NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD Wtngjrf mij, BOLSWARD EN W«N88BA8BS£ Verschijnt Donderdags en Zondags. Acht en dertigste Jaargang. 1899. No. 13. Uit de Raadszaal. „HALBERTSMA” VAN STIENS, in de Sociëteit „DE DOELE" Een g’roote Bierbrouwerij W VRAAGT ^xxjocxxxxx^xxxxxxxx^ ZONDAG 12 FEBRUARI. 0 $xxx xxxxxx^xxxxxxxx^ Zondag 26 Februari a.s. VOOK het volgende bedryf dragen ABONNEMENTSPRIJS 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Vergadering van Donderdag 9 Febr. 1899. Naar het Engelsch. door de Rederijkerskamer te Bolsward worden opgevoerd. Op vereerend verzoek vertoonde boven genoemde Kamer dit stuk met veel succes, achtereenvolgens te Stiens, Leeuwarden, (2 maal), Harlingen. Heerenveen, Bergum enz., waarvan de gunstigste recentiën om trent het spel, voorkomen in de Leeuwar der en andere couranten. Entrée 50 cents per persoon. N.B. 25 Febr. e.k. volle maan. 4o. een aan de Harlingerstraat, en in verband met die plaatsing, de bestaande lantaarns wat verplaatsen. De Voorzitter verzoekt en bekomt voor de behandeling van dit voorstel urgentie. Het voorstel wordt met algemeene stem men aangenomen. 6. Behandeling van de concept-verorde- ning op de brandweer. De Voorzitter steltvoor,dezeconcept-ver- ordening artikelsgewijze te behandelen, het welk wordt goedgekeurd. De 30 artikelen werden achtereenvolgend gelezen, bij enkele artikelen worden discus- siën gevoerd als Bij art. 2 merkt de heer Dijkstra op, dat de sleutel der brandspuithuisjes ook bij den bode behoort te berusten, zoodat dit art. aldus wordt gewijzigd. Bjj art. 6 merkt de heer Banning op, dat na iederen brand ook rapport behoort te worden uitgebracht over de werking der spuiten, terwijl de heer Boersma ook die op merking had willen maken. Met algemeene stemmen alzoo besloten. Bij art. 13 wenscht de heer Boersma inplaats van „Heeren Brandmeesters" te lezen „Brandcollege". De heer Banning vindt dit ook beter, daar de brandmeesters nog wel het meest met de spuitgasten uit hebben te staan. Uit de verdere discussiën met den Voorzitter en den heer Eisma blijkt, dat het juist bedoeld is, gelijk de heeren Banning en Boersma het verlangen, zoodat de redactie aldus ge wijzigd wordt. Bij art. 20 staat, dat de belooning bij brand door het college van brandmeesters in overleg met het gemeentebestuur wordt be paald. De heer Boersma zou dit overleg liever aan den Burgemeester zien opgedra gen, doch de Voorzitter vindt beter, dat dit aan B. en W. wordt opgedragen. De heer Eisma meent, dat het in strijd met de ge- meentewetzou zijn, wanneer in de verordening de belooning by brand aan den Burgemeester wordt opgedragen. De heer Banning vindt het toch wensche- lijk, ter besparing van meerdere vergaderin gen en ook om spoedig te kunnen uitbeta len, dat de regeling met den Burgemeester kan worden getroffen. De Voorzitter. Art. 179 der gemeente wet draagt het beheer van ink. en uitg. der gemeente op aan B. en W. en hij is er niet voor, de belooning bij brand op de schouders van den Burgemeester te laden, doch wel is misschien onderling een regeling te maken, dat bij kleine brandjes de Burgemeester ge machtigd wordt, met het brandcollege te onderhandelen. Het art. wordt dan ook onveranderd ge laten. De heer Banning vraagt of van de f50, toegestaan voor het brandcollege, ook de brand- en brandspuitmeesters beloond wor den waarop de Voorzitter antwoordt, dat z.i. de opperbrandmeester daarover de be schikking kan houden, doch de heer Ban ning wil er liever een vasten vorm aan geven, en dan zou hij voor de leden van het brand college het dubbele willen stellen van de spuitgasten. De heer Boersma wil liever lezen, dat het gem. bestuur na een brand, de belooning van het college bepaalt. De heer Dijkstra ondersteunt het voor stel Banning. De heer Eisma