Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
1903.
4Sste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 64.
ZONDAG 9 AUGUSTUS.
BINNENLAND.
HAAR LIED.
VOOR
"W
Afzonderlijke
tot
de
zaal
De kerkelijke archieven zijn ge-
Maar steeds eiken dag
was er
Fr,
I
worden, maar hoewel
van deze daad wordt
voorloopig geen be-
ABONNEMENTSPRLJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
de hand dat hier een soort wraak
is voor een geweigerde bedeeling.
L. Ct.
weer verwachten we dan ook
uw kind is
en
trokken om
verklaren
loofd, men
Het
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Vervol
gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Staking van betaling
Vrijdagmorgen verspreidde zich te Leiden
het gerucht dat de Rijnlandsche Bankver.
en collecteur der Staatsloterij (F. F. W.
Heintz Co.) de betalingen hadden gestaakt.
Een groot aantal belangstellenden verdron
gen zich voor het kantoor, zoodat de politie
ter voorkoming van wanordelijkheden moest
optreden. Een der commissarissen deelde aan
van politie
den waarnemenden commissaris
mede, dat het kantoor zou gesloten blijven
de heer Heintz naar Den Haag was ver-
zich bij de rechtbank failliet te
Door velen wordt dit niet ge-
wil dat hij reeds voortvluchtig
is. Het commissariaat van politie wordt
thans bestormd. Daar kan men echter nog
niets positiefs mededeelen. Ook raenschen,
die er bij hun tijdelijk vertrek uit de stad
hun geld en geldswaarde in bewaring gaven,
zijn niet gerust. Het gerucht dat ook de
gemeente voor zes ton bij de zaak betrokken
zou zijn, kunnen wij van bevoegde zijde met
beslistheid tegenspreken. De Rijnlandsche
Bankvereeniging trad slechts op als tusschen-
persoon voor de Gemeente en de Ned. Bank.
Thans zijn reeds alle connectiën met den
heer Heintz en de Gemeente verbroken. Het
vermoeden ligt voor de hand dat de heer
Heintz te roekeloos heeft gespeculeerd.
Handelsblad.
Het ongeluk te Leeuwarden,
Toen te Leeuwarden het ongeval met de
Drachtster boot had plaats gehad, seinde,
onmiddellijk nadat geconstateerd kon worden,
dat het ongeval geen droevige gevolgen zou
hebben, de commissaris van politie te Leeu
warden aan den burgemeester van Smallin-
gerland, dat de Drachtster boot in de gracht te
Leeuwarden gekanteld was, doch dat er geen
inenschenlevéns te betreuren waren. Hij ver
zocht tevens, dat daarvan aan de ingezetenen
te Drachten melding werd gemaakt, opdat
geen onjuiste berichten nutteloozen angst te
voorschijn zouden roepen.
De burgemeester voldeed daaraan terstond.
Bij klokgelui liet hij de tijding bekend
maken, zoodat het bericht van het ongeval
gelijktijdig met de meest geruststellende ver
zekering bij de ingezetenen* van Drachten
bekend werd. N. R. Ct.
Al de beste parturen van de Franeker
wedstrijden dingen mee, als ReitsmaDe
V riesStruiksma, KooistraW erkho ven
v. d. Steeg, de Kimswerders, de Wynaldu-
mers, de Marsumers, de Beetgumers en de
Franekers.
Bij gunstig
vele toeschouwers.
Woudsend. Dezer dagen werden bij onzèn
burgemeester en den president-arm voogd,
des avonds laat bij donker weer, ruiten
ingeworpen. Wij hadden gehoopt, dat de
dader gevonden zou
algemeen één persoon
verdacht, schijnen er
wijzen te worden gevonden. Het vermoeden
ligt voor
genomen
Twee jongens een van negen en
een van vijftien jaar van den landbouwer
A. H. te St. Kruis, waren Woensdag op de
hofstede aan het stoeien, waarbij de jongste
een scherp mesje in de hand hield met het
ongelukkig gevolg dat hij den oudste een
doodelijke wond in den buik toebracht.
Geneeskundige hulp mocht niet baten. Ander
half uur na het voorval gaf het kind den
geest.
