NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD BOESWAR» EN WONSEBA.DEEL i No. 29. Verschijnt Donderdags en Zondags. Negen en dertigste Jaargang. 1900. DE KAATSSPOBT W ereldten toonstelling te pakijs. ZONDAG 8 APRIL. ZIJN KLEIN MEISJE. VOOB ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. i en onophoudelijk naar haar en in den slaap zelfs om u zoudt komen/ zeide zij En de inbre- s en van het kindje van zeide hij zacht, ter- haar heen boog, wat man op de knieën en keek onafgebroken naar liet kleine, bleeke gezichtje. Plotse ling stond hy op, drukte een kus op het koude voorhoofd van het kind, trok zyne nu niet meer vastgehouden hand weg en wendde zich tot de politie „alles in orde meneer de inspecteurZy is dood en ik ben ter uwer beschikking' goot met de knieën en boog zijn boven lichaam naar het venster. In het volgende oogenblik had hy eene ruit ingedrukt en zich in de kamer geheschen. Een zwakke verheugde stem begroette hem. „Dady, het is Dadyklonk het uit den hoek waar een klein ledikant stond. „Ach, eindelijk is u toch gekomen Arm klein Bijtje 1 Vele lange dagen nachten had ze 1 1 vader verlangd hem geroepen. „Ik wist, dat „ik verlangde zoo naar u ker, die bjj het ledikantje neerknielde het gelukkige glimlachje - t-.ai_.-_ zag, gevoelde niets dan de zaligheid toch niet te laat te zijn gekomen. Hjj zag immers maar al te duidelijk, dat hjj een stervende voor zich had en elk oogenblik dit flauw brandende levenslampje uitge blazen kon worden. Zoo ellendig zag ze er uit, zoo afgevallen, zoo met iets boven- aardseh, het was slechts een schaduw van het eens bloeiende kind. Juist toen Fred de kamer binnensprong werd zijne zuster door een gebiedend klop pen gedwongen naar de huisdeur te gaan. Toen ze, thans terugkomende, haren broe der by het bed van de kleine zag zitten, was ze vreeselyk ontsteld. „O, had ik je maar niet naar hier ge roepen fluisterde zy. „Ze zijn juist ge komen om het heele huis te doorzoeken of zij jou ook kunnen vinden en ik was zoo blji te kunnen zeggen, dat je er niet waart. Maar nu moet je oogenblikkelyk weg. Ga daar door myne kamer, dan kunje over de daken ontkomen, maar haast je, zy zjjn thans beneden en hebben mij alleen naar boven laten gaan omdat het kind zoo ziek is! Maar haast je dan toch!“ Bathom was opgestaan, maar eer by tijd had om de iu doodangst verkeerende zuster te antwoorden, riep Bijtje’s zwakke stem hem weer aan het bed. „Dady, papaatje „Ja, myn hartje, wyl hjj zich over wil je lieveling „U gaat toch niet weer weg, Dady „Ik zal wel moeten, Bijtje „Maar nu nog niet! Och ik heb zoo naar u verlangd Zoo zwak was de roerend smeekehde kinderstem, dat de man zyn oor dicht aan den mond moest houden om de woorden te verstaan. „Neen, nog niet zei hy na een poosje en riep daarop zyne zuster by zich. „Pro beer hen een poosje op te houden!” flui sterde hy. „Sluit je in de kast beneden in de gang op en lok hen door een gedruisch er naar toe-; ze hebben eenigen tyd noodig om haar open te breken. Ik moet tijd winnen. De vrouw wrong de handen. „Je kunt niet blyven, Fred, ze pakken je zeker.” In plaats van eenig antwoord te geven, zag de inbreker op het kind, dat thans, alsof het vermoedde, waarover op zoo flui sterenden toon gesproken werd, de groote hand van den vader greep en met haar beide, vermagerde handjes omvatte. „Vlug, ga naar beneden en doe, wat ik je gezegd hebriep de man op heeschen toon en de zuster verwijderde zich. Bijtje