vindt niet goed, dat het brandcollege gesalarieerd wordt, ’t Is steeds een eerepost geweest, en die f50 behooren z.i. niet in deze verordening te worden op genomen. De heer Boersma heeft een verschil van gevoelen hieromtrent, die f 50 is geen vaste belooningkomt er geen brand, dan wordt zij ook niet uitbetaald. De heer Eerdmans vindt het best, na de gehoorde discussiën, om dit art. 20 maar eenvoudig te laten, gelijk het was. De heer Eisma komt er nogmaals tegen op, om het brandcollege per uur te betalen. De f50 is toegestaan voor vergoeding van tijd en moeite, wanneer er brand komt. De heer Dijkstra. De heer Eisma sprak straks dat brandmeester eene eerepostje is, en wil het daarom niet beloonen, doch ik vind het al een twijfelachtige eer, daar soms bij nacht en in koude te moeten staan bij een brand. Ik vind het lidmaatschap van den raad veel meer eerepostje, maar toen ik indertijd voorstelde om het presentiegeld voor leden van den raad te schrappen, was de heer Eisma daar tegen en zeide hij: „voor wat, hoort wat“. De heer Eisma. Het is een groot onder scheid, daarvoor staat een post op de be- grooting, en voor die luttele som worden wel degelijk diensten gepresteerd, zoodat er voordat, ook wel wat wordt gegeven. voor BOLSWARD en OMSTREKEN een AGENT, tevens BOTTE LAAR. Adres: letter G. aan bet bureau van dit Blad. Tegenwoordig waren 9 leden. Afwezig wegens ongesteldheid de heeren Oosterbaan en P. J. de Boor, en de heer Lunter. De heer v. d. Weij is overleden. De notulen worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter doet mededeeling, dat van de Familie Mulier ten geschenke zijn ont vangen 5 schilderijen, waarvan 3 betrekking hebben op den vroegeren toestand van Bols ward en 2 op de omgeving Wonseradeel). Een hiervan geeft een voorstelling van de vierschaar, zooals die door de stedelijke macht werd bezet, tijdens het oproer in 1848. Deze schilderijen zijn opgehangen in de Burgemeesters-kamer. Van de Familie v. d. Weij is ontvangen een collectie stukken, betreffende de vroegere regeering van Bolsward, welke stukken een eervolle plaats zullen innemen in ons archief. De Voorzitter stelt voor, namens den raad dank te betuigen voor deze geschenken. (Applaus). Ingekomen stukken a. Een missive van heeren Weesvoogden, dat bij hen is ingekomen een schrijven van den heer P. Peereboom, dat hij eerlang deze gemeente met der woon gaat verlaten. Zij vermeenen, dat hun ingezonden voordracht voor weesvoogd nu niet meer voltallig is, waarom zij deze terug verzoeken ter aan vulling. B. en W. adviseeren, dat zij dit gevoelen niet deelen. De heer Peereboom toch is in woner en dus benoembaar, hij heeft zich niet officieel teruggetrokken, en zij stellen dus voor niet aan het verzoek van H.H. Weesvoogden te voldoen, omdat daardoor, ook voor latere gevallen, de benoeming van weesvoogden zou kunnen vertraagd worden. De raad vereenigt zich z. h. stemming met dit voorstel. b. Een adres van den heer J. de Boer, directeur der gemeentereiniging, verzoekende herbenoeming daar met 12 Mei zijne benoe ming expireert. Wordt gesteld in handen van B. en W. om advies. PUNTEN VAN BEHANDELING. 1. Advies van Burgemeester en Wet houders op het adres van S. Frankena, om herbenoemd te worden tot keurmeester van het hooi en opzichter van de landerijen. Burgemeester en Wethouders adviseeren om de benoeming niet weder voor 3 jaren te doen, maar alleen voor het jaar 1899, opdat bij de behandeling der begrooting voor 1900 kunne wordea overwogen of deze betrekking al dan niet behoort te worden bestendigd. Alzoo met algemeene stemmen besloten. 