NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
BOLSWARD EN WONSBRAOEEL
No. 83. Verschijnt Donderdags en Zondags. Zeven en dertigste Jaargang. 1898.
Arabella’s toiletten.
BINNENLAND.
Vi
ZONDAG 16 OCTOBER.
1L
VOOR
Ui
de,
een
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Toen schreef ze haar zusters de geschie
denis van het bad- en het fietscostuum,
waaruit veel voor haar te leeren viel.
H r
Hy zag haar verwonderd aan en ant
woordde
„Spreken mijn oogen niet genoeg
Het antwoord bewees, dat het hem niet
aan slagvaardigheid ontbrak. Arabella bloos
de, toen hij dat zeide, en antwoordde
„Wat kunt u een mooie komplimentjes
maken Jammer dat ’t niet meer gebeurt.
Hoewel hij nog altijd karig met zijn
woorden was, sprak hij na laugeren omgang
toch meer zijn wijze van zich uit te druk
ken was echter altijd zeer beknopt.
Eens zeide hij
„Ik heb u tot nog toe nog maar in bad
en fietscostuum gezien, waarom toch?”
„Dat doe ik om uwentwille,” zeide het
jonge meisje zonder de geringste verlegen
heid.
Zijn gelaat drukte de grootste verwon
dering uit.
„Jawel, plaagt u mij maar,” ging Ara
bella voort, „maar ik kan er mij niet uit
helpen. Ik geloofde dat ik u in die toiletten
een beetje beviel en ik was bang dat
u zeer teleurgesteld zoudt zijn, als u mij
in een alledaagsch kleedje zaagt.” Van
Gieseler bracht bij wijze van protest de
handen omhoog. „Het doet mij pleizier dat
u toegeeft,” zeide Arabella. „Voor ’t overige,
we wonen toch van avond het .danspar
tijtje bij in het Kurhaus. Als u komen
wilt, zult u zien, dat ik in een .langen rok
zoo’n slecht figuur niet maak, als u mis
schien wel denkt.”
Hij lachte slechts zonder iets te zeggen,
wel wetend, dat hij zelfs met de meeste
welbespraaktheid toch niet tegen de pla
gerijen van het meisje opkon.
Na ongeveer een vier weken langen,
vertrouwelijken omgang, was ook de arme
Arabella verliefd, eu als haar stille geleider
plotseling vertrokken was, zou ze zeer on
gelukkig geweest zijn.
Eens haalde de heer Van Gieseler de
dames af tot een tochtje op een bark. Ze
voeren tot naar den vuurtoren, dien zij
bezichtigden en keerden na eenige uren
terug. De roode, ondergaande zon hulde
de zee in een verrukkelyken glans en de
jonge man was nog stiller dan anders. Het
meisje had geen geheim voor haar geliefde
en daar haar mama, vermoeid van den
zonneschijn en de scherpe zeelucht, aan
haar zijde was ingesluimerd, biechtte Ara
bella haar ridder op, dat ze bijna alleen
in bad- of fietscostuum te zien was, omdat
ze geen andere geschikte toiletten bezat.
Een gevoel van ontroering over de on
schuldige list van het schoone meisje beving
hem. Hij zag haar aan en vroeg toen op
zijn kort aangebonden manier
„Wilt u mijn vrouw worden?”
Het bloed steeg haar naar ’t gelaat en’
haar keel werd als toegenepen. Nu had
ze moeten spreken en kon niet.
Nu deed ze net als hij, alleen haar oogen
spraken en met het hoofd knikte zij van ja.
Hij kuste toen haar hand en hield baar
teere vingers in de zijne gesloten. Zoo
dreven ze voort over den schemerenden
vloed en zwegen. Ja, ook Arabella zweeg,
hoe zonderling dit ook klinken moge, ze
zweeg voor ’t eerst een kwartier lang in
tegenwoordigheid van haar ridder. Nimmer
echter was zwijgen zaliger en beteekenis-
voller. Slechts toen zjj de bark verlieten
en de matrozen mama aan land hielpen,
fluisterde zjj haar verloofde toe, toen ze een
oogenblik onbeluisterd waren„Lieveling 1“
Op de duinen vond ze het kleine gezel
schap van Paula Losky en haar zwerm.