sprak thans niet meer. Geheel uit geput, met gesloten oogen lag ze daar, den glans van zalige rust en tevredenheid op het kalme, bleeke gezichtje. De vader be gon te gelooven, dat ze gestorven was. In de stille kamer hoorde ffien van bene den het dreunen van zware voetstappen en daarop den klank van slagen en het open breken van een slot. Nog had Fred tyd over de daken te vluch ten, het volgende oogenblik reeds zou het onmogelyk zyn. Hij boog zich voorover, kuste het kalme gezichtje en wilde zacht- kens zyne hand uit de beide kinderhandjes .losmaken, toen de oogen van het kind zich nog eenmaal openden. „Dady!” kwam het als zacht geruisch uit den bleeken mond en nauwelijks merk baar, alleen voor den vader. Alsof het ijzeren haken waren, zoo klemden zich de vingertjes om den hand van den inbreker. Geen gedachte meer aan vluchtenvoor niets ter wereld had hij zich uit deze boeien willen bevrijden. Weinige oogenblikken later traden de agenten het vertrek binnen. Zy hadden zich voorbereid op een wanhopig verzet en waren daarom niet weinig verbaasd, den man kalm by het bed van zijn kind te zien knielen. Besluiteloos bleven ze by de en van- deur staan; de majesteit van den dood goot omhoog i boezemde hun vrees inzy waagden niet -den ongelukkigen vader van het stervende Baard en pruik, die hem onkenbaar maak- kind te storen. Een verhaal uit het leven van een misdadiger. In een restaurant aan een der havens van Rotterdam, dat de verzamelplaats was van de meest verschillende nationaliteiten, hadden op zekeren dag een paar mannen, die er uitzagen als Engelsehe geestelijken, aan een tafeltje plaats genomen. De jong ste las ijverig in de „Standard,* de oudere had eene andere Engelsehe courant voor zich. „Ik veronderstel,” zeide de laatste, „dat ze reeds nauwkeurig bericht de wereld hebben ingezonden Juist, daar lees ik het alGroote inbraak in Essen, voor 3000 pond juweelen gestolen reeds vele be langrijke vingerwijzingen inhechtenis neming van verdachte personen politie reeds op ’t spoor. Haha Wat zijn ze ijverig en slimMaar wat is er Fred De aangesprokene had zooeven, by het lezen van de „Standard11 een half onder drukten kreet van schrik geslaakt en staarde zeer bleek en onthutst op het blad, dat in zijn hand trilde. „Wel voor den drommel,” riep de andere verschrikt, „wat is er? Zeg toch eens wat Je ziet er uit alsof de „wezel” je reeds bij den kraag had! Voor den dag er mee! Zijn ze ons reeds op het spoor?” „Ik geloof het nietzei Fred treurig. „Maar mijn klein meisje ligt op .sterven. Zie maarHy wees op eene plaats in de courant en las halfluid „Aan Fred Bytje ligt op sterven en verlangt onophoudelijk naar haren Daddy. Kan je op de eene of andere manier overkomen? Jane.” „Van overkomen kan natuurlijk geen sprake zyn!” riep de oudste op heftigen toon. „Neen eigenlijk niet,” antwoordde Fred teneergeslagen en met weifelende stem, maar ’t zou toch te hard zyn, als zy moest sterven, zonder dat ik haar nog eenmaal heb gezien „Wie weet of alles nog niet als valstrik moet dienen,” zeide de ander. „Ja stellig zal het zoo wezenWie is die Jane De moeder van het kind „Neen, myne zusterEn myn kind is by haar, sinds ik weg ben. Mijne vrouw stierf voor twee jaren.” „Dus voor je by het vak waart?” „Ja, toen ik nog eerlijk man was en met myn gezin honger leed. Bij myn ver trek heb ik Jane opgedragen my alles, wat er belangrijks voorvalt, door de „Stan dard11 te doen weten. Myn Bytje was