NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD BOLSWARO SB WeOBfiAöia Een laatste woord. No. 64. Verschijnt Donderdags en Zondags. Acht en dertigste Jaargang. 1899. 8 DONDERDAG 10 AUGUSTUS. 8 BINNENLAND. J I VOOR 1 ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Tot de plaatsing in dit Blad van Ad- vertentiën, afkomstig uit de Pro vincie Groningen, betreffende ..Handel en Nijverheid”, is uitslui tend gerechtigd het Algemeen Ad vertentie- Bureau van W. J. WESTEN BORG, Turftorenstraat, Groningen. ning, die zijne tegenpartij van hem heeft. Niets meer dan dit laatste is geschikt om de menschen te ontwapenen, die altijd in hun tegenstanders het ergste vreezen omtrent hun eigen persoon. Zijn wij zelf niet altijd bevreesd, dat zij met wie wij op geen te besten voet verkee- ren, kwaad van ons zullen zeggen of den ken, anderen boven ons zullen voortrekken, of ons zullen toeschrijven wat niet in onze bedoeling ligt? Maar zoodra wij door een toeval ontdekken dat zij de achting voor ons hebben bewaard en het goede van ons gelooven willen, dan zijn wij ontwapend. Ja, is het niet de waarheid, dat wij vol strekt niet alleen gelegenheid hebben om als vredestichters tusschen anderen op te treden, maar ook dikwijls zelven behoefte aan een betere gezindheid en een zachtere stemming hebben? Hebben we niet zelven dikwijls de vriendschap 'zien verminderen, de liefde zien verkoelen? Verkeeren we niet zelven wel eens op een gespannen voet, om nu van verwijdering en vijandschap maar niet te spreken? En is ons dat dan niet dikwijls een bron van kwelling; geeft het ons geen onaangename gedachten, geen ge voel van onvoldaanheid? Nu zegt onze trots dat wij gelijk hebben en onze hoogmoed dat die andere moet toe geven en het eerst de hand uitsteken Maar wanneer beide partijen dat zeggen, dan is de vrede onmogelijk en daarom moeten we de kunst van ontwapenen het eerst bij ons zelven leeren toepassen. Als we de macht hebben over ons zelven, om één vinger in beweging te brengen, dan strekt de geheele hand zich al uit. Zóó gaat het in alles’t kost maar een kleine zelfoverwinning, de overwinning om een vriendelijk woord op het papier, om de hand aan den hoed te brengen, om even de lippen tot een glim lach te plooien. ’t Komt, wel beschouwd, neer op de groote en toch zoo gemakkelijke kunst om het ijs te doen smelten en de sneeuw te doen ont dooien; de sneeuw en het ijs van het men- schelijk hart. Het was een schoon woord, dat de voor zitter der vredes-conferentie sprak aan het einde der laatste zitting. Hij is een oud man, en, zeide hij, wat mij betreft, die aan het einde van mijn loopbaan ben gekomen, aan den avond van mijn leven, ik beschouw het als een verheven troost, een nieuw verschiet zich te zien openen voor het welzijn der menscheid, en den blik te kun nen werpen in de lichtstralen der toekomst. Zóó, als wij ons gedragen als apostelen des vredes, bij onze eenvoudige aardsche dagtaak, zóó zullen ook wij telkens een beter verschiet zien en de bergen zien blau wen van een vreedzamer land. „Omstreeks half negen liep een van onze meest bekende rechercheurs, die reeds dik wijls mooie „zaakjes11 opknapte, langs de Westermarkt. Het was de rechercheur Peters, die zoo kalmpjes met z’n handen op den rug en z’n stroohoed op één oor wan delende, een ouden bekende tegen kwam, zekeren J. Smitshuyzen, vroeger deel uit makende van een trio valsche munters Mevius-Hol- Smitshuyzen. Peters had vroeger in die zaak gewerkt met zijn collega’s Panhorst en Verbeek en kende S., die toentertijd het gemaakte val sche geld had verborgen in een daartoe uitgebolde tafelpoot. Peters met z’n fijnen neus volgde S. en zag hem in de Wolven- straat binnengaan in het sigarenmagazijn van den heer J. B. Reeser. Peters zag hem sigaren koopen en nauwelijks was S. den winkel uit of Peters was er in en vroeg waarmede de klant betaald had. De eigenaar gaf hem een rijksdaalder te zien dien hij van S. ontvangen had en on- middelljjk zag de rechercheur dat het munt stuk nagemaakt was; hij boog het ten be wijze daarvan in een rechten hoek. Na den winkelier verzocht te heöben den rijks daalder te bewaren, snelde de rechercheur S. achterna en zag hem binnengaan in ’t