NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
BOI.SWARÖ EN WONSEKADEEL
Treurige toestanden.
No. 36. Verschijnt Donderdags en Zondags. Negen en dertigste Jaargang. 1900.
DONDERDAG 3 MEI.
BINNENLAND.
VOOR
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
en heeft het
vragen „voor
De eisch is dat het loon van f 1 per twaalf-
voetsroede zal verhoogd worden tot f 1,15
wat nu ook te Oldeouwer wordt verkregen.
Woensdagmorgen 7 uur is er weer appèl.
Alles is rustig.
Nijeniirdum, 30 April. Terwijl een
aantal jongens zich in een sparrebosch
dicht bij ons dorp vermaakten met het
rijden op karretjes, waarop onlangs de
sparreboomen waren vervoerd, had een
hunner het ongeluk van een der voertuig
jes te vallen en tusschen twee bekneld te
raken. Zeer ernstig aan het been verwond
werd de knaap opgenomen en moest per
rijtuig naar een geneeskundige worden ver
voerd.
Harderwijk, 29 April. In een tijd
perk van p.m. een half jaar heeft ons
raadslid W. v. d. Wal, niet minder dan
vijf koeien verloren, van welke minstens
drie lijdende aan miltvuur. De stallen worden
op de gebruikelijke wijze ontsmet en toch
deed zich eergisteren weder een geval voor.
Drachten, 30 April, ’t Is opmerkelijk
hoe ’t in en om Drachten aanbouwt. De
huizen en huisjes verrijzen als ’t ware uit
den grond. En toch nog woningnood. Toen
er kortelijks iemand naar een betrekking
solliciteerde, waren er reeds 7 liefhebbers
om zijne woning vóór bij nog eenige kans
had. ’n Fatsoenlijke burgerwoning doet hier
dan ook f 70 of meer. Een jongeling in
de Kerkstraat, die uit Duitschland thuis
kwam, scheen wel razend te zijn, hij ver
nielde wat onder zijn bereik kwam, mis
handelde zijne moeder, liep als zinneloos
het veld in. enz. Een en ander lokte een
grooten toeloop van volk. Men denkt, dat
het delirium is.
Doniawerstal, 30 April. Tegen het
hoofd der school op gereformeerden grond
slag op de Noed in onze gemeente zijn door
den Burgemeester twee processen-verbaal
opgemaakt, ééa wijl hij als vader een niet
gevaccineerd kind ter school zond en ’t
ander omdat hij als hoofd der school dit
kind toeliet en aan ’t onderwijs liet deel
nemen.
Heerenveen, 30 April. Heden morgen
is in net naburig Stobbegat een werksta
king onder de veenarbeiders uitgebroken,
’t Aantal stakers bedraagt ongeveer 15Q.
Hepk. Adv, BI,
Hem. Oldeph. en Noordw., 30 April.
De eierzoekers, voor wie bet heden de laatste
dag is, zijn over de resultaten van het seizoen
zeer slecht te spreken. Velen vonden niet
meer dan de helft van vorige jaren en wie
het tot 200 stuks gebracht heeft, mag van
geluk spreken. De schuld ligt slechts voor
een deel bij het koude weder; oorzaak is
ook het klein aantal kieviten. Telken jare
wordt dit kleiner, zoodat het eigenlijk zoo
kwaad nog niet was, dat de politie dit jaar
op verboden terrein scherp toekeek. Velen
wien de verzoeking te machtig was, liepen
in de val, enkelen bij herhaling.
Fr. Zuidwesthoek, 30 April. De
ansjovis-visscberij vangt heden algemeen
aan, ofschoon de toename van de vangsten
de vorige week niet sterk was. Hooger vangst
dan 5j0 stuks kwam nog niet voor en Za
terdagmorgen bedtoeg het grootst aantal nog
geen 200. Enkele visschers willen daarin het
bewijs zien, dat de visscherij schraal zal
worden. Overigens is men over de grootte
zeer tevreden.
Te Workum is ieeds een duizendtal ge
vangen.