al lang niet wel, maar ik dacht niet, dat het zoo ernstig zou worden, anders had geen macht ter wereld my van haar weggedre ven. Ze is mijn eenigste. .Ach ik wilde, dat het eene valstrik ware, maar vrees, dat de advertentie waarheid bevat!” „Nou ja. het kan vel wezen,” bromde de andere' Maar aan heengaan valt natuur lijk niet te denken „Toch wel Tijger, ik gaik moet mijn kind zien „Wat, je wilt toch niet zeggen och, onzin man, zoo gek kan je toch niet wezen Twintig jaar zal stellig je deel zijn als je den voet op Engelschen bodem zet eer de lucht zuiver is. Je moet niet vergeten, dat de „wezel” misschien het spoor reeds heeft gevonden en naar ons uitkijkt. Maar ah, nu begryp ik het, je wilt zeker voor ver klikker spelen en je zelf uit den nood hel pen, door my in gevaar te brengenIs het zoo bedoeld?” Fred schudde het hoofd. „Zoo’n man ben ik niet, dat moest je toch wetenIk wil en moet alleen naar myn klein meisje zienJa, Tijger, ik moet, er moge gebeuren, wat wil Hoofdschuddend zag de ander hem aan en zeide toen met den blik van iemand, die radeloos staat tegenover iets, dat hy niet begrijpt: „Nu, we zullen er vandaag maar niet verder over spreken, morgen zal je wel beter by je zinnen wezen!” Fred Bathom sliep den ganschen nacht geen oogenblik. Eer de dag aanbrak, maakte hy Tijger wakker, die als rechtvaardige gerust had geslapen. „Zeg, Tijger, hoor eens, ik ga weg „Wat wat is er te doenstotterde de oude inbreker slaapdronken. „Ik ga naar huis, naar mijn klein meisje. „Je moet wel gek wezen, menseh „Dat kan wel zijn, maar het zal gebeu ren. Den heelen nacht heb ik myn klein Bytje in haar bedje gezien en haar Daddy Daddyhooren roepen.” „Nou, ’t is goed,” stoof Tyger op, „ga maar heen, speel voor verklikker en laat 1QU straf schenken! Dat had ik niet van je gedacht man„En dat moest je ook niet denken na de zaakjes, die we met elkaar hebben gedaan en waarby de een den ander hltjjd uit den brand hielp. Wees maar niet bang of ze my pakken, of niet, jy kunt gerust wezen!” Hierby bleef hy, in weerwil van het schimpen en aandringen van Tyger. Een uur later stapte hij in touristencostuum, met lorgnet en bakkebaarden, op een juist vertrekkend vaartuig. Hy zag er precies uit als een gewone Engelschman, die voor zyn pleizier reist. Het bewustzijn van nu weldra, wat hem het dierbaarst was, weer te zullen zien, maakte hem bijna vrooljjk, maar tegelijk rees ook angstige twjjfel by hem opzal ik haar nog in leven vinden En toen de trein hem steeds dichter bij haar bracht, beving hem bovendien de vrees, dat hy verhinderd zou worden haar weer te zien. O, welk een tochtBij elk station keek hjj schuw en voorzichtig door het coupé venster, om te onderzoeken, of de „wezel” de gevreesde detective, daar misschien ook rondliep en hem in hechtenis kon nemen, eer hjj bjj zijn klein meisje kwam. In Liverpool Street sloop hjj heel voor zichtig in eene vigelante en beval den koetsier hem bjj eene kerk dicht bjj het doel zijner reis te laten uitstappen. Hjj beefde thans van angst, dat men hem her kennen en oppakken zou en zoo dikwijls het rjjtuig een gaslantaarn voorbijkwam, leunde hjj zoover mogeljjk achterover. Jammer genoeg was er bjj de kerk, waar hjj uitstapte, ook juist zoo’n lantaarn. Hjj ging er naar toe om het geld voor den rit bijeen te zoeken en toen hij zich na het betalen haastig omdraaide om verder te gaan, had hy by'na een man met scherpe gelaatstrekken, dikke wenkbrauwen en loerende