NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
BOLSWARD EN WOKSERA.DEEÏ.
Elk mi fcf ii lijn nering
I
Veertigste Jaargang. 1901.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 93.
DONDERDAG 21 NOVEMBER.
BINNENLAND.
^xxxxxxxxx”xxxxxxxx^
VOOR
m
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgena 10 Ct. per regel. Overigena naar plaatsruimte.
ABONNEMENTSPRIJS80 Centa per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Ct.
1897
638
1898
13%
1900
15%
1901
169
1899
763
Het spreekwoord aan bet hoofd van dit
opstel geplaatst is vrij kras, ook omdat het
woordje r'k geen uitzonderingen erkent.
En omdat het zoo by uitstek kras is,
plaatsten wij er een vraagteeken achter,
waarmee we zeggen willenzou het waar
zyn, dat alle mensehen de begeerte of de
zorg voor de bevordering van het eigen
belang zoo ver dry ven, dat het spreekwoord
moet erkend worden een waar woord te
zjjn? Wjj willen ’t niet hopen en kunnen
het tevens moeilijk aannemen.
„Maar,” zegt wellicht iemand, „het spreek
woord noemt alleen nering, zeker dus
waarbij alleen waar of maat bedoeld wordt,
op zichzelf of vereenigd.”
Wij stemmen toe, dat de letter aldus
luidt, maar weten toch, dat het in veel
ruimeren zin wordt toegepast, namelijk op
’s mensehen handelingen jegens, ook wel-
eens tegenover zijne medemenschen.
Wat het beginsel betreft, kan men van
diefachtigen aard alles noemen, wat uit
hoofde van eigenbelang, eigenliefde enz.,'
in onze handelingen, in ons spreken en
zwijgen aan de eerlijkheid tekort doet.
Ook met de ruime opvatting noemen wij
het spreekwoord zeer kras, zoodat wij er
liefst een vraagteeken achter plaatsen. Maar
intusschen achten wy het goed, dat over
veler handelingen een strenge controle
wordt geoefend, zoodat eerlijkheid door
bewijzen moet gestaafd worden. Ware dit
zoo niet, dan zouden we vreezen, dat men
minder mensehen zou aantreffen dan thans,
die het spreekwoord tot een leugen
maakten.
Dat verlangen of vorderen van eerlijk
heid in de handelingen van anderen is vrij
algemeen, ook bij hen, die weleens hebben
laten blijken, het zelf zoo nauw niet te
nemen. Wij hebben dan ook recht om
die eerlijkheid te eischen onder de mits,
dat aan die van ons zelf niet behoeft ge
twijfeld te worden, bestaat die twyfel en
is zij gegrond, dan is onze eisch een
domme of liever gewetenlooze aanmatiging.
Zou het hieraan wellicht moeten worden
toegeschreven, dat er mensehen worden
aangetroffen, die evenmin gestreng zijn in
het eischen als in hunne handelingen, maar
die het leven als een spel beschouwen,
waarin hij, die het slimst en het vaardigst
is, de meeste kans heeft van winnen
En zoodoende komt het, dat het spreek
woord niet altijd in denzelfden toon wordt
uitgesproken.
Een voorbeeld uit de eigenlijke nering.
Wanneer men een eetlepel suiker ineen
zekere hoeveelheid water doet en eenigen
t\jd goed roert, zal de suiker verdwijnen,
doordien zjj in het water wordt opgelost,
dat iszeer fijn verdeeld tusschen de
waterdeeltjes een plaats vindt en daar
wordt vastgehouden. Bevat de suiker echter
een niet in water oplosbaar bijmengsel, dan
zal dit op den bodem van het glas bezinken.
Zekere huismoeder nu, die hiermee bekend
was, nam een proef, zij liet uit twee win
kels suiker halen, schepte uit eiken zak
een eetlepel en deed de suiker van beide
winkeliers in een bierglas met vlakken
bodem en vulde dit met water.
Het water, waarin de suiker was opge
lost, van den eenen winkelier was wel wat
troebel, iets wat zich gereedelijk laat ver
klaren, maar de bodem van het glas bleef
schoon. Anders was het met nummer twee.
