NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
BOLSWARO ESI WOHSERADEEE..
Veertigste Jaargang. 1901.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 68.
ra
g ZONDAG 25 AUGUSTUS.
BINNENLAND.
Prijs f40, Premie f20,
2e Premie f 10
Na afloop MUZIEK en DANS.
a
VOOR
BW-
oogen moeten missen.
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Ct.
Onmiddellijk onderzocht men de cellen.
Het dansen der lichten in de duisternis
van den tuin was een feest voor de krank
zinnigen. Enkelen hielden zich kalm.
Niemand was evenwel zoo rustig als onze
krankzinnige. Ze sliep en ontwaakte met
een gelukkigen zucht, toen men in hare
cel kwam. Hare oogen schitterden by het
roode fakkellicht; zjj glinsterden van blijd
schap. Toen de directeur binnentrad, hief
zij haar mooi hoofd op en zei triumfeerend
„Ik heb hem
De directeur lachte, niettegenstaande het
ernstige geval. Hij beschouwde het kalme
gelaat van het mooie meisje.
„Zij heeft rustig geslapenzei de man
van ervaring.
sidderden. Langzaam strekte zij hare mooie
hand uit en raakte het dikke haar van den
oppasser aan. Hij draaide zich om en nam
eene majestueuse houding aan.
„Wat moet dat?' riep hij heftig, en gaf
uit naam van het verstand de krankzinnige
met de vlakke hand een Hinken klap op
den schouder. Zy zag hem woedend aan.
„Neem je in acht!' nep hij.
Zij sidderde. Toen evenwel speelde er
een vriendelyk, maar onnoozel lachje over
hare trekken.
„Pas op“, bromde hij, „geen gekheden
hoor
a De sterke man verdween en het wonder
van schoonheid, aanvalligheid en dwaas
heid bleef bevend alleen in hare cel.
Den geheelen zomer bleef de krankzinnige
stil en somber. Zjj was altijd nog laat
wakker. Hare wangen werden bleeker, en
hare oogen in gelijke mate grooter. Zjj zag
er uit als een geleerde, die ijverig over een
moeilijk probleem nadenkt en daarby zijne
gezondheid en kracht op het spel zet.
Tweemaal kreeg zjj een douche wegens
verstoring der nachtelyke rust. Toen werd
zy voorzichtig.
Plotseling begon zy eene buitengewone
werkzaamheid te ontwikkelen, maar daarbij
was zy eveneens bijzonder voorzichtig,
schuw en geduldig. Men lette voortdurend
minder streng op haar, daar zy door ge
veinsde onderworpenheid het vertrouwen
der oppassers had weten te winnen. Zoo
kon zy haren langen arbeid voltooien,
het geduldige werk van maanden, het
onzichtbare boren van een insect, dat in
den notenboom of den eik indringt.
In een pikdonkeren nacht, terwyl de
zwarte wolken langs het firmament vlogen,
wipte een lichte schaduw tusschen twee
staven van het venster harer cel door,
waartusschen er eene was uitgevijld, en
daalde in den tuin neer. Zy ging zonder
aarzelen, niettegenstaande de duisternis,
rechtuit, want gedurende de langzame
gereedmakmg van haar werk had zy alles
nauwkeurig berekend met het drievoudig
geduld van iemand, die een idee fixe heeft.
Zy wandelde het bloemperk voorby. De
sterke duisternis hulde haar als in een
sluier en met het kalme overleg en de
voorzichtigheid eener kat sloop zy daarheen.
Plotseling bleef zij staan. Daar bevond
zich een muur, die met hare deuren en
vensters uit de duisternis scheen op te
duiken. Hoe opende zij die deur? Het slot
liet een zacht gedruisch hooren; ’t klonk
als het piepen eener muis. Toen trad zy
eene donkere ruimte binnen.
Diepe stilte. De wolken liepen over de
sterren heen, deden ze verdwynen en lieten
dan weer een stukje azuurblauw van den
hemel zien. Aan de andere zyde van den
muur weerklonk de kreet van een nacht
vogel. Droge bladeren dansten over den
grond.
