NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
01SWAR0 EN WONSEB A.DEEI.
Gebrs. KINGMA,
in EFFECTEN enz., KASSIERS
te Bolsward en Makkum.
J. H. KINGMA,
Correspondentschap BOLSWARD
le klasse
Mr. Mispslölom Beijer,
No. 4. Verschijnt Donderdags en Zondags. Negen en dertigste Jaargang. 1900.
DONDERDAG 11 JANUARI.
INGEZONDEN.
B1NNENLAND.
Wed. Jac. DIJK-v. d. Meer.
VOOR
ge-
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Kantoor bij den Heer
der Nederlandsche Bank.
Hoe een Afrikaner twintig jaar
leden den toestand beoordeelde.
„de Telegraaf.11
zij heeft mij lief, het zal wel goed gaan.*
Het duurde niet lang, of Gert en Antje
waren getrouwd. Een paar weken hield Antje
zich goed, doch eens op een morgen begon
zij met Gert te razen over koffie. Gert gaf
haar ten antwoord„Gij moet niet denken,
dat ik overleden Hendrik ben.* Maar Antje
liep hem bij, juist toen hij naar een anderen
koers keek en sloeg hem met een veldstoeltje
achter op den kop, zoodat hij bewusteloos
neerviel. Een twee drie, was Antje bij hem
met een ossenriem, maakte zijne beide handen
achter zijn rug vast en leidde hem naar het
wagenwiel, bond hem vast, nam den ouden
gewonen achteros-sjambok en sloeg Gert bijna
dood. Van dit oogenblik af volgde Antje
weer haar oud gebruik en nog veel erger.
Gert moest, juist als het haar lustte, aan
het wagenwiel komen, totdat op een zekeren
avond zijn broer bij hem kwam. Deze vroeg
hem, „gij zrjt anders zoo sterk, hoe kunt u
zoo van Antje laten Gaan?* Mijn broeder,
zei Gert, „het is ónmogelijk, want Antje is
te stvrk.* Wel, hernam de ander, hebt gij
al geprobeerd om je te verzetten en Antje
uit te looyen? Neen, zeide Gert, „ik heb het
nog niet geprobeerd, maar ik weet, het is
voor niet. Zij is te sterk.*
De broeder van Gert werd driftig en zeide
„Kijk hier, broer Gert, ik order je nu, als
Antje je weer wil slaan, dan zet je jou er
tegen in en geef' Antje een goed pak.“
Gert begon over de zaak na te denken,
njllC lUILUiukuiiW-
der Vereenigde Zeepfabrieken, Rotterdam.
Cartons f 0.90, f 2.40, f 0.45, f 0.30,
bevattende 3, 12, 3, E
RIVIERA 7‘/2 ct. per stukje.
Aanbevelend,
In deze dagen, nu een groot deel van aller
gedachten in beslag genomen wordt door de
gebeurtenissen op het oorlogsveld, is het een
eigenaardig genoegen te bladeren in allerlei
oude documenten, die betrekking hebben op
de geschiedenis van het Transvaalsche volk.
Men leert daaruit de zelfbewuste kracht
kennen, die het thans mogelijk maakt, dat
zulk een betrekkelijk weinig talrijke natie
het machtige Engeland kan weerstaan.
Dezer dagen kwam ons in handen een hier
te lande waarschijnlijk weinig bekend werk,
dat in 1881 werd geschreven door komman-
dant Weilbach en C. N. J. du Plessis te
Potchefstroom het verscheen ter drukkerij
van Saul Solomon Co. te Kaapstad. Bij
kans twintig jaar is dit boek derhalve oud;
nog juist kon daarin melding gemaakt worden
van de eerste Conventie met Engeland, te
Pretoria, waari>ij de suzereiniteit van Groot
Brittannië werd vastgesteld, eene bepaling
die in de Conventie van 1884 werd opgeheven
wat daarover in latere jaren ook van En-
gelsche zijde moge zijn beweerd. Ondanks
dat groote tijdsverloop komen in het werk
echter bladzijden voor, die ook gisteren hadden
kunnen zijn geschreven. Het onderstaande
strekke daarvoor ten bewijze:
„Men kan de Conventie vergelijken met
een onder de aarde geborgen slagijzer, daar
neergelegd met het doel, om onwetenden
daarin te laten trappen. Wanneer men een
slagijzer opstelt en dit onder de aarde ver
bergt, is het niemand bekend in welk uur
van den nacht het zal worden afgetrapt,
maar zeker toch binnen tien uren en gedu
rende de stilte van den nacht. Nu zullen
wij die uren tot jaren verlengen en profe-
teeren dat het slagijzer binnen dien tijd door
den een of den ander zal worden algetrapt
en als het wien of wat ook aan den voet
beetkrijgt, ontstaat er voorzeker groot lawaai,
pijn en verwoedheid.