blikken omver geloopen. De in breker mompelde eene verontschuldiging en wilde haastig verder loopen, maar daar zag hjj by ’t licht der lantaarn het gezicht van dien ander en een kreet van schrik ontsnapte hem, waarvoor hy zich echter in het volgende oogenblik wel de tong had willen afbyten. De man, tegen wien hy was geloopen, was niemand anders dan inspecteur Casely van Schotland Yard, de gevreesde Londensche detective met den bynaam „de wezel.” Had deze Fred werkelijk niet herkend In elk geval liet hy daarvan niets merken en de ongelukkige vader ijlde verder, thans alleen maar vervuld van den wensch, dat hy op den inspecteur of zyne mannen in het ergste geval een voorsprong mocht krijgen. Eerst mengde hjj zich onder de wandelaars, daarop sloop hy een donkere zjjstraat in. Wat hij nog aan moed en koelbloedigheid had bezeten, had hy ver loren bij de ontmoeting met „den wezel” en weldra rende hjj als een opgejaagd stuk wild zoo snel mogeljjk voort, tot hy het drukke deel der stad achter zich had. Hjj meende thans zijne schreden wat te kunnen matigen, maar daar verbeeldde hy zich een vervolger achter zich te hooren en weer snelde hjj voort, tot de uitputting hem tot stilstaan dwong. Met elke schrede die hem nader bracht by zyn doel, nam zijn verlangen in kracht toe, vermeerderde zijn angst dat uit den een of anderen don keren hoek een politieagent op hem zou toespringen en hem verhinderde zyn ster vend kind te zien. Reeds was hy het huis zjjner zuster genaderd, maar hjj bezat den moed niet er naar toe te gaan. Het stond thans by hem vast, dat Casely hem herkend had en dat diens mannen in de buurt verborgen waren om zich op hem te werpen, zoodra hjj de woning zjjner zuster naderde. Op den hoek der straat, waarin die wo ning lag, bleef hjj staan en wachtte tot hij zich had overtuigd, dat er in den ge- heelen omtrek geen menseh te zien was. Nu klom hy vlug over de schutting van een bouwterrein, verder over andere schut tingen en kwam zoo door verschillende tuinen aan den overkant van het huis, waarin zyne zuster woonde. Het was een dolle onderneming, want in weerwil van de duisternis kon hy allicht gezien worden, maar hjj dacht er alleen maar aan, hoe hjj in buis en bij zjjn kind zou komen, eer men hem in hechtenis nam. Angstig keek hjj omhoog naar het venster der slaapka mer. Goddank, er brandde een flauw licht. Bijtje leefde nog, want het licht kwam van een nachtlampje en de dooden hebben dat niet noodig. Nu klauterde de uitgeputte man op bet dak van een laag nevengebouw en van daar als eene kat bjj eene tot hjj dicht bjj het venster der kamer was. Baard en pruik, die hem onkenbaar maak- WiCU, tenv wierp hjj afv daarop omklemde, hjj dn Minuten verliepen. Nog altüd lag de De oude Tyger, die naar Mexico is ge trokken, ziet de „Standard* in. Nu hij van Freds inhechtenisneming en de bijkomende omstandigheden leest, mompelt hjj „Die gek, die dwaas, hjj heeft wat hjj verdiendeMaar dan voegt hij er bij „En toch alle respectWordt liever twin tig jaar in de doos gestopt dan een kame raad te verraden, hij is gehecht aan zjjn eigen vleeseh en bloed’t Is is toch een kerel uit éen stuk die Fred Friesche Courant. Bolswardsche Courant OP DE Ter gelegenheid van de tentoonstelling te Parijs zullenaldaar internationale sportwedstrijden wor den gehouden door het Comité Central. Deze worden gehouden op het plein du Champs de Mars. Het officieel programma, door hetNeder- landsche Comité