Daar weerklonk plotseling in de duisternis
een kreet, een luid gebrul. De krankzin
nigen die in hupne verschillende cellen in
eene lichte sluimering lagen, ontwaakten;
allerwege ontstond luid rumoer. Overal
verspreidde het schrik en ontsteltenis; de
woeste krankzinnigen klemden zich aan de
traliën vast en brulden en tierden; philo-
sophen“ verkondigden allerlei theorieën,
anderen lachten en zongen op afschuwely ken
toon, ’t Was een tooneel van leven en ge
weld, veel gelijkend op het gebrul in een
wilde-beestenspel.
De deuren werden geopendde directeur
verscheen te midden der beambten. Hy
meende voor eene ontvluchting op groote
schaal te moeten vreezen en sidderde van
angst. Eindelijk riep eene stem: „Hierheen,
directeur, hierheen!'
Eene vrouw, die op den drempel eener
deur stond, hield eene lamp in de hoogte.
Kinderen klemden zich aan haren rok vast.
De directeur herkende de vrouw van onzen
oppasser.
„Nu?“ vroeg hy.
De vrouw begon op jammerenden toon
te spreken, maar wist zelf ook niet veel.
Zjj sliepen. Plotseling had haar man zich
met een ontzettenden kreet opgericht en
was daarop weer neergevallen. „lets' was
van het bed door de kamer weggevlucht.
Haar man schreeuwde niet meer. Zjj had
schreden de trap hooren afgaan. Daarop
was zjj haastig opgestaan, had licht ont
stoken en gezien dat haar man onbeweegljjk
lag met een grooten spjjker in het hoofd.
Hy had zich niet meer verroerd en moest
dood zijn.
De directeur ging mee naar boven. Hjj
vond den oppasser, ineengekrompen, de
handen op het voorhoofd, dood, met een
spjjker in den linkerslaap. Heen bloed.
Boven hot. rechteroog een krabje^
Tram-ongeluk.
Door de stoomtram uit Bergen-op-Zoom
is gisteren ter hoogte van Stabroeck, aan
de Belgische grens, het vierjarig dochtertje
van den heer Janssen overreden. Het meisje,
wie de beide beenen werden afgereden, was
nagenoeg onmiddellijk dood.
Verkiezing en haring. De sociaal
democraten hebben in het district Lochem
een buitengewone actie aan den dag gelegd
en blijkens den uitslag hun candidaat, den
heer Helsdingen doen zegevieren in den
strijd tegen den liberalen candidaat, den
heer Hesselink van Suchtelen.
Het Volk verhaalt het volgende staaltje
van handige taktiek daar tentoongespreid.
Te Groenlo had Melchers Zaterdagavond
een stampvolle vergadering. Op een eigen
aardige wjjze was het publiek van deze
vergadering ingelicht. Toen de stadsom-
klinker (omroeper) bezig was de vergadering
bekend te maken, kwam de wethouder, de
heer Ter Bogt, op hem af en verbood hem,
zonder opgave van redenen, daarmee voort
te gaan. Natuurlijk moest deze stadsambte
naar voor zulk gezag buigen.
Dra werd dit bekend. Zoo ook aan een
onzer geestverwanten, Habné. Oogenblik-
kelijk plaatste deze een vaatje met haring
op een kruiwagen en begon te venten
nieuwe haring, wie op Helsdingen stemt,
krijgt zes voor een dubbeltje, wie op
Hesselink stemt maar drie. Hedenavond
openbare vergadering bij Abbink op de
markt, spreker Melchers. Lekkere nieuwe
haring
Als een loopend vuurtje ging dit nieuwtje
door de stad, zoodat ’s avonds de zaal
stampvol was.
