NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD
BOLSWAHO EN WONSBRAOEEP
>1
w
V'
Verschijnt Donderdags en Zondags. Veertigste Jaargang. 1901.
No. 103.
C
V
ZONDAG 29 DECEMBER.
NIEUWJAARSWENSCHEN
wordt beleefd verzocht.
Uit de Raadszaal.
Woensdag 1 Januari
verschijnen.
VOOR
Weth. ter
Er is geen bezwaar om
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar 5 Ct.
De heer Eisma. Ik vind bepaald beter
dat het er uit komt. Deze woorden zjjn er
ondoordacht ingeslopen in dit geval.
De heer Dijkstra. Ik ben niet tegen de
weglating, maar ’t bevreemdt mij wel, dat
B. en W. pas nu het verkeerde er yan
ontdekken.
De Voorzitter, ’t Is nog geen fait accom
pli, het kan nog hersteld worden.
Met algemeene stemmen het verzoek toe
gestaan.
5. Benoeming van leden van verschillende
college's en besturen tengevolge periodieke
aftreding als:
a. Voogd van het St. Anth. Gasthuis.
De heer J. H. Kingma, aftr. Voogd wordt
met 11 stemmen herbenoemd. De heer U.
Hannema bekwam 1 stem en 1 briefje was
blanco.
b. Voogd van het Weeshuis.
De heer U. Hannema, aftr. Voogd wordt
met 10 stemmen herbenoemd, de heer P.
de Jong had 2, de heer A. Faber 1 stem.
De heer Eisma verlaat met verlof de ver
gadering.
c. Voogd
huis.
De heer R. de Boer Dz., aftr. Voogd
wordt met 10 stemmen herbenoemd, de heer
G. Dijkstra verkreeg 2 stemmen.
d. Bestuurslid der Stadsspaarkas.
De heer P. de Jong aftr. lid, wordt met
11 stemmen herbenoemd, de heer C. Bölger
bekwam 1 stem.
e. Lid der Plaatselijke Schoolcommissie.
De heer A. Vis, aftr. lid, werd met 9
stemmen herbenoemd, de heer S. Ooster-
baan Hz. had 2, de heer A. Faber 1 stem.
f. Lid der Damescommissie voor het
handwerksonderwijs.
Mevr. A. BölgerHommes, aftr. lid, werd
met 9 stemmen herbenoemd. Mej. S. Pe-
kema had 2 stemmen en 1 briefje was van
onwaarde.
6. Benoeming van twee leden der Com
missie voor de Gasfabriek.
De heeren H. Boersma en W. v. d. Meu-
len moesten aftreden.
De heer Boersma werd herbenoemd met
IQ stemmen. De heeren J, y, d. Werf en
heeft; is de gemeente hierdoor eigenlijk niet
wat gebonden en staat men hier niet voor
een fait accompli, zoo ze dat geloof ik noemen
De Voorzitter. Wanneer de gemeente het
nu niet anders mocht verhuren, zou adres
sant het niet vragen. De vraag is of ons
dit verzoek wenschelijk voorkomt, want
anders zouden wij ’t desnoods ook aan een
ander mogen verhuren.
De heer Dijkstra. Dan ben ik sterk voor
publieke verhuring.
De heer v. d. Meer. Dit is inderdaad wel
een beetje een vreemd geval. Stel dat de
heer Mulier zijn helft eens voor een kleinen
prijs afstond, wat zou de gemeente dan doen
moeten
De heer P. J. de Boer. Burg, en Weths.
hebben den huurprijs overwogen. Het is
waar, het blijft altoos een lastig geval, maar
deskundigen hebben ons verzekerd dat dit
land, en nog wel met een breed pad er over,
niet meer moet doen, dat het wel degelijk
genoeg is.
De heer v. d. Meer. De heer de Boer heeft
mij, meen ik, niet begrepen. Ik ben niet
tegen deze huursom, maar wij mogen den
toestand wel onder oogen zien, en welke
houding de gemeente zou moeten aannemen,
als het te laag werd verhuurd.