„Nu,” vroeg Paula haar vriendin zacht,
„is je aanbidder nog altjjd zoo stil
„Stil,” antwoordde zjj verwonderd. „Ik
vind dat hjj een uitstekende cavalier is.
Hjj heeft mjj zooeven een huwelijksaanzoek
gedaan, maar ik vertel ’t je heel in ver
trouwen.”
Daar het in vertrouwen gezegd was, wist
het denzelfden avond natuurlijk nog het
geheele strand.
„Dat moet moeite gekost hebben, om
dien aan het spreken te krijgenzeide
Paula lachend aan het einde van haar mede-
deeling.
„Voor den echt is een stille man onbe
taalbaar,” merkte een andere dame op.
„En mejuffrouw Arabella is zeker, altjjd
het laatste woord te hebben,” meende een
derde.
Zjj lachten allen; maar in stilte benijd
den zjj de gelukkige bruid, want de heer
Van Gieseler was toch een flinke man en
zeer vermogend en Arabella was het eenige
meisje in den kleinen kring van bekenden,
die zich in minder dan zes weken reeds
een bruigom uit de Noordzee had opgevischt.
Weinige dagen later verscheen Arabella
voor ’t eerst in een elegant zomertoilet aan
het strand, ditmaal met haar verloofde aan
den arm,
i et lievelingsgerecht van den heer des
huizes was vandaag bijzonder goed
uitgevallen. Merkbaar had het hem
in een goeden luim gebracht, en
toen na den maaltjjd zijn vrouw met
de oudste dochter Arabella in de eetkamer
achterbleef, roerde de pater familias zelfs
een onderwerp aan, dat hjj totnogtoe ver
meden had, hoewel hij wel wist dat het
een onvermijdelijk thema was. „Wel, kin
deren,” zeide hjj, „waar willen jullie dezen
zomer heen
De moeder vatte, zooals altijd, voor allen
het woord op. Ze was een flinke vrouw,
maar groote voorstellen waren van haar
niet te verwachten, want ze hield rekening
met de voorhanden zijnde middelen, die
gering waren. Ter wille van Arabella
zouden wjj beter doen een grootere bad
plaats op te zoeken,” zeide zij, „maar daar
is alles even duur, ’t Ergste is intusschen
de toiletten, die kunnen we ons niet aan
schaffen. We zullen wel weer een klein
optrekje in de nabjjheid van de stad moeten
zoeken.”
„Ook daar zal het Arabella niet aan ver
eerders ontbreken,” zeide papa met zicht
baar welgevallen de schoonheid van zjjn
zwartoogige, donkerharige dochter beschou
wende misschien wilde hij haar wel door
een kleine vleierij over een groote teleur
stelling troosten.
„Met dat kleine optrekje heb ik heele-
maal niets op,” zei Arabella een beetje
nerveus. „De jonge mannen gaan daar zoo
ver mogeljjk voor de aardige meisjes uit
den weg, uit vrees tot een huwelijk te
komen/
Nu werd de jeugdige schoone een beetje
bedaarder en vervolgde: moet mjj niet
kwaljjk nemen, maar ik ben de oudste van
vijf zusters. Ik heb niet lang meer tijd, de
andere streven mjj voorbjj, en als ik niet
gauw aan den man kom, bljjf ik zitten.
We moeten dezen keer bepaald een fas-
honable bad opzoeken. Ik ben voor Ostende.”
De schrik sloeg den ouders bij die woor
den om het hart. Het. gelaat van papa
drukte stomme vertwijfeling uit, en mama
fluisterde ontzet: „Maar, kind
„Ik weet wat u zeggen wilt, ma,” viel
Arabelle haar in de rede. „Ik heb er juist
een slapeloozen nacht over doorgebracht,
hoe we dat moesten aanleggen, en ben nu
tot een goed plan gekomen, dat met alles,
ook met onze bekrompen middelen, reke
ning houdt. Ma en ik gaan naar Ostende.
De anderen blijven toch liever in de stad.
