Verschijnt Donderdags en Zondags. Veertigste Jaargang. 1901.
No. 100.
NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
BOI.SWARO EN' WOKSBMMH.
Brieven uit de Residentie.
ZONDAG 15 DECEMBER.
Uit de Raadszaal.
X
4 die zich met 1
Januari e.k. op
de Bolswardsche Courant
wenschen te abonneeren,
ontvangen de voor dien
datum verschijnende nos.
g*ratis.
VOOR
Ooievaar.
Ged. Staten, hou-
wereld in
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Ct.
’s-Hage, 13 December.
II.
Ik weet niet of ’t bij Shakespeare te vin
den is, dat de laster machtiger is dan het
zwaard, maar het doet er dan ook eerlijk
gezegd weinig of niets aan toe, wie op deze
lumineuse uitspraak is gekomen.
We weten ’t en dat is per slot van reke
ning wel de hoofdzaak. En aan de waarheid
in deze enkele woorden uitgesproken zal wel
niemand willen twijfelen,’t minst natuurlijk
zij, die uit eigen ondervinding hieromtrent
kunnen meepraten.
Gelijk reeds gezegd: laster is een scherp
wapenEn dat niemand er aan ontloopt,
hebben we sinds eenigen tjjd kunnen ge
waarworden, nu zelfs ’t particulier leven van
onze Koninklijke familie niet eens met rust
kan worden gelaten.
De laagste geruchten zijn, tot den vuil-
aardigsten laster opgedrevenmen weet hoe
dat gaat. Laster doet altijd opgeld bij de
spraakmakende gemeente en hij die aan
eenig bittertafeitje dergelijk genot wil ver
schaffen zal er met open armen worden ont
vangen en wellicht z’n aanbreng met ’n
gratis borrel beloond vinden. En zij die ’t
daar mogen aanhooren met hun hoofd, verhit
van den drank, zullen ’t niet als ’n ernstig
geheim voor zich zelf bewaren, maar er mede
rondgaan, waar zjj ook maar eenigszins op
belangstelling voor hun piquante nieuws
berichten rekenen kunnen.
Leuk vind ik altijd dat pittig slot„maar
je spreekt er niet over hoor. Je zoudt er
mijn zegsnaammee in ongelegenheid brengen;
hij heeft mij zelf om stipte geheimhouding
verzocht. Dus ’k reken op je discretie?
Zoo ongeveer is ’t praatje, over den toege-
sprokene eigenlijk niet minder dan ’n bedekte
invitatie om het zoo spoedig mogelijk verder
te brengen.
Ja aan de bittertafel wordt wat nieuws
gebrouwen en alleen onze „WitteSociëteit*
zou wellicht voldoende wezen om een chro-
nique scandaleuse te vullen, ware ’t dat
onze Hollandsche dagbladen in deze enkele
Fransche voorbeelden wilden volgen. En
weet wat aan zoo’n borreltafeltje nog ver
der z’n oorsprong kan vinden. Raden doet
ge het nimmer en wellicht dat ge er nog
niet eens geloof aan wilt hechten, wanneer
ik het U vertel.
Ge weet, van rijd tot tijd komen er wel
eens vredes-telegrammen in de wereld, ver
langt Engeland niet naar vrede, dan is’tde
Transvaal. De door mij bedoelde echter
heeten uit de omgeving van Kruger voort
te komen, waarin dan meer of minder uit
voerig wordt omschreven op welken voet ’t
strijdende volk van Transvaal en Oranje-
Vrijstaat tot vrede zou willen komen. Zoo’n
telegram vinden we dan gezonden aan een
Engelech Dagblad of nieuws-agentschap,
waaruit onze te Londen gevestigde dagblad
correspondenten ’t weer even gretig naar de
groote bladen hier overseinen.
Dan komt er ’n vet hoofdje boven het
telegram te staan, denkelijk nog wel per
bulletin den volke bekend gemaakt vóór het
verschijnen van het blad.