2. Benoeming van een keurmeester van het hooi en opzichter van de landerijen. De heer 8. Erankena werd met algemeene stemmen herbenoemd op de bestaande in structie en jaarwedde (f 60) voor den tjjd van één jaar. 3. Benoeming van een voogd van het Weeshuis. De Voorzitter doet de opmerking, dat de voordracnt van Burg, en Weths. is opge maakt zonder aanwezigheid van den heer Eisma. De heer Eisma houdt zich buiten stemming. De heer P. Peereboom wordt benoemd met 5 stemmen, de heer C. W. Eisma be kwam 3 stemmen. 4. Benoeming van een voogd van het St. Anthony Gasthuis De heer banning houdt zich op grond van art. 46 der gemeentewet, buiten stemming. De heer A. Banning werd benoemd met 5 stemmen, de heer K. Plantinga bekwam 3 stemmen. 5. Voorstel van Burgemeester en Wet houders tot het nog plaatsen van gaslan taarns. Naar aanleiding van het gesprokene in de laatste raadsvergadering stellen B. en W. op advies der gascommissie voor, alsnog enkele nieuwe lantaarns te plaatsen, als lo. twee aan de Turf kade; 2o. een op het Hoog voor de Gortsteeg 3o, een op de oude Turfkade, en Maurice Bericson stond voor Katharine, en aarzelend fluisterde hij„Is dit ook ons afscheid, Kitty Lieveling, ik heb slecht gedaan. Ik ben ongelukkig. Wil je my vergeven „Ja, Maurice,, werd zacht als een adem tocht gefluisterd. Amst. Crt. III. wanhopig. Hij lette op het van toenadering, op het eerste vriendelijke woord van zijn vrouw maar hij wachtte te vergeefs, want Katha rine was te trotsch om een enkelen stap te doen. geen vergiffenis wilde vragen. Zij had ge weigerd langer onder zijn tyrannie gebukt te gaan, en zoo waren zij gescheiden. Hij dacht aan de heerlijke dagen van hun jonge liefde, toen zij by een reizenden troep verbonden waren en in kleine herbergjes logeerden. Hoe mooi, hoe lief en waar was zij altijd geweest en hoezeer had hij haar bemind, neen, hoe beminde hij haar nog Zijn gewoonlijk stroef gelaat stond min der gespannen, en zijn scherpe, blauwe oo- gen waren vochtig, en hij vroeg zich af ,zou Katharine weten, dat ik' kom spelen zou zij niet weigeren met mij op te treden II. Een stormachtig applaus begroette Be- ricson's optreden, want Deadman had me degedeeld, welk een beroemdheid Robertson zou vervangen. Met eenige groote woorden dankte hij den vriend, die terstond na een moeielijke reis weer wilde optreden en toen hierop de eerste storm van toejuichingen wat bedaard was, luisterde de geheele zaal met ingehouden adem naar de woorden van den grooten acteur. Zoo iets had men nog nooit gehoord. Prinses Idaia trad in het eerste bedrijf niet op, en Bericson zag met verlangen naar het tweede uit, waarin Ka tharine moest binnen treden. Voor de tweede maal ging het scherm in de hoogte en de muziek zweeg. Ademloos luisterde Bericson naar de eerste klanken van een vrouwenstem, die hem physieke pijn in zyn hart veroorzaak ten zij speelde nu met Cameron, maar toen deze weg was moest Bericson als Her man van de breede trappen van de veranda afdalen om de prinses in den tuin te ont moeten Idaia ging langzaam tot hem en haar uitroep van verbazing klonk natuur lijk slechts een was er, die wist waar om. Wat zag zy er verrukkelijk uit 1 Zij was gekleed in een lang wit-zyden gewaad, geborduurd met gouden bloemen haar rossig haar was hoog boven haar hoofd gekapt en een zachte blos deed haar wangen kleuren. „Herman, myn lieveling!" Bericson knielde en kuste haar handen met ongeveinsde, hartstochtelijke aanbid ding en zijn stem sidderde, toen hy zijn party zegde. Haar in zyn armen te houden, haar zachte lippen te kussen, haar voorgewende liefde te zien want hij waagde niet te denken, dat zy echt wasHet was als een herwonnen paradijs Zag zy de smeekende uitdrukking in zijn oog? Begreep zy, dat elke liefdesuiting van zyn kant gemeend was Het publiek schreeuwde zich heesch, toen de tweede acte was geëindigd, maar Idaia ging naar haar kleedkamer zonder haar man met een enkelen blik te ver waardigen, maar toen de deur achter haar gesloten was, zonk zy