Het daarin aanwezige water was troebeler
als dat in nummer een, en niettegen
staande herhaald roeren vertoonde zich op
den bodem van het glas een grijs bezink
sel. Zij liet dit boven een spiritusvlammetje
drogen en kwam tot de overtuiging, dat de
suiker van nummer twee, een bijmengsel,
b.v. meel of iets anders en ergers bevatte.
„Van dien winkelier koop ik geen suiker
weer”, zeide zy tot haar man, „hy is een
bedrieger!” Of de leverancier die hem de
suiker geleverd heeft,” zeide hy. „Maar
je moet je die dingen niet al te veel aan
trekken, och, je weet immers, elk is een
dief in zyn nering”.
„Niet aantrekken,” zeide de vrouw, „als
ik bessengelei maak, heb ik van nummer
twee een pond meer noodig dan van num
mer een en bovendien, ik weet dat de
suiker een bymengsel bevat, maar weet
niet, wat het is en dat vind ik nog het
hatelykste van alles.”
„Maak je over die dingen maar niet drif
tig of bezorgd,” zeide de man, „gy zoudt
anders nog een onrustig leven hebben: wij
moeten door de wereld en dat moet een
ander ook en die er niet recht door kan
weet er krom door."
1901
5%
i ons
dorp en Drogeham ligt een uitgeveende plas,
derachtig woest tafereel aan. Gelegen te
midden van hoog land, is de plas zelf om
geven door heide en boomgewas. Diep is ’t
water, dat veel gebruikt wordt tot het roten
van vlas. De mensch, daar gekomen, ver
valt in mijmering, wanneer hij, onbekend
in die streken, dit natuurschoon ontdekt,
geheel onvoorbereidHet geheel beslaat eene
oppervlakte van ongeveer 10 ponaemaat.
Thans is het onder verkoop.
Tjalleberd, 15 Nov. Trots de gedane
waarschuwingen bleven de kinderen door
gaan met hun gevaarljjk spelletje; met de
ruggen tegen elkander staande, wipte de
een den ander op. Hedenmorgen waren de
meisjes bij school er weer mee bezig en al
spoedig vielen er een paar, met het nood
lottig gevolg, dat een der meisjes de heup
ingeroepen. Moge dit anderen tot waarschu
wing strekken.
Lemmer, 18 Nov. Hedenmiddag werd
alhier door kapitein Hofman, met de tram-
boot „Bolsward**, uit zee aangebracht het
door hem in de nabijheid van Marken ge
vonden lijk van een persoon van ongeveer
25 jarigen leeftijd. Hoogstwaarschijnlijk is
dit het hjk van den schippersknecht Broer
de Vreese van Bakhuizen, die omstreeks
vier weken geleden in de nabijheid van
Marken is overboord geslagen en verdronken.
Leeuwarden, 16 Nov. Op de algemeene
vergadering der Friesche Biljart-club, giste
ren alhier gehouden, is besloten, in het
begin van December een handicap-biljard-
partij te Leeuwarden onder de leden te
houden. Bij de rondvraag werd door den
heer G re ben de vraag gesteld, met welke
middelen de F. B. C. vooral op het platte
land meer sympathie kon verkrijgen. Na
langdurige bespreking werd door het Bestuur
meegedeeld, dat men de zaak zou ter harte
nemen en o.a. een circulaire met dat doel
verspreiden. Tot Bestuursleden werden her
benoemd de heeren G. W. Koopmans en
I. Duparc Az.
Heerenveen, 18 Nov. Een treffend
sterfgeval heeft plaats gehad. Een alhier
wonend 26-jarig dienstmeisje zou trouwen.
Het huis was reeds gehuurd, de meubelen
waren reeds gekocht, de winterprovisie reeds
ingeslagen. Maar toen zij 12 Nov. haren
dienst verliet, was zij onwel. Zij werd per
rijtuig naar de ouderlijke woning te Wol-
vega vervoerd. De ziekte (longontsteking)
nam in hevigheid toe en heden is hier reeds
het bericht van haar overlijden ontvangen.