Balk, 30 April. Als een bewijs, dat de
prijzen der weilanden in de jongste jaren
merkbaar zijn gestegen, diene, dat een stuk
weiland te Wjjckel, voor ongeveer 4 jaar
gekocht voor pi. m. f 400 per pondemaat, nu
veikocht is voor circa f 750 per pondemaat.
In ’t laatst der vorige week heeft men
een oud man alhier dood in zijn bed ge
vonden.
Men schrijft uit Friesland
Gelukkig blijkt dat de vermoedelijke ver
giftiging eener vrouw te Rottevalle, waar
omtrent de justitie met geneeskundigen
onderzoek instelde, niet eene dier vreeselyke
misdaden is, waarvan men nu en dan in
ons vaderland hoort. De zaak is dezeDe
vrouw van G. H. werd des morgens dood
te bed gevonden en al dadelijk ging het
gerucht dat zij tengevolge vergiftiging be
zweken was. Zj was in den laatsten tijd
niet wel en de familie zou haar nu, op raad
van anderen, geneesmiddelen van gevaarlijke
soort in te groote dosis hebben toegedieud.
De schouwing, op last der justitie verricht,
had echter tot resultaat dat vergiftiging niet
als de oorzaak van het overlijden kan worden
aangemerkt.
Uit dit geval blijkt al weder hoe gevaar
lijk het is, huismiddeltjes te gebruiken tegen
allerlei kwalen, want het staat vast, dat
aan de bewuste vrouw dergelijke medica
menten zijn toegediend. En, al is de vrouw
nu wel niet vergiftigd, dat die middeltjes^
Voor eenige maanden werden door men-
schen, die niet alleen bij de Nieuwe Rotter
dammer zweren, maar zich ook wel door
de kleine pers doen inlichten, gretig de
nummers van het Rotterdamsch Nieuwsblad
opgenomen, in de hoop weer dieper in
Donkerst Rotterdam door te dringen. Men
weet het, de volkstellers gingen ook daar
aan het werk en werden ten zeerste ge
troffen door de ellende, die zij in vele
buurten waarnamen. Hoewel nu niet van
plan ’t geziene dadelijk openbaar te maken,
wist toch een handig reporter zooveel op
een door hen bijeengeroepen vergadering
op te teekenen, dat er schetsjes te maken
waren, die zeer velen met diep medelyden
vervulden.
Een fataal iets overigens, dat ontydig
publieeeren, want de volkstellers zelf zyn
hoe langer hoe meer tot het inzicht ge
komen, dat veel ellende aan de menschen
zelf te wyten is. Een voorbeeld: In een
gezin trof een der heeren zooveel kinderen
aan, dat hy met het oog op de beperkte
ruimte vroeg: „Waar laat u dit halve regi
ment, juf?" Hem werd toen gewezen een
bedstede van twee verdiepingen, waar de
kinderen ingingen als in een bakkersoven.
En toen men de moeder er op wees, dat
zy voor de 46 cts. huur, toch veel meer
ruimte en geriefelijkheid in een der buiten
wijken kon hebben, antwoordde zij, dat zy
al 40 jaren in die steeg woonde, de kinderen
er gewonnen en geboren waren, en men
niet van plan was er van daau te gaan.
Iets dergelyks zag men voor enkele jaren
te Utrecht gebeuren, waar den bewoners
van een bedompte en beruchte steeg een net
huis even buiten de stad aangeboden werd
en men ook bedankte eenvoudig uit
gemakzucht. Voor zulke menschen is de
nieuwe woningwet, die er hopelijk in de
Kamers door zal gaan, ’t radicale middel
tot genezing.
En met hoeveel onzedelijkheid, dronken
schap en andere ondeugden hebben de
volkstellers kennis gemaakt! Werken de
bewoners zelf niet mede, dan zal dwang
van boven af nog heel weinig helpen. Wy
laten een der heeren ook hier spreken:
Er lag een man, lang uit, in de kamer
dronken als een kersepit.
Man, daar zyn ze van de volkstelling.
Wa kê mijn die fent ferd... geef turn
de kaarte en laat-ie oprukke
Of dit: „Hoe is ’t mogelyk, dat je met
je zeventienen in deze twee kamers slapen?"
