1903.
42ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 65.
Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
J.
DE JONG
Tentoonstelling
I
i
i
DONDERDAG 13 AUGUSTUS.
te DOLSWARD.
7»
7<
'W
VOOR
Afzonderlijke
Mocht die harmonische echt
Dat milden zegen schenkt,
f.
wees
I
een
zijn
zal worden toege-
zijnen directeur,
4
4
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
den zalm op ’t gebied onzer veeteelt
hier aanwezig. Jammer voor mij en
velen met mij, dat wij zoo weinig
Hun levensbron, zich huwde aan noeste
[nijverheid,
een rijk des
[vredes vesten,
en waar geluk
[verspreidt,
elders getogen,
van
7 io
zullen ook ouderen hunne oogen den kost
kunnen geven.
Wij wisten niet, dat er zooveel verschei
denheid van ras en soort bestaat bij de ko
nijnen. Tot ons leedwezen konden we ons
hier niet lang ophouden, ’t werd te duister.
Wij komen hier echter terug.
Boter, kaas, veevoeder en landbouw-arti-
kelen vonden onderdak in „de Waag” en
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Vervol
gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Maandagavond de vóóravond onzer
Tentoonstelling. Als wij ons neerzetten om
den lezers onzer courant een kijkje te geven
van alles wat er te zien zal zijn, en van
alles wat er moest gebeuren om een en
ander „op stel” te krijgen, is juist het
volksconcert afgeloopen en wachten wij op
de dingen die zullen komen. Maar wij
wachten met zorg en vreeze vanwege het
weer. De heeren Aeolus en Pluvius schij
nen verbolgen te zijn op ons, Bolswarders,
tenminste zij hebben vandaag de fiolen van
hunnen toorn over ons leeg gegoten. Had
den eerst in den morgen windvlagen de ver
schillende versieringen deerlijk geteisterd, af
en toe regende het zóó, dat verscheidenen
een nat pak opliepen.
De barometers hebben vandaag wat te
lijden gehad, van al dat tikken op de wijzer
platen. Op ’t oogenblik schijnt het weer
glas goede voornemens te hebben. Mocht dat
zoo zijn. In weerwil van al dat onaange
name regenen en waaien waren de verschil
lende commissie-leden toch druk in de weer
om alles in orde te krijgen. En dat zegt
wat. Elk dier, ieder vat boter, alles wat tot
de landbouw-artikelen behoort, moet geplaatst
en gebracht worden op de daarvoor bestemde
ruimte. Bijzonder druk was ’t in „de Doele”,
waar het pluimvee en de konijnen worden
geëxposeerd. Keurig is daar de inrichting.
In de groote zaal zijn op lange hooggestelde
schragen de kooien geplaatst, die zullen die
nen tot logeerplaatsen der gevederde „ut
fen husers”. En daar moet nog al wat ge
herbergd worden. De catalogus vermeldt 208
verschillende nommers, alleen voor de kip
pen. Dat wordt nog al wat.' Dan komen
nog de ganzen, die juist niet de grootste
plaats behoeven, dan de eenden, die ver
deeld zijn in 10 rubrieken.
En wat zullen wij na vluchtige beschou
wing van dit „vogelenheir” zeggen?
Reeds op de Koemarkt, huizen ver, ver
neemt men het gekraai en gekakel. In alle
toonaarden, in alle mogelijke van sopraan tot
bas af dalende stemmen, wordt hier de con
versatie gevoerd.
Er zijn er bij, die een stem opzetten, om
nachtwacht op de vlucht te jagen, er
er ook, die hun lied uiten met falset
stem. Wonder aardig hoort dat, vooral voor
de echte hoenderliefhebbers.
Of er nu wezenlijk mooie dieren bij zijn?
Waarde lezer of hooggeachte lezeres, „span-
deer” er uw kwartje aan en U zult zelf
kunnen oordeelen, en ik verwed er honderd
pond klontjes op, dat U zult zeggen’t Is
mooi. En hoe keurig is de inrichting. Alle
hokken zijn gemaakt van gegalvaniseerd
draad, flink hoog, en voorzien van eet- en
drinkbakken. En van uit die hokken zien
ons al die „hij’s” en „zij’s” aan; de een,
gewend om geëxposeerd te worden met een
soort van onverschilligheid, een ander gluurt
door het traliewerk en denkt bepaald„wat
’n drukte”. er zijn er ook, vreemdelin
gen in Jerusalem, die in stille berusting
neerzitten, en hopen op den dag, dat zij weer
vrij in hunne rennen mogen rondloopen.