Gaastmeer, 16 Nov. De 27-jarige G.
v. d. G. die, op den avond van den lotings-
dag in onze gemeente, den 20 jarigen A.
W. ernstig verwondde door hem met een
z. g. „flym“ een diepe snede over den buik
te geven, is sedert eenige dagen voortvluch
tig. Reeds dadelijk na zyn daad, in dron
kenschap bedreven, toonde de anders be
daarde jonkman veel berouw en toen onlangs
de dagvaarding kwam, is hem zeker de
grond onder de voeten gaan branden.
Men zegt algemeen dat bij naar Amerika
vertrokken is. Velen vragen zich af hoede
vluchteling aan papieren gekomen is. Men
weet nl. over ’t algemeen niet, dat de
justitie zelve te zorgen heeft dat de schul
digen haar niet ontgaan en het gemeente
bestuur geen rekening mag houden met de
wetenschap dat iemand die papieren vraagt,
onder verdenking van misdrijf leeft. Zelfs
als ’t vonnis reeds uitgesproken is, kan de
betrokken persoon nog altijd ongehinderd
vertrekken, als de justitie z’n aanhouding
niet beveelt.
De verwonde is in zooverre hersteld, dat
hij zijn werk weer kan verrichten.
Oldeboorn, 18 Nov. Bjj de hier ge
houden verhuring van weilanden, eigen aan
de Ned. Herv. gemeente en den heer van
Vloten, waren veel gegadigden aanwezig en
werden hooge huurprijzen besomd.
Zoo bracht een stuk land, groot 6 pdm.,
f 290 per jaar op, juist f 100 meer dan
vroeger, een ander stuk van dezelfde grootte
f 340, en een stuk groot 2 pdm. f 135.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Door den commissaris van politie aan
de Oudebrügsteeg te Amsterdam is gear
resteerd zekere R., wonende Van Beuningen-
straat aldaar, die bij een herbergier op den
Haarlemmerweg met valsch geld betaalde.
Bij huiszoeking vond men specie en mate
rieel voor het maken van geld. De gear
resteerde bekende valsch geld te hebben
vervaardigd en zelfs te hebben uitgegeven.
H jj is ter beschikking van de justitie gesteld.
Het venten van allerlei waren aan de
huisdeuren, een overlast voor huishoudens
met weinig dienstpersoneel, heeft, geljjk
allen Hagenaars bekend ie, aanleiding ge
geven tot het meer en meer in gebruik
stellen van bordjes, waarop gedrukt te lezen
staat„Aan de deur wordt niet gekocht
drukwerken worden niet teruggegeven.
Maar nu is er (gelijk ons werd meegedeeld)
een snuggere bol op het denkbeeld gekomen
om met zulke bordjes langs de huizen te
gaan ventenOveral waar nog niet
zoo’n bordje is belt hij aan en vraagt
of men ook gediend is van een waarschuwing
tegen hem en zjjn collega’s I F. Crt.
Zekere P. H., een gehuwd man, en
knecht van den heer Bogaerts te 's-Her-
togenbosch, bezeerde zich Zaterdag j.l. aan
de hand. Op de wonde werd tabak gelegd,
waarna de hand in hevige mate begon te
zwellen en de pijn ondrageljjk werd. Eer
het Zondag was, was de man aan bloed'
„Dat is een prachtige leer”, zeide de
vrouw, „die er op berekend schijnt, om je
den duivel tot vriend te maken. Boven
dien wordt op verre na niet altyd bedrog
gepleegd, teneinde in Godsnaam, al is ’t
dan krom, door de wereld te komen, maar
het meest door dezulken, die het louter
doen uit lust om te bedriegen en winst
bejag, omdat ze meenen nooit genoeg te
hebben en die dan ook nooit genoeg zullen
krijgen, al zouden zy de welvaart, de ge
zondheid of zelfs het leven van hunne
medemenschen aan hun duivelschen lust
opofferen.”
„Och, vrouw,” zei de man, „houd nu
maar op en maak je niet warm om die
wissewasjeswees rustig en welgemoed en
leg er je by neer, dat elk een dief in zijn
nering is”.