„Dat gaat je geen bh. m an.“
Moet men niet een enorme dosis lank
moedigheid hebben, om dat maar kalm te
slikken
Tot eer der volkstellers, veel onderwijzers,
moet gezegd worden, dat ze hun ziel in
lijdzaamheid bezeten hebben en opteeke-
nend, ook veel stille armoede hebben weten
uit te vinden, die, zoo wij hopen, zal ge
lenigd worden. Er is ook eene vergadering
gehouden, waarop men getracht heeft ant
woord te geven op de vraag, hoe die stille
armen te helpen, maar tevens de vele
onwaardigen, die van alle kanten trekken,
te ontmaskeren. Misschien, dat het gelukt
(maar wy zijn er nog lang niet zeker van,
waar de „Vereeniging tot verbetering van
Armenzorg"die haar sporen verdiend heeft,
het niet tot stand kon brengen) een centraal-
register aan te leggen, waarop de bedeelden
voorkomen met den onderstand, die zy van
verschillende kanten trekken. Maar toch,
allicht dat dit eer zal gelukken, dan het
opruimen van de vele ongezonde krotten,
die maar al te veel nog te Rotterdam be
staan, en waarvoor men ook al een vereeni
ging wil opriehten. Want, vooreerst üs
daar heel, heel veel kapitaal voor noodig,
maar bovendien is ’t bekend, dat het ge
meentebestuur ondershands telkens wonin
gen koopt om die te gelegener tyd af te
breken. Doet men een bod op een openbare
veiling, dan krygen sommigen de lucht er
van en drijven ze op, al hooger en hooger.
Hoewel niet voor grooten lezerskring be
stemd, willen wij hier toch wyzen op enkele
dingen, die wy van enkele volkstellers ver
namen, ofschoon een groote verbreiding
zeker gewenscht ware.
Vooreerst moet gewezen worden op de
hoogst minieme ruimte, waarmede vele
arbeidersgezinnen zich moeten tevreden
stellen. Het „kazerne-systeem" is hier te
Rotterdam in zoover ingevoerd, dat wonin
gen met 20 gezinnen voorkomen, en als
men weet, dat soms op een ruimte van
5 M2. 8 kinderen met vader en moeder
huizen, dan mag de toestand wel ellendig
heeten. Moeder bakt nu soms nog slecht
piekende visoh ia afschuwelyke oliev er is
wellicht in groote mate toegediend, wellicht
tot den dood hebben medegewerkt, is niet
onwaarschijnlijk.
Geene provincie is er misschien, waar
meer met dergelijke huismiddeltjes geknoeid
wordt dan in de onze. Hoe groot het getal
flescbjes „echte Haarlemmerolie" is, dat bier
per jaar (dropsgewijze nog welwant ieder
neemt zooveel druppels als hij jaren telt,
anders helpt het middel volgens de gebrui
kers nietverorberd wordt, is bij benadering
niet te zeggen. En niet enkel worden die
middeltjes gebruikt door de minst ontwik
kelde standen, dat zij verre! Menschen die
aanspraak kunnen maken op „intellect,"
dweepen met sommige dier huismiddeltjes,
gegrond zooals ze zeggen. op onder
vinding sedert jaren. Geen wonder dan ook,
dat in ons gewest het „Boertje uit Stap
horst," thans onder bescherming van een
geneesheer te Leeuwarden geregeld zitting
houdende, zooveel patiënten heeft, dat hij
zijn praktijk soms niet af kan.
Het „Boertje" is schrander, dat dient
gezegd, want de patiënten moeten de kosten
der „bescherming" betalen. Van eiken patient
neemt hij f 5, „voor den dokter," zegt hij
er bij. Waar bij soms dagen heeft, dat hy
40 patiënten behandelt, zou „de dokter"
goede zaken maken, als het „Boefje" niet
rekenen kon. Maar dat kan hy wel. Eigen
aardig is het, dat hy in zjjne woonplaats de
„beschermende engel" niet noodig heeft,
althans daar is de geneesheer niet aanwezig
„Boertje" dus ook niets te
den dokter." Dat doet hij
trouwens ook niet; voor de visitie neemt
hij daar niets, doch laat dit aan de beleefd
heid van de patiënten over. Luidjes uit
onze provincie, wien het minder past f 5
te betalen enkel voor „den dokter die er
toch niets aan doet," reizen daarom naar
Staphorst, waar de toeloop zóó groot is, dat
reeds een omnibusdienst geopend is van het
station naar de woning van dezen esculaap-
kwakzalver.