neer, zij werd doods bleek en sloeg haar handen voor het ge laat. Na drie jaar had die man dus nog de macht haar ziel zoo in beroering te brengen. Maar hy had haar verlaten zonder be scherming, had aan haar liefde getwijfeld. En toch, als hy haar nog beminde, als hy eens berouw gevoelde zij zat stil, tot het tyd was, om zich weer te kleeden en met bevende vingers deed zy haar fluweelen robe, die zij in het volgende bedrijf dragen moest, aan. I. ÏHFeb je ooit zoo iets gehoord? Wat moet ik doen, Cameron, ik weet geen weg De directeur van het Thespis-theater viel weer in zyn stoel. „Wat is er, oude jongen?" vroeg Came ron. „Wat er is?" „Wat er is?" klonk het dreigend. „Kyk dan hier!" En met een woedenden blik wierp Deadman zyn vriend het telegram toe, dat hem zoo had opge wonden. Cameron las, trok zijn wenkbrauwen op en floot. „Robertson en Vincent Moore gevaarlijk gewond bij spoorwegongeluk. Mogen niet reizen. Zend hulp." Het telegram werd weg geslingerd. „Dat is werkelijk wanboffen." „Wanboffen Het is de ruïne riep Dead man uit, en over een uur moet er gehaald worden. Het huis is uitverkocht en nie mand hier in de stad kent de rol. Alleen Bericson kan haar spelen, en die is ver weg." „Hem moeten wy hebben," zeide de an der peizend, „en ik heb hem nog geen uur geleden gezien. De vraag is maar, of hy zou willen spelen." „Heb je hem gezien?" riep Deadman verheugd uit. „Ik ga terstond naar hem toe. Of hy spelen wil? Mij zal hy helpen, daar ben ik zeker van." Hy stond ijlings op, nam zyn hoed en vloog de trappen af naar zijn rijtuig, dat voor de deur stond te wachten. Tien mi nuten later was Deadman bij zyn vriend Bericson. Hij klopte en een helder „Binnen" weer klonk. Toen Deadman den beroemden acteur daar heel op zijn gemak voor den open haard zag zitten, ontsnapte hem een zucht van verlichting en de beide mannen schudden elkaar hartelijk de hand. „Gelukkig, dat ik je gevonden heb," zeide Deadman„ik moet je een groote gunst vragen. Jij alleen kunt Herman in de „Gevangene van Xaïda" spelen. Ik heb zooeven gehoord, dat Robertson en zyn plaatsvervanger by een spoorwegongeluk zyn gewond, en over een half uur zit het huis tot aan de nok vol. Wil je me nu het genoegen doen te komen spelen, Be ricson „Je vraagt heel wat," zeide de acteur lachend, „terstond na een vermoeiende tour- née. Arme Robertson „Ik begryp, dat je dood-af bent, en ik zou het je ook niet durven vragen, als er nog maar één persoon ter wereld was, die de rol kan spelen. Bericson sprong op. „Goed dan, Deadman ik speel. Je kunt de lui niet teleurstellen." „Ik blijf je eeuwig dankbaar," zeide de directeur, Bericson de hand drukkend. „Ik üareis neme Jichiinasiers Bericson was minste teeken hy wachtte te vergeefs, want Katha- was te trotsch om een enkelen stap Ten slotte vond hy gelegenheid deze woor den te zeggen: „Vergeet mij!" Het publiek moest veronderstellen, dat Herman en Idaia achter op het tooneel el kaar liefdewoordjes toefluisterden. Zy zag hem onderzoekend aan, maar sloeg haar oog neer voor zyn droevigen blik, en een zachte glimlach speelde om haar mond maar voor zy nog kon spreken, was Be- ricson’s tijd gekomen om weer naar voren te treden. Het laatste bedryf van het stuk is zeer treffenddaarin nemen de prinses en haar geliefde voor altyd afscheid. Idaia’s oogen waren met tranen gevuld, en in Herman’s laatst vaarwel klonk iets, dat haar hart pijn deed. Een lange, harts- tochtelyke omhelzing en het scherm viel. „Dat was prachtig!" mompelde Deadman en het publiek onderstreepte dit oordeel door zacht fluisterend en met behoedzame schreden de zaal te verlaten, waar het ge tuige was geweest van de hoogste tragiek, v Bolswardsche Courant ZAL ft 11' 11VAU11J11,U VtUUlU »CUU tlUUVV

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1899 | | pagina 1