De vrouw, wel begrijpende, dat zy bezig
was om op een rots te ploegen, zweeg stil
en ging heen, binnen ’s monds mompelende
„ik hoop toch niet, dat jy iemand bent
van ’t zelfde slag!”...
Men kan het spreekwoord ook uitspreken
op een heel anderen toon als de man van
zooeven tegen zyn vrouw bezigde. In de
wereld namelyk, in de betrekking der
mensehen onderling is vertrouwen noodig.
Zonder dat, is ’t schier niet mogelijk zaken
te doen. En dat niet alleen. Onderling
vertrouwen is eene levensbehoefte, is van
dag tot dag noodig. Op mensehen met
wie wy gestadig in aanraking komen, ver
hoogt het niet weinig het levensgenot en is
daarvoor zelfs onmisbaar.
Maar wanneer wij nu door mensehen, op
wie wij meenden te kunnen vertrouwen,
of met wie wij in bedrijfs- en handels-
zaken, in nering of iets anders in onze
goede meening bedrogen worden, dan ont
vangt ons vertrouwen op de mensehen een
schok en zouden wij allicht ons in onze
ontstemming het spreekwoord op de lippen
doen nemenelk is, helaas een dief in
zyn nering.
Vertrouwd te worden en vertrouwen te
schenken is onmisbaar en daarom het
niet bevorderlijk aan ’t vriendschappelijk
en ongedwongen verkeer tussehen mensehen
en mensehen, dat in onze dagen, vooral
met opzicht tot kleinhandel en nering van
allerlei aard het schenken van vertrouwen
vaak misplaatst schynt. En toch gaat het
niet om het wantrouwen tot het uiterste
door te dryven.
Sommige, zoo niet de meeste coöperatieve
vereenigingen hebben hun ontstaan aan
treurige ondervindingen van den kant van
den kleinhandel en van nering te danken,
deze zoozeer tot nadeel en ergernis.
Maar aan wien de schuld Ongetwijfeld
voor een gering deel aan hen, die bedrogen
onwetend, doordien zy zelf door hunne
leveranciers werden bedrogen. Ware dit
niet het geval geweest, de Ryksproefsta-
tions zouden niet zyn daargesteld, inrich
tingen, die moeten dienen om bedrog te
voorkomen en waarvan er nog altyd met
het oog op de levens- en genotmiddelen
die ons, met veel, veel ophef vaak, worden
aangeboden, veel te weinig zyn, by de
groote afmetingen, die ook in dit opzicht,
het bedrog neemt.
De wetgeving immers is bij ons te lande
in dit opzicht nog al slapjes en zoo daar
nog wettelyke bepalingen bestaan, worden
zy toch niet gehandhaafd, in de verwach
ting misschien, dat het publiek zelf wel
recht doen zal of recht vragen.
En zoodoende zullen de mengers in ’t
groot gelegenheid hebben om door de
mazen van het net heen te kruipen, zoolang
zy niet verplicht zyn de te leveren waar
aan een onderzoek naar de zuiverheid te
onderwerpen en by gepleegd bedrog hunnen
naam te zien publiek gemaakt.
Het publiek op zich zelf kan geen tegen
weer bieden, althans niet op den duur en
in voldoende mate: de Amerikanen en
Franschen of Duitschers kunnen het meel,
waarvan wy ons brood bakken, of andere
spy zen bereiden voor ’t een derde gedeelte
van zyn waarde als voedsel benemen zonder
dat wy ’t weten en die vrijgevigheid gaat
toch maar al te ver, zouden we meenen.
Het spreekwoord, dat zegt, dat elk een
dief in zyn nering zyn zou, houden we
voor zeer overdrevende meeste gebreken,
die we kennen of niet juist kennen, zyn
afkomstig uit de hoogte, uit een, voorden
burgerman onbereikbare hoogte, en die
hoogte is wellicht gelijk aan een schild,
dat onkwetsbaar doet zyn.
