NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD BOtSWARD EN WONSEROEEt w No. 18. Verschijnt Donderdags en Zondags. Zeven en dertigste Jaargang. 1898. Voor het Kantongerecht. DONDERDAG 3 MAART. n BINNENLAND. F- HJ Iw VOOR ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ZITTING van VRIJDAG 25 FEBR. 1898. Oldeboorn. De naweeën van het mond en klauwzeer schijnen zich nu nog hier en daar onder het vee te openbaren. Daaraan schrijft men ook toe het plotseling verlies van twee beste koeien van een veehouder alhier. Het vleesch van deze dieren bleek bjj onderzoek van den veearts niet geschikt te zijn, om verkocht te worden. Zoodanige verliezen zijn voor den vee houder in éón woord treurig. Iiemmer, 28 Febr. Vrijdagavond om streeks 9 uur is in de Zuiderzee, ter hoogte van Mirdumerhoek, gestrand het ijzeren tjalkschip Soli Deo Gloria, groot 135 ton, schipper Evert v. d. Worp van Zutphen, komende met een lading mais, groot 63 last, van Amsterdam, met bestemming naar Gro ningen. De opvarenden, (de schipper, zijne vrouw, 4 kinderen en een knecht) verlieten, behalve de schipper, die op het schip ach terbleef, onmiddellijk na de stranding het vaartuig en kwamen met een roeiboot ’s nachts behouden alhier aan. Zaterdagmiddag zeilden 14 onzer visscherschuiten onze haven uit, ten einde den schipper te hulp te komen en te trachten, het schip te lichten en te redden. Toen men 13 schuiten vol (onge veer 25 last) mais uit het schip had gelost, gelukte het onzen visschers in den nacht van Zaterdag op Zondag, omstreeks 3 uur, het schip vlot te krijgen en ruim een halt uur later zeilde het, voor zoover men kon zien, zonder veel schade onze haven binnen. Het schip is niet verzekerd, de lading ech ter wel. Jlepk. Adv.-bl. Witmarsum. Vele handen maken het werk vlug ah Dat ziet men tegenwoordig aan den tramweg HarkezijlMakkum. Daar zit geen „bekwamen spoed* maar „gang* in het werk. Er zijn dan ook niet minder dan 400 handen mee bezig. Verleden week is de wissel bij Harkezijl al gelegd, de nieuwe weg die een deel van een stuk bouwland doorsnijdt is omtrent klaar, de bestaande naar Wons is voor een deel al in gereed heid gebracht. Dat zoo’n karwei in dezen tijd van ’t jaar nu er anders voor onze ar beiders weinig of mets te doen is zeer ge legen komt behoeft wel niet gezegd te worden. Aangetnoedigd door het gunstige Janu- ariweer hebben de bouwers hunne uit te poten aardappels al voor eenige tijd „in de broei* gezet. Als het weer gebleven was als in Januari, zeer waarschijnlijk waren dan de meest „voortvarende* verbouwers al aan ’t poten. Februari heeft echter een leelijke streep door de gunstige rekening van hare voorgangster gehaald. De landerijen, door Louwmaand zoo droog en kruimlig achter gelaten, zijn nu doorweekt en koud. Een droge Maart zal dan ook goud waard zijn. Workum. Bij de den 26 Febr. 1898 alhier gebonden verpachting van de ge- meente-reiniging, zijn voor den tijd vanaf 1 Mei 18981903 pachters geworden Age en Jan Walta, te Workum voor f 253 ’s jaars. De vorige pachtsom bedroeg f 760. Op een der sneltreinen van Amsterdam naar Antwerpen waren Vrijdag zooveel brieven en briefkaarten voor den heer en mevrouw Zola, dat de postambtenaren die onder één adres hebben verzonden, voor het gemak der Fransche postadministratie. Aan het Ministerie van Binnenlandsche Zaken is men bezig bouwstoffen te verza melen omtrent de Banken van Leening. Dit zou geschieden met het doel om de genoemde