Wij zullen dus, denk ik, maar tevreden
zijn en wachten totdat door ons of door den
Engelschman het slagijzer afgetrapt wordt.
Men kan altijd rekenen, dat zulks in de voor
ste helft van den nacht getchiedt, want op
dien tijd loopen wolven en jakhalzen het
meest rond.
De algemeene kreet zal wezen een „Ver-
eenigd Zuid-Afrika* en wellicht zal men den
Engelschman, met het zwaard, Zuid-Afrika
uitjagen.
Niemand zal evenwel ontkennen dat het
den Engelschman altijd zal heugen, dat hij
een driemaandenlangen veldtocht tegen de
Alrikaanders in de Drakensbergen gemaakt
heeft.
Wanneer, wat waarschijnlijk spoedig ge
beuren kan, men gelijk zou opstaan en zeg
gen „machtig Groot Brittanje, ga spoedig
weg!* zou Engeland lang twijfelen om de
wapens op te nemen. Als allen eendrachtig
samenwerken, hetgeen al meer en meer het
geval is en hetgeen veel voor de toekomst
belooft, kan Groot Brittanje maar „zijn goed
vat en trek.“
Wanneer onze Volksraad de Conventie
bekrachtigt, beschouw ik dat wij met niets
anders beter te vergelijken zijn dan met eene
municipaliteitmaar God weet of onze bur
gers tevreden en rustig zullen blijven.
Wij moeten dus met kracht den Afrikaan-
der Bond bevorderen en uitbreiden, want
deze zal een groot middel zijn om Engelands
macht en invloed in Zuid-Afrika minder te
maken.
De Afrikaansche bevolking verdient het
wel om een geheel onai hankelijk volk te
wordenzij moet slechts vereenigd en elkan
der getrouw zijn en zooals de Transvalers
voorgegaan zjjn, toonen zij niet te vreezen
voor het machtige Engeland met zijne kanon
nen, wanneer het de vrijheid geldt.
Ik heb vroeger een man gekend met den
naam van Gert. Hij was omtrent vijf en
twintig jaar toen hy in het huwelijk trad.
Gert had een buurman gehad, die een zwakke
man, zonder moed was, maar hij had eene
groote, sterke en duivelsch kwade vrouw,
Antje genaamd. Antje had den stommen
man geheel in haar macht. Bijna eiken dag
greep zij den achteros-sjambok en sloeg den
armen man op .vreeselyke wijze. Gert had
veel medelijden met zijn buurman en zeide
hem menigmaal: „Waarom slaat gij Antje
ook niet?* Maar het antwoord bleet steeds
hetzelfde: „Och neen, dit is onmogelijk, zij
is te sterk.*
Kort daarna stierf de arme drommel en
Gert ging met Antje aan ’t vrijen. Zijne
oudere vrienden raadden het hem ten sterkste
af en zeiden aan Gert: „Gij zyt even zwak
en klein als overleden Hendrik en wilt gij
nu ook in die ellende gaan Gert antwoordde
venwel verstandig; -Ik heb Antje lief en
Leeuwarden, 8 Jan. Heden avond
werd hier een treffende scène afgeepeeld
tusschen twee familieleden in den eersten
graad. Duisternis bedekte de aarde en dus
ook onze stad. Daar ging tegenover de
Klandery in het flauwe schijnsel der lan
taarns een zoon van Mars slingerend zijn
weg. Op eens schoot uit ’t halfduister een
man „’n civiel* op den jongeling toe, greep
dien by den arm en wilde hem naar de
kazerne geleiden. In ’t diepst van z’n eer
getast, keerde de soldaat zich om en riep
den ander met bevelende stem toe: „Een
burger niet aan een militair!*
„Maar beste jongen! ik ben je bloedeigen
vader en waarlijk, je moet zien, dat je onder
dak komt. Daarom wil ik met je mee.*
Toen de soldaat weer even forsch: „Een
militair laat zich niet door een burger naar
de kazerne brengen.*
Ze bleven nog een poos door twisten,
maar ten slotte zegevierde de overredings
kracht des vaders en in de beste verstand
houding zag men hen kazernewaarts gaan;
hy de zoon van Mars en de vader in civiel.
Tzum, 8 Jan. De mazelen heerschen
hier sedert eenige weken niet alleen onder
de kinderen, maar ook onder ouderen van
jaren.
Het gezin van den boer S. Miedema heeft
zware verliezen geleden. De moeder en
haar 20-jarige zoon vielen als het offer van
de ziekte, die vergezeld ging van hevige
koortsen.
De laagste klassen der school zijn bijna
KASSIERSenCOMMISSIONAIW
eizü.ten, maar veer never mooi te pratenr
Nadat Antje’s zwakheid bekend was ge
worden, werd zij een knappe en bedaarde
vrouw en zij en Gert leefden voortaan recht
go<d.