’t Is dan ook zoo belangrijk, dat het pubiek
er wel een uurtje of wat eerder van kennis
zal willen nemen. En is ’t zoo doende ook
hier publiek domein, dan is het of er een
electrische stroom door ons volk gaat. Men
spreekt d’er oyer en bijna over niets anders
Nu zal de vrede mogelijk komen.
De lang-gewenschte vrede!
Maar de dagbladen hebben nauwelijks tijd
gehad het nieuwste nieuws in hunne dage-
lijksche beschouwingen te bespreken of de
ontnuchtering komt al spoedig.
Dan leest men ’t op een goeien dag, dat
ingewonnen idformatiën tot resultaat voerden
om deze berichten als volkomen onwaar te
aualificeeren.
Vergadering op Donderdag 12 Dec. 1901.
Tegenwoordig waren alle 13 leden.
De notulen werden gelezen en goedge
keurd.
Ingekomen stukken
a. Resolutie van Ged. Staten, houdende
goedkeuring der gemeente- en schuttery-
rekening over 1900.
b. Een dankbetuiging van de werklieden
der Gemeentereiniging voor de verhooging
van hun weekloon.
c. Een resolutie van Ged. Staten, hou
dende goedkeuring van ’s raads besluit tot
aanstelling van eene onderwijzeres aan
school No. I.
d. Een adres van den heer Y. Ringnalda,
om het „Langeland** wederom voor 5jaren
onderhands te mogen huren van de gemeente,
die er voor de helft eigenares van is, naar
f 31 per pondemaat, zijnde dan f 106,47.
e. Een adres van den heer J. A. de
Vries, verzoekende, om, behalve het hem
toegestane gedeelte sloot voor dam, ook die
sloot naar de opvaart te mogen dempen, en
te voorzien van een net staketsel, wat zal
strekken ter versiering en ook in ’t belang
is der veiligheid aldaar.
f. Een adres van den heer Gosse de
Vries om een strookje grond van de stad
voor het door hem gekochte bouwterrein.
g. Een adres van de bewoners aan den
Stadswal van af het kleine Gasthuis tot de
Blauwpoort, verzoekende bestrating van den
weg voor hunne woningen.
Al deze adressen worden in handen van
B. en W. gesteld ten fine van consideratie
en advies.
h. Een adres van de heeren C. J. van
der Veen, W. Carstens en C. W. Eisma,
als leden der commissie, welke verbetering
van de vaarwaters naar Lemmer en Har
lingen wil bevorderen, verzoekende tot
goedmaking der kosten van voorbereiding
eene subsidie van de gemeente ad f 50.
De Voorzitter. Ik stel voor, ook dit adres
in handen van B. en W. te stellen om advies.
De heer Schotman. Ik zou het rationeeler
vinden dat dit adres in handen eener com
missie werd gesteld, aangezien de Burg, en
een der Wethouders hier de adressanten zjjn.
De heeren van der Meer en Dijkstra onder
steunen dit voorstel.
Bij stemming worden nu benoemd de
heeren Schotman, Dijkstra en J. van der
Werf. (De beide laatsten ieder bij her
stemming met den heer W. v. d. Meulen).
i. Een missive van heeren Weesvoogden,
verzoekende goedkeuring van den aankoop
van 4 perceelen land bij den Marnedjjk,
grenzende aan een plaats van het Weeshuis,
en waarover het voetpad loopt naar die
plaats. De aankoop bedraagt f 17218,25,
benevens 7% kosten.
Na urgentie wordt de gevraagde goed
keuring met algemeene stemmen verleend.
PUNTEN van BEHANDELING:
1. Voordrachten en aanbevelingen van
leden in verschillende colleges en besturen,
tengevolge periodieke aftreding.
a. Gasthuis. De heeren J. H. Kingma,
aftr. voogd, en U. Hannema.