De heer Eisma. Bij gemeenschappelijk
bezit kan men, als de eigenaars het niet
eens zijn, publieken verkoop vorderen. Dit
of een deeling is de eenige weg in zulk geval.
De heer Boersma vertrouwt dat de huur
met de billijkheid overeenstemt en is voor het
voorstel van B. en W.
Met algemeene stemmen alzoo besloten.
4. Behandeling van het adres van J. A.
de Vries tot het dempen eener sloot, met
adv es van Burg, en Weths.
Burg, en Weths. den architect gehoord,
hebben geen bezwaar het verzoek in te
willigen onder de gewone conditiën.
De heer Keikes. Ik meen gehoord te
hebben, dat deze demping tot wederopzeg-
gens wordt toegestaan. Kan adressant dan
later genoodzaakt worden de sloot weer in
den tegen woordigen staat te brengen
De Voorzitter. Dit is meer een uitdruk
king van usantie. B. en W. dienen bij der
gelijke verzoeken het recht aan zich te houden.
De heer P. J. de Boer. Ik zie er toch
wel iets vreemds in om in dit geval die
bepaling er bij te hebben.
De Voorzitter. Er is geen bezwaar om
*dit te royeeren.
Het volgend nummer van
de Bolswardsche Courant
zal
Spoedige toezending van
DE UITGEVER.
van het Algem. Stadsarmen-
Ik stem evenwel toe, als de grond voor een
ander kantoor eenmaal gekocht is, is het
te laat, en daarom kan ik mij met dit voor
stel wel vereenigen. Ik heb den grond eens
opgenomen en er kan wel een huis naast
gebouwd worden, zoodat het tegenwoordige
gebouw geheel kantoor kan worden.
Ik meen te weten dat de Directie der
posterijen liever huurt dan koopt en met
een f 8000 vertimmering zou bij goede ver
huring over een flink aantal jaren, wel een
goede rentegevende zaak kunnen worden,
terwijl als dit gebouw wordt verlaten, de
gemeente bepaald schade lijdt.
De heer Schotman. Er mag officieel niets
van bekend zijn, dat er onderhandelingen
over ander terrein plaats hadden of hebben
is genoegzaam bekend, ook uit de tot den
minister gerichte vraag in de Tweede Kamer,
en het antwoord dat daarop is gegeven.
De heer Dijkstra. Ik wensch stemming
over de urgentie der behandeling, want ik
wil mij houden aan ’t reglement van orde.
De Voorzitter. Het betreft hier eigenlijk
geen voorstel waarover een beslissing van
den raad noodig is. Het is meer een vraag
of verzoek van vijf leden van den raad aan
B. en W. om inlichtingen te vragen, en
zonder een besluit zijn B. en W. hiertoe
krachtens de wet wel gerechtigd.
De heer Dijkstra. U hebt urgentie ge
vraagd, en het punt staat immers ook geheel
niet op de agenda.
De Voorzitter. Hoewel onnoodig, zal ik
een stemming houden of er urgentie zal
worden verleend aan de behandeling hiervan.
Met 12 stemmen voor en 1 (de heer Dijkstra)
tegen wordt de urgentie verleend.
De Voorzitter. Thans komt dan in be
handeling het voorstel om B. en W. te
machtigen om inlichtingen te vragen omtrent
de plannen van het postkantoor met ver
melding dat vergrooting mogelijk is, en
zoowel huur als koop.
De heer Dijkstra. Het is mij wel, dat
B. en W. zullen vragen wat men wil, maar
niet dat zij aanbiedingen doen over ver
grooting. Dit kantoor is bepaald ongeschikt,
veel te laag yan verdieping. Het moet
eigenlijk tot den grond toe plat. Ik heb een
kantoor een paar malen verbouwd, ook andere
bestekken gezien en weet wat eischen ze
stellen. In Sneek heb ik voor 6 jaar zelf
het postkantoor aangenomen. Toen was het
naar men zei veel te groot en nu is er al
weer een ander. Laten wij ons dus niet
vergaloppeeren, laat ik dat woord hier maar
gebruiken.