Zoover ik met mijn zwak verstand de
zaak beschouwd en gadegeslagen heb, zijn
er verscheidene bewijzen voor, dat Engeland
eenmaal den naam van machtig en groot
verkregen heeft, door de verovering van of
overwinning op eenige zwakke naties. Die
naam is by toeval en geluk steeds grooter
geworden en later zoo hoog gerekend, dat
by de meesten het denkbeeld is ingeworteld
Engeland is de machtigste van alle mogend
heden en natiën.
Maar ik durf zeggen, dat in onze dagen
er met alleen hier, maar ook elders blijken
zyn, dat het onuoodig is om Antje zoo den
baas te lateu spelen.
Gelukkig is tydens dezen oorlog niet alleen
de waarheid betreffende ons goed recht aan
het licht gekomenmaar het is openbaar
geworden, dat Engeland slechts door den
grooten naam, dien het eenmaal verkregen
heelt, doch die evenwel nu aan het dalen is,
zoo overal geëerbiedigd werd.
Er is byua geen natie of Engeland is er
mede in aanraking geweest, en zoo men de
oorzaak er van opspoort, zal men vinden,
dat onrecht door heizelve gepleegd is. De
reden, waarom men toegevend geweest is,
werd veroorzaakt door vrees voor Antje’
want „zij is al te sterk!*
Ik geioof met onjuist te zijn, als ik beweer,
dat Engeland eenmaal moet vallen, dat En-
gelands val groot zal zijn en dat die val van
Engeland nabij is.
Mijnheer de Redacteur.
Aangenaam zal het mij zijn als
voor het onderstaande gastvrijheid wilt
verleenen in Uw blad.
Het concert der Gemengde Zangvereeni-
ging „Bolsward* alhier, dat bepaald is op
Donderdag 18 Januari a. s., belooft voor
de muzikale wereld in ons stadje te worden
wat men wel eens „een evenement* noemt.
Ik acht mij gerechtigd deze uitdrukking
te gebruiken, zonder vrees gevaar te loopen
om, waar ik bestuurslid der bewuste cor
poratie ben, te worden herinnerd aan een
zeker spreekwoord, waarin van de minder
aangename geur van eigen lof wordt ge
waagd. Immers, wanneer ik dit concert een
evenement noem, doe ik dat niet met het
oog op de muzikale waarde der uitvoeringen
dezer vereeniging, welke waarde ik gaarne
ter beoordeeling laat aan hen die deze
waarde kunnen bepalen, en buiten de ver
eeniging staan. Ik doe dat ook niet met
het oog op het uit te voeren toonwerk
(Aschenbrödel Aschepoester van Hoff
mann) ofschoon dit werk mijns inziens de
kennismaking overwaard is. Neen, ik noem
dit concert een evenement met het oog op
de belangrijke krachten, die de vereeniging
ditmaal aan zich heeft weten te verbinden.
De vereeniging was n.l. tot haar leedwezen
door bijzondere omstandigheden niet in
staat de bariton-soli en het piano-accom-
pagnement door eigen krachten te doen
3 stuks, vervullen, doch de heer Hoogslag van
Sneek werd bereid gevonden de piano-partij
welwillend op zich te nemen, terwijl het
aan het Bestuur gelukte den heer Joh.
Soutendijk, solozanger te Amsterdam voor
de bariton-soL te engageeren.
Zij die het voorrecht hebben genoten
den heer Hoogslag te hooren zullen zich
ongetwijfeld over zijne medewerking bij
deze uitvoering ten zeerste verheugen, en
wat den heer Soutendijk betreft, diens naam
heeft op muzikaal gebied reeds een te
goeden klank dan dat het noodig zou zijn
hier over zijne verdiensten uit te weiden.
Waar in ons goede Bolsward zoo uiterst
zelden de gelegenheid wordt aangeboden
zulke verdienstelijke kunstenaars te hooren,
meende het Bestuur der vereeniging aan
allen zooveel mogelijk gelegenheid te moeten
geven dit concert bij te wonen. Daarom is
de entree zoo laag mogelijk gesteld. Men
zie de advertentiën.
Ik eindig in het vertrouwen, dat ik wel
deed deze mededeelingen te doen en hoop
dat op 18 dezer bij de uitvoering, zoowel
als op 17 dezer b.j de generale repetitie,
velen hunne belangstelling zullen toonen.
Dankend voor de plaatsing:
P. A. BRUINSMA,
secr. der Gem. Zangv. „Bolsward*.
Bolsward, 7 Januari 1900.
die alhier heeft overwinterd, heeft dezen
morgen onze haven, die nog door het ijs
was gesloten, opgebroken. Daar er thans,
zoo ver het oog reikt, in zee geen ijs meer
is te zien, kan onze haven weer als ge
opend beschouwd worden. Voor zeilschepen
is het echter nog niet geraden haar ’s nachts
aan te doen, daar er zich nog veel drijfijs
in bevindt. Da Lemmer-nacht-boot op
Amsterdam heeft thans ook weer haar
dienst hervat.