Hoe zou het ook anders mogelijk wezen,
indien men aandacht schenkt aan de wijze
waarop die telegrammen van hier uit de
wereld inkomen. De groote Londensche
bladen hebben hier te lande ook hun relatie,
die ’t op ’n frisschen morgen in het hoofd
krijgt op wat nieuws uit te gaan,
zooals je een pondje tabak gaat halen.
Zooals dat bij een goed journalist behoort,
beschikt ons mannetje over een geschreven
of gedrukt bewijs, dat hem zoo mogelijk
verder dan de drempel van het huis moet
brengen, wanneer hij straks gaat aankloppen
bij eenig goed adres, waar men het weten
kan. Én lukt het nog niet zoo spoedig als
wel gewenscht werd, dan maar direct op de
Boeren-députatie af.
Hoe ’t hier gaat?
Ja, kijk, wat zal daarop mijn antwoord
wezen. Schrijver dezer correspondentie is
ook wel eens in directe aanraking geweest
met deze Transvaalsche heeren, die ’t wel
over den strijd wilden hebben, maar
doorgaans niets loslaten, waar ’t ’n journa
list doorgaans om te doen is. Zoo ging ’t
mij, zoo ging ’t eveneens andere collega’s,
die eveneens ’n poging gingen wagen, om
’n mooi nieuwtje voor hun blad te veroveren,
maar even goed plat-zak van de vangst
thuis kwamen. Nu is ’t een opmerkelijk
verschijnsel, dat de buitenlandsche corres
pondenten of de alhier gevestigde relation
der wereldpers zich bij voortduring in meer
fortuin konden verheugen, altijd, wanneer
men niet beter wist. Maar ik heb ’t maar
al te goed met eigen oog gezien, hoe deze
mannetjes weten te werken. Waarheid en
onwaarheid blijken doorloopend bij deze
heeren met elkander over hoop te liggen.
En wanneer ze aan het vechten komen ligt
de onwaarheid altijd boven. Ze maken d’er
wat van, zoeken allerlei mogelijke gebeur
tenissen bij elkaar en fabriceeren van der
gelijk gebrekkig materiaal hun wereldnieuws.
Zoo’n bezoek aan eenig autoriteit der Trans
vaalsche deputatie voert hen al even min
tot hun doel. Ze hooren veel, maar niet het
veelgewenschte. Geloof maar vrij, dat der
gelijk belangrijk nieuws niet zoo voetstoots
zal worden meegedeeld aan den eersten den
besten buitenlandschen journalist, die zich
komt aandienen.
Niettemin komt het telegram toch de
uit de omgeving van den
president. En een dag later kunnen we het
allen lezen, dat ,het verhaal van begin tot
het einde gelogen of verzonnen werdGe
lukkig Engelsch publiekNu ik het toch
zoo’n beetje, al is het dan maar zijdelings
over den Transvaalschen strijd heb gehad,
kan ik ge voegelijk met één grooten stap
op het Binnenhof komen, waar deze aan
gelegenheid natuurlijk evenmin onbesproken
is gebleven en de „premier,1* in zijne be
antwoording der algemeene beschouwingen
mededeelde, dat de regeering „het psycholo
gisch moment* zou afwachten om te doen
wat zij te dezer zake zou kunnen doen.
Dat deze mededeeling in den mond van
dezen minister vanBinnenlandsche zaken geen
ijdele phrase is, zullen allen toegeven, die
zich de bekende kamer-speech nog herinneren,
door hem als afgevaardigde voor Sliedrecht
hier ten vorigen jare uitgesproken.
Ja, die rede van dr. Kuyper was weer
een van die sublieme momenten, die, jammer
genoeg, steeds zeldzamer worden in de par
lementaire geschiedenis van den dag.