Op het tooneel van dé zaal vindt men de
eieren, verdeeld in 2 afdeelingen, a. (cat. no.
407) het dozijn grootste eieren met bruinen
dop, en b. (cat. no. 408, 409 en 410) met
witten dop.
Hierbii vinden wij ook Y-
deskirchen. Zoo, omstuwd door eene groote
menigte, ging het naar ’t stadhuis, waar de
dames en heeren op de Raadszaal werden
genoodigd. Hier bevonden zich reeds de
leden van den Gemeenteraad, de besturen
van ’t St. Anthony-Gasthuis, Weeshuis,
Armhuis en „Handel en Nijverheid.”
Alsnu werd de eerewijn aangeboden en
hield de heer C. J. van der Veen, Burge
meester van Bolsward, Voorzitter van de
afdeeling „Bolsward” de volgende toespraak
Mijne Heeren!
Het is mij als Voorzitter der afdeeling
Bolsward van de Friesche Maatschappij van
Landbouw, èn als Hoofd der Gem. Bolsward
eene bijzondere vereerende taak U Voorzitter,
Secretaris en Leden van het Dag. Bestuur
der Maatschappij, gij vertegenwoordigers van
verschillende corporatiën en stichtingen, gij
Leden van Bolswards Gemeenteraad, gij ver
tegenwoordigers van Frieslands landbouw een
vriendschappelijken welkomsgroet te brengen
ter dezer plaatse en in dit morgenuur.
Met vreugde begroet Bolsward U binnen
hare muren en trotsch is de Afd. Bolsward
der Friesche Mij., dat de algemeene leden
vergadering, na tal van jaren, weder binnen
haar ressort plaats vindt. Immers wordt
haar daardoor de gelegenheid geschonken U
allen, uit Friesland herwaarts samen geko
men, te toonen, hoe de landbouw in Fries
lands Zuid-Westhoek zich zooveel op ’t ge
bied der veeteelt als zuivelbereiding heeft
ontwikkeld en gewis de toets van een ern
stig onderzoek kan doorstaan, dank zij
den finantieelen steun van Gemeente, St.
Anthony Gasthuis, Weeshuis, Armhuis, Ver-
eeniging van Handel en Nijverheid, inge
zetenen van stad en lande is er iets goeds
kunnen worden gewrocht en mogen wij zeer
zeker hopen op een aanvankelijk succes, het
is mij eene behoefte, gij allen die als vertegen
woordigers dier instellingen en corporatiën
hier vertegenwoordigd zijt, daarvoor namens
de afd. en het tentoonstellingsbestuur mijnen
hartelijken en oprechten dank te brengen.
Maar bovenal gevoel ik mij gedrongen
Hiijn diep erkentelijken dank en hulde te
brengen aan ons aller geëerbiedigde en ge
liefde Vorstin Wilhelmina voor de gift van
ƒ100,aan de tentoonstelling geschonken.
Opnieuw is daardoor gebleken hoe warme
belangstelling Hare Majesteit toont in Fries
lands landbouw en Frieslands bloei, maar
ook aan Hare Majesteit onze beminde Ko
ningin Moeder en Beschermvrouwe onzer
Friesche Maatschappij en Zijne K. H. Prins
Hendrik, dank voor de prachtige medailles
ons aangeboden; bevestigd wordt daardoor
opnieuw de algemeen bekende belangstelling
van het Koninklijk huis in ons gewest. Dat
zij leve
Moge Bolswards feesttooi en de ontvangst
U bereid, de overtuiging bij u ingang doen
vinden, hoe van harte welkom gij zijt en
wanneer gij straks, na de bespreking van
de landbouw-belangen, de inzendingen van
vee, landbouw-artikelen en pluimvee in
oogenschouw zult nemen, dan koester ik den
wensch, dat gij verzekerd zult zijn, hoe de
harten van Bolswards ingezetenen en hare
omgeving warm kloppen voor de Friesche
Maatschappij van Landbouw en haar Bestuur
en voor de belangen die zij voorstaat. Dan
zal dit voor de Afdeeling Bolsward en voor
allen die tot de totstandkoming der tentoon
stelling zooveel hebben bijgedragen, de groot
ste voldoening zijn.
En thans noodig ik u uit dit glas te
ledigen op het welslagen onzer pogingen en
op den harmonischen geest die ons heden allen
bezield en uwe welwillende aandacht te
schenken aan het welkomstlied, dat door het
Dameskoor „Aurora” u
zongen, onder leiding van
den heer W. Jacobs.
