Hadde ik vrouw en
kinderen na moeten laten, de dood zou mjj
nog vóór het schavot hebben ingehaald.
Eindelijk brak de noodlottige dag aan.
Ik jjs en sidder nog, als ik mij het gekraak
mijner celdeur voor den geest roep, toen
de cipier binnentrad om mij voor mijn
laatsten tocht te halen.
Dienzelfden dag werd ook Troppmann,
uitvoerder van den vreeselijken moord van
Pantin, naar de guillotine gevoerd.
Wij betraden bjjna gelijkertijd het schavot.
Hij werd het eerst aangegrepen. Ik sid
derde Een slag en zijn hoofd rolde in de
mand.
t e politiek van den dag, de laatste
nieuwtjes hadden in ons gesprek de
pjl' revue gepasseerd de smaak van de
uy thee het vijfde tasje was reeds
verorberd werd minderhet ge
sprek, eerst zoo geanimeerd, begon te kwij
nen, toen ik op het gelukkig idee kwam,
samen eens op te loopen.
Kom, stel me eens voor, sprak ik tot
mjjn vriend, aan uw veelbesproken dorps
genoot.
Hij keek op zjjn horloge en knikte toe
stemmend.
Ik heb een paar uurtjes vrij, zeide
hij, we gaan direct op weg, doch ik zal
laten inspannen, want hij woont niet in de
kom van ’t dorp, maar heel achteraf, zoo
wat drie kwartier gaans van hier.
Na eenigen tijd stond het tilburytje met
het vurige vosje vóór: wij stapten in en
voort ging het naar het „wonder”.
’t Is omdat ge er op staat, sprak mijn
vriend, toen we een eindje op weg waren,
maar hoe minder bezoek advocaat Dubois
krijgt, hoe beter voor hem’t mat hem te
zeer af.
Is hjj dan ziek
Dat nu juist niet, doch... De arme man
Ons tochtje ging door een schoone streek.
De weg liep evenwjjdig langs een kronke
lend riviertje, welks eene oever de basis
was van een keten heuveltjes, prachtig
versierd met een bonte afwisseling van hoo
rnen en heesterskortom de natuur ver
toonde er een pracht, die alleen zjj kan
ten toon spreiden.
Gelukkig een mensch, die dit alles
kan genieten, sprak notaris Lemon, doch
niet allen hebben dat geluk; de man, dien
gjj zoo aanstonds zult aanschouwen, mist
dat genot reeds jaren. Hij ziet wel alles,
doch gevoelt daarbij niets, ’t laat hem koud.
Ik kreeg innig medelijden met den ad
vocaat. Ik beklaagde hem diep en was
dankbaar voor de gunst, die zoo menigeen
niet waardeert, omdat hij ze nooit gemist
heeft.
Op eens hield de notaris het paard in,
wjj waren ter plaatse.
Mjjn vriend was geen vreemdeling in het
huis van advocaat Dubois een knecht kwam
reeds buiten geloopen en nam het paard
bij den teugel.
Hoe is het vandaag met den advo
caat, vroeg mjjn vriend.
Niet beter of slechter, sprak Jan.
Geen woord kan ik uit hem krijgen
behalve natuurlijk...
-- O ja dat spreekt.
Wjj traden binnen.
Met een blik, die mij ontroerde, keek de
advocaat dan eens mjj, dan weer den no
taris aaneindeljjk opende hij den mond
en vroeg met afgemeten woorden:
Verkiest mjjnheer den advocaat Du
bois of den heer Troppmann te spreken.
Beiden ben ik.
Voor ditmaal, sprak de notaris, wilde
mijnheer den advocaat een bezoek bren
gen, een volgenden keer hoopt hij de eer
te hebben Tropmann te spreken.
Neem plaats, sprak de advocaat.
Hjj zag mij vragend aan. Ik werd wer
kelijk verlegen bjj dien blik. Ik kwam hem
bezoeken, doch waarover had ik te spreken
Over niets. Ik kwam hem eenvoudig zien
als het „wonder, waarover ik al zooveel
gehoord had. „Zou hjj het begrjjpen?”
dacht ik en ik schaamde mij.
Een lach, doch een minder aangename,
opende hem den mond een weinig. Hij
lachte nog eens, doch nu hoorbaar, daarna
meermalen, ieder maal met meer verheffing
van stem.
Ik kreeg diep medeljjden met den man,
dien ik scheen te martelen. Ik had spijt
van mjjn bezoek. Terwjjl hjj nog doorlachte
en zjjn lach nu en dan afgebroken werd
door onverstaanbare uitroepen, was de no
taris opgestaan en klopte hem vertrouwe-
Ijjk op den schouder.
Kom aan, kom aan, waarde heer Du
bois, Troppmann zal je niet afluisteren,
vertel mjjnheer daar eens wie je bent, want
geloof me, hjj beweert, dat gjj met Tropp
mann niets gemeens hebt.
De advocaat bedaarde, hij rees van zijn
stoel op en om mij te bestraffen, sprak hij
langzaam, mij onafgebroken met een paar
holle oogen aanstarende: „En toch is het
waar.
’t Was in 1869. Als slachtoffer van
vuigen laster, werd ik, lid van de balie,
voor de vierschaar gesleept om mij te ver
antwoorden.
De logen had echter haar netten zoo
gespreid, de weefsels door haar gesponnen,
Bolswardsche Courant
I
II
I
(i