De algemeene beschouwingen over de eerste
sfaatsbegrooting, welke van deze nieuwe
regeering was uitgegaan, hadden al
sinds eenige dagen geduurd en ’t regeerings-
program was door de verschillende politieke
kleurschakeeringen, al voldoende van alle
zjjden bekeken. En telkens hadden we de
premier maar weer zien verhuizen naar de
plaatsen der verschillende sprekers... totdat
eindelijk van uit de donkerte om ’t bureau
van den president der Kamer ’t groote woord
vernomen werd: „Het woord is thans aan
den Minister van Binnenlandsche Zaken.**
Dat klonk als ’n sein!
Van alle zjjden kwamen ze nu aan zwer
men krioelend dooreen, tusschen de nauwe
groene bankjes door, vullend de midden
ruimte tusschen den mmisterstafel en de
zetels der stenografen, voor wien een nauwe
geul was opengehoudeu, om hen de veelszins
moeielyke taak niet onnoodig te verzwaren.
En dat alles pakte zich samen in den omtrek
van den minister.
De bankjes goed gevuld, dichte groepen
bij den troon, welker.treden ook al dienstbaar
werden gemaakt, om als zetel te dienen
voor de verschillende afgevaardigden, die
niet elders ’n bekrompen plaatsje hadden
kunnen bemachtigen.
Daarop kwam ’t los, midden in ’n vol
komen stilte, zoodat men bijna slechts uit
sluitend ’t pengekras van de journalisten kon
hooren. Op de publieke tribune stond ’t
stampvol, in ’n paar dichte rijen achter de
bank, waarop de eerst gekomenen een goed
plaatsje hadden veroverd.
De belangstelling was groot!
Zoo kregen we op langzaam deftigen toon
uitgesproken, nu en dan met krachtiger
verheffing van klank, een van die „kabinet-
stukjes** te hooren, die ’t meerendeel in den
lande slechts bij lezing kent uit het lijforgaan
van dezen journalist-minister, op wien in
de komende parlementaire periode, de groote
aandacht van geheel het land zal zijn ge
concentreerd.
Nu eens loskomend van ingehouden toon,
dan weer rustig betoogend in deftigen toon,
gingen bij wijlen de pijlen zijner critiek
vlijmend los op de tegenstanders, die hem,
den geharnaste met hunne bezwaren en be
denkingen hadden durven naderen. Maar
toch steeds hoffelijk en correct in den goeden
vorm, ook daar waar een geestige boutade
aan ’t adres van een der omstanders, het
geheele auditorium in helderen schaterlach
deed losbarsten.
Zoo heeft deze man gedurende enkele
uren zijn gehoor bezig gehouden, gebonden
met hun aandacht. Inderdaad, men moge
gescheiden wezen door verschil van politieke
meening of godsdienstig inzicht, hjj die on
bevangen genoeg is om tot een eerlijk oordeel
te komen, zal moeten getuigen, dat wij op
dien middag geplaatst waren tegenover een
geniale figuur.
b. Weeshuis. De heeren U. Hannema,
aftr. voogd, en J. Heijt.
Door B. en W. zijn hieraan toegevoegd
de heeren A. B. Faber en P. J. de Jong.
c. Algemeen Armenhuis. De heeren R.
de Boer Dz., aftr. voogd, en C.G. de Groot.
d. Stadsspaarkas. De heeren P. de Jong,
aftr. lid, en C. Bölger.
e. Schoolcommissie. De heeren A. Vis,
aftr. lid, S. Oosterbaan Hz. en A. Faber.
f. De Damescommissie voor de Hand
werken. De dames A. BölgerHommes,
aftr. lid en 8. Pekema.
Deze voordrachten en aanbevelingen wor
den ter visie gelegd, om in de volgende
vergadering de benoeming te doen.
2. Voorstel van B. en W. om verlenging
der concessie te vragen voor tolheffing op
den trekweg naar Pijphorne.