De heer P. J. de Boer. Mij dunkt, wij
moeten de zaken niet vooruitloopen. De
bedoeling is: inlichtingen te vragen, dan
komen later de details. B. en W. kunnen
eigenlijk niets aanbieden, doch enkel infor-
meeren.
De heer Dijkstra. Dat is het juist wat
ik ook wil.
De Voorzitter. Terecht is door den heer
P. J. de Boer opgemerkt, dat men de zaak
niet moet vooruitloopen. De bedoeling is,
te vragen of men dit gebouw nog wil houden
ja of neen, zoo ja, dan onder welke voor
waarden en daarover kan men dan onder
handelen.
Met algemeene stemmen alzoo besloten.
f. Een missive van heeren Wees voogden
om een wijziging van art. 18, omtrent de
geldbelegging. Het komt dikwerf voor, dat
aanzienlijke sommen renteloos liggen, en de
inschrijving op het grootboek een heel lage
rente afwerpt. Zij verzoeken dus bij art.
18 de inlassching, dat ook rentegevende
pandbrieven van solide hypotheekbanken
mogen worden aangekocht.
Voor dit voorstel wordt urgentie gevraagd,
en met algemeene stemmen verleend.
De heer Schotman. Ik juich dit voorstel
van Wees voogden toe, want het heeft mij
meermalen gehinderd, dat Weesvoogden zoo
beperkt waren en verhinderd de gelden voor-
deelig te beleggen.
De heer Van der Meer. Ik wist ook, dat
Weesvoogden zeer gebonden waren in de
geldbelegging. Toch verwondert mij dit
voorste], dat meer een tjjdelijke belegging
is in pandbrieven, dat toch incourante fondsen
zijn, waarvan de koers zeer kan uiteenloopen,
en ik zou dan ook meer courante fondsen
prefereeren.
De heer Eisma. De reden, dat Wees
voogden de pandbrieven van hypotheek
banken vragen ie, omdat de belegging dan
nationaal blijft, en tevens solide, onder hypo
thecair verband met goede overwaarde. De
schommelingen der koers in deze fondsen is
heel gering, en alleen op enkele tijden des
jaars, wanneer minder geld beschikbaar is.
’t Is volstrekt geen windhandel, maar de
meest mogelijke zekerheid is hierbij gewaar
borgd.
Met algemeene stemmen het yoorstel goed
gekeurd,
Vergadering op Vrijdag 27 December 1901.
Tegenwoordig waren alle 13 leden.
De notulen der vorige vergadering worden
gelezen en goedgekeurd.
Ingekomen stukken:
a. Een resolutie van Ged. Staten, hou
dende goedkeuring der gemeentebegrooting
over 1902.
b. Idem, houdende goedkeuring van het
suppl. kohier van hondenbelasting.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Een adres van Sj. Hengst, verzoekende
dat een boom voor zijne woning mag worden
gerooid.
Gerenvoyeerd aan Burg, en
fine van afdoening.
d. Een adres van G. Moll, F. van der
Spoel, L. Sikkens, Sj. J. Visser en T. Boschma,
allen voorzitters van hier ter stede gevestigde
vereenigingen, die hunne vergaderingen of
uitvoeringen houden in „Amicitia" en ver
zoeken dat aan dat gebouw geen andere
bestemming worde verleend, aangezien zij
geen geschikt ander lokaal weten voor hunne
vereenigingen.
Zal worden behandeld bij de behandeling
van het voorstel van Burg, en Weth. om-
trent „Amicitia".
e. Een schrijven van vijf raadsleden, de
heeren Cuperus, Schotman, Keikes, Kramer
en W. v. d. Meulen, vernomen hebbende,
dat de Regeering een grooter postkantoor
wenscht, noodigen B. en W. uit, zich met
bekwamen spoed tot de Regeering te wen
den en er op te wijzen, dat het bestaande
postkantoor kan worden vergroot, daar aan
de Oostzjjde bij het Kantongerecht de be-
noodigde grond aanwezig is.
