NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD wmnö EN WONSERABEEÏ. Kantongerecht te Bolsward. No. 56. Verschijnt Donderdags en Zondags. 1902. 41ste Jaargang. OP KAMERS. ZONDAG 13 JULI. l BIInJNENLAMD. X X VOOR Amst. Ct.) bare dronkenschap, tot fl boete of 1 dag 7. 10. 19. ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens haar plaatsruimte. hechtenis. 21. O. A. te Makkum, ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar 5 Ct. 14. 15. 16. ‘17. schap 18. Nee, maar, stel je ’t leuke idee voor, als je heel je leven dat zjjn achttien jaren in familiekring hebt doorgebracht en je dan op kamers gaat wonen! Op kamers! Het heele „gezin* wist ’t en met jaloersche blikken werd hjj aangezien, toen hjj z’n collega’s verteld had, dat-ie ’t gymnasium van het provinciaal stedeke met een han delkantoor in de groote stad ging verwis selen en dan op kamers zou komen wonen. Zie je: gemeubileerde kamers, ’n slaapkamer, waar je heelemaal alléén te zeggen hebt, waar je kunt doen en laten wat je wilt: Heerlyk! zoo heelemaal vrjj geen mensch, die je wat te comman- deeren heeft! Dat was wat anders dan bjj zoo’n onuitstaanbaren „baas* in huis te zjju, waar je dag op dag standjes kreeg en geen leven had. Neen, z’n leven zou nu eerst beginnen! Die leeraars-predikaties zou hij voortaan niet meer behoeven te slikken. Homerus, Ovidius en Anakreón hadden afgedaan., ’n nieuwe toekomst lag vóór hem Van z’n vrinden, die meest allen thuis bjj hun ouders woonden of bij leeraren „en pension* waren, nam hij met een zekere groote-meneer-achtigheid afscheid hij beschouwde ze nu, zooals ’n student van ’t eerste jaar op de gymnasiasten of een van ’t tweede op de „groenen* neerziet. O, wat had hij lang naar vrijheid verlangd! ’t Was geen leven bij vreemde menschen, waar je waarachtig nog onder de plak zat óók, niettegenstaande ze ’t goeie geld van je vader trokken! Eh dan dat geblok! ’n Heelen dag op ’t „gym* en dan ’s avonds nog hard werken, weer voor den volgenden dag: Latijn, Grieksch, je moderne talen... wiskunde... oude en nieuwe geschiedenis en aardrijkskunde en meer „kundes,* die iemand op ’t laatst doen wenschen maar met kundig te zijn! Neen, hjj had er genoeg van! Nog twee jaar en hij was er geweest dat zijn drie examens: één voor de vijfde, één voor de zesde en dan je eindexamen. Maar dan moetje maar overal dóórkomen! En dan... nou, dan ben je student en dan gaat de ellende verder. Dan woon je ook wel op kamers, maar... hij had er nou genoeg van... van die heele studie, al was ’t alléén om dat ellendige, moeielijke, bla- terige, wanklinkende Grieksch, dat hem ééns ’n jaar „bljjven-zitten* had gekost. En nou maar hoe vlugger hoe beter: liever nou op kamers en in den handel dan later als student te „sjeezen.* Bij ’n oude weduwe met ’n niet meer jonge dochter had z’n vader kamers voor hem in de stad gehuurd. Hü deed daar z’n intrede met ’n gekun stelde geposeerdheid, die de oude hospita de verzekering gaf „’n kalm, net jong- mensch* in huis te zullen hebben. Met bewonderenswaardige nonchalance nam hü den huissleutel van haar in ont vangst. Toen zy de kamer had verlaten, lei hy dien vóór zich op ’n tafeltje: dat was nou de huissleutel ’t voornaamste ding van ’n huis, ’t vurigst gewenschte zak-ingrediënt van iederen jonggezel, ja, zelfs van getrouwde mannen: De huis sleutel... ’t middel