aan het Hoofdbestuur van den Ned. Kaatsbond toegezonden, vermeldt de vol gende kaatswedstrijden Zondag 3 Juni, (Pinkster-Zondag)Wedstrijd van 2 Italiaansche parturen uit Milaan, volgens de regels van „du Pallone - en „du Tamburello". Maandag 4 Juni: Wedstrijd van 2 Spaansche parturen uit Madrid, insgelijks volgens de regels van het „La Pelote". Dinsdag 5 Juni: Wedstrijd van2Hollandsche parturen, welke zullen spelen volgens de regels van den Ned. Kaatsbond. Woensdag 6 Juni: Wedstrijd (au tamis) van 2 Belgische parturen (5 tegen 5, Ie categorie). Donderdag 7 Juni: Wedstrijd van 2Fransche parturen (a la grosse balie), le categorie). Vrijdag 8 Juni: Wedstrijd onder de 2 parturen welke op 5 en 6 Juni de overwinning hebben behaald. Hierbij is niet vermeld of dan volgens de regels van het Nederlandsche of volgens die van een der Belgische spelen zal worden ge kaatst. Zaterdag 9 Juni, voormiddags, wedstrijd, tusschen 2 parturen (België en Frankrijk), a la pelote. De uitnoodiging geschiedt onder de volgende voor waarden Voor de kaatsers der le catagorie vrije reis kosten en eene vergoeding van verblijtkosten, ad 100 francs, voor eiken kaatser. De prijzen bestaan in kunstvoorwerpen, vqor elk lid van het partuur. Voor de kaatsers der 2de categorie en die van de wedstrijden a la pelote, vrije reiskosten en vergoeding van verblijtkosten ad. 75 francs voor iederen mededinger. Ook hierbij bestaan de prijzen in kunstvoorwerpen. De inschrijvingen voor de rubriek „kaatsen" moeten het Nederlandsche sub-comité bereiken vóór 1 Mei, welk comité deze inschrijvingen alsdan aan het comité central te Parijs opgeeft. Door het H. B. van den Ned. Kaatsbond zijn reeds verdere inlichtingen ingewonnen bij het sub-comité voor Nederland, hetwelk deze vragen aan het comité central heeft opgezonden, terwijl het reglement van den Ned. Kaatsbond, bevat tende de regels van het spel, vergezeld van verdere bescheiden, aan dit comité is verstrekt. De rubriek „kaatssport" vormt een onderdeel van de athletische spelen, welke op de tentoon stelling zullen worden gehouden. Behalve het kaatsspel wijst het officieel programma nog aan croquet, cricket, lawn tennis, hardloopen vlakke baan, horden en hindernissen, hoog- en ver springen, gewichten heffen, discus, gewicht- en hamerwerpen en touwtrekken, voetbalen hockey. Zooals bekend is houdt ook juist op Pinkste’r- Maandag 4 Juni de Ned. Kaatsbond zijn con cours te WITMARSUM, waarbij de verschil, afdeelingen zich door hunne beste spelers doen vertegenwoordigen. Voor de eerste maal zal op die partij als eereprijs verkaatst worden de fraaie zilveren bal, een geschenk van den heer W. Mulier te Medan, oostkust Sumatra. Deze bal wordt vervaardigd op een der bekende ateliers te ’s Gravenhage, naar eene teekening van den schenker zei ven. Wellicht zijn we spoedig in de gelegenheid aan de leden van den N. K. en de liefhebbers van ons kaatsspel van dezen bal eene volledige beschrijving te geven. Het H. B. van den Ned. Kaatsbond overweegt of het met ’t oog op den Bondsdag (Pinkster- Maandag) zijne medewerking kan verleenen aan het uitzenden van 2 parturen voor het Ned. Kaatsspel op 5 Juni te Parijs. Het bovenver melde programma is ontworpen door het comité central te Parijs en wil dus nog niet zeggen, dat twee Hollandsche parturen op de tentoon- stellings-wedstrijden vertegenwoordigd zullen ïjju- Frak, ft

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1900 | | pagina 1