Een paard met een kunstkeel. De
heer A. J. Koster, rijks veearts te Beerta,
heeft een kunstmatig ademhalingsorgaan
om het zoo maar eens te noemen bij
een paard aangebracht. Hij heeft het dier,
dat lijdende was aan cornage, geopereerd
aan de keel. In de luchtpijp is een buisje
bevestigd, dat aan den buitenkant eindigt
in een plaat. Het paard, dat dagelijks voor
den melkwagen van Kramer loopt, haalt
door deze buis adem. Dat het hier een ge
vaarlijke operatie betrof, behoeft nauweljjks
gezegd. Ze is echter uitnemend gelukt.
In het Villapark op den Berg te
Amersfoort zijn bij den heer 8. een hon
derd stuks tafelzilver en bij den heer B.
eenig tafelzilver en een paar bedelarmban
den gestolen, een en ander met inbraak.
De politie, die in de omliggende boscbjes
een razzia hield, vond wel een slaapplaats
een rol matten als hoofdkussen en een mat
als bed met toebehooren, maar geen dief
of dieven.
Van de vrouw van een postambtenaar
te Vliesingen, welke dezer dagen met het
fietsrjjden was gevallen, waarbij zjj haar
been verwondde, moet thans dit been wor
den geamputeerd wegens bloedvergiftiging.
Een winkelier op de Scheepmakers-
haven te Rotterdam is de dupe geworden
van twee vrouwen, met een Zuidelijk type,
gekleed ale Zigeunerinnen, die dien win
kelier verzochten voor haar guldens van
Koning Willem III in te wisselen. Bij ’t
uitzoeken naar die guldens, hielpen zij,
zooals gebruikelijk, een handje mede, met
het gevolg dat de behulpzame winkelier,
na het vertrek der vrouwen, een bedrag
van ongeveer f80 miste. Herhaaldelijk werd
reeds tegen de praktjjken van dergelijke
vrouwen gewaarschuwd.
Te Drachten lieten de melktappers
door den omroeper met bekkenslag bekend
maken, dat zij den prjjs der melk met 1
cent per liter verhoogd hadden. Door de
droogte bestond er gebrek aan weide voor
het vee, het moest bijgevoederd worden,
wat met kosten gepaard ging. Omdat dus
de melk den tappers duurder kwam, besloten
zij tot de prijsverhooging. Pas had de om
roeper dit besluit den volke medegedeeld
of weer verscheen dezelfde man, om nu
bekend te maken, dat tal van burgers en
arbeiders besloten hadden zich die prijsver
hooging niet te laten welgevallen en geen
melk te koopen tegen een hoogeren prijs.
Men bleek onder de klanten zeer solidair
menig melkverkooper verkocht geen liter
van zjjnen voorraad, terwjjl andere boeren,
die niet tot verhooging van prjjs waren
overgegaan, geen melk genoeg hadden om
aan de aanvragen te voldoen N. R. Ct.
De jongen die sedert Zaterdag te
Deventer vermist werd, is gisteren leven
loos uit den IJsel opgevischt.
Een bescheidens. Werkelijk rijke lui
praten nooit over hun geld.,, hoor je mjj
Donderdag 29 Augustus 1901,
van PAARDEN ONDER DEN MAN,
die ineens niet meer dan f 40,
(op de korte baan) hebben gewonnen.
AANGIFTE op dien dag tot ’s middags
12 uur bij D. TWERDA, in ’t „Wapen
van Wonseradeel” te Bolsward.
De oppasser knipte met de oogen en
glimlachte. Hy ergerde zich niet over den
meikever der krankzinnige. Hy was volstrekt
geen ruwe, hardvochtige kerel. Alleen in
noodzakeiyke gevallen gaf hy een douche
hy nam nu en dan eens wat van het eten
der krankzinnigen af en gaf krankzinnigen
die geweld maakten een pak met den stok.
Maar overigens was het heel goed bij hem
uit te houden. Een aanval van woede van
aan vervolgingswaanzin lijdenden deed hem
in lachen uitbarsten. Zyne sterke zenuwen
waren tegen alles bestand.
„Waar dan?' vroeg hy.