sigarenmagazijn van de weduwe A. Broere in de Raamsteeg. Peters wachtte tot geld was neergelegd op de toonbank, sprong toen naar binnen, sloot de deur en legde beslag op den hier neergelegden rjjksdaaldar, die eveneens valsch bleek te zijn. Smitshuyzen was zoo ontsteld door het plotseling optreden van den rechercheur, dat hij vrij gewillig medeging naar het politieoureel Gymnasium, waar bleek dat hij nog een ruimen voorraad valsche rijks- daalders bij zich had. Door den heer Ver steeg, commissaris van politie en den heer Kummer, hoofdinspecteur, met de recher cheurs Peters en Christiaans scherp onder vraagd, bekende hij de munten te hebben nagemaakt in zijn werkplaats aan de Ro zengracht. Hier werd een onderzoek ingesteld. In een leunstoel vond de politie een voorraad munt, specie en werktuigen die in beslag werd genomen. Door het flinke optreden van den rechercheur Peters is dus weer een gevaarlijk sujet onschadelijk gemaakt/ Zondagavond omstreeks zeven uur. zagen verscheidene porsonen in noordelijke richting op groote hoogte een luchtballon zweven, die geruimen tyd te volgen was. Duidelijk zag men den luchtschipper zakken ballast leeggooien. Als een zwart wolkje daalde het zand neer. Blijkens een door ons ontvangen bericht uit Maartensdijk, is deze ballon om onge veer half acht in een weiland achter de hervormde kerk aldaar neergedaald. Het was de ballon „stad Amsterdam1*, die des middags te Hilversum was opgelaten. Dadelijk waren tal van nieuwsgierigen bij de hand, waarvan enkelen den luchtschipper bij het landen behulpzaam waren. U. D. Gevaarlijk gewond. Een werkman, De Schepper, vader van zes kinderen, is Zondagnacht by een vechtparty te Koewacht in den buik gestoken. Zyn toestand is hopeloos. De vermoedelijke dader is aan gehouden. Een avonturier. Da politie heeft Zondag naar de ouderlijke woning in Den Haag teruggebracht een 14-jarigen knaap vau goeden huize, die, omdat hy op een of ander licht vergrijp was betrapt, uit vrees voor straf het huis was ontvlucht. ’s Avonds werd hij dwalende op een der Singels aangetroffen. De jeugdige avontu rier, wiens plan was bij een boer te gaan werken, had zyn kleeren verruild tegen oie van een straatjongen, om niet ontdekt te worden. Droevig einde. Te Wormerveer is aan een bruiloftspartij Zondag een droevig einde gekomen. Nauweijjks toch had het feest een aan vang genomen of de vader der bruid zakte plotseling dood ineen. In het gesticht Cal variënberg te Maas tricht is een persoon aan bloedvergiftiging overleden. Hij was, buiten zynde, door een insect in de hand gebeten en deze zwol zoo spoedig op, dat de arts noodig oordeelde den arm te amputeeren. Desondanks is de lijder bezweken. In den raad der gemeente Wjjmbril- seradeel lokte de belasting op het houden van honden een uitvoerige discussie uit, waarbij gewezen werd op de onveiligheiu en verstoring van rust by nacht in sommige dorpen, vetooizaakt door losloopende trek- of karhonden. Vooral in Heeg moet de over last dezer dieren zoo groot zyn, dat sommige personen ’s morgens vroeg niet op straat durven komen. Workum. Zondagmorgen werd de kleine brandspuit uitgehaald, een paard er voor ge spannen en in draf ging het voort naar het Zuidend, daarop volgde een rjjtuig waarin de heeren brandmeesters waren gezeten. Wat was er aan de hand? brand? Ja en neen. In de boerenhuizing van E. Leenstra in het W orkumerveld was het hooi erg aan ’t broeien, en er bestond groot gevaar dat alles in lichtelaaie zou opgaan. Dank zij de tusschenkomst van buren en omwonenden werd de gloeiende en rookende massa zoo snel mogelijk naar buiten gebracht en bleef de boerderij gespaard, des te meer gelukkig omdat de vrouw des huizes een paar dagen te voren bevallen was. Ruim elf uur konden heeren brandmeesters en de spuit naar Workum terugkeeren. Het hooi is totaal weg, gelukkig voor den eigenaar is het verzekerd. Sneek, 7 Aug. In de raadszitting van Zaterdag j.l. was ingekomen: een schrij ven van den heer C. Siüvel, onderwijzer sedert 1 Juli j.l. aan school no. 1, om eervol ontslag op datum boven, wyl hij voornemens is zijne studiën buiten ’t onderwijs voort te zetten. Na iugewonnen advies van ’t betrokken schoolhoofd, wordt dat ontslag eervol