De Voorzitter vraagt voor dit punt urgentie.
De heer Cuperus. Ik ben tot dit voorstel
gekomen, omdat ik graag zou hebben dat
het postkantoor zijne bestemming behield.
Wij hoorden van pogingen door de regeering
aangewend om „het Hof" aan te koopen.
Is zulks geschied, dan zouden wij achter ’t
net visschen, waarom ik het noodig acht,
zich ten spoedigste tot de regeering te
wenden, daar ik het zou betreuren later
te vernemen, dat het rijk zich anders had
voorzien.
De heer Schotman. Ik ben ook mede-
onderteekenaar, doch zou het nog wel willen
uitbreiden. Ik heb vernomen dat het Rijk
liever wil koopen dan huren. Ik zou dus
B. en W. willen machtigen ook daaromtrent
aanbiedingen te doen met den benoodigden
grond daar naast, daar ik vind dat wij op
alle mogelijke manieren het postkantoor daar
moeten houden, wijl de gemeente anders met
een gebouw blijft zitten, waaraan we niets
hebben.
De heer Van der Meer. Dat de gemeente
in dezen schade zou lijden, zou ook ik be
jammeren, en vind het niet kwaad daarom
de onderhandelingen te openen. Ik merk
echter op, dat de directie thans heel hooge
e:schen stelt; daarvoor wil men kolossale,
groote en dure gebouwen, en ik zou vreezen
dat dit voor de gemeente ook schadelijk
kon worden. Ik zou dus er voor zjjn te
vragen wat ze willen.
De heer Schotman. Van der Meer spreekt
daar van heel hooge eischen, maar in llooge-
veen een plaats met 12000 zielen is een ge
bouw voor fll,000 aangekocht, waarin
f 2000 is vertimmerd. Dat is geschied onder
den Directeur, den heer Havelaar, die nog
chef is der posterijen, en wat daar dus vol
doende werd geacht, zal ook voor een andere
gemeente kunnen volstaan.
De heer Eisma. Ik heb bij dit voorstel
niet begrepen, dat de zaak urgent was, daar
is trouwens ook niet over gestemd. Toch
wil ik mijn geyoelen wel zeggen. In de le
plaats is de huur van dit postkantoor nog 2
jaar loopende, en officieel is B. en W. heele-
maal niets bekend, dat het rijk een ander
terrein zoekt. Wel wordt er officieus over
gesproken, dat het postkantoor wel van be
stemming zal veranderen, doch bekend is er
niets van. Toch acht ik het niet van belang
ontbloot er de Regeering op te wjjzen, dat
dit kantoor wel verbeterd en vergroot kan
worden, ’t Verwondert mij echter dat zoo’n
voorstel inkomt, zonder dat men iets weet,
g. Burg, en Weth. stellen voor een kleine
wijziging in het huishoudelijk reglement der
commissie tot wering van schoolverzuim.
Reeds is bij de begrooting de toegestane som
f 140 geworden en de vergaderavond wenscht
men in plaats van op Woensdag op Don
derdag te hebben. Wordt voorgesteld het
reglement in dien zin te wijzigen, doch de
som over dit jaar te bepalen op f 100.
Met 12 stemmen goedgekeurd, de heer
Dijkstra tegen.
h. Een adres van den heer N. J. Drost
hoofd der school voor m. u. 1. o. om met
het oog op zijn leeftijd en gezondheid eervol
ontslag op 1 April a. s. en met het oog op
zijn aanvrage om pensioen nog deze maand
de beslissing te nemen.
De Voorzitter. Daar de heer Drost nog
deze maand gaarne het besluit zal hebben,
zal het zeker met een smartelijk gevoel ver
nomen zijn, dat de man die zoolang en zooveel
heeft gepresteerd, zich gehouden acht zijn
ambt neer te leggen. Ik stel voor aan zijn
verzoek te voldoen onder dankzegging voor
de vele en gewichtige diensten aan het onder
wijs alhier bewezen. (Applaus.)