Dinsdagavond werd een 17-jarig jong-
mensch te Middelburg, volgens zijn zeggen
aan de politie, op den Ouden Vlissingschen
weg door drie fietsers, die hem, tegemoet
kwamen, aangerand. Daar hij eep zakje met
taartjes in zijn hand hield, namen zij dit
van hem af en stopten er een van in zijn
mond. Een der aanranders hield toen zijn
hand op den vollen mond van den jongeling
om het roepen te verhinderen, terwijl de
twee anderen zijn zakken doorsnuffelden en
een portemonnaie met 7 a 8 gulden daaruit
namen.
De politie heeft van de daders nog geen
spoor ontdekt, Midd, Ct.
Roden haastte zich den uitgesproken wensch
op te volgen en geleidde Marie naar het
klavier.
Niet wetende wat te kiezen, bladerde zij
in het vóór haar liggend muziekboek. Daar
klonk plotseling zeer zachtjes:
Het is bestemd in ’s Heeren raad,
Dat men van ’t liefste, wat men heeft,
Moet scheiden...moet scheiden...
Eerst zachtkens, daarna al sterker en
sterker, al voller en voller tot het aan
grijpende, nu dubbel aangrijpende slot:
Tot wederzien.tot wederzien!
Een oogenbjik van roerende stilte volgde.
Toen verzocht men Marie om een tweede lied.
Een paar accoorden vooraf, een vluchtig
blozen van Marie’s wangen, toen begon ze
het in zijn eenvoud zoo roerend melodieus
volkslied van Ferdinand Hiller:
O, gij lieve, lieve schat
Straks komt de lange scheiding...
Maar ze voleindigde het niet; het gevoel
werd haar te machtig; tranen biggelden over
hare wangen. Niemand sprak, want allen
wisten van wien zij in dit lied afscheid nam,
misschien wel voor eeuwig...
Het was vijf weken later, eenige dagen
na den bloedigen slag bij Sédan.
Marie zat aan het klavier in droomerijen
verloren; als onbewust gleden haar handen
over de toetsen en afgebroken en stootend
klonk het oude lied:
O, gij lieve, lieve schat...
Twee mannen stonden buiten onder het
halfgeopende venster. De gesprekken liepen
over den voor Duitschland zoo roemvollen
slag bij Sédan. Het tweede bataljon is ver
nietigd; ook de raadsheer Carl Roden is
gesneuveld.
Meer hoorde de arme Marie niet; één
hartverscheurende kreet... toen viel ze ter
aarde.
Nadat men haar eindelijk had bijgebracht,
verviel ze in de hevigste zenuw-koortsen en
al werd ook ten slotte het leven gered...
ze was krankzinnig.
Maanden gingen voorbij. Lichamelijk
hersteld, bleven haar geestvermogens krank.
schelle lach door het
weer hoorde men een
of een zielroerend
Bij den president van het gerechtshof was
een groot afscheidsfeest. Twee dagen te
voren was de Fransche oorlogsverklaring
gekomen en er was geene familie in de
kleine stad R.. die niet in de eerstvolgende
dagen één of meer barer huisgenooten
moest uitzenden naar den krijg.
Mocht ook de ernst van het oogenblik
alles op den achtergrond dringen, de president
wilde nog éénmaal al de scheidende jonge
vrienden in een afscheidspartij vereenigen.
De stemming was
drukt. Mocht ze
droevig worden, dan
ernstig, maar niet ge-
voor een oogenblik te
i was het vooral de
muziek, die trachtte de al te donkere wolken
van de voorhoofden te verdrijven.
Wilt ge ons niet eens een lied zingen,
Marie? vraagde de vrouw van den president
in een dergelijk oogenblik aan de dochter
van den raadsheer W. De heer Roden zal
zeker de begeleiding op zich willen nemen?
Onder het rooken van zijn pijp had
een oud man te Vlissingen het ongeluk dat
er eenige spranken vuur op zijn kleederen
vielen, die daardoor vlam vatten, tengevolge
waarvan de man zoo hevig gebrand werd,
dat hij aan de bekomen wonden is bezweken.
Re brand te s-Herlogenbosch.
Sedert den brand in den artilleriestal te
’s-Hertogenbosch is een jongen van 16 a 17
jaar, zoon van een militair aïdaar, verdwenen
en vraagt men zich af of, die jongen, van
wien nu vreemde uitdrukkingen worden ge
noemd, ook. meer van dien brand zou weten.
Handbl.
Brand door hemelvuur.
Te Oudeschild op het eiland Texel sloeg
Donderdagavond te halfelf de bliksem in den
toren van ’t kerkgebouw der Herv. gemeente.
In een ommezien stond de toren in lichter
laaie.