En we schrijven 1900!
„Mijn Heer wees
zoo Goed als Dat wy de broev ontvangen
eev en Mijn of u zoo Goed wil zyn om het
haar weel laager te doen wand dat is weels
te hoog ken het niet dan moed u maar niet
sturren en niet zoo erg hoog met het haar
en niet zoo dik guzicht anders moed u zee
maar niet sturren als u het niet ken en
vader staan der Goed op als wij er dan
goed opstaan kan u sturren dan moed u
maar sturren."
Deze briefkaart ontving eenige dagen
geleden een photograaf hier ter stede, die
er nog niet door veranderd is in zijn over
tuiging, dat leerplicht een dringende eisch is.
Arnh. Crt,
Dezer dagen verwondde in de gemeente
Waddings veen een timmerman zich met een
beitel aan de hand. Hoewel de kwetsuur
van weinig beteekenis scheen, begon de
hand en daarna de arm, op te zetten. Genees
kundige hulp ingeroepen zijnde, werd bloed
vergiftiging geconstateerd. De borst begon
op te zetten en eene operatie kon nog het
eenige redmiddel zijn. Maar alvorens deze
kon worden ondernomen, trad de dood
tusschenbeiden.
Zondagmiddag liet zich te Deventer
iemand van de ruim 15 M. hooge spoorbrug
in het weiland vallen, tengevolge waarvan
hij voor dood bleef liggen. Men vermoedt
dat hij zijn pet die hem afgewaaid was, op
die wyze wilde terughalen. Op last van een
dokter werd hij naar het ziekenhuis overge
bracht. Zijn toestand is zeer zorgelyk.
Een troep Zigeuners zich Vrijdag
morgen vertoonende aan de grens te Nieuwe-
schans, is door de maréchaussee terugge
drongen. De grenswegen naar, Duitschiaud
in de provincie Groningen zijn door detache
menten maréchaussees bezet.
Zondagavond werd te Rotterdam naar
het Ziekenhuis gebracht het 17-jang meisje
A. W. Op het Gedempte Fransche water
was zij met een mes in het onderlyf gesto
ken. De dader, de 16 jarige F. G., is nog
niet gevat. De toestand van het gewonde
meisje is niet direct levensgevaarlijk.
Zondagavond, na afloop van het volks
concert te Dordrecht, gingen een vijftal
jongens van 18 a 2J-jatigen leeftijd op de
rivier zeilen. Toeu ze by Zomerlust te
Zwijndrecht wilden keeren, sloeg een ruk
wind in het zeil, waardoor de kleine boot
omsloeg. Drie der jongens wisten zich
vast te houden aan de boot, en werden vry
spoedig door eenige schippers gered. De
beide anderen, de 18-jarige K. R. uit
Dordrecht en de 20-jarige J. de B. uit
Zwyndrecht, verdronken. Hun lijken zyn
nog niet opgevischt,
geen licht en geen lucht, een infame toe
stand. En dan is die ruimte meestal slechts
te bereiken langs uitgesleten trappen met
latjes bespykerd en waarlangs men zich
aan een vies, vet touw moet ophyschen,
heel in de hauebalken. Het kazernesysteem,
hoewel eigenlijk slechts den naam hebbend
bij een bewoning door tientallen of honderd
tallen gezinnen, zooals b.v. te Weenen,
waar 1200 menschen in één gebouw wonen,
verdient ook, waar slechts 20 gezinnen
onder één dak huizen, afkeuring. By de
licht- en luchtloosheid komt dikwijls de
groote onreinheid en ’t gemis van afvoer
van faecaliën. Eenige emmers in ’t woon
vertrek op den grond geplaatst, worden
soms 2 keer per week geleeg i
’t Was heel treurig de volkstellers te
hooren vertellen van de ervaringen, die zy
zoo al opgedaan hebben, en ’t kan wel niet
anders, of by die opvoeders der jeugd moest
de toestand, waarin de kinderen verkeerden,
vooral de opmerkzaamheid trekken. En dan
slaan wy een treurigen blik in ’t leven
der groote stad, met zyn pestholen voor
de zeelui, maar ook met zyn krotten voor
de kinderen. Onverzorgd, hongerig, bleek,
worden zy dik wyIs aan zichzelf overgelaten,
en moeten bedelen, om voor vader en moeder
dikwyls zóó den kost te helpen verdienen.