Nu volgde de uitvoering der Cantate die
met pianobegeleiding werd uitgevoerd
Heft aan, heft aan den jubelzang,
Laat luid den juichtoon klinken,
Op ’t heuglijk feest, dat hier deez’ schare
[samen riep.
Ruim ’n halve eeuw zaagt g’ in den schoot
[des tijds verzinken,
Sinds Eendracht ’t heerlijkst werk tot ’s
[landmans welvaart schiep I
Waar immer d'akkerbouw, die trots van
[deea’ gewesten,
in op het terrein geplaatste tenten.
De afdeeling boter telt 27 nommers,
Goudsche kaas is vertegenwoordigd met 14
inzendingen, terwijl de zoogenaamde boeren-
nagelkaas ons in 20 no. wordt gepresenteerd.
Wij zien dus dat de artikelen „boter en
kaas” eens de trots onzer provincie, nog al
vertegenwoordigd zijn. Mocht deze expositie
er toe medewerken, dat de goede naam, die
de Friesche boter en de dito kaas eenmaal
hadden, binnen kort weer in eere wordt her
steld en de tijd niet ver zijn, dat Friesland
weer, als van ouds, de „eerste keur” krijgt
in Engeland.
En nu, Maandagavond halftwaalf, als deze
regelen persklaar zijn, willen we hopen op
een prettig ontwaken op Dinsdagmorgen, de
eerste dag onzer Tentoonstelling. Moge het
weer, die groote factor voor een welslagen
van het feest, ons dan gunstig zijn.
Dinsdagmorgen. Mooi weer, heldere
lucht. Reeds vroeg is alles in beweging.
Van het stadhuis worden de vlaggen uitge
stoken, welk voorbeeld dra door schier alle
ingezetenen wordt gevolgd.
Wij gingen nog eens een kijkje nemen
hier en daar. In „de Waag” vonden wij
verscheidene inzendingen, die der moeite van
bezien waard zijn.
Wij verwijzen bijv, naar die van de Firma
Kingma Co. te Bolsward, fabrikanten
van lijnkoeken.
In een koestal geheel vervaardigd van
grondstof van lijnkoeken ligt een levensgroot
koebeest.. En idee, èn uitvoering van een
en ander zijn werkelijk frappant.
De Ned. Gist- en Spiritusfabriek te Delft
is ook op ’t appel present. In een fraaie
etalagekiosk stelt zij hare producten ten toon.
Ook de inzending der stoomoliefabriek van
S. Tijmstra te Kollum vond hier een plaats.
Onze stadgenooten de h.h. Ruiter, schaat-
senfabrikant, D. v. Wieren, ged. hoefsmid
en Kuipers zijn ook niet achterwege geble
ven, en geven door doelmatige etalages een
idee van ’t geen op hunne werkplaatsen
wordt vervaardigd.
Inmiddels wordt het zachtjes aan druk
ker op straat. Reeds zien we verscheidene
h.h. commissieleden en leden der jury’s, in
vol ornaat. Alles wordt nog eens nagekeken,
hier wat verzet, daar wat veranderd, en
zoo wacht Bolsward op den klokslag van 9
uur. Dan begint no. I van het programma
der feesten: ^Installatie der Jury. Opening
der Tentoonstelling.
Nadat te 9 uur in het Consistorielokaal
der Doopsgezinde Kerk de jury was geïn
stalleerd, werd de Tentoonstelling geopend.
Alras ging nu het plaatselijk Comité van
Uitvoering met nog enkele andere Com mis
leden onder de opwekkende tonen onzer
Schutterij-muziek, naar het station om daar
het Dagelijksch Bestuur der Friesche Maat
schappij van Landbouw te ontvangen.
Daar kwam de tram, daar klonk het
volkslied, en zij stapten uit de mannen die
aan ’t hoofd staan van een der zegenrijkste
vereenigingen in onze provincie.
’t Zal hun goed gedaan hebben, zóó te
worden ontvangen, ’t Gaf hun een klaar
bewijs hoe het werk der Maatschappij ook
hier wórdt gewaardeerd.
De Voorzitter, de heer van Konijnenburg
^tte Leeuwarden was wegens treurige huise-
I lijke oinstandigheden niet mee gekomen.