op den gevraagden datum verleend. Wyders een adres van de onderwijzers der o.l. scholen en een van gelijke strekking van de Plaatselyke Schoolcommissie, om een betere regeling der jaarwedden van de oh- derwijzers in deze gemeente. Beide adressen zullen vóór de a.s. begroe ting worden behandeld. Een verzoek van ’t Bestuur der Zeilver- eeniging, om f 150 subsidie uit de gemeen tekas voor ’t afsteken vaneen vuurwerk na de zeilpartij op Woensdag 16 Aug. a.s., werd afgewezen met 9 stemmen tegen. Tot geneesheeren bij de Algem, Arm- voogdij, werden benoemd dr. Wartena, Posthumus en Bouma. Sneek. Met genoegen zullen zeker velen vernemen, dat zich alhier eene Commissie en Jury heeft gevormd voor het houden van eene groote Wielerwedstrijd op Don derdag 17 Aug. a.s. Het geschikte terrein, de juist gekozen dag en ook de flinke prijzen zullen ongetwijfeld velen uitnoodigen, aan dezen wedstrijd deel te nemen. Gisterenavond werd door ’t Kiescol lege der Ned. Herv. Gemeente alhier ’t volgend zestal opgemaakt voor een pre dikant 1. J. W. de Kanter te Zoelen; 2. A. de Koe te Helder3. F. C. C. Pantekoek te Tiel4. D. Sypkens te Bergum5. C. G. Menzei te Beetsterzwaag6. F. Germs te Twijzel. Heerenveen, 8 Aug. Overdreven ge ruchten vermelden hier heden morgen een familiedrama, voorgevallen in ’t naburig ’t Meer. Nader wordt ons omtrent het gebeurde het volgende medegedeeld. Een vader en een gehuwde zoon kregen ongenoegen over ’t gebruik van een fiets. De zoon moet toen den vader met een teerkwast, de vader daarop den zoon met een breeuwhamer op hoofd of nek geslagen hebben, welke laatste slag nog al ernstig moet zijn aangekomen en eene bloeding ten gevolge had. Een te hulp geroepen geneeskundige kon echter constateeren, dat de verwonding niet levens gevaarlijk was. Da politie heeft de zaak onderzocht. 7 Aug. Heden morgen kwam op het doorreedsplein van ’t hotel Groen een ooievaar uit het luchtruim nederzaaien en liet zich gemakkelijk vangen, 't Dier blijkt aan den linkerpoot gewond te zijn. Dadelyk is voor dezen hoogen logeergast een deel van den paardenstal gereserveerd, waar hij nu trotsch heen en weer stapt, zich vry ongedwongen in ’t bijzijn van menschen be weegt en hem toegeworpen vischjes niet versmaadt. 8 Aug. ’t Heeft hedennacht flink ge regend boven de Zuiderzee. Dat is als het doen van zout op een pekelharing: over bodig. Wat is op ’c uitgedroogde land ver langend naar die regenbui uitgezien. Te Rotstergaast heeft een boer wel genoegzaam gras in zijn land, maar toch kan hij ’t vee er niet in laten, omdat er algeheel gebrek aan drinkwater is. Oldeholtpa, 7 Aug. De 27 jarige Sent Hof te Nyeholtpa is gisteren in het bijzijn van drie kameraden bij het baden verdronken in een mtgeveende pet of trekgat bij da rivier de Linde. Zijn kameraden waren niet bij machte hem te helpen. Toen werd in allerijl een visscher gehaald, die den dren keling met een bootje bereikte en hem met een schippersboom boven water trachtte te halen, ’t Was echter reeds te laat. De ver dronkene, vrachtrijder ook op Heerenveen, stond als een oppassend man bekend. Tietjerksteradeel, 7 Augustus. De waterstand is in deze gemeente zoo laag, dat van bevoegde zijde wordt beweerd, dat in geen twintig jaren zulk een lage water stand is gekend. Als eene bijzonderheid kan worden gemeld, dat men het Bergumer- meer, van den kant van Oostermeer, zelfs zonder gevaar, een eind kan inrijden. Over al op ’t vrye kan men zich begeven; ner gens last van ’t water, ’t Spreekt, oat er voor ’t vee gebrek is aan drinken. Doch ook menige huismoeder kan zich de weelde van goed spoelen bij haar werk niet meer veroorlooven. Donkerbroek, 6 Aug. Heden middag werd een kleine jongen, die voor ’t eerst de Zondagsschool had bezocht, dermate door een fietsryder aangereden, dat hy moest worden weggedragen. Een ontboden genees heer constateerde dat het eene been boven den enkel was gebroken. Schuilenburg onder Oostermeer, 7 Aug. Eene vrouw alhier had op haar jak een stopnaald gestoken, wel meer gewoonte. Zij bukte zich en de naald drong door de kleeren in de linkerborst, met het gevolg, dat de vrouw door de luchtpijp bloed opgaf. Geneeskundige hulp werd Ingeroepen. Het hart moet aan den linkerkant