om in huis te komen of er uit te gaan, zonder ’n ander daarbü noodig te hebben. En na nog enkele over denkingen, die in het nauwste verband met een huissleutel staan, stak hü hem in den zak en gevoelde intens de beteekenis van het gewichtige feit: ’n huissleutel bü zich te dragen. ’t Was avond en hü zou dus z’n koffers gedeeltelük maar uitpakken en niet uitgaan eerst wat op orde komen, dan kon je ten minste eens iemand ontvangen. En toen hü naar z’n slaapkamer ging om daar z’n ver moeid^ ledematen op een vreemd bed uit te strekken, waren z’n koffers leeg; want als je pas op kamers gaat wonen, heb je nog zooveel niet uit te pakken. Den volgenden dag naar ’t kantoor. Dat was wat anders dan dat blokken en dat gezeur van je docenten! Ja, 't was erg vreemd, als je zoo heelemaal niets van die usances op 'n kantoor weet. Daar had je zoo’n jongste bediende, ’n kereltje van twaalf jaar die wist nog eens wat uit de hand te nemen; kon brieven copieeren. wist de verschillende firma’s in de stad te wonen, kon zelfs koffie zetten voor de „heeren*maar hü Latün, Grieksch, oude aardrükskunde of geschiedenis had je in den handel niet noodig en de nieuwe talen, die je dan wèl geleerd hebt... nou ja, daar heb je in de practük en vooral voor de handelscorrespondentie niks an! Maar dat alles zou geleerd kunnen worden ^n het kantoor-leyen zelf was ’n quaestiq Den volgenden ochtend, na herhaald deur- gebons, schrikte hü wakker en bracht er landerig, flauw en suf uit: „ja!* Hü keek op z’n horloge: ’t was over achten; om kwart over negen uiterlük moest hü op ’t kantoor zü'n. ’t Zou moeilük gaan: want reeds de hoofdbeweging om op z’n horloge te küken, had hem draaierig gemaakt en hü durfde zich niet meer verroerenz’n hersenen branddén, z’n maag gloeide en z’n mond was als ’n leeren massa, waarin z’n tong, als vastgeklapt. Neen, opstaan kón hü nietals je ziek bent, ben je ziek en daarmee uit. Voorzichtig keerde hü zich om in bed en wilde nog wat slapen; maar ’t ging niet hü was te beroerd. Toen de juffrouw nogmaals aanklopte, riep hü met half lamme tong, langzaam en onduidelük: „Ga niet naar kantoor... laat u voor ’n dubbeltje bruispoeder halen!* En toen draaide hü zeer langzaam, z’n zieke lichaam nog eens om en kreunde in z’n immense katterigheid: „M’n hemel, is dat nou ’t kamerleven!* Juni 1902. Zitting van 10 Juli 1902. Veroordeeld: 1. A. G., A. G., P. G. allen te Allinga- wier, wegens tezamen kievitseieren zoeken zonder vergunning, ieder tot f 1 boete of 1 dag hechtenis. 2. O. K. te Bakhuizen, wegens visschen a zonder vergunning, b in gesloten visch- tü'd, alles met o.d.o., tot 2 X f2 boete of 2x2 dagen h., met verbeurdverklaring. 3. Y. B. S. te Workum, wegens het zonder de vereischte vergunning sterken drank in ’t klein verkoopen, tot f 15 boete of 10 dagen hechtenis. 4. I. P. K. te Koudum, wegens zonder daartoe gerechtigd te zün, loopen op eens anders grond met o.d.o., tot f 2 boete of 1 dag hechtenis. 5. J. B. te Burgwerd, wegens in Won- seradeel een wagen onbewaakt op een open bare plaats laten staan, tot f 1 boete of 1 dag hechtenis. 6. T. P. te Hindeloopen, wegens open- hechtenis. M. V. te Hindeloopen, alsboven. 8. G. G. G. te Workum, alsboven. 9. A. de V. te Workum, alsboven. D. G. te Bolsward, alsboven. 11. T. B. te Finsterwolde (Gr.), alsb. R. D. te Hindeloopen, wegens open- drnnlrp.nflp.han f.nh i‘'2 hnoho n-f 9 da<ra^ hechtenis. 