Hiervoor zeiden we, dat het spreekwoord
ook wel wordt gebezigd in elke andere
betrekking, waarin wy mensehen tot elkan
der staan en dat daarin vetrouwen onmis
baar is, zoowel voor de welvaart, als
voor ’t genoeglijk samenwonen.'
vinding leert, dat wij. na een vlaag van
wantrouwen in meer algemeenen zin, wel
dra tot het stellen van vertrouwen, al
sluiten wy de omzichtigheid dan ook niet
uit, terugkeeren.
Iemand dus, die alles en een ieder wan
trouwt, moet wel een reeks van droevige
ondervindingen hebben, of zaken en men-
schen beoordeelen naar hetgeen zijn eigen
gemoed aan belangrijkheid in dit opzicht
mist.
Om dit laatste zouden wij hem nog meer
moeten beklagen dan om het eerste. Zeer
vele mensehen toch zullen wel eens iets
hebben ondervonden, dat de neiging om
vertrouwen te stellen in de mensehen geweld
aandeed, maar door betere ondervindingen
wordt dit alras weer vergeten. Maar hy,
die wantrouwt, omdat hy anderen gaarne
beoordeelt naar de gesteldheid van zyn
eigen zelfzuchtig gemoed, hij is werkelijk
zoowel als mensch, als in zijne betrekking
tot zijne medemenschen, in wie hij steeds
belagers ziet, te beklagen, want niet elk
is „een dief in zyn nering.”
Enkh. Ct.
(i
Sneek. Zaterdagavond was het ver
huizen voor de post en telegrafie en Zondag
werd het nieuwe kantoor in gebruik geno
men en voor het publiek opengesteld. Een
enkele, die een brief had op de post te
brengen, zagen we nog uit gewoonte de
bus aan het oude kantoor opzoeken, maar
nu zal ieder wel weten, waar hij terecht
moet komen.
Alle verandering ie geen verbetering,
zegt het spreekwoordmaar hier is dit
niet van toepassing. Én de beambten, èn
het publiek zijn in alle opzichten gebaat
met de verandering. Moesten toch in het
oude kantoor alle post- en spaarbankzaken
voor één loket behandeld en door slechts
één ambtenaar verricht worden en ontstond
daardoor vaak eene zeer ongewenschte
opeenhooping van wachtenden, zeer
ongewenscht wat postgeheim en wat tijd
betreft, thans is dit geheel anders.
Spaarbank, aangeteekende brieven, post
wissels en quitantiën hebben nu ieder hun
eigen loket. Hierdoor is er minder kans,
dat intieme zaken bv. wat de spaarbank
betreft aan derden bekend worden.
Vraagt men ons, is alles volmaakt, valt
er nog iets te wenschen Ja. We beschou
wen ’t als een werkelijke behoefte, om de
lessenaars uitsluitend in dienst te houden
van hen, die moeten telegrafeeren. Daarom
is het o. i. noodig dat een schryftafel met
de noodige zitplaatsen te midden van de
loketten een plaats erlangt.
Of ’t van buiten een aanzicht heeft,
waarop we als Sneekers trotsch zjjn Toen
de verbouw begon, had de voormuur ook
vernieuwd moeten worden!
De heer A. Kabel, alhier, heeft het
beroep naar Kedichem (N. Herv. Kerk)
aangenomen.
Balk, 18 Nov. Dat de wet op den leer
plicht niettegenstaande hare slapte toch nog
zeer gunstig werkt op het schoolverzuim,
kan blijken uit de volgende gegevens van
de openbare lagere school te Balk. Zij geven
de verzuimen aan over de zes laatste jaren
van de leerlingen der hoogste klasse gedu
rende de eerste maanden vau elk kwartaal,
’t Aantal leerlingen is steeds nagenoeg
’t zelfde.
1896 1897 1898 1899 1900
585 638 738 763 314
Ook voor de geheele school valt hetzelfde
gunstige resultaat te constateeren. Het
totale verzuim bedroeg over die maanden:
1896 1897 1898 1899
13>/2% U% 13% H%
Oostermeer, 18 Nov. Tussehen
Binnen vliet" genoemd. Zij biedt een schil-
Bolswardsche Courant
J ij mi l 1a i i
vip viAA ngu ecu uitgcvccuuü jptcio,
I' 1