Nader meldt men:
De brand is boven in den toren ontstaan,
10 a 12 jaren geleden sloeg bij een hevig
onweer ook in denzelfden toren, die thans,
het is nu 2 uur na middernacht, bijna ge
heel door het vuur is verteerd. De aanjager
van Den Burg bewijst uitstekenden dienst.
De brand duurt echter nog voort. Ware de
wind zoo hevig geweest als in de laatste
weken, het oostelijk deel van het dorp zou
groot gevaar geloopen hebben geheel af te
branden.
borgen.
IFild in Friesland.
Men schrijft uit Friesland
In weerwil van de vele regens is nu reeds
lang de wildstand in Friesland vrij gunstig
te noemen. Zoowel in de bosschen, als in
de bouwlanden worden tamelijk veel hazen
gezien, ofschoon vele jongen van deze dieren
zijn gestorven tengevolge van ziekte, koude
of hoogen waterstand. Patrijzen worden, over
het geheel, minder waargenomen, koppels
van deze vogelsoort treft men nog weinig
aan, vele broedsels zijn door de al te over
vloedige regens verongelukt. Het waterwild
is voor het grootste gedeelte nog niet
volwassen, de hooge waterstand was voor de
eendvogels zeer gunstig. Omtrent andere
gezochte vogels zooals houtsnippen, water
snippen enz., welke trekvogels dus hier niet
inheemsch zijn, valt nog weinig te zeggen.
Botervervalsching
Naar aanleiding van de nu weer gecon
stateerde fraude in natuurboter door een
boterhandelaar te Oude-Pekela, schrijft men
aan de N. Crt., dat in een groot aantal
gevallen in natuurboter, door handelaren
van de hand gedaan, bedrog plaats heeft.
De vaten natuurboter worden dan ont
daan van het waagbriefje en na met een
goed merk margarine, in mindere of meer
dere mate, te zijn omgewerkt, weder in het
vaatje gedaan en voorzien van een nage-
gemaakt boterstempel, waarna het waag
briefje er weder wordt opgedaan.
De natuurboter, die aan particulieren
veelal in dergelijken vorm wordt geleverd,
is natuurlijk slechts door deskundigen van
onvervalschte te onderscheiden en wordt dan
ook als natuurboter vervoerd.
Hazardspel.
Het Openbaar Ministerie bij het Haagsche
kantongerecht te ’s-Gravenhage vorderde 2
geldboeten van f30 ieder tegen een persoon
die bekend staat zijn werk te maken van
het doen uitoefenen van hazardspel op de
openbare straat.
Thans had hij weder laten spelen met
een aantal dobbelsteenen, waarvan de som
der oogen moest overeenkomen met getallen,
gesteld op een stuk papier dat op zijn wagen
lag en wanneer die getallen overeenkwamen
ontving de speler een prijs van f 1 of f 1.50.
Het was echter uitzondering wanneer iemand
iets won en de personen die wonnen, bleken
ten overvloede nog meestal handlangers van
den bekl. te zijn.
Treurig verscheiden.
Een 70jarige vrouw uit Zierikzee, die te
Monster bij haar dochter gelogeerd was,
vluchtte bij een kennis binnen, om voor een
zware regenbui een schuilplaats te vinden.
Even binnen zijnde, zakte de vrouw ineen
en was terstond dood. Een hartverlamming
maakte een einde aan haar leven»
Stavoren, 6 Aug. Het getal vischhande-
laren in onze plaats heeft plotseling eene
belangrijke uitbreiding ondergaan.
Zooals we indertijd meldden, gingen ook
van hier verscheidene jeugdige visschers naar
de loggers, d.i. namen deel aan de haring
vangst op de Noodzee. Ze bewijzen daar
hun diensten als „jongste”, „oudste” en
„matroos” met welke rangen de verdiensten
in dezer voege in verhouding zijn, dat het
minimum loon achtereenvolgens f 5, f 7, en
f 9 per week bedraagt boven kost. Met
minimumloon, het loon toch wordt percents
gewijze berekend naar de vangst en loopt
dus zeer uiteen, doch kan nimmer lager
dalen, dan de genoemde cijfers.
Buitendien wordt den opvarenden bij aan
komst in ’t vaderland en meermalen alzoo,
een premie toegestaan, bestaande in een
vaatje (p. m. 100 stuks) haring, ’t welk
gewoonlijk verzonden wordt naar het ouder
lijke huis. Die haring, van puike kwaliteit,
kan niet lang duren, wordt deswege gedeel
telijk verkocht en vindt gretig aftrek.