„Hier!' antwoordde zy en toonde hem
een gat in den wand.
„Een gat in den wand?' vroeg hy ge
ërgerd. „Dat mag je niet doen hoor!'
Daarop stapte hy zonder verdere compli
menten de cel binnen en gaf haar een
flinken klap op de wang. De krankzinnige
had berouw dat zy hem het gat had ge
toond, maar zy was ook nog jong en
niet slim genoeg. De oude krankzinnige
in no. 20 zou zoo niet hebben gehandeld.
De verzameling van „kostbare steenen' die
deze er op na hield, zou men niet hebben
ontdekt!
De oppasser bekeek het gat eens. Hy
stak den vinger er in, maar vond geen mei
kever. Hy scheen na te denken en krabde
zich achter de ooren.
„Stop toch myn meikever niet in je
hoofd!' zeide de krankzinnige weenend.
Zy beproefde met hare hand in het haar
van den oppasser te zoeken op de plaats
waar deze zich achter het oor had gekrabd.
„Houd je gemak, mal spook!' bromde
deze. Zy trok zich in een hoek terug en
schreide luide.
„Houd je mond!' snauwde hij haar toe.
Zy keek met loerenden blik naar het plompe
hoofd van den opzichter en riep lachend:
„Ik zie hem!'
Zij wees naar het borstelige haar dat
den schedel van den oppasser bedekte.
Deze streek er onwillekeurig met de hand
door. De krankzinnige sperde de oogen
wyd open, ’t Speet haar opnieuw hem er
opmerkzaam op te hebben gemaakt, en ze
vleide: „Druk hem toch niet dood! Geef
hem my terug! Och toe, asjeblieit!'
„Mond houden hoor, geen gekheden!'
Hy ging naar buiten. De krankzinnige
droogde hare tranen en zette zich in den
versten hoek. Zy was zeer ernstig gestemd.
Achter haar mooi voorhoofd, dat afwisselend
gerimpeld en glad was, schenen hare ge
dachten ijverig bezig te zyn.
Zy sprak evenwel niet meer over den
meikever. Sinds de oppasser haar wat brood
had onthouden, dat daarop door de familie
van den voprtreffelyken man werd gebruikt,
begreep ze, dat het gat „voor den meikever'
haar geen goed deed. Ze sloeg haastig de
oogen naar den grond, wanneer hy de cel
binnentrad. Met sidderende borst zag zy
rustig toe. wanneer hy hare cel inspecteerde.
Maar het safierblauw harer oogen wierp
lichtende vlammen van onder de neerge
slagen wimpers.
Hy was niet lastig en hield slechts
vluchtig inspectie. „Goed, goed!' zeide hy
toen. Daarop keerde hy haar even den rug
toe en van die gelegenheid maakte zy ge
bruik om een langen, hartstochtelyken
blik op zyn kroesharigen schedel te werpen.
Plotseling wendde zich de wachter om
en zag dien blik. „Wat ben je toch een
mal schepsel!' riep hy lachend. Hjj had
den meikever nog niet vergeten, maar nu
beging hy den dommen streek haar toe te
roepen: „Ja, ja daar zit hjj in!' Daarbij
wees hij ter hoogte van zjjn slaap. Zy
sidderde en hare oogen bliksemden van
toorn en verlangen tegelyk. Vóór hy weg
ging trad hjj een oogenblik aan het venster.
De groote tuin lag daar mooi, badend in
den glans der zon. Een bloemperk met
geraniums bloeide, een groote metalen kogel
weerkaatste het licht en eene hen met hare
kiekens deden zich tegoed aan koren dat
voor hen was uitgestrooid.
Onhoorbaar kwam de waanzinnige nader.