En, wat wel ongelukkig is, men kan zoo
ontzettend weinig tegen die bedelaars-prak-
tyken doen; met een doosje lucifers ge
wapend, schynt het kind veilig te zyn;
geen hulp is van de politie te verwachten,
zy zegt machteloos te zyn. En wij zouden
zoo heel gaarne dat bedelen den kop in
drukken, om het bestwil van de menschen
zelf, maar vooral van hun kinderen, het
vagebondeerend Rotterdam nu.
En ook hier mag wel op gewezen worden,
dat zoovelen in ongeoorloofde verhouding
samenleven. Wij hebben hiervan op ons
bureau van „Armenzorg" heel treurige
staaltjes vernomen, maar geven de volks
tellers gaarne de eer, dat zy, waar hun een
zoodanige toestand bekend werd, van verdere
hulp afzagen. En, wat ook te zeggen van
deze verhouding: grootmoeder is 40 jaar,
de dochter draagt den naam der moeder,
het kind van deze ook. Zulke toestanden,
zy zijn in de achterbuurten, maar ook in
andere wyken van „Donkerst Rotterdam"
tallooze malen geconstateerd, en ’t wil ons
voorkomen, dat de goede raadgeving van
enkelen der volkstellers tot deze vaders en
moeders, „om zoo spoedig mogelyk te
huwen", in 99 van de 100 gevallen niet
opgevolgd zal zyn.
Er valt van de door de volkstellers op
gedane ervaringen party te trekken voor
de bestaande vereenigingen, die zich met
„Armenzorg" bezig houden. Trouwens, van
verschillenden kant voorgelicht, hebben zij
dit gezin hier, dat gezin daar aanbevolen,
en in enkele gevallen werd reeds afdoende
hulp gebracht. Maar... ook velen bleken
hun toestand zeer ellendig te hebben afge
schilderd, en werden door de op ’t gebied
van armenzorg zoo onervarene bezoekers
bedot niets moeilyker misschien, dan op
’t eerste gezicht uit te maken, of de hulp
behoevenden de waarheid spreken. Zóó dit
geval: de volksteller U kwam in een gezin,
waar men in hoogen nood zei te verkeeren,
al sinds geruimen tyd. De man gaf een
flinke gift. Na eenige dagen kwam hy
plots oploopen, en vond de familie bezig
by hun brood eën reuzenkluif te verorberen,
zooals „wy opvoeders der jeugd ons niet
kunnen permitteerenwy doen ’t met
komyne-kaas af". Ook deze heer vertelde
ons van zijn ontgoochelingen.
Heel tragisch vonden wy den toestand
van een 75-jarig man met zyn 80-jarige
zeer ziekeljjke vrouw. De man was zyn
gezicht byna kwyt. Na 6 weken ..onder
dokters handen te zyn geweest, ging hy
op een dag zyn bedeeling by de Luthersche
diaconie halen en viel door bijziendheid in
t water op een vlot. Werd naar ’t zieken
huis gebracht en bleef er 15 weken. Toen
werd hem door de pleegzuster toegevoegd
„Kvandaag ga je weg". En ik kan me
niet verroeren, kreunde de manVoor zulke
oudjes is toch wel een gesticht te Rotter
dam, zou men zeggen. Neen, want de
vrouw was Ned. Herv. Maar bovendien
te scheiden: „Och meheer, die eigenschap-
pelykheid en ’t huiselyk leven en dan voor
dien korten tyd, dat wy er nog wezen
zullen Zulke toestanden geven veel,
heel veel te denken. S. C.
Bolswardsche Courant.
ft