instellingen, die nog altjjd worden beheerscht door het kon. besluit van 31 Oct. 1826, wettelijk te doen regelen. Volgens het Sociaal Weekblad zal tegen bet einde der volgende maand op een algemeene vergadering der Broederschap van Candidaat-notarissen een voorstel tot ge deeltelijke reorganisatie der Vereeniging behandeld worden, een gevolg van maat regelen, die zijn voorbereid om de degelijk heid en onpartijdigheid der door haar over benoemingen aan de Regeering uit te bren gen adviezen te waarborgen. Te Utrecht zijn Zondag gevankelijk binnengebracht de beide Duitschers, die onlangs in de Choorstraat aldaar eene kine matograaf hebben gestolen. Zij werden te Londen aangehouden. Uit Lemmer wordt geschreven Ook in de laatste weken, den tijd van dé haring vcissherij, klagen deZuiderzeevisschers steen en been over de last, hun door rob ben of zeehonden aangedaan. Deze drieste en vraatzuchtige dieren, welke in grooten getale in de Zuiderzee voorkomen, kapen niet alleen de visch, vooral bot en haring, uit de netten weg, maar veroorzaken tegeljjk daaraan, zoowel met den bek als de voor* pooten, aanmerkelijke schade. In ’t begin der vorige week nu is door deze visschers, in een uitvoerig adres, aan den Minister van Waterstaat verzocht zoodanige maat regelen te willen nemen, welke binnen korten tijd eene zoo mogelijk algeheele ver nietiging van de in de Zuiderzee aanwezige robben tengevolge kunnen hebben. Uit roeiing van deze dieren, welke naar het oordeel van adressanten, van geen het min ste nut zijn, zou de Zuiderzeevisschers van eene groote plaag, de bot en haring van een zeer vraatzuchtigen en gevreesden vij and verlossen. Ook uit andere visschers* plaatsen aan de Zuiderzee zijn of worden adressen van gelijke strekking aan den Minister van Waterstaat opgezonden, 14. P. K. te Koudum werd den 26 Jan. in zijne woonplaats aangetroffen in kenne- lijken staat. Bekl. was absent, doch heeft als getuige a decharge 8. v. d. Bank gezonden. Deze getuige kan evenwel niet anders verklaren dan dat bekl. op dat oogenblik het pad niet recht kon maken, of zulks echter van den drank kwam, weet hij natuurlijk niet, doch de politie, die wat dichter bij bekl. was, ver keert omtrent de reden van den waggelenden gang niet in twijfel. Eisch f 2.50 ot 2 dagen. 15. G. R. te Bolsward liep den 22 Jan. ’s avonds tegen elf uur op den Grooten Dij- lakker, zoo vet, dat de politie hem moest bekeuren. Eisch f 1 of 1 dag. 16. K. W. te Nijega, (H. O. en Nw.) heeft een tapperij doch geen vergunning. Een kop koffie, een glas bier en dergelijke kan men daar krijgen, (n.l. tegen betaling,) doch ’t schijnt dat er ook wel wat meer bij hem te koop is. Op den 28 Jan. des voormiddags omstreeks elf uur kwam er iemand van Balk, die na goeden morgen gewenscht te hebben een glaasje „klare* vroeg. Zonder eenige aarzeling of verontschuldiging nam de doch ter des huizes een ff each en schonk een glaasje jenever, wat zij den bezoeker overreikte. Deze proefde eens, praatte eens over mooi weer, zachte winter en dergelijke koetjes en kalfjes, en zeide, toen hij het glaasje leeg nam„kom, geef er mij nog maar eentje 1“ en bereidwillig werd hem weder een glaasje jenever voorgezet. Hij gaf nu een kwartje en kreeg een dubbeltje en twee halfstuiver- stukken terug. Doch nu ontpopte de bezoe ker zich eensklaps in een onbezoldigden rijks- veldwachter, die bekl. vroeg of hij vergun ning had. Dit was het geval niet, en dus werd procesverbaal aangezegd. De flesch waaruit het verboden vocht was geschonken, kon hij niet in beslag nemen, dit werd hem geweigerd, doch het tweede glaasje werd, inplaats van in de maag in een medicijn- fleschje gegoten, en de romer met dit fieschje staan heden als overtuigingsstukken in de rechtszaal, door een draad aaneengebonden. Eisch f 10 of 5 dagen. 