Pare wangen brandden^ hare neusvleugels
Balk, 22 Aug. Gisteravond had in bet
naburige Harich een ongeluk plaats, dat
zeer ernstige gevolgen had kunnen hebben,
doch betrekkelijk nog al goed afliep. Terwijl
dr. Tromp alhier n.l. dat dorp in zijn rijtuig
passeerde, schrok eensklaps het paard,sprong
dadelijk terzijde en kwam gedeeltelijk in
een bermsloot terecht, die door z.g. puntdraad
van den weg is gescheiden. Hier bleef het
dier even achter hangen, doch stierf al heel
spoedig. De voerman geraakte te water, doch
kwam met een nat pak en den schrik vrij,
terwijl dr. T. ongedeerd in den wagen bleef,
die op den berm was blijven staan.
Hem. Oldeph. en Ndw., 22 Aug.
De landbouwer B. te K., die een akker
ploegde, dreef, zonder het te willen, het
kouter door een in den grond verborgen
wespennest. De aldus gestoorde en verdre
ven diertjes lieten zich geducht gelden: bij
honderden vielen ze ploeger en paarden aan,
die op hun beurt verdreven en bovendien
hevig gestoken werden. De eerste heeft, naar
men ons mededeelt, geneeskundigen bijstand
moeten inroepen.
22 Augs. Op onderscheidene boer
derijen in deze gemeente heerscht vlekziekte
onder de varkens. In de laatste dagen breidt
deze ziekte zich uit. De niet aangetaste
dieren worden nu hier en daar met serum
behandeld. Wel wat laat, om er baat van
te verwachten! Met de varkensziekte gaat
beweren velen de palingziekte ge
paard (verband van gelijktijdigheid Thans
is het weer zoo. De ziekte onder de visschen
heeft storing veroorzaakt in de verzending
van dit waterbanket naar Londeneene
palingschuit uit Heeg zette de lading reeds
te Amsterdam af.
Kippenburg, 21 Aug. Hoe gevaarlijk
een wespenbeet zijn kan, ondervond eene
vrouw alhier. Zij kreeg n.l. zulk een hevigen
steek in de wang, dat dit lichaamsdeel zeer
sterk opzwol. Geneeskundige hulp bleek zeer
noodzakelijk.
Uit den Zuid-oosthoek, 22 Augs.
Het ziet er met de weide voor het vee in
deze streken niet rooskleurig uit. De aan
houdende droogte is oorzaak, dat de wei
landen totaal kaal en wit gebrand zijn.
Sommige boeren op de hooge zandgronden
zijn reeds genoodzaakt hooi te voederen.
Vit is wel jammer, daar de hooiprjjzen dit
jaar buitengewoon hoog waren. Knollen en
spurrie kunnen wegens de droogte niet
groeien. Ook van dit herfstvoeder zal dus
wellicht met veel terecht komen.
Wie tegenwoordig niet te klagen heeft,
dat is de bjjker. De laatste twee weken
heoben de bijen uitstekend gewerkt. Som
mige korven moeten met 2 of 3 „opzetters'
worden voorzien, om de bijeenvergaarde
honig en was te kunnen bergen.
Koopers van „vette* bijen ziet men nog
niet veel. Het is in de laatste jaren meer
en meer de gewoonte, den gevulden korf
m zjjn geheel te verkoopen. Aan „uitbre
ken' doet men niet veel meer.
De oogst der bouwlanden Ijjkt goed.
Aardappels zijn best van deugd, maar klein
van stuk. Dit laatste schijnt ook het geval
te zullen worden met ue boomvruchten.
Vooral de pruimen zijn klein en zeer laat
rjjP.
Alles schijnt dus de nadeelige gevolgen
van de droogte ondervonden te hebben.
He pk. Hieuwsbl. v. Fr.
Ongelukken, Een jongen, die den
spoorwegoverweg bij de Schoontjeslaan te
Haarlem wilde oversteken, terwijl de boom
neergelaten was, is door een trein gegrepen
en verpletterd.
In de stoomsmederij van den heer A. D.,
te Rozendaal (N.-Br.), heeft een werkman
koperen splinters in de oogen gekregen. De
ongelukkige zal het gebruik van beide
T
Bolswardsche Courant.
OP
fï