Daar de thans verleende concessie 12
Mei a.s. expireert achten B. en W. het
wenscheljjk weder verlenging der concessie
te vragen, niet zoozeer om de opbrengst
der tollen, maar meer omdat anders de trek
weg meer voor veeleiding wordt gebruikt.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
3. Voorstel van B. en W. om ontheffing
te vragen van het invoeren der vrije- en orde-
oefeningen in de scholen.
Daar door de overeenkomst met heeren
Weesvoogden in de Gymnastiek alhier reeds
voldoende is voorzien, achten B. en W. het
raadzaam ontheffing te vragen van het onder
deel de vrije- en ordeoefeningen.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
4. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot het plaatsen van nog een gas
lantaarn op de Koemarkt.
De Gascommissie bericht dat het haar na
een gehouden inspectie wenscheljjk is voor
gekomen, om behalve enkele lantarens te
verplaatsen, nog een lantaarn op de Koe
markt aan te brengen aan het pakhuis van
de Firma Oosterbaan. B. en W. kunnen
zich hiermede vereenigen.
Goedgekeurd met algemeene stemmen.
5. Behandeling van de rekening van den
weg Bo' sward— Harlingen over 1900, met
rapport der commissie.
De Commissie, die deze rekening onder
zocht, heeft geene op- of aanmerkingen, en
adviseert tot goedkeuring.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
6. Aanbieding en vaststelling van het
suppletoir kohier van hondenbelasting
over 1901.
Dit kohier ten bedrage van f20 wordt
vóór 15 Februari a.s. invorderbaar gesteld.
Goedgekeurd.
De heer Van der Meer wenscht B. en
W. te interpelleeren inzake de vacature Beit-
sma aan school No. I. Hij vraagt of daar
voor reeds een oproeping is geschied en
tevens of het voornemen bestaat, weer
iemand met hoofdacte te vragen.
De Voorzitter. Tjjdeljjk is de vacature
vervuld door Mej. Leverland. B. en W.
hebben met de oproeping gewacht tot de
goedkeuring is verkregen op de nog aan te
stellen onderwijzeres, en dan de oproeping
in eens te doen. Het voornemen is een
onderwijzer te vragen met hoofdacte.
De heer Van der Meer. Ik vind niet
noodig dat hier een onderwijzer met hoofd
acte komt. Behalve het hoofd is er een
onderwijzer aan de school met hoofdacte.
Deze aangelegenheid is niet door den raad
verordend, en ofschoon het nog kort is ge
leden dat de raad besloot, iemand met
hoofdacte te vragen, toch behoort bij elke
vacature in dezen de raad gehoord te wor
den. Het is mjjne meening, dat hier geen
hoofdacte noodig is, doch een practisch
ervaren onderwijzer, en ieder die weet, hoe
de examens voor de hoofdacte worden afge
nomen, weet dat die acte geen waarborg
geeft voor de practische bekwaamheid.
De Voorzitter. De raad is toch steeds
van een ander beginsel uitgegaan. Waar
U zegt, dat de hoofdacte geen waarborg
geeft voor de practische bekwaamheid, heeft
de gemeenteraad gemeend dat zulks wel
degeljjk het geval is, en het bezit dier acte
steeds op hoogen prijs gesteld. Neemt echter
de raad nu een beslissing als door U voor
gesteld, dan moeten B. en W. daarin be
rusten, doch ik geef U in overweging dit
voorstel schriftelijk in te zenden, opdat het
in de eerstvolgende vergadering kan be
handeld worden.
De heer Van der Meer zal hieraan gaarne
gevolg geven, doch heeft nog iets anders,
namelijk dat bij de fabriek van den heer
Wesseling de straat dikwerf door het klei-
aanvoeren bevuild wordt. Hjj zou gaarne
hebben, dat er op werd toegezien, dat het
Bolswardsche Courant
Lasterpraatjes Een scherp wapen
VredesnieuwsHoe zoo’n telegram in
de wereld komt Vindingrijke jour
nalisten Op ’t Binnenhof De pre
mier aan ’t woord! De Kamer in
groote aandacht.
ft