NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
BOESWABD EN WONSERAOEEL
Verschijnt Donderdags en Zondags. Acht en dertigste Jaargang. 1899.
No. 2.
DONDERDAG 5 JANUARI.
BINNENLAND.
BIJBAANTJES.
Ingezonden.
jK
VOOB
Prof- Simons over de zaak-Hogerhuis.
er
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Toen ik voor eenige dagen de stad eens
doorwandelde, werd mjjne attentie getrok
ken op de vertimmering van een huis.
De inrichting daarvan deed de vraag bij
mij opkomen bestaat hier ter stede geene
„commissie van toezicht, op te bouwen en
„te verbouwen woningen!*
Bedoelde vertimmering heeft plaats op het
gedempte Schildwijk. Aldaar stond
een oude woning (bestempeld met den naam
Een der plattelands-correspondenten schrijft
aan De Telegraaf:
Bijbaantjes en onderwijzers zijn twee din
gen, die onafscheidelijk aan elkander verbon
den schijnen. De reden is niet ver te zoe
ken. De meeste onderwijzers worden onvol
doende betaald en de bijbaantjes hebben het
vermogen om de tekorten te dekken. Niet
alleen, dat de onderwijzers er om die reden
zelf de hand naar uitstrekken, maar ook
een groot aantal gemeentebesturen gebruikt
de bijbaantjes, om het traktement in ver-
eeniging daarmee nog iets te doen schijnen.
Sommige gemeente-besturen gaan zelfs
zoover, dat ze den te benoemen persoon eerst
de belofte laten afleggen, dat hij er de bij
baantjes bij zal nemen. Ze doen dit met wijs
overleg, want als het baantje eenmaal van
het ambt van onderwijzer gescheiden is, dan
ja men soms later niet in de gelegenheid het
Noordwolde, 1 Jan. Het aantal be
zoekers oer Ned. Herv. Kerk alhier was
heden morgen zoo gering, dat de godsdienst
oefening niet door kon gaan, zoodat predikant
en organist onverrichter zake naar huis
terugkeerden.
Hauler wijk, 1 Jan. Terwijl de vee
houder T. Bies gisteravond laat nog zjjn
stalvee verzorgde, brak een onbekende bin
nen, die op vreemde wijze huishield. Een
deur, spiegel, lamp enz. werd door hem
vernield. De politie werd gehaalddeze
legde hem de handboeien aan, en toen is
gebleken, dat men met een milicien uit
Veenhuizen te doen had, die te veel aan
Bacchus had geofferd. In „het Witte huis*
waren door hem reeds eenige glasruiten
ingeslagen. Onder politiegeleide is hjj naar
de kazerne teruggeöracht.
Gaasterland, 2 Jan. Wanneer de
scheurkalender of almanak ons niet anders
leerde, zouden we door een gezicht op onze
weilanden geneigd zjjn te denken, dat het
voorjaar in ’t land was. Ze liggen waarlijk
veel beter dan in menig voorjaar. Een beste
tjjd voor de schapen. Ook de rogge staat
bijzonder mooi.
Den onderwijzer E. te Bakhuizen, die
onlangs door een geweerschot van een jager
werd getroffen, zitten nog steeds drie hagel
korrels in den nek, welke hem echter geen
van „Duiventil*) bestaande uit:
beneden eene koestal
boveneen kamertje (oppervlakte plusm.
SVaXS'/a. hoogte plusm. 2 M.)
en een z.g. afdak.
Dit afdak nu is weggebroken en er is
thans een gevel opgetrokken, welke wel is
waar in vergelijking met het vorige veel
fraaier is, doch voor ’t geen daarachter
wordt verborgen, moest worden verwijderd.
Deze nieuwe gevel wordt door een naar
de straatzijde afioopend dak verbonden met
het dak van den „duiventil* en maakt de
nieuwe winkel uit, welke eene ruimte zal
verkrijgen van plusm. 4 M. frontbreedte bij
plusm. 2 M. diepte.