13. J. H. te Workum. alsboven. H. A. te Hindeloopen, alsboven. D. K. te Arum, wegens openbare dronkenschap, tot f 5 boete of 3 d. hecht. P. T. te Bolsward, alsboven. J. E. te Makkum, wegens dronken- bj 3de herhaling, tot 10 d. hecht. P. 8. te Makkum, wegens dronken schap, 2 X gepleegd, tot 2 X f 4 boete of 2X3 dagen hechtenis. J. B. te Bolsward, wegens dronken schap bü le herhaling, tot 3 dagen hecht. 20. J. L. te Witmarsum, wegens dron kenschap, bü 4de herhaling, tot 21 dagen wegens leer plicht we to vertreding, tot f 3 boete of 2 dagen hechtenis. 22. E. M. te Hindeloopen, alsboven. 23. 8. H. te Hindeloopen, alsboven. 12. bare dronkenschap, tot f2 boete of 2 dagen Leeuwarden, 11 Juni. De knecht van den schipper H. Hulshof alhier, die by het breken van een naald waarmee hy zyn kleeren wilde herstellen een onbeduidend wondje in den palm der hand kreeg, waarop hy verder geen acht sloeg, gevoelde veertien dagen na het gebeurde pyn aan het ge wonde lichaamsdeel, dat nu hevig opzwol. Hij riep geneeskundige hulp in, waarop dr. Selnorst na onderzoek met Röntgen stralen constateerde, dat de punt der naald zich in de hand bevond. Er werd onmid- dellyk tot een operatie overgegaan. Volgens verklaring der geneesheeren zou de man binnen tweemaal 24 uur een lyk zyn ge weest, daar de arm reeds tot de elleboog was opgezwollen. Heerenveen, 10 Juli. Evenals verleden jaar zullen ook nu weer de schoolleerlingen een ouderlingen wedstrijd houden, wie het mooiste veldbouquet weet te maken. Ver scheidene prijsjes worden weder uitgeloofd. We weten nog van verleden jaar welkeen aardige tentoonstelling dat gaf op de zaal van ’t hotel Groen. De kinderen behoeven we niet op te wekken; die hebben animo genoeg. Als nu maar de grooteren in ruimen getale een kijkje komen nemen! Daar wordt natuurlijk op gerekend. Workum, 9 Juli. Verleden jaar in de hooiing hadden twee Noordwolder arbeiders voor f 19 winkelwaren gekocht van den karrjjder P. de Boer. Toén de hooiing afge- loopen was, gingen ze er in den nacht stilletjes van door zonder te betalen. Thans kwamen deze twee weer in den Zuidwest hoek en wel te Warns. De Boer zocht ze haastig op en nam de politie mee, maar inplaats van geld werd hem de punt van de zeis gepresenteerd, en de politieman kreeg te hooren, dat ze om hem heelemaal niets gaven, want ze waren voor geen tien man bang. Hoe ’t nu aHoopen zal? Irnsum, 10 Juli. Door den lagen waterstand zitten bij ons dorp herhaaldelyk diep geladen schepen aan den grond. Ook hedenmorgen was dit weer het geval. Een groote verstopping was het gevolg en de vaart bleef geruimen tijd gestremd op dezen drukken waterweg van Lemmer naar Gro ningen. Dat de betrokken autoriteiten spoedig tot uitdiepen mogen besluiten, is zeker de wensch der schipperij. Lemmer, 10 Juli. De ansjovisvisscherij is hier voor dit jaar weer afgeloopeu; de vangst was over het geheel vrij goed; in het geheel werden hier 33 mulioen van deze viscbjes aangevoerd. De prijs was echter slechts van f 3,75 tot f 4 de 1000 stuks, terwijl verleden jaar f 8 voor de 1000 werd besomd. Tengevolge van dezen lagen prys is de visschery voor velen onzer visschers dit jaar niet voordeelig geweest. Daarbij dat de grootere netten veel duurder waren. Deze week werden hier nog 200,000 stuks ansjovis aangevoerd, de