getroffen zijn, welke wonde levensgevaarlijk had kunnen zijn geweest. Repk. Adv. BI. Valsche munters. Het Ameterdam- sche politierapport maakte in den laatsten tijd herhaaldelyk gewag van de ontvangst van valsche geldstukken. De politie speurde met ijver, maar zonder succes. Zaterdagavond is echter de maker van ’t valsche geld op heeterdaad betrapt. Hier omtrent deelt het Rbl._ het volgende mede; „Laten wij ons, nu de eerste stap is ge daan, aaneensluiten en trachten partij te trekken uit de ervaring. Het goede zaad is gestrooid; laten wij nu den oogst laten uit kiemen.” „Dat was een schoon woord, het woord waarmede baron de Staal, de voorzitter der vredes-conferentie te ’s-Hage, de zittingen dier hooge vergadering plechtig sloot. Partij trekken uit de ervaring, het goede zaad strooien en hst laten ontkiemen, waar lijk men behoeft nog geen lid te zijn eener conferentie voor den wereldvrede, om zich zelf tot die taak geroepen te gevoelen. En waar baron de Staal in zijn treffend woord inzonderheid het oog had op het zaad van den vrede, daar kunnen wij ons allen geroepen achten om die taak op hetzelfde gebied te vervullen, in onzen kleinen kring, den kring van het gewone alledaagsche leven. De wereldvrede is een schoone zaak, maar die in eigen, naaste omgeving, van ieder op zich zelf, is het niet minder. En van die zaak wordt dikwijls zoo bit ter, bitter weinig werk gemaakt! Hoe dikwijls brengen de omstandigheden er ons niet toe, ons zelven als bemiddelaars en gezanten des vredes te beschouwen? Wij mogen nu juist niet leven in een atmosfeer van haat en vyandschap, nog altijd krielt het van haken en oogen. Zoolanger niets in den weg komt gaat alles goed en roemt men de vriendschap. Maar hoe dik wijls wordt deze niet op een proef gesteld, die zij blijkt niet te kunnen doorstaanEen heel klein woordje, dat niet in ons schuitje komt, een heel kleine aanmerking op wat we deden of willen, een beetje concurrentie waartegen we niet opkunnen, of zoo iets, en de vriendschap verkoelt of ze gaat over in het tegenovergestelde, althans in verwij dering en wat er uit voorkomt. Leert ons niet de ervaring van eiken dag dat dit de gewone loop der wereldsche zaken is en is zóó niet telkens de weg aangewezen voor ieder die beweert -- en dat doen we immers allen, dat hem het hart op de rechte plaats zit? We moeten om zoo te zeggen dagelijks ter vredesconferentie gaan. Zeker is dat wel eens moeilijk en het strijdt ook tegen onzen tragen geest, die zoo gaarne heil zoekt in rust en onthouding. Het kost een weinig zelfoverwinning om rond te gaan in het kleed van een apostel des vredes en wijs is het zelfs veelal, dat kleed maar thuis te laten, als we dan... het werk van den apos tel maar doen. En die dat met ernst wil, die ervaart dat er op dien weg wel spoe dig vorderingen zijn te maken. Dit echter moeten we wel in het oog houden. Vrede stichten, verbroken harmo- niën herstellen, ontknoopte banden weer vastmaken, het is in de eerste plaats een werk van tact en geduld, te meer, omdat we zoo dikwijls als tusschen twee vuren staan, omdat het geschil vaak loopt tusschen bloedverwanten, vrienden of kennissen, om dat het wel eens moeite kost, volkomen onpartijdig te zijn, ook omdat wij telkens tot de treurige ontdekking komen, dat de hevigste geschillen, uit de nietigste, onbe duidendste dingen voortspruiten. Zoo we vrede willen stichten, laat ons dan niet te veel praten en redeneeren, voor al laat ons niet te veel den preektoon aan- nemen. Vermaand of berispt willen de menschen nu eenmaal niet zijn, en daar ieder zijn uil een valk noemt, is het heel wat beter om ons van de geheele zaak in quaestie af te houden. De taak van den vredestichter is, de personen tot elkaar te brengen, zonder de zaak te beslissen die hen verdeeld houdt. Het laatste is tijds ge noeg als we er toe uitgenoodigd worden. Tact en geduld, ja, die zijn er noodig. We moeten niemand der partijen onaelijk geven, maar ook niemand sterken in zjjn meening we moeten als terloops het voor en tegen in het licht stellen en, boven alles, ieder jachten te overtuigen van de goede mee- a Bolswardsche Courant I

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1899 | | pagina 1