Leeuwarden, 7 Aug. Het lichten der
Drachtster boot gaat langzaam en trekt
voortdurend veel toeschouwers.
Harlingen, 6 Aug. Tusschen vijf en zes
uur hedenavond had men een prachtig na-
tuurgezicht op dep zeedijk. Niettegenstaande
den vrij hoogen stand van den barometer,
broeide er iets in het westen aan den horizon,
dat velen met belangsteling gadesloegen. Een
licht grijze wolk van tamelijk groote uitge
strektheid bewoog zich eerst met minder,
later met grooter snelheid naar de kust. Een
hoosachtige lucht, hoorde men zeggen. Oogen-
blikkelijk daarop schoot een vuurstraal door
het zwerk, de donder liet zich hooren, de
regendroppels begonnen te vallen, het zwerk
zich te ontwarren, ’n hevig onweder kwam
op en dreef naar ’t noordoosten. De toe
schouwers vluchtten naar alle richtingen heen.
Korten tijd later scheen de zon weer.
Hepk. Nieuwsbl. v.
Witmarsum, 7 Augs. Reeds een elftal
parturen hebben zich aangegeven voor de
groote kaatspartij van Zondag, te houden
in de „Hertenkamp”, een prachtig terrein
achter het slot Aylva State,
Dikwijls klonk een
eenzame huis, dan
afgebroken snikken
gekerm.
Somtijds vloog ze naar het venster.
Ziet ge, daar komt hij terug... ja, het is
Carl, mijn Carl, dan weer heette het op
jammervollen toon: mijn Carl is dood.
Maar steeds eiken dag in haar rustige
oogenblikken, klonk het weemoedig gezang
door de kamer
O, mijn lieve, lieve schat
Wij hebben lang te scheiden...
De vrede was hersteld. Weder
een partijtje bij den president. Een zekere
spanning lag er op de gezichten der ge-
noodigden, die nog grooter werd, toen Marie
binnen trad. Vriendelijk als altijd, trok ze
zich spoedig in een stillen hoek terug.
Zou het gelukken, Docter? vraagde haar
vader met diep-bezorgde stem aan een goedig
uitziend, oudachtigen heer.
Ik hoop het, beste vriend! luidde het
antwoord.
Op eenmaal, als bij afspraak, werd het
stil in de zaal. Eerst zachtkens, daarna al
voller en voller klonk uit de salon de slot-
Strophe uit Mendelssohn’s beroemd lied
Toch moet ge mij ook recht verstaan
Als menschen uit elkander gaan,
Dan zeggen zetot wederzien
wederziens.
Aller oogen vestigden zich op Marie.
Bij de eerste tonen verhief ze zich lang
zaam van haar stoel: ze stond daar met
ver geopend oog, als starend in een toover-
land, het hoofd voorovergebogen, de handen
uitgestrekt, als wilde ze iets grijpen in de
verte.
Men hoorde geen ademtocht.
Nieuwe accoorden ruischten door de
en helder en geaccentueerd klonk het:
O, gij lieve, lieve schat
Wij willen niet meer scheiden...
Daar ging plotseling een schok door Marie’s
gestalte; haar borst bewoog zich heftig...
met de hand streek ze over het leliewitte
voorhoofd, toen zag men haar naar den
salon vliegen... één jubelende kreet: Carl,
mijn Carl.
De docter was haar zachtjes gevolgd. Na
weinige minuten keerde hij terug.
De reactie is ingetreden
gered, lieve vriend.
En ze was gered. Wel was Roden in den
slag bij Sédan zwaar gewond, maar langzaam
was hij hersteld. Wel had men het Marie
meegedeeld, maar met een ongeloovig, soms
lachend gezicht hoorde zij den spreker aan.
Eindelijk lichtte dat lied, haar zoet, een
voudig lied als een zonnestraal in het donker
van haren geest en gaf haar den verloren
geliefde weder.
Nog éénmaal mocht schrijver dezes nog
dat lied hooren.
Het was toen de eerwaardige predikant
van het stadje het gelukkige bruidspaar tot
een gelukkig echtpaar had gewijd.
Toen klonk het nog éénmaal, een weinig
gewijzigd, jubelend en gelukkig:
O, gij lieve, lieve schat,
Wij willen nimmer scheiden.
Bolswardsche Courant
1