laatste marktprys was f 3,75 de 100. Telegrafische berichten hier heden ontvangen uit Urk luiden, dat ook daar de vangst op het laatst loopt; de gemiddelde vangst was daar in den afge- loopen nacht slechts 1000 stuks. De 22-jarige knecht van den veehouder J. W. te Eesterga, sneed zich eergisteren by het maaien, bij ongeluk in het linkerbeen en wel zoo ernstig, dat onmiddellijk genees kundige hulp moest worden ingeroepen. De tram reed gisteren onder Follega twee lammeren dood van den veehouder H. F. aldaar. Oranjewoud, 10 Juli. Gisteren tegen den avond, werd een 12-jarig meisje van A. J. alhier op den grintweg aangerand door een in een licht zomerpak gekleed onbekend heer. Ze vertelde dit thuis en haar vader deed klachte bij den rijksveldw. Mous. Deze ging nu met den vader en het meisje het Oranjewoud nog eens door en toen ze een in het zwart gekleed heer ont moetten, zei het meisje dadelyk: „det is him, heit!* Mous hield den heer staande, ’t Bleek een officier te zijn, die eerlang naar Indië zou vertrekken en tijdelijk in ’t Oranjewoud logeerde. Hij ontkende het feit pertinent en getuigen waren er niet. Na verhoor te Hee- renveen is de aangehoudene dan ook weer op vrije voeten gelaten. Barradeel. Ter rechter tijd zijn de sluizen des hemels geopend geworden. Voor het aardappelgewas, dat hier zooals gewoon lijk van veel beteekenis is en zich heel goed laat aanzien, was de regen hoogst welkom, daar ’t loof reeds geel begon te worden. De vrees voor mogelijke ziekte moge er door opgewekt worden, die van te klein en te min gewas is er door verdwenen. Harlingen, 10 Juli. „Een saaie ker mis!* Ziedaar, wat men enkel hoort, nu ze dezen morgen volgens gewoonte weer uitge luid is. Een ten deele mislukte, maar toch ook een volkomen tot haar recht gekomen kaatsparty onder de ridders van den bal, onder welke de besten der hedendaagsche kaatsers, waren de evenementen van deze vroeger zoo jolige week, waarop dan een zeilpartij ter zee de kroon zette. Zy zyn echter voorby deze dagen van weleer, toen ’t tjj hier nog minder sterk verloopen was, dan thans; in figuurlijken zin althans. Hepk. Nieuwsbl. v. Fr. Parrega C.a. Onze predikant D. Eringa heeft een beroep ontvangen naar de Ned. Herv. Gemeente te Zevenhoven. Moge Z.Eerw. vrijheid vinden voor die beroeping te bedanken, van wennen zooals feitelük elk vak, elke betrekking ’n gewoonte wordt. ’s Middags, na kantoortüd, ging hü ’n wandelingetje in de stad maken en ont moette ’n paar vrinden. Ze zouden ergens ’n bittertje gaan drinken, maar hü vond gezelliger de lui op z’n k a m e r s te ont vangen. Goed, ze gingen mee, om z’n kamers eens te zien en ze meteen zooals hü zei met ’n borrel in te wjjden. Op de stoep vóór ’t huis vóór ’t huis waarin zün kamers waren, vóór zün huis haalde hü met ’n zekere gewichtigheid den sleutel uit z’n zak en talmde met de deur te ontsluiten, want er gingen juist enkele lui voorbü en die moesten zien, evenals de buren, dat hü niet aanschelde, maar zelf de deur opende met 'n huissleutel, dien hü bjj zich droeg. Z’n vrinden, die naar ’n bittertje verlangden, begrepen ’t niet en zeiden: „Toe kerel, maak voort.* Z’n zitkamer binnengekomen, trok hü aan het schellekoord en toen de niet meer jonge dochter binnenkwam, verzocht hü ’n kruik Bols en ’n flesebje Catz te laten halen. Toen zü weg was, merkten de vrinden afkeurend lip-trekkend op: „Daar zal je je ook niet an vergrijpen,* en hü quasi solide: „Dat hoeft ook niet.