Zonder hoofdel. stemming alzoo besloten.
PUNTEN van BEHANDELING:
j. Voorstel van Burg, en Weth. inzake
de gebouwen „Amicitia11 c.a.
Burg, en Weth. hebben overwogen dat
de „Amicitia" en de „Brak“ geen voldoende
voordeel opleveren en er geen behoefte is
aan het blijven bestaan er van, terwijl de
Brak" groote kosten van onderhoud vordert
en bovendien niet tot sieraad strekt. Zij
stellen daarom voor de „Brak" te verkoopen
op afbraak, het vrijkomend terrein en de
voorzijde van Amicitia’s gebouw publiek te
verkoopen. Kegelbaan en warande te sloopen
en de groote zaal van een zolder te voorzien
en te bestemmen als lokaal voor de werk
verschaffing. De herstelling en verandering
der zaal is begroot op f 1115.
De Voorzitter stelt voor dit voorstel ter
visie te leggen.
De heer Dijkstra. Ik zou er wel voor
zijn een commissie te benoemen ten fine van
onderzoek. Ik vind het nog al een ingewik
kelde zaak.
De heer Boersma en nog een paar leden
ondersteunen dit voorstel.
De hreer Eisma. Het verwondertmij dat
dit voo stel wordt gedaan en wordt onder
steund. In de vorige vergadering is gevraagd
de voorstellen te doen, nu zijn ze er, en
waarom nu een Commissie te benoemen.
Zal men die meer vertrouwen dan het Dage-
lijksch Bestuur?
De heer P. J. de Boer. Het komt mij
beter voor, de zaak zoo in behandeling te
nemen. Elk der leden kan het voorstel
onderzoeken, en dat dient toch te geschieden,
beter dan dat drie zich daar mee belasten.
Blijkt later dat men op bezwaren stuit, dan
kan het nog altijd aan een Commissie wor
den opgedragen.
De Voorzitter. Ik zou ook liever zien
dat het voorloopig niet commissoriaal werd
gemaakt. Alle leden kunnen nu het plan
nagaan. Blijkt het later dat men het niet
eens is, dan kan het nog altijd gebeuren.
De heer Dijkstra. Ik doe het voorstel,
omdat ik deze plannen nog al zeer inge
wikkeld vind. Al zijn er 3 commissieleden,
dan kunnen toch de andere leden daarom
evengoed zich zelf op de hoogte stellen. Ik
begrjjp niet wat er tegen is. ’t Zal toch niet
zijn dat ik het voorstel?
De Voorzitter. Personaliteiten blijven
hier buitengesloten.
Het voorstel Dijkstra om een Commissie
te benoemen, wordt verworpen met 10 tegen
3 stemmen (de heeren Van der Meulen,
Boersma en Van der Meer.)
Deze plannen liggen dus voor den Raad
ter visie.
2. Voorstel van den heer A. v. d. Meer,
omtrent de vervulling der vacature van
onderwijzer aan School No. I.
De heer Van der Meer doet het voorstel
om aan school No. I een onderwijzer te be
noemen, waarbij de hoofdacte niet zal ver-
eischt worden, omdat daardoor f 100 aan
salaris kan worden bespaard, terwijl z. i.
die acte geen waarborgen van practische
bekwaamheid geeft, door de inrichting der
tegenwoordige examens.
Dit voorstel wordt ter visie gelegd.
3. Behandeling van het adres van Y.
Ringnalda, tot onderhandsche verhuring
van het „Langeland" met advies van Burg,
en Weths.
Burg, en Weth. adviseeren gunstig op
dit verzoek te beschikken, aangezien hun
van deskundige zijde is verzekerd, dat de
huur voldoende hoog is.
De heer Dijkstra. In het adres staat dat
Ringnalda de andere helft reeds gehuurd
Bolswardsche Courant.
-
ft