Dockum, 8 Jan. Sinds eenige dagen
vermisten schoenmakers hier ter stede
schoenen uit hun winkel, zonder dat het
de politie mocht gelukken de daders te
vinden.
Thans zijn de Inspecteur van politie en
de Brigade Comdt. der Maréch. er in ge
slaagd de daders, benevens de schoenen,
welke hier ter stede beneden den prijs waren
verkocht op te sporen.
Sneek, 8 Jan. Nu men hedenmorgen,
naar men ons meedeelt, ook door’t Sneeker-
meer hoengebroken is, kan de scheepvaart
hier als geheel geopend worden beschouwd.
Leeuwarden, 8 Jan. Zaterdagmiddag
geraakte hier een jongen te water. Iemand,
die hem wilde redden, onderging hetzelfde
lot. De knecht van den heer Sonnega,
apotheker, was gelukkiger. Hij slaagde er
in, den drenkeling te grijpen en op het droge
te trekken. De eerste redder kwam er ook
goed af.
Steenwij k, 8 Jan. Uit deze en omlig
gende plaatsen is de trek naar Ensctiedé
tegenwoordig bij'.onder groot. Bij tientallen
vertrekt men naar genoemde fabrieksstad
om aldaar werk en brood te zoeken.
Sneek, 8 Jan. Zaterdag j.l. had hier
een ongeval plaats, dat hoogst treurig had
kunnen afloopen.
Een zoontje van den landbouwer Th. vd. L.
zou, terwijl men aan ’t touwslaan was,
even de stoomlijnbaan van den heer Lank-
horst oversteken, toen zijn das in aanra
king kwam met de verschillende lijnen.
Hoe ’t ventje ook spartelde om los te
komen, ’t baatte nietsde das werd hem
spoedig zoo nauw om de keel toegehaald,
dat hij op ’t punt stond te worden geworgd,
toen zijn vader, die haastig kwam toeloopen,
de tegenwoordigheid van geest had, de
touwen terstond door te snijden.
Hepk. Adv. BI.
Workum, 9 Jan. By de heden alhier
gehouden verkiezing van twee leden van
den Gemeenteraad zijn bij den Burgemeester
de volgende Candidaten opgegeven
S. Dykstra Rz., S. M. Gaastra, O. IJntema
en U. Zwolsman.
Hindeloopen, 6 Jan. Uit de vele
sollicitanten naar de betrekking van agent
van politie alhier is benoemd Bernhard
Bakker, onbezoldigd Rijksveldwachter te
Engwierum, gemeente Oost-Dongeradeel.
’t Is nu maar te hopen, dat deze zoon uit
’t Noord-Oosten van Friesland het in ’t
Zuid-Westen der Provincie „der lui* naar
den zin kan maken.
Joure. Alhier is eene bijeenkomst ge
houden van eigenaren van miedlanden, ge
legen ten westen van de Groote Brekken
in Lemsterland en Gaasterland, met het
doel, om te overleggen, wat men zou kunnen
doen tot vermeerdering van de productiviteit
dezer thans voor een deel bijkans waarde-
looze bezittingen. Ruim tweederde van de
680 hectare was door de eigenaren of der-
zelver gemachtigden vertegenwoordigd, en
nagenoeg eenparig betuigden de aanwezigen
hunne ingenomenheid met het in deze
genomen initiatief en gaven als hunne over
tuiging te kennen, dat door doelmatige
drooglegging en afwatering de waarde dezer
gronden binnen weinige jaren tot het drie
ën vierdubbele kon stygen.
Na ampele bespreking van de wyze,
waarop eene duurzame verbetering zou
kunnen worden tot stand gebracht, werd
het ontwerpen van een plan opgedragen
aan eene commissie, bestaande uit de heeren
H. Luiking, Th. van Welderen baron
Rengers en Luiuenburg, nadat de heer J.
K. van Hout van Balk, hoewel warm voor
stander van de zaak, verklaard had wegens
zijn hoogen leeft ij f liever niet in de com
missie van voorbereiding zitting te nemen.
F. W.
Zaterdag heeft menigeen te Deventer
een goedkoopon haas in bezit gekregen. Een
wildhandelaar n.l. moest voor rekening van
zyn principaal een lUO-tal hazen aan den
man brengen, die, na aan een opkooper
verzonden te zijn geweest, door dezen waren
werden ze uit de hand verkocht voor een
kwartje per stuk.
Lemmer, 8 Jan. De stoomboot Nij
verheid II, kapt. P. de Jong van Sneek
Bolswardsclie Courant.
6j