* De kamers werden als „heel gezellig, maar nog wat ongedrapeerd* gequalificeerd maar er was wel wat goeds van te maken. Het bestelde werd door de afgekeurde juffrouw binnen gebracht. Een der vrinden sprak haar 'merkbaar uit beleefdheid even toe en zü antwoordde beleefd, maar kort. „Snotneusje, ik kon je moeder zün*, dacht zü maar zü was nu eenmaal geen moeder. Al pratende werd er gebitterd; eerst ’n gjaasje op de oude vriendschap, toen op de nieuwe kamers, daarna op ’t kantoorleven, op z’n hospita, op haar dochter en eindelük weer op de vriendschap maar nu op de eeuwige die door de Bols dieper dan ooit gevoeld werd, ’t Was half zeven toen de vrinden hem verlieten, na afgesproken te hebben elkaar om half negen in ’n zeker café weer te ontmoeten. Toen zü weg waren, zette hü dadelük de byna leege kruik Bols in een kast en werd er gedekt. Hü kwam tot de ontdekking, dat hü hoegenaamd geen eetlust had; en deze werd niet grooter, toen hem een half verbrande kalfskarbonade en alles behalve welriekende aardappelen werden voorgezet. Neen, hü at büna niets; een omelet na en van dat zachte, donsaehtige goedje., daar hield hü nou heelemaal niet van. Om kwart over acht ging hü weer van huis, na zich overtuigd te hebben, dat hü den huissleutel niet vergeten haden even over haif negen was hü weer in gezelschap van z’n bitter-vrinden. Ze dronken ’n potje bier en nóg een en gingen toen naar ’n café-ehantant, waar ze grogjes dronken en verschrikkelük veel plezier hadden hoofdzakelük de uitwer king der grogjes. Toen ’t gedaan was, stelde één voor nog ’n „afzakkertje* ergens te gaan drinken. „Of hij liever naar huis toe ging?* Neen, volstrekt niet het kwam er immers niets op an, hoe laat hü thuis kwam. Ze gingen dus nog ergens heen en dronken nog „puurtjes* en praatten druk over duizende dingen, alsof ze elkaar in geen jaren meer zouden zien. Toen ’t één uur was, verlieten ze het café, gingen een eind samen en begonnen afscheid van elkaar te nemen; dat duurde niet heel kort en zoo was het half twee, toen de vrinden eindelük scheidden. Hoe zag 's nachts toch de stad er heel anders uit dan over dagHü wist den weg naar huis goed, maar de straten kwamen hem nu zoo vreemd voor. Hü voelde zich wat licht in het hoofd en zwaar in de beenen: het kwam hem voor, dat hü niet zoo vlug liep als hy wel wilde, ’t Best merkte hü dit, als hy een nacht-agent zag naderen: want dan trachtte hü den pas fe versnellen: dat stond wat „vieyer*. Je kon nooit weten of zoo’n „stiekemerd* dit nu al als „in kennelüken staat* aanmerkte. Zonder eenig incident bereikte hü de huisdeur, op wier slot zün sleutel moest passen; maar helaas hü deed het niet! Na tallooze mislukte proefnemingen gaf hü 't eindelük op en schelde aan twee, drie keeren. Toen werd de deur geopend, hü passeerde een oude vrouw in nachtjak en zwarten rok, lalde iets van „laat geworden* en „sleutel, die moeielük ging* en meende zoo iets te verstaan als: „jongmensch schande eerste avond*het rechte van de zaak begreep hü niet. Gelukkig woonde bü gelükvloers en was hü, nog voor zün hospita goed van den schrik bekomen was, in zyn slaapkamer verdwenen^ e Bolswardsche Courant I ftj

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1902 | | pagina 1