En nu werd het „Umzug” zooals papa
Hansché zegt, van belang.
ill Vierkante b L ®erst kwam de heer Inspecteur van politie
“met zijne trawanten. Daarop volgde ons
1 K.Gstedelijk muziekkorps, met ontplooid vaandel,
■g- q. en daarachter een 18-tal jonge dames, allen
,in ’t wit gekleed en getooid met sjerpen,
K.Gvan de Friesche kleuren, ’t Waren de leden
van het dameskoor „Aurora” die zoo straks
op ’t stadhuis eene feestcantate zouden
In deze buss; zingen. Daarop volgde een breede schare
bevinden zich de STEREOS* Commissieleden, en nu werd de stoet be-
sloten door het stadmuziekcorps van Gel-
Weest dan gegroet, die van
Bolsward in feestdos aanschouwt
Mocht ’t op Uwr warme belangstelling bogen,
Billijk dat ’t ook in zijn tooi zich ontvouwt.
Zijne bevolking ontvangt U vol vreugde,
Biedt U het welkom met hartlij ken zin,
Op zoo een feestdag als weinig haar heugde
Haalt zij als juichende gastvrouw U in.
Welkom, gij, die deez’ provincie
Met beleid en trouw bestiert,
Waardig Hoofd, dat in ons midden
Ceres’ hoogtij medeviert.
Welkom, vroedschap dezer stede
IJvrend voor haar stagen bloei,
En ook allen, die belangstelt
In haar welzijn, kracht en groei
Bolsward brengt U hare hulde
Met een dankbren vriendengeest I
Neemt dan deel aan haren jubel
Op dit tweedaagsch landbouwfeest.
Dat zich Uw oog aan de schatten verlustig
Eerlijk door wedijver samen gebracht.
’t Geldt hier een wedstrijd, zoo lieflijk als
[rustig,
Waaruit de vrede met toovermond lacht.
Al wat de bodem der vruchtbaarste dreven,
Trots d' elementen voor heerlijks kan bien,
Al wat des landmans volharding kon geven,
Zult gij hier welig ten toon gespreid zien.
Voorspoedblijf uw gulden zegel hechten,
Aan ’t zoo kloek tot stand gebrachte werk.
Laat geen onspoedsvlaag ’t gebouw weer
[slechten,
Handhaaf ’t op zijn grondzuil vast en
[sterk.
Wil ’t voor ’t nakroost in zijn luister
[sparen,
En, herdachten ’t vorig jaar, wij ’t
[stichtingsfeit,
Mogen w’ op die vijftig lange jaren,
’t Hart vol dank en fierheid henen staren,
Als des vrede’s schoonste zege pleit.
't Geeft Ws. geen pas over deze uitvoe
ring te spreken, ’t was hem echter zeer
aangenaam van verschillende zijden te mogen
hooren, dat het goed was geweest en men
de attentie zeer op prijs stelde.
En nu weer voorwaarts en nu ging
het met den populairen marsch „Unter
Deutschlands Fahnen” regelrecht op de
Tentoonstelling toe, waar de stoet werd ont
bonden.
’t Was reeds een mooi gezicht geweest
des morgens dat binnenbrengen van het te
exposeeren vee. En toen nu de Optocht aan
de poort aan de Dij lakker was ontbonden
stroomde het publiek de hekken binnen en
spoedig was ’t druk en levendig op de
terreinen. Daar was wat te zien. Het neusje
van
was
voor
kennis hebben van de eischen die de kenner
stelt aan le klasse vee. Met den verslag
gever van Hepkema’s Nieuwsblad voor Fries
land zeg ik„ik heb in ’t geheel geen
koeienverstand.”
Er gaat voor den leek zooveel verloren
van wat juist bij de deskundigen groote
bewondering opwekt.
Maar toch rust het leekenoog met wel
gevallen op al die prachtkoeien en stieren,
die schapen en varkens, die daar zoo aan de
lijnen staan, en wij kunnen best begrijpen
dat onze boeren in extase komen, als zij al
dat kostelijke vee daar voor zich zien, en
kunnen er ons in denken, dat zij met trots
zeggen: „dit is Frieslands glorie”.
En dan die varkens. Een exposant
mij met trots op zijn „bargen en biggen,”
die daar zoo mooi in hunne apartementen
lagen, schoongewasschen en gepoetst als
bakerkindjes.
En nu is alles in volle fleur. En op het
terrein, en in „de Doele” en in „de Waag”
overal is 't vol. De „hinnen” en „knynen”
trekken vooral veel bezoekers, ’t Schijnt dat
het gevederd gedierte volkomen content is
met al die drukte, want het zet een keel
Bolswardsche Courant
i
II