17. J. K. te Wommels was den 27 Jan. op de weekmarkt alhier, en deed een kleine boodschap tegen een huis in de Witheeren- steeg, waar zulks verboden is. Eisch f 1 of 1 dag. 18. D. W. te Bolsward was op Zondag 30 Jan. zeker in een zoet gezelschap ge raakt, hij had zijn tijd blijkbaar verpraat en was des avonds na elven nog zelfs niet ge neigd naar huis te gaan, toen een agent hem herhaaldelijk daartoe aanmaande. Daar hij druk en lastig was, werd hij daarop naar het bureau gebracht. Eisch f 1 of 1 dag. 19. K. P. van Parrega was den 3 Febr. dronken op de weekmarkt alhier. Eisch f 15 of 2 dagen. 20. J. de J. te Stavoren was den 9 Febr. ’s nachts halftwaalf nog op straat. Hij was wat over zijn bier, en riep en schreeuwde zoo luide, dat de nachtrust der bewoners daardoor kon worden gestoord. Eisch 2 X f 5 boete of 2 X 3 dagen hechtenis. 21. K. S. te Arum was heden de laatste der beklaagden en ’t verdient opmerking, dat bij de 21 strafzaken er niet minder dan 13 waren die zich wegens drankmisbruik had den te verantwoorden. Deze beklaagde was in den nacht van 6 op 7 Febr. in zijne woonplaats op straat en gaf door razen en vloeken en door zijn waggelenden gang on dubbelzinnige blijken, dat ook hij te veel had geofferd op het altaar van Bacchus. Eisch f 1 of 1 dag. Uitspraak der vonnissen over 14 dagen, zijnde 11 Maart. 1. 8. G. te Ruigelollum is voerman,en rijdt Donderdags met een omnibus van zijne woon plaats naar de weekmarkt v.v. Van deze onderneming is niet de noodige aankondiging geschied in een provinciaal blad, evenmin is hiervan kennis gegeven aan de Gemeente besturen, noch aan het Kantongerecht en de Rechtbank, en ook van den Commissaris der Koningin is bericht ingekomen, dat bij Z.H.E. Gestr. geen aangifte van deze onderneming is gedaan. Op een goeden of men zal eerder moeten zeggen op een kwaden—Don derdag hielden de marechaussee’s beklaagde aan en bekeurden hem wegens dat verzuim, en heden staat hij deswege terecht. Beklaagde erkent, dat hij Donderdags op Bolsward rijdt, doch alleen als er genoeg zame deelname is. Hij gaat steeds bij de gewone klanten langs, om te vernemen of zij meegaan. Een geregelde omnibusdienst is het dus niet. Wanneer ik, zegt beklaagde, de publieke aankondiging moet doen, ben ik verplicht te rijden, en het publiek op te nemen. Er komen onderweg geen passagiers in, alleen bewoners van Ruigelollum en Waaxens, want die beide dorpen behooren tot ééne kerkelijke gemeente. (Wat in één kerk behoort, denkt bekl. zeker, behoort ook in één wagen.) De marechaussees verklaren reeds vooraf beklaagde te hebben gewaarschuwd, de wet telijke formaliteiten te vervullen, en nu daar aan geen gevolg werd gegeven, werd hij den 20 Jan bekeurd. De getuige P. Gosliga, bij wien hij uit spant, verklaart, dat hij sedert den herfst geregeld Donderdags komt, en hij misschien slechts een enkele maal ontbroken heeft. Eisch f 3 of 3 dagen, terwijl bekl. wordt aangemaand de wettelijke formaliteiten niet langer te verwaarloozen, daar bij herhaling een zwaardere straf zal moeten volgen. 