Wat de toiletten aangaat, ik hoef niet pre
cies ’t zelfde te dragen, wat de anderen
hebben. Een jong meisje, dat gauw tot
een bestemming wil komen, moet een beetje
in ’t oog loopen. Daarom heb ik iets nieuws
bedacht. Ik heb namelijk niets anders noo-
dig dan een aardig badcostuum en
’n beetje opzichtig fietscostuum
„Maar je kunt zwemmen noch fietsen”,
merkte papa op.
„Dat hindert niet”, antwoordde Arabella.
„Zwemmen leer ik daar wel en een beetje
fietsrjjden nog hier ik neem desnoods
een fiets mee, die ik van mijn spaargeld
zal koopen. Den ochtend breng ik dan in
myn badcostuum op de duinen door, den
namiddag in mijn fietscostuum op de pro
menade en in den tuin. We zullen ook wel
een paar danspartijtjes moeten meemaken.
Maar daarvoor heb ik nog mijn opgeknapte
balkleedjes van dezen winter.”
Het plan van de dochter was er een,
waarover men kon denken. Men wikte en
woog dus, lang en breed, en het gelukte
eindelijk alle punteu, ook financieel, in orde
te brengen.
Twee weken gingen in ijverige voorbe
reidingen voorbij en op een prachtigen
zomermorgen stapten moeder en dochter
in den trein naar de badplaats. Een kof
fer en een kleerdrager vormden de heele
bagage; de kleine pakjes werden niet ge
teld.
Het eerste verschijnen der schoone Ara
bella op de duinen baarde veel opzien. Het
badcostuum was betooverend, wit met bree-
de, zwarte streepen, het was een prachtig
omhulsel voor haar donkere schoonheid.
Op de duinen ontmoette men eenige be
kenden, waaronder Paula Losky, die door
onze Arabella van al haar vriendinnen het
on uitstaan baarst gevonden werd. Dat hin
derde echter Arabella niet, Paula zoo lief
mogelijk te behandelen, want ze had altijd
een zwerm van heeren om zich heen. Ook
met haar gevolg op de duinen viel niet te
spotten.
„Je hebt een heelen stoet aanbidders,”
zeide Arabella tot haar vriendin.
*0v hij ia nog lang niet compleet/ zeide
Paula trotsch, „daar komt er juist nog een
bij, wel is waar de vervelendste van allen
hij spreekt ieder uur één woord. Kom
maar hier, daar is er een, die in je gezel
schap nog niet gegeeuwd heeft”, zeide Paula
in de richting van den nieuw aangekomene,
die haar echter niet verstaan kon. De jonge
meisjes lachten. Intusschen kwam de heer
Van Gieseler, zoo heette de aanbevolen
cavalier, werkelijk naderbij en werd aan
Arabella voorgesteld, ’t Was merkwaardig,
maar hy beviel haar beter dan de anderen,
misschien omdat hij ernstiger was. Paula
wendde zich tot haar vrienden. De heer
Van Gieseler, die bij de voorstelling een
stomme buiging gemaakt had, bleef zwij
gend naast Arabella staan. Het jonge meisje
zag hem aan.
„Dank u“, zeide ze toen glimlachenden
met onschuldige ironie, als had de jonge
man een vraag gedaan, waarop ze antwoord-
„ik voel mij zeer wel. Het bevalt mij
in Ostende opperbest voor zoover ik ’t
tot nog toe heb leeren kennen. Ik ben nog
weinig aan zee geweest, maar ik denk, dat
haar bekoring altijd even machtig op mij
zal werken. Reeds het verre bruisen der
golven brengt mij in vervoering en doet
mijn hart sneller kloppen.”
De jonge dame zweeg, maar ook de ca
valier sprak geen woord.
Arabella herhaalde echter de vroegere
methode, deed alsof de heer wat gezegd
had en gaf antwoord. „Het is zeer vrien
delijk van u, dat u zoo goed zijt ons de
bezienswaardigheden van Östende te laten
zien.”
Van Gieseler keek verbluft op, maar kon
toch niet nalaten om het schelmsche meisje
toe te lachen en toestemmend te knikken,
„Ik zou graag den grafsteen van Koningin
Louise in de Nieuwe Kerk zien. Hjj wordt
zeer geroemd en moet een prachtig stuk
beeldhouwwerk zjjn. In de eerste uren van
den namiddag zal ik mjjn dagelijksch fiets-
toertje makenals u ons dan om vier uur
wilt afhalen, zjjn we tot uw beschikking.”
Zoo babbelde het jonge meisje maar door
zonder er zich over te bekommeren, dat ze
geen antwoord kreeg, aldoor maar doende
alsof de ander haar iets vroeg en daar dan
een nieuw gesprek aan vastknoopend. De
jonge man liet haar zichtbaar vergenoegd
begaan, zonder iets in ’t midden te bren
gen. Toen liet ze zich met haar badkoets
in zee rijden, nam het eerste bad, door
badknechts vergezeld en toen ze tien mi
nuten later weer aan het strand terugkwam,
vond ze haar stillen vereerder, dien ze uit
het oog verloren had, reeds op haar wachten.
„Ik dank u we], het bad was heerlijk!”
zeide zjj, hoewel hjj niets gevraagd had.
Ze schilderde hem haar indrukkeu. Toen
begon ze het publiek te critiseeren, terwijl
ze allerlei grappige opmerkingen tegen hem
maakte, die hem nooit zouden zjjn inge
vallen. „U denkt dus, dat zoo’n belache
lijke strandhoed, als die dame daar opheeft,
niet te krjjgen is, en met bijvoeging van
een bijzondere teekening moet besteld wor
den U hebt gelijk, daarom is hjj ook zoo
mooi.. Kunt u mjj zeggen, wat die heer
daar zijn vrouw uit dat roode boek voor
leest? U meent dat hjj zich door zjjn au
toriteit, den Baedeker, overtuigen wil, dat
dit werkeljjk de zee is Zjj vindt ’t niets
buitengewoons? Water en niets anders dan
water
Eindeljjk nam Arabella van den jongen
man afscheid. „U haalt ons dus om vier
uur af, doet u dat werkeljjk gaarne
„Gaarne”, herhaalde hjj op warmen toon.
„Eindeljjk hoor ik een woord van uw
lippen”, riep zjj lachend uit. „En het was
werkeljjk een heel mooi woord... ik hoop
meer van u te hooren En nuTot we-
derziens
„Kind” zei mama op den terugweg, „die
man Ijjkt wel stom”.
„Dat hindert toch niets”, antwoordde
Arabella. „Iedere vrouw kan, als ’t moet
voor twee spreken”.
De heer Van Gieseler bleef van den eer
sten dag af aan, de bestendige geleider der
beide dames. Arabella was de eerste schoone,
die zich trots zjjn weinige bespraaktheid
en zjjn schuchterheid met hem onderhield,
en daar hjj zich bjj haar gebabbel voor
treffelijk amuseerde, beviel ze hem beter
dan ieder ander. Met een beauté als Ara
bella onderhield men zich echter niet on
gestraft tien uur op een dag, en eer er
twee weken verstreken waren, wist het
geheele strand, dat de stille cavalier op
het schoone meisje verliefd was. Ze was
ook de eenige, die hem niet tot spreken
dwong, zooals de andere dames. Eerst toen
zjj vertrouwder met elkaar geworden waren,
vroeg zjj eens:
„Vertelt u mij toch eens, waarom spreekt
U zoo. weinig?*
WestergOO, 11 Oct. De prijzen der
zoogenaamde landkalveren zullen dit najaar
vrij zeker een gunstige uitzondering maken
vergeleken bij vorige jaren. Gemiddeld
worden thans prijzen van f 50 a f 65 be
dongen, tegen f 30 f 45 de laatste voor
gaande jaren. Eene veehouder te Oosterend
verkocht dezer dagen o. a. 12 kalveren
tegen f 60 per stuk.
Arum, 11 Oct. Het bieten vervoer naar
de aanlegplaats der schepen alhier is aan
merkelijk gebaat met de bestrating van
het gedeelte der buurt, waarlangs het op
rijden plaats heeft. Was het voornamelijk
voor twee jaren een rechte modderpoel, thans
even zindelijk, waartoe de weersgesteldheid
natuurljjk het haie bijdraagt. Ofschoon de
werkzaamheden, aan den bietenoogst ver
bonden, thans een snel verloop hebben, zal
de maand October er toch mee heengaan
eer alles verscheept is.
Witmarsum, De heer K. Straatsma
alhier is benoemd tot tijdelijk opzichter bij
de Ned. Tramw. Mij. en wel in de eerste
plaats bij de exploitatie van de lijn Leeu
warden’St Jacobi Parochie.
Kimswerd, 12 Oct. De algemeene ver
gadering van de Ijsclub „Kimswerd” werd
bezocht door 8 personen, w. v. 5 bestuurs
leden. De heeren Egb. Westra, E. Harkema
en J. Dijkstra werden als leden van ’t be
stuur herkozen, ’t Voord, saldo van ’t
vorige jaar, f 62,971/a, was geklommen tot
f 109,04*/2. Er werd besloten in den a. s.
winter eerst een rijderij te houden onder man
nen, en verder ’t bestuur vrij mandaat te
geven, ’t Ledental bedraagt 46.
Joure, 13 Oct. De dochter A. van de
weduwe L. E., heden morgen in den win
kel op een trap staande te schoonmaken,
had door ’t begeven van een vloerplank
het ongeluk met de trap om te vallen. Zjj
kwam op het hoofd neer, werd half bewus
teloos opgenomen en is denzelfden namid
dag overleden.
Heerenveen, 12 Oct. Een drietal per
sonen uit deze omgeving kwam heden na
middag per rijtuig van de Wolvega’ster
markt en hield stil bij de herberg van
Polder. Men vroeg gras voor het paard. De
kastelein zei het niet te hebben. Toen werd
drank gevraagd. De kastelein weigerde te
tappen en verzocht het drietal herhaaldeljjk
zijn herberg te verlaten. Ze gingen niet.
Toevallig was de rijksveldw. Mous van
Oranjewoud op den weg. De kastelein riep
zijn hulp in en Mous zette de bezoekers
door de zijdeur de herberg uit. Met twee
ging dit goed, doch J. v. d. L. geraakte te
struikelen, stond toen woedend op en greep
den veldw. bij de borst. Een worsteling
volgde, waarbij v. d. L. door de twee an
deren werd bjjgestaan. Mous trok zijn sabel
en deelde v. d. L. eenige gevoelige slagen
toe. V. d. L. greep de sabel beetMous
haalde hem het wapen door de hand en
verwondde hem ernstig. V. d. L. liep nog
meer verwondingen op. Mous zond dadelijk
boodschap naar Heerenveen om adsistentie.
Voor deze echter verscheen, reed het drie
tal af. Tegen alle drie is proces-verbaal
opgemaakt.
Hem. Oldeph. en Noordw., 13 Oct.
Dat de snoek gaarne verblgtt in de polder-
slooten, waar hij, tusschen de waterplanten
verscholen, voor veel vischtuig veilig is,
blijkt thans, nu de lage waterstand bet mo
gelijk maakt hem te ontdekken. Bijna in
alle slooten wordt hjj aangetroffen en... buit
gemaakt door de boerenarbeiders, die bezig
zijn deze slooten te sohoonen. Sommigen
hunner gelukte het op één dag 4 h 5 stuks
met den hekkel te bemachtigen.
Leeuwarden, 14 Oct. Een heele be
weging op straat gaf het heden Vrijdag
middag, toen een koe van den heer Frank
te Ootmarsum op weg naar den trein een
bloedspuwing kreeg. Het dier is den hals
uitgesneden en zal in het abattoir geslacht
worden.
Hepk, Adv. BI.
Men sohrjjft van de Veluwe:
In een dorpje op de Veluwe, waar een win-
teravondschool voor volwassenen gehouden
zal worden, werd naar aanleiding hiervan
in een blad eene advertentie geplaatst, waar
van het slot aldus luidde„hoewel wij allen
hiertoe opwekken, worden toch vooral de
genen, die lezen noch schrjjven kunnen,
verzocht deze advertentie niet ongelezen
laten/*
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Bolswardsche Courant