Dit winkeltje echter, alhoewel klein, is
toch voor sommige affaires groot genoeg,
doch de woning is en blijft onpractisch en
naar ’t gerucht gaat, ongezond.
De eigenaar zal wel weer een huurder
krijgen, daarvoor bestaat geen twijfel al
werd ook deze woning per advertentie in
alle mogelijke bladen wekelijks afgekeurd;
de bedoeling van dit schrijven is echter om
in ’t publiek de vraag te doen, „moet het
„gemeentebestuur dulden dat dergelijke wo
ningen worden opgericht?
Wie deze regels niet gelooven wil, hij
richte zijne schreden naar bedoelde straat
en aanschouwe de verbetering? welke be
doeld pand ondergaat.
Sla, „Thomas* dan ook uwe oogen op
het „winkelhuis*? daarnaast en vrage der
bewoonster hare woning te mogen bezich
tigen.
Dit winkelhuis met eene winkel ter diepte
van hoogstens 1,30 M., heeft daarachter eene
kamer en keuken, welke gescheiden zijn
door een houten beschot zonder deurafslui-
ting.
In het keukentje is een stookplaats, een
gootsteen en n.b. het privaatdoordien er
geen deurafsluiting is, staat ’t laatste dus
in de kamer; de deur is weggelaten om
zoodoende bij eene eventueele meting der
kamer de keuken tot de kamer te kunnen
meemeten.
Bovendien moet het spoelwater uit de
gootsteen, zijn uitweg vinden door weg-
vloeiing onder den vloer der winkel, een
andere uitweg is er niet.
’t Zij mij vergund nog eene opmerking
te maken, teneinde een eventueel onderzoek
te vergemakkelijken.
Zooals de nieuwe winkel nu gemaakt
wordt, moet ’t spoelwater van de boven
woning van den naastleger zijn uitweg vin
den onder den vloer van dien winkel, ten
minste is met het optrekken der nieuwe
gevel geen pijp of iets dergelijks naar buiten
aangebracht.
Hopende dat deze regelen mogen bijdragen
tot het opheffen van onpraktische en onge
zonde woningen en zoodoende de onbeperkte
vrijheid van handelen van „huisjesmelkers*
alhier, aan banden worden gelegd en dat
een der leden van den gemeenteraad of het
dagelijksch bestuur dezer stad een daartoe
strekkend voorstel in de vergadering moge
brengen, teekent, M. d. R. L dankend voor
de verleende plaatsruimte
Uw getrouwe lezer,
X.
Prof. mr. D. Simons wjjdt in de Januari
aflevering van De Gids een artikel aan de
zaak-Hogerhuis. Het bij de Staten-Generaal
aanhangige ontwerp van wet tot uitbreiding
van de gevallen, waarin revisie van een
strafproces zal zijn toegelaten, opent demo
gelijkheid om ook het Leeuwardensche
arrest aan eene herziening te onderwerpen,
wanneer de Hooge Raad daartoe na her
nieuwd onderzoek voldoende gronden aan
wezig acht.
In het vooruitzicht, dat de rechter dus
weldra geroepen zal worden tot het vellen
van een nieuw oordeel met volkomen ken
nis van zaken, schijnt het prof. Simons ge
raden, de debatten te staken en persoonlijke
opvattingen terug te houden. Waar hij ons
een overzicht geeft van de zaak-Hogerhuis,
doet bij dit allerminst met de bedoeling om
opnieuw van zijn eigen opinie rekenschap te
geven, maar alleen op uitnoodiging van de
redactie van De Gids, die er prijs op stelde,
dat haar lezers door een onpartijdig over
zicht op de hoogte zouden worden gesteld
van de beteekenis der zaak, welke bedoeling
door prof. Simons gewaardeerd wordt.
Aan het slot van zijn uitvoerig artikel
schrijft de heer Simons:
„De Minister van Justitie heeft het nog
zeer onlangs uitdrukkelijk verklaard, dat
hij bereid is zijne medewerking te verlee-
nen om de waarheid zoo helder mogelijk
aan het licht te doen treden. Laten dan
onze Staten-Generaal met bekwamen spoed
den arbeid verrichten, die van hen wordt
gevraagd en hun zegel hechten aan het
ingediende ontwerp en laat men ter wille
van het groote beginsel, dat hier op het
spel staat, zijn aandacht niet laten aflei
den door kleine bezwaren, die steeds en
tegen elk voorstel kunnen worden aange
voerd.
Zoodra aan de juistheid van eene rech
terlijke uitspraak rechtmatige twijfel ge
rezen is, mag die twijfel niet worden on
derdrukt ter wille van het vermoeden, dat
een gewijsde voor waarheid gehouden moet
worden. De onderstelde waarheid mag
niet meer kracht hebben dan de waarheid
zelf. Zoolang iemands schuld niet is be
wezen, moet zijn onschuld worden aange
nomen, twijfel aan die schuld, gerechtvaar
digd door omstandigheden, die de rechter
bij zijne uitspraak nog niet heeft kunnen
wegen, moet eene nieuwe rechterlijke be
slissing rechtvaardigen.
Te wachten totdat de onschuld is ge
bleken, brengt mede de handhaving van
een vonnis dat, had later ontstoken licht
vroeger geschenen, niet zou zijn gewezen.
Het voorgestelde ontwerp is dus in begin
sel juistde verheffing er van tot wet is
een zaak van dringende urgentie.
Kan rechtmatig gerezen twijfel in welke
richting dan ook, opgelost worden door
een wettig middel, door een onderzoek van
aan de zaak vreemde, dus ook objectief
volkomen onpartijdige rechters, dan mag
dat onderzoek geen dag langer uitgesteld
worden dan onvermijdelijk noodzakelijk is.
Het weldra aan te vangen nieuwe jaar
brenge ons zoo spoedig doenlijk de wette
lijke regeling, welke de herziening van het
tegen de gebroeders Hogerhuis gewezen
arrest zal mogelijk maken. Aan den Hoo-
gen Raad dan het oordeel of de later ge
bleken omstandigheden die herziening kun
nen rechtvaardigen. Voor dat oordeel, dat
niet lichtvaardig zal worden gegeven, zal
ieder zich hebben te buigen, ook dan wan
neer het zijne anders mocht luiden. Een
rechtspraak, die allen bevredigt, die allen
twijfel buitensluit, is een illusie. Wat Jupi-
•ter niet kon, kan onze rechter evenmin.*
pijn doen.
Te Ruigahuizen is de laatste dagen door
onderscheidene personen een vos gezien.
Houtigehage, 2 Jan. Een paar vech
tersbazen hebben hier ’t Nieuwjaar met een
snjjpartij gevierd. De rijkspolitie van Rotte-
valle heeft de zaak onderzocht en proces
verbaal opgemaakt.
Gister kreeg een meisje te Surhuister-
veensterheide, Johanna Ni] boer, bij ’t nieuw-
jaarschieten een revolverschot in den arm.
Zij moest onmiddellijk naar den dokter
worden gebracht.
Heerenveen. Met het uitzetten der
grens voor de te onteigenen perceelen voor
de tramlijn LemmerJoure is men begonnen.
Haskerland, 2 Jan. Als eene bijzon
derheid kan worden gemeld, dat in deze
gemeente met eene bevolking van bijna
8000 zielen, gedurende de afgeloopen maand
December slechts 2 personen zijn overleden.
Hepk. Adv. BI.
Hindeloopén. De Ijsclub „Hindeloo-
pen* heelt in hare, de vorige week gehou
den jaarvergadering besloten in het a. s. sei
zoen een priksleden- wedstrijd en eene hard
rijderij in oud Hindelooper costuum te hou
den.
Tot bestuursleden werden gekozen de
heerenG. J. F. Avenhorn van Nauta, W.
de Roest, A. Brouwer, en J. J. van Elselo.
Leeuwarden. Door den minister van
Waterstaat is een gedeelte van het plantsoen
ten Westen van het Wilhelminaplein ter
zijde van het beurs- en waaggebouw, aan
gewezen, om daarop een nieuw post- en
telegraafkantoor te stichten. Eene opper
vlakte van ongeveer 1332 centiaren is er
voor noodig.
Uit den Haag wordt aan de Ms.b.
geschreven
Aan een der singels van onze stad stond
een kleine herberg, een onooglijk lokaal,
„welks dorpel was gesleten*, maar nu juist
niet door ’t bezoek „van zangers, kunste
naars, van schilders en poëten.* Die uitge
holde dorpel bewees intusschen voldoende,
dat ’t een goed zaakje was. Daar kreeg de
eigenaar der alles benalve „hechte en wel
doortimmerde* arbeiderswoningen, waarvan
’t kroegje er een was, het in ’t hoofd, nieuwe
panden te gaan zetten. Gauw de oude afge
broken, wat geen zwaar werk was. Maar
de herberg met haar „vergunning*, hoe die
door de mazen der wet heen te halen, on
danks de algeheele afbraak? Geen nood.
Alles in ’t rond werd afgebroken, doch de
gelagkamer werd met veel zorg en voor
zichtigheid onaangeroerd gelaten, wat met
zooveel succes geschiedde, dat er voortdurend
kon getapt worden. En onder het tappen
door werd het nieuwe huis over dat oude
deel heengebouwd. Zoo staat nu de bouw
vallige gelagkamer midden in de nieuwe
herberg. Als deze voldoende gereed is,
worden de oude muren de deur uitgedragen
en... gered is de winstgevende vergunning.
Op ’t oogenbiik anders wel een aardig
gezicht: zoo’n krotje in een winkel.
Het komt in de schoolboekjes nog al
eens voor, dat er tranen van vreugde ge
schreid worden. Waarschijnlijk zien de
meeste kinderen in hun naaste omgeving
maar zelden van die vreugdetranen plengen
en vandaar zal ’t misschien komen, dat men
bij de verklaring der leesles altijd met deze
soort tranen moeite heeft.
Dezer dagen werd in een middelklasse
een lesje gelezen over „Sint Nicolaas.* Het
slot is, dat de kinderen uit het lesje ten
toppunt van geluk zijn, terwijl vader er met
een vergenoegd gezicht naar zit te kijken
en moeder een traan wegpinkt.
De onderwijzer vraagt, waarom moeder
dit deed.
Eerst geen antwoorddan steekt een
ventje achter in de klasse zijn vinger op,
en zegt
„Omdat het haar zooveel geld gekost had,
meesterNw. Schbl.
Weer een. Te Wageningen heeft een
boerenknecht een dienstbode met een ge
weerschot, terwijl hij meende dat het wapen
ongeladen was, levensgevaarlijk aan het hooid
verwond. De man was zoo ontsteld door dit
ongeluk, dat hij vluchtte; later werd zijn
lijk in een sloot gevonden.
Ook een jager. In „De Hollander*
van 28 Dec. komt de volgende advertentie
voor
„Iemand, 20 jaren bij het vak werkzaam
wenscht mollen, hetzij per stuk, per H. A.
grond, of op nader overeen te komen voor
waaiden te komen vangen..
Voor den landbouw is het te hopen dat
er zich geen reflectanten op deze adverten
tie aanmelden,
weer bij te kunnen voegen, waardoor
men in de noodzakelijkheid zou kunnen
komen het onderwijzers-traktement te moe
ten verhoogen.
Men zal hiertegen aanvoeren, dat dit niet
mag en dat men den onderwijzer niet kan
dwingen, de baantjes aan te nemen. De
praktijk leert dit echter en de bovenmeesters
zullen mij wel verstaan. Menig nommer één
van de voordracht werd reeds voorbijgegaan
en nommer twee of drie benoemd, omdat
die alles wenschten te slikken, waar nom
mer één voor bedankte.
En dan het zingen. Men hoort dikwijls
het verhaal, dat de bovenmeesters vroeger
om de plaats moesten zingennet of dat
tegenwoordig niet meer gebeurt. Natuurlijk
komt men daar zoo openlijk niet voor uit,
maar, maar... de bovenmeesters zullen mij
wel verstaan.
En dan de baard. Het is nog niet zoo heel
lang geleden, dat te K. in de provincie
Utrecht nommer één niet benoemd werd,
omdat hij een baard had. Niet, dat die baard
in de school zou gehinderd hebben, maar
achter de voorzangerslessenaar in de kerk
zou die baard een groote ergernis voor de
gemeente geweest zijn. Een der gemeente
raadsleden, tevens kerkeraadslid, dus een der
eminente koppen van ons dorp, vergeleek in
zeer realitische bewoording een behaard voor-
zangersgezicht met de achterdeelen van een
hond En al de oud- en nieuwtestamen
tische baarden, die ik aanvoerde, konden hem
niet van zijn idee afbrengen. Nommer één
kreeg zijn stem niet.
Maar ik ben hier afgedwaald en keer dus
tot de bijbaantjes terug. Wanneer men op
tal van plaatsen naar het traktement van
het hoofd der school informeert, dan krijgt
men dikwijls ten antwoord
„Ja, het traktement is niet zoo hoog, maar
er komt nog al wat bij50 gulden voor het
voorzangerschap, 50 gulden voor het koster-
schap, 15 gulden voor het klokluiden en klok-
opwinden en dan al de fooitjes bij het trou
wen en dan het stovenzetten, het begraven,
en meer van die kleinigheden, maar het
traktement zelf is maar 700 gulden.
Onlangs had onze bovenmeester den moed,
voor het kostersbaantje dat 50 gulden gaf, te
bedanken. Verwikkelingen over spinrag in
kerk, stinkende turf in de stoven, en der
gelijke waren er de oorzaak van. Bovendien
was zijn vrouw te trotsch om zelf in de kerk
te vegen, de banken af te stoffen, en de
meester achtte zich te hoog om lampen schoon
te maken, koper en zilver te poetsen en
complimentjes van de boeren af te wachten
over den te lagen of te hoogen warmtegraad
van de kerkstoof.
Men pruttelde wel, maar de meester be
dankte. En nu dacht ik, dat er wel een
wedloop om het ambt zou ontstaan tusschen
den notaris en zijn klerken, den dokter, de
lui van het postkantoor en de overige nota
belen van ons dorp. Toch niet. Zelfs de
ondermeester haalde voor het baantje zoo
allemachtig hoog zjjn neus op, als slechts
met eenige mogelijkheid een neus opgehaald
kan worden. Gekscherende vroeg ik onzen
predikant of hij er geen zin in had, daar
het baantje met zijn ambt toch nog meer
een geheel vormde, dan met dat van het
hoofd der school. Maar dominé glimlachte
en zei, dat dat niet gaan zou. Ik wilde er
de kerksraadsleden aan hebben, maar nie
mand gevoelde opgewektheid. Eindeljjk
drong ik er bij onzen wethouder, een boer,
die naast de kerk woont, sterk op aan, dat
hij het nemen zou, en toen hij meende, dat
ik het in ernst bedoelde, werd hij nijdig en
vroeg mij, geheel in overeenstemming met
zijn gevoelens of ik heelemaal gek was en
ot ik wel wist, wie hij was.
Om kort te gaan, een van onze daggel
ders is nu koster geworden en nu is het
baantje op zjjn plaats. Zoo is ook het postje
van doodgraver overgegaan van het hoofd der
school op den gemeente-veldwachter, en
evenzoo dat van aanspreker op een kleer
makersknecht. Er zijn echter nog vele dor
pen, waar het hoofd der school zich op al
die gebieden nuttig maakt, en hjj kan dik-
wjjl niet anders, omdat men hem niet be
hoorlijk betaalt.
S
Bolswardsche Courant,