2. D.M, teHarlingen werd bekeurd als ge zagvoerder van een houtvlot, dat in den nacht van 19 op 20 Jan. in de Harlinger vaart lag, lo. zonder dat voor en achter een lantaarn was ontstoken2o. omdat het aan de trek- wegzijde was vastgelegd. Bij de behandeling van deze zaak kwam aan het licht, dat de Harlingervaart is een zeilvaart waarbij wel de schippers bij tegen wind in de lijn loopen, maar een trekweg met een jaagpad er langs is het niet. Beklaagde verklaart, dat hij steeds des nachts lichtbakens op zijn vlot plaatst, maar op den 19 Jan. was hij naar huis, omdat hjj een zieke had, en dus dien avond niet bij het vlot aanwezig, waarom hij verzoekt, dat dit verzuim hem niet zwaar mag worden aangerekend, terwijl hij meent, dat het tweede hem ten laste gelegde niet van kracht mag zijn. Eisch f 2 of 2 dagen voor het gemis van lichtbakens, en vrijspraak omtrent de tweede bekeuring. 3. De Brigadier der rijksveldwacht was den 14 Jan. op surveillance, en ging te Schet- tens een onderzoek instellen omtrent den verkoop van margarine. Zoo bracht hij ook een bezoek bij 8. R. aldaar, omdat hem ter oore was gekomen dat men daar ook wel „kunstboter* voorhanden had. Dit bleek dien dag evenwel niet het geval te zijn, en de vrouw van beklaagde scheen zich over dit onderzoek dan ook eenigszins te verwonde ren, daar zij tot den brigadier zeide: ik dacht dat u kwam om de maten na te zien, maar die zijn in orde, kijk maar, en zij toonde nu hare maten. Wat stond zij te kijken, nu het bleek dat er een liter was, voorzien van het afkeuringsmerk, zoodat zij op noodlot tige wijze zich zelf had aangeklaagd, daar de ambtenaar nu proces moest opmaken wegens een overtreding, die door haar eigen toedoen aan het licht kwam. Haar man, als ■hoofd van het bedrijf staat nu terecht. Beklaagde is zijn eigen advocaat en waar lijk, hij bepleit zijne zaak met ijver. Hij spreekt vrijmoedig en met kracht, terwijl hij zijne woorden met gesticulation doet ver gezeld gaan, die door Beets met den naam molenwiekerij zijn betiteld. Zie hier ongeveer zijne redeEdel Acht bare heeren, ik ben onschuldig. De maat, bij mjj in beslag genomen, werd niet gebruikt bij het melktappen, de vrouw gebruikte die voor de huishouding om „oarten of grót* te meten, wanneer zij die zal koken. De maat, Edel Achtb. Heeren hing dan ook niet in de kamer waar ik mijne melktapperij heb, maar aan de etenskast in de gang. Zie hier (en nu komt een litermaat uit den jaszak te voorschijn en wordt op de tafel gezet), zie hier de maat, waar wjj de melk mee meten. In al de zes en dertig jarèn, Heerenheb ik geen „spul* met de politie gehad, en ook nu ben ik onschuldig. De politie draagt het zwaard voor de boos doeners, maar niet voor de onschuldigen. Ik durf in het publiek te zweren, nooit marga rine in huis gehad te hebben, en ze ook nooit gegeten of verkocht te hebben. Eén is er, die het hoort, riep hij- als slot woord uit, en sloeg daarbij de oogen, die door vervaarlijk groote brilleglazen gemaskerd waren, naar boven. De eed wordt echter van beklaagden ge vorderd noch aangenomen, en de beambte had de maat bij bekl. aangetroffen, derhalve Eisch f 1 boete of 1 dag met verbeurdver klaring van de in beslag genomen maat. Beklaagde antwoordt hierop nog, dat hij zijn belangen verder aan de Heeren overlaat. 4. In den nacht van 16 op 17 Januari waren te Witmarsum een troepje mannen op straat, die wat luidruchtig praatten. De marechaussées waarschuwden allen om rustig naar huis te gaan, maar hieraan werd niet voldaan, want even later terugkomende, werd er nog steeds druk gesproken. De mare chaussées hoorden nog steeds luidruchtig ge roep, en daar zij twee personen aan de stem herkenden,werd dezen een verbaal aangezegd. H. H. en E. K. staan dus heden terecht, beschuldigd van burengerucht, doch beiden ontkennen, dat zij luidruchtig zijn geweest, en hebben uit hunne woonplaats vier getui gen a decharge meegebracht. F. Tuinstra heeft niet gehoord, dat be klaagden luid schreeuwden of zongen, en toch was hij er niet ver af. O. Waardenburg heeft ook geen lawaai gehoord en hij was er toch dicht bij. Toen hij de marechaussées daar zag staan, ging hij er zelfs naar toe want hij meende, dat het een paar meisjes waren. D. van 8on heeft ook „niks van dat alles* gehoord, en Sj. van Son heeft eveneens niets gehoord van drukte of lawaai. De marechaussées blijven evenwel bij hun verklaring, de eerste bekl. riep wanklanken, de tweede riep o.a. luide„hiep, hiep, hoera hun gesprek liep over een jachtbedrijf. Zij waren tot halfeen ongeveer bij Weiland ge weest en steeds wordt er over geklaagd, dat er na afloop van partijtjes ’s nachts drukte op straat wordt gemaakt, waarom zij, nu de gedane waarschuwing geen uitwerking had, procesverbaal opmaakten. De beambten verklaren nog, dat zij pas vroeg gekomen zijn dien avond, want de eerste beklaagde had wat herrie gehad met iemand uit Burgwerd, en wanneer zij ’t niet verhoed hadden, had die man waarschijnlijk een pak klappen gekregen. Bekl. ontkent ook dit, want de bedoelde persoon is toevallig juist zijn beste vriend. Eisch f 3 of 2 dagen voor elk. 5. T. v. d. S. te Bolsward werd den 16 Jan. bij de 8t. Martinikerk, onderwijl er gods dienstoefening werd gehouden, aangetroffen in kennelijken staat; hij maakte vrij wat drukte en beweging, zoodat van verschillende zijden de menschen kwamen toeloopen om te zien wat er gaande was. Eisch f 10 of 3 dagen. 6. K. J. B. te Arum, werd in den nacht van 16 op 17 Jan. bekeurd wegens dron kenschap te Witmarsum. Hij was dien avond bij Weiland geweest, en eerst in gezelschap van de bekl. onder No. 4. Eisch f 5 of 3 dagen. 7. P. 8. de V. te Stavoren kwam den 16 Jan. ’s avonds 11 uur uit een herberg aldaar, maar hij had zulke zwakke beenen, dat hij na eenige zwaaien en zwenkingen neerviel. De politie erbarmde zich over hem, en geleidde hem naar zijne woning. Eisch f 1 of 1 dag. 8. J. Y. van Leeuwarden werd in den laten avond van den 14den Jan. opdeFra- nekerstraat alhier aangetroffen in een toe stand, dat de politie het noodig oordeelde hem logies te verschaffen. Dit wenscht de heer Ambtenaar nu te verrekenen met f 1 boete of 1 dag hechtenis. 9. R. S. van Grouw was den 15 Jan. ook in een staat, dat de politie hem logies moest verschaffen, en ’t is meermalen voorgekomen, dat beklaagde te veel aan Bacchus offerde, want wegens 3e herhaling eischt de heer Ambtenaar 7 dagen hechtenis. 10. M. B. te Burgwerd had den 22 Jan. opzijn melkwagen meer melkkannen —eigen lijk een grootere hoeveelheid melk dan ge oorloofd was, in verhouding tot de breedte der wielbanden. Eisch f 5 of 3 dagen. 11. 12 en 13. J. de H.J. K.en A. W. allen gedom. te Bolsward zijn bewoners van woonschepen, alle drie werden den 24 Jan. bekeurd wegens het liggen met hun schip in een opslootje van de Makkumer vaart, Eisch voor ieder f 1 of 1 dag, ